Dolce far niente
Uit: Jongensdagen
‘Juffrouw, m’n broertje kocht daarnet een pakje postzegels van drie cent, maar er zit zoowat niks in. Nou staat hij buiten te huilen, – Ko kreeg zelf tranen in z’n oogen van de gedachte – en of u het nou niet ruilen wil.’
‘Heeremenschen!’ riep de juffrouw verontwaardigd uit, en zij maakte zich gereed weer naar achter te gaan. ‘Heeremenschen, sta je dáárvoor volk te schreeuwen. Ruilen doen we niet, hoor.’
Ko bleef haar sprakeloos aankijken; de enveloppe hield hij haar voor.
‘Ga maar gauw m’n winkel uit, marsch!’ zei de juffrouw.
‘Maar voor drie centen is toch afzetterij!’ riep toen Ko ineens uit.
‘Heb ik van me leven!’ schreeuwde de juffrouw, en zij kwam achter haar toonbank vandaan geloopen, regelrecht op Ko af. Die holde weg, den winkel uit. Midden op straat bleef hij staan. ‘Afzetter!’ riep hij. Henk kwam naar hem toe; hij begreep alles. ‘Afzetter!’ schreeuwde hij mee.
De juffrouw keek niet eens meer, en ging weer naar haar kamer achter den winkel.
Een man bleef staan op straat. ‘Wat is er?’ vroeg hij nieuwsgierig.
Het was een meneer; een groote, deftige meneer. Misschien kon die helpen. Ko begon te vertellen; hij liet de enveloppe zien.
Zicht vanuit de Jordaan op de Westerkerk
‘Verschillende, en buitenlandsche staat er op!’ zei Henk.
‘En dàt zit er in!’ sprak Ko bitter; en hij liet den heer de postzegels zien.
‘’t Zijn toch mooie postzegels, voor drie centen,’ meende de heer. Hij lachte even en liep verder.
Stom van verbazing keken de broers elkaar aan. Dát mooie postzegels!
‘Laat dan nòg eens kijken,’ zei Henk.
En voor den derden keer keken ze de postzegels na. Er was geen enkele bijzondere bij. Ze wierpen woedende blikken naar het winkeltje.
‘Ga mee maar, Henk!’ zei toen Ko, ‘ga nou maar mee naar huis. Tegen zulke afzetterij kunnen wij niet op.’
En hij nam de mand weer aan z’n arm, en stapte voort.
Henk volgde met een bedrukt gezicht en sprak geen woord.
Zoo liepen ze stil door tot de Westermarkt.
‘Jammer, hè?’ vroeg Ko zacht.
‘Wat?’ kwam Henk onnoozel.
‘Van je drie centen,’ antwoordde Ko.
Henk zuchtte eens, en gaf geen antwoord. Het wàs hard.“
Theo Thijssen(16 juni 1879 – 23 december 1943)
Beeld van Theo Thijssen in de Amsterdamse Jordaan door Hans Bayens
Zie voor de schrijvers van de 22e augustus ook mijn blog van 22 augustus 2011 deel 1 en eveneens deel 2.