Stefan Brijs, Christian Kracht, Vesna Lubina

De Vlaamse schrijver Stefan Brijs werd geboren op 29 december 1969 in Genk. Zie ook alle tags voor Stefan Brijs op dit blog.

Uit: Berichten uit de vallei

“Op de elektriciteitsdraad die door de vallei loopt zitten al meer dan een minuut, op telkens een halve meter van elkaar, een roodkopklauwier, een groenling en een huismus. Alle drie kijken ze strak voor zich uit in dezelfde richting. Het is alsof ze daar door een poppenspeler zijn geplaatst en de voorstelling dadelijk zal beginnen, een middeleeuws blijspel met een koning, een lakei en een vagebond.
Het paartje torenvalken dat hier vorige lente vier jongen grootbracht in een nestkast is de hele winter in de buurt gebleven. Die nestkast liet ik twee jaar geleden ophangen toen er op een meter of vijftig van mijn schrijfhut een extra elektriciteitspaal werd geplaatst omdat de draad bijna op de grond hing. Aanvankelijk was ik woedend en bedroefd. De paal stond recht in mijn gezichtsveld als ik door het raam keek – het voelde alsof er opeens een balk in mijn oog stak. Nog dezelfde dag besloot ik van de nood een deugd te maken en vroeg mijn handige buurman een houten bak van veertig bij
dertig bij dertig centimeter te timmeren, die als een loge in een theaterzaal aan de voorzijde halfopen was. Toen ik nog op het Vlaamse platteland woonde had ik een soortgelijke nestkast in een hoge es gehangen en jaar na jaar brachten torenvalken er drie tot vijf jongen in groot, tot nijlganzen de kast op nogal agressieve wijze veroverden en de oorspronkelijke bewoners voorgoed verjoegen.
In de wijde omtrek zijn, op enkele eucalyptussen na, amper hoge bomen. Torenvalken broeden hier voornamelijk in spleten en holen en op richels van rotswanden, zoals die van de Peña de Hierro, waar ik al vaker een paartje had opgemerkt. Nestkasten voor deze soort zag ik nergens – en voor andere soorten evenmin. Hoewel ik de kans dat een paartje een nestkast aan een elektriciteitspaal in de open ruimte van de campo zou uitkiezen erg laag inschatte, wilde ik het toch proberen en toen de technici van de elektriciteitsmaatschappij – een jonge en een oude man – de volgende dag terugkeerden om de kabel te bevestigen, had ik de nestkast met wat draad en enkele lange schroeven al bij de voet van de paal klaargezet. In mijn toen nog ongeoefende Spaans legde ik hun mijn plan uit, waarbij ze mij in steeds grotere verbazing aankeken alsof ik in lichte (de jonge man) en misschien wel in hoge mate (de oude man) idioot was. ‘Para el cernícalo.
Voor de torenvalk,’ zei ik nogmaals met nadruk voordat ik hen weer alleen liet.”

 

Stefan Brijs (Genk, 29 december 1969)

 

De Zwitserse schrijver en journalist Christian Kracht werd geboren in Saanen op 29 december 1966. Zie ook alle tags voor Christiab Kracht op dit blog.

Uit: Eurotrash

“Also, ich mußte wieder auf ein paar Tage nach Zürich. Meine Mutter wollte mich dringend sprechen. Sie hatte angerufen, ich solle doch bitte mal rasch kommen, es war ganz unheimlich gewesen am Telefon. Und aus Nervosität darüber hatte ich mich das gesamte verlängerte Wochenende über so unwohl gefühlt, daß ich unter starker Verstopfung litt. Dazu muß ich außerdem sagen, daß ich vor einem Vierteljahrhundert eine Geschichte geschrieben hatte, die ich aus irgendeinem Grund, der mir nun leider nicht mehr einfällt, Faserland genannt hatte. Es endet in Zürich, sozusagen mitten auf dem Zürichsee, relativ traumatisch.
Ich war mit der ganzen Geschichte dann das erste Mal erneut in Berührung gekommen, als ich eben, wie gesagt in Zürich, unten auf der Bahnhofstrasse, einen dunkelbraunen, etwas groben Wollpullover gekauft hatte, an einem kleinen, aus Brettern zusammengezimmerten Verkaufsstand, unweit des Paradeplatzes. Es war bereits Abend gewesen, ich hatte etwas Baldrian zu mir genommen, und der Effekt der Tabletten und das Hoffnungslose des Schweizer Herbstes und die fünfundzwanzig vergangenen Jahre hatten sich bleiern und maßlos über mein Gemüt gelegt.
Kurz zuvor war ich in der Altstadt unterwegs gewesen. In einer klandestinen Filmvorführung drüben im Niederdorf war In girum imus nocte et consumimur igni gezeigt worden, der letzte Film von Guy Debord, fertiggestellt noch vor seinem Selbstmord. Man war zu viert oder zu fünft gekommen, was mir angesichts des immer noch hellsonnigen warmen Abends und des blutleeren, einschläfernden Werks wie ein Wunder erschienen war.
Und nachdem das Publikum, also die beiden Professoren, der Projektionist und ein Obdachloser, der eine Weile im Kinosessel hatte schlafen wollen, verabschiedet und die Hände fertig geschüttelt waren, bin ich wohl wieder hinab Richtung Paradeplatz gelaufen, ohne Absicht und Sinn durch die Nacht. Und dort, auf der anderen Seite der Limmat, hatte ich dann eben jenen improvisierten Verkaufsstand einer schweizerischen Kommune vorgefunden, an dem zwei bebrillte Frauen unbestimmten Alters und ein bärtiger, freundlicher junger Mann schwere Wollpullover und Decken in Naturfarben verkauften, die sie selbst gestrickt hatten.“

 

Christian Kracht (Saanen, 29 december 1966)

 

Onafhankelijk van geboortedata:

De Duitse dichteres Vesna Lubina werd geboren in 1981 als dochter van Bosnische immigranten in Witten. Zie ook alle tags voor Vesna Lubina op dit blog.

 

Eerste loopoefeningen voor het slangenhol

De kever ligt op mijn voorhoofd te wachten
Hij trekt het gordijn over zijn oog

Er komt geen geluid dan meer uit de schaduw
[die zich gewoonlijk zo slim in het graan werpt]

Uit een of ander raam komt immers altijd rook
in dit gebied en waar men de olie niet schuwt

Onze voeten betreden niet langer vijandelijk gebied
en als het dag wordt, opent mijn familie de deur

Je mond niet langer als door de slaap gesloten
Ook andere huizen staan weer

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Vesna Lubina (Witten, 1981)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e december ook mijn blog van 29 december 2018.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *