De Nederlandse dichter en schrijver Willem Kloos werd geboren in Amsterdam op 6 mei 1859. Zie ook alle tags voor Willem Kloos op dit blog.
Ik ben de zoeker
Ik ben de zoeker naar het Nooit-Behaalde.
Ik ben de Strever naar het Ware Zijn,
Ik ben de dronkene van `s Levens wijn,
Die wonderlijk-krachtig mijn spieren staalde
Wen ik, als onverschrokken duiker, daalde
Tot in de krochten van het Diepste Zijn,
Waar ik dan uit meebracht een luttel grein
Waarheid, die klaar gelijk juwelen, straalde :
Laat mij dan maar in mijn vreemd-lijkend Zijn,
Droevige om `t Zijnde en als edelsteen rein;
Want, schoon mijn geest somtijds in `t zoeken faalde,
En op verlokkende zij-wegen dwaalde,
Zou toch mijn strijd niet de allerschoonste zijn,
Daar ik staag, worstlend, verschopte alle Schijn?
Homo Sum II
Ik ben de Dúivel-god dier grúwbre oorkónde,
’t Vervlóekte Boék van laffe deémoed, klein,
Die loert, die loert, koud-donker, donker-rein,
Of Hij die ménsjes niet verdérven kónde.
Ook Hij droeg fier, op ’t lijf vol eeuw’ge pijn,
Eén matelóze, toégeschroeide wonde,
Dat alles had zó anders kunnen zijn. –
Zijn Zijn…. Mysterie, maar zijn Schijn…. Dood-zonde.
Want ook Ik viel, uit een licht Rijk van ’t Goede
In dit groot Duister, dat nu Mijn Licht zij,
En waar Ik eeuwig als Verdoemde in brand.
Maar, in de pracht van mijne staat’ge woede,
Voel Ik mij groot en heerlijk, dat Ik vrij
Haten en kwaad-doen mag, met sterke hand.
Ave Maria
Ik droomde van een kálme, bláuwe nacht;
De matte maan lag laag in mistig glimmen –
Maar hóóg scheen van de schemerende kimmen
Der klare starren wolkenloze wacht.
Toen, tussen maan en starren, rees Zij zacht –
Mij zoeter dan de Muze! – en scheen een schimme,
Wijl ’k om haar hoofd als diademen klimmen
En dalen zag der starren gouden pracht.
O liefste Mijne! éer ik een gróete vond –
Ave Maria! ruiste ’t door mijn ziele,
En heel mijn ziele ruiste U toe – één zucht…
Totdat op eenmaal door de stille lucht
Al die miljoenen gouden droppels vielen,
En Ge als een heilige in die glorie stond…
De Nederlandse dichteres Hélène Gelèns werd geboren in Bergschenhoek op 6 mei 1967. Zie ook alle tags voor Hélène Gelèns op dit blog.
Sluitingstijd
je bepaalt: dat is pluis dat is niet pluis
dit hier pluis dat daar niet pluis
vroeger niet pluis nu pluis en straks
vanuit het donker applaus
en je zegt ijdelheid ijdelheid
alles is ijdelheid, je schrapt
(ijdelheid der ijdelheden)
zegt alles is! alles is!
alles is maar wat het is, je schrapt
alles! alles! zeg je ineens
vijf uur is de sluitingstijd van alles
terwijl je nog schrapt: alle all al a
applaus vanuit het donker
en je weet niet: pluis of niet pluis
niet wij rennen
we denken aan doelloos aan ongeremd rennen
we rennen en rennen vertragen het beeld
zet af zweef en land
elk pas rolt van de hak
naar de bal van de voet naar de grote teen
elke afzet vol kracht elke pas wordt een sprong
zet af zweef en land zet af en zweef
we zweven en zweven in ongeremd rennen
we luchtklieven meer dan we grond raken
zet af zweef en land zet af en zweef land zet af
we denken ons doelloos ons ongeremd rennend
we lopen ons leeg het lijf tot een pijl
moeiteloos rennen we niets doet nog pijn
niet wij rennen
het pad rent
De Chileens-Amerikaanse toneelschrijver, essayist, dichter, novellist, cartoonist Ariel Dorfman werd op 6 mei 1942 in Buenos Aires geboren. Zie ook alle tags voor Ariel Dorfman op dit blog.
Uit: Burning City
“I thought you had the day off.”
“It’s from Mom and Dad.”
“Really? What’s it say?”
“Haven’t read it.”
Eric kept quiet, thought about it. Then:
“They should be coming back soon.”
“I’d like to think so. . . .”
Grandfather forced a chuckle. “You make it sound like they’re dead.”
“I do not,” Heller said. “I just know how it can be with them.”
The two of them watched the sky. An ambulance cried in the distance. Heller wondered at the emergency. Thought about a phone call at three in the morning. Thought about a family waiting for news thousands of miles away. Thought too much.
“Did you see Silvia today?” Eric asked.
“. . . I stopped by the coffee shop,” Heller said cautiously. “She was there.”
“When do I get to meet her?”
“Soon.”
“I know your grandmother’s been wanting to meet her for a long time. . . . Heller?”
“I know how she feels. . . .”
“Heller?” Eric repeated, voice softer this time.
“Yeah?”
“We should have had some sort of celebration, you know.”
“I like celebrating like this.”
“Are you happy living with your grandmother and me?”
“You know I am.”
“Are you sure?”
“You know I am,” Heller said.
“Mom and Dad are fine, I promise.”
“Now you make it sound like they’re dead.”
“I don’t think you’re hearing me right.”
De Oostenrijkse dichter, schrijver, essayist en vertaler Erich Fried werd geboren op 6 mei 1921 in Wenen. Zie ook alle tags voor Erich Fried op dit blog.
Das richtige Wort
Nicht Schlafen mit dir
nein: Wachsein mit dir
ist das Wort
das die Küsse küssen kommt
und das das Streicheln streichelt
und das unser Einatmen atmet
aus deinem Schoß
und deinen Achselhöhlen
in meinen Mund
und aus meinem Mund
und aus meinem Haar
zwischen deine Lippen
und das uns die Sprache gibt
Von dir für mich
und von mir für dich
eines dem anderen verständlicher
als alles
Wachsein mit dir
das ist die endliche Nähe
des Sichineinanderfügen
der endlosen Hoffnungen
durch das wir einander kennen
Wachsein mit dir
und dann
Einschlafen mit dir
Aber solange ich atme
Auch was
auf der Hand liegt
muß ich
aus der Hand zu geben
bereit sein
und muß wissen
wenn ich liebe
daß es wirklich
die Liebe zu dir ist
und nicht nur
die Liebe zur Liebe zu dir
und daß ich nicht
eigentlich
etwas Uneigentliches will
Aber
solange ich atme
will ich
wenn ich den Atem
anhalte
deinen Atem
noch spüren
in mir
De Japanse schrijver Yasushi Inoue werd geboren op 6 mei 1907 in Asahikawa. Zie ook alle tags voor Yasushi Inoue op dit blog.
Uit: The Hunting Gun (Vertaald door Michael Emmerich)
“You will no doubt be puzzled by what I am about to explain, coming as it does out of the blue, but I have here three letters that were addressed to me. I intended to burn them, but now, having read your poem and learnt of your existence, I find myself wanting to share them with you. I will send them, along with my sincere apologies for disturbing you, under separate cover; I hope only that should you have a moment to spare you might be so gracious as to peruse them, understanding that I have no other motive in sending them to you than this. I would like for you to understand the ‘desolate, dried-up riverbed’ you glimpsed within me. We humans are, in the end, stupid creatures who cannot help desiring that someone know us as we are. I have never felt such a yearning, but now that I know you are out there, and know of the special interest you have so kindly taken in me, I would like you to know everything. Once you have read the letters, you may destroy all three in my stead. I might add that when you saw me in Izu, it was most likely shortly after these letters came into my possession. My interest in hunting goes back several years, however, to a period when I was not as utterly alone as I am today, when my life, in both its public and its private dimensions, was without major disruption. Already, then, I could not do without the hunting gun on my shoulder. I mention this by way of closing.”
De Zweedse dichter en schrijver Harry Martinson werd geboren op 6 mei 1904 in Jämshög in het zuidoosten van Zweden. Zie ook alle tags voor Harry Martinson op dit blog.
The great trouble
Nature’s laws are already on the way
to stand us all against the wall.
That wall is law’s own nature.
It is missing an evangel.
That great trouble all of us must share.
Then it will be possible to bear.
The great trouble is to take great trouble.
That is what all of us must learn.
Amid all shoulds and should have beens
there is one must for all.
All must learn to take great trouble with the world.
Now that man has gotten power enough
to bring about the trouble of the world
the time is now
to heal the trouble of the world in time
before all nature has become
everybody’s troubled child.
This is called taking trouble in time.
True trouble
which sees in time to what it sees.
De Duitse dichter, schrijver en vertaler Christian Morgenstern werd geboren in München op 6 mei 1871. Zie ook alle tags voor Christian Morgenstern op dit blog.
Butterblumengelbe Wiesen
Butterblumengelbe Wiesen,
sauerampferrot getönt, –
o du überreiches Sprießen,
wie das Aug dich nie gewöhnt!
Wohlgesangdurchschwellte Bäume,
wunderblütenschneebereift –
ja, fürwahr, ihr zeigt uns Träume,
wie die Brust sie kaum begreift.
Es war ein solcher Vormittag …
Es war ein solcher Vormittag,
wo man die Fische singen hörte,
kein Lüftchen lief, kein Stimmchen störte,
kein Wellchen wölbte sich zum Schlag.
Nur sie, die Fische, brachen leis
der weit und breiten Stille Siegel
und sangen millionenweis’
dicht unter dem durchsonnten Spiegel.
Zie voor nog meer schrijvers van de 6e mei ook mijn blog van 6 mei 2012 deel 2 en ook deel 3.