Hugo von Hofmannsthal (eigenlijk Hugo Hofmann Edler von Hofmannsthal), * 1 februari 1874 Wenen, † 15 juli 1929 Rodaun. Een van de belangrijkste Oostenrijkse dichters en schrijvers van zijn tijd. Zoon van een bankier. Publiceerde als gymnasiast al, onder pseudoniem, gedichten die een enorme respons vonden. In de jaren 90 van de negentiende eeuw schreef hij de gedichten en lyrische drama’s die zijn roem als esthetisch stylist vestigden. Een hoogtepunt van zijn vroege scheppingsperiode vormde in 1902 “Ein Brief” (bekend als “Brief des Lord Chandos”), waarin von Hofmannnsthal zijn radicale scepsis ten aanzien van de taal verwoordde. Later richtte hij zich op het toneel, o.a. door een vernieuwing van het middeleeuwse mysteriespel, en op het schrijven van libretto’s bij de muziek van R. Strauss.
Vorfrühling
Es läuft der Frühlingswind
Durch kahle Alleen,
Seltsame Dinge sind
In seinem Wehn.
Er hat sich gewiegt,
Wo Weinen war,
Und hat sich geschmiegt
In zerrüttetes Haar.
Er schüttelte nieder
Akazienblüten
Und kühlte die Glieder,
Die atmend glühten.
Lippen im Lachen
Hat er berührt,
Die weichen und wachen
Fluren durchspürt.
Er glitt durch die Flöte,
Als schluchzender Schrei,
An dämmernder Röte
Flog er vorbei.
Er flog mit Schweigen
Durch flüsternde Zimmer
Und löschte im Neigen
Der Ampel Schimmer.
Es läuft der Frühlingswind
Durch kahle Alleen,
Seltsame Dinge sind
In seinem Wehn.
Durch die glatten
Kahlen Alleen
Treibt sein Wehn
Blasse Schatten
Und den Duft,
Den er gebracht,
Von wo er gekommen
Seit gestern Nacht.
Hugo von Hofmannsthal (1 februari 1874 – 15 juli 1929)