Federico García Lorca, Adriaan Morriën, Ken Follett, Margo Lanagan, Carel Peeters

De Spaanse dichter en toneelschrijver Federico Garcia Lorca werd geboren op 5 juni 1898 in Fuente Vaqueros, Granada. Zie ook alle tags voor Federico Garcia Lorca op dit blog.

 

 Struikje Struikje

Struikje struikje
dor en groen.

Het meisje met het knappe snoetje
plukt olijven op het veld.
De wind die van de torens houdt,
slaat zijn armen om haar heupen.
Vier ruiters komen voorbij
op Andalusische paardjes,
in het blauw en het groen
met langere donkere mantels.
“Kom mee naar Córdoba, lief kind.”
Het meisje luistert niet.
Drie jonge torero’s komen voorbij
in oranje pakken
en slank van lijf,
met degens van belegen zilver.
“Kom mee naar Sevilla, lief kind.”
Het meisje luistert niet.
Als de avondhemel paars kleurt,
komt in het wazige schemerdonker
een jongeman voorbij
met rozen en mirten van maanlicht.
“Kom mee naar Granada, lief kind.”
En het meisje luistert niet.
Het meisje met het knappe snoetje
blijft maar olijven plukken,
met de grijze armen van de wind
om haar heupen.

Struikje struikje
dor en groen.

 

Vertaald door Bart Vonck

 

The Poet asks his Love to write

Visceral love, living death,
in vain, I wait your written word,
and consider, with the flower that withers,
I wish to lose you, if I have to live without self.

The air is undying: the inert rock
neither knows shadow, nor evades it.
And the heart, inside, has no use
for the honeyed frost the moon pours.

But I endured you: ripped open my veins,
a tiger, a dove, over your waist,
in a duel of teeth and lilies.

So fill my madness with speech,
or let me live in my calm
night of the soul, darkened for ever.

 

The Dawn

New York’s dawn holds
four mud pillars,
and a hurricane of black doves,
paddling in foul water.

New York’s dawn
moans on vast stairways,
searching on the ledges,
for anguished tuberoses.

Dawn breaks and no one’s mouth breathes it,
since hope and tomorrow, here, have no meaning.
Sometimes coins, furiously swarming,
stab and devour the abandoned children.

The first to go outside know in their bones
Paradise will not be there, nor wild loves.
They know they go to the swamp of law, and numbers,
to play without art, and labour without fruit.

The light is buried by chains and by noise,
in the shameless challenge, of rootless science.
All across the suburbs, sleepless crowds stumble,
as if saved, by the moment, from a shipwreck of blood.

 

Vertaald door A. S. Kline

Federico García Lorca (5 juni 1898 – 19 augustus 1936)

Lees verder “Federico García Lorca, Adriaan Morriën, Ken Follett, Margo Lanagan, Carel Peeters”