Alain Mabanckou, Robert Gray

De Congolese dichter en schrijver Alain Mabanckou werd geboren op 24 februari 1966 in Congo-Brazzaville (Frans Congo). Zie ook alle tags voor Alain Mabanckou op dit blog.

Uit: The Death of Comrade President (Vertaald door Helen Stevenson)

“That’s the third time Maman Pauline’s asked us to switch off the radio because it’s time to sit down to eat. She says it’s not good to eat while you’re listening to Soviet music, you won’t appreciate the flavour of the food. Also, if you’re at table it’s better not to know what’s going on in the world, that way if you hear bad news it will be too late, you’ll already have eaten and belched.
My father and I don’t budge, even though Maman Pauline’s calling, we stay put under the old mango tree, which is one of our three fruit trees, along with the papaya and the orange tree outside the kitchen. Maman Pauline planted this tree when she bought the land; she likes to tell you how she brought the seed directly from her native village, because the best mango trees in the whole country grow there, and not in Pointe-Noire, where the mangoes look beautiful on the outside but are rotten on the inside. Besides, the mangoes from here are not as sweet as the ones from Louboulou, even the flies know that, they leave them alone.
This tree is a kind of second school for me, and sometimes my father jokingly calls it the ‘talking tree’. This is where he always comes to listen to the radio when he gets home from the Victory Palace Hotel. His work is very tiring, so at the weekends he rests here, from morning till sundown, just sitting in his cane chair, with the radio right up close. He could go and lie in his bed and take it easy, but the trouble is, the aerial doesn’t really work inside the house, it’s like you can hear the sound of popcorn bursting in boiling oil coming from inside the Grundig. Also, it’s often just when the news is really important that the voices get all jumbled up and in the end the transistor tells stories that are just not true. A radio should never lie, especially if it was really expensive, and the batteries are still new, because my father sends me to buy them at Nanga Def’s, the West African seller with a shop two minutes on foot from Ma Moubobi’s.
I’m serious about this thing with a school under the mango tree. For example, this is where my father told me lots of secrets about the war in Biafra, because the Voice of the Congolese Revolution was always talking about it. Our radio informed us that Olusegun Obasanjo, the President of Nigeria, where the war took place, had been congratulated that year by Pope Paul VI for organising a huge meeting of blacks from all over the world. Our journalists, who wanted to be in the good books of the government and Comrade President Marien Ngouabi, started off saying it was a scandal, shouldn’t they be congratulating our leader of the Revolution, who’d been working 24/7 to develop our country? They criticised President Olusegun Obasanjo, saying he never wore a collar and tie, he never smiled, he was a disgrace to our continent, and anyway, their war in Biafra was just a war between prostitutes about who was in charge of the streets in Lagos.”

 

Alain Mabanckou (Congo-Brazzaville, 24 februari 1966)

 

De Australische dichter Robert Gray werd geboren op 23 februari 1945 in Port Macquarie. Zie ook alle tags voor Robert Gray op dit blog.

 

Vlammen en bungelende draden

Op een snelweg door het moerasgebied.
Aan de ene kant, de rook van verschillende vuren op een rij,
als vingers gespreid en versleept om uit te vegen.
Het is de altijd brandende vuilnisbelt.

Achter ons, de stad
als palen in de aarde gedreven.
Een watervogel stijgt op boven dit moeras
Zoals een schildpad beweegt op de Galapagos-kust.

We slaan een grindweg in,
naderen de vuilnisbelt. De hele lucht trilt
in een goedkope spiegel.
Er hangt een mist voor de hete zon.

Nu zijn de verre gebouwen in de rook geprint.
En we komen bij een landschap van blikjes,
van auto’s als schedels,
dat rolt in zijn zandduinvormen.

Tussen deze enorme grijze plastic platen van hitte,
schimmige figuren
die bezig lijken met het identificeren van de doden –
het zijn de assistenten, in overall en stofbril,

die tussen het afval in de smeulende vuren snuffelen.
Een zure rook
wordt overal naar buiten geblazen,
dun, als touw. En er beweegt nog iets anders – aaseters.

Zoals in de hel de duivels
misschien porren door onze ziel, naar restjes
van eetlust
om zich te herstellen,

zo lijken deze figuren
wanhopig rond te dwalen, in een eeuwigheid
waarin ze een eigenaardige sensatie
zouden kunnen vinden.

We stappen uit en lopen ook wat rond.
De stank is enorm,
blaast onze mond droog:
de tonnen rotte kranten, en grote ballen gras of stof …

En waar ik sta, met de luchtspiegeling van de stad voor ogen
realiseer ik me dat ik in de toekomst ben.
Dit is hoe die zal zijn als er geen mensen zijn.
Die zal bestaan uit dingen die hebben gewerkt.

Een arbeider hijst een niet-identificeerbare brei
op zijn vork, gooit hem in de vlammen:
er klapt iets
zoals de lap die wordt opgehouden in ‘Het vlot van de Medusa’.

We naderen een ander, door de rook
en even lijkt hij die demon met de vaarboom.
Het is een man die zijn ogen afveegt.
Iemand die hier werkt, moet huilen,

en zo praten we. De randen onder zijn ogen zijn nat
als een oester, en rood.
Alles wetend wat hij over ons weet,
hoe kan het dat hij mensen niet haat?

Terwijl ik verder loop, zie ik een oude radio die
zijn bungelende draden uitspuwt-
en ik realiseer me dat ergens de stemmen die hij ontving
nog steeds rondreizen,

wegglijdend, oplossend, rond de boog van het universum;
en met hen, het luide gelach en de Chopin
die het geluid was van de gordijnen die zich openden,
ooit, naar een kust van licht.

 

Vertaaald door Frans Roumen

 

Robert Gray (Port Macquarie, 23 februari 1945)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 24e februari ook mijn blog van 24 februari 2019 deel 1 en eveneens deel 2.

Etel Adnan

De Syrisch-Amerikaanse dichteres, essayiste en beeldend kunstenares Etel Adnanwerd op 24 februari 1925 in Beiroet, destijds de hoofdstad van Frans-Libanon, geboren. Haar moeder was een Grieks-orthodoxe vrouw uit Smyrna, terwijl haar vader een Turkse officier uit Damascus (Ottomaans Syrië) was. Haar ouders ontmoetten elkaar in Smyrna tijdens de Eerste Wereldoorlog, waar haar vader als gouverneur van Smyrna diende. Nadat het Ottomaanse Rijk was ingestort en Smyrna verbrand werd tijdens de bezetting, vluchtten haar ouders naar Beiroet. Adnan groeide op in Beiroet en sprak thuis Turks en Grieks, terwijl Arabisch de belangrijkste taal van de Libanese samenleving was. Ze kreeg onderwijs op Franse kloosterscholen en Frans werd de taal waarin ze haar vroege werk schreef. Ze studeerde later ook Engels, waardoor haar latere werk vooral in deze taal is geschreven. Ze volgde opleidingen aan de Universiteit van Parijs, Harvard en de Universiteit van Californië – Berkeley. In haar latere leven identificeerde Adnan zichzelf als lesbienne en verruilde Beiroet in de jaren tachtig samen met haar partner Simone Fattal (geb. 1942) voor Californië.In 2003 werd Adnan door het academische tijdschrift MELUS “de meest gevierde en ervaren Arabisch-Amerikaanse auteur die vandaag de dag schrijft” genoemd. Naast haar literaire output, bleef Adnan visuele werken produceren in verschillende media, zoals olieverfschilderijen, films en wandtapijten, die in galerieën over de hele wereld zijn tentoongesteld.In 2017 was het werk van Adnan opgenomen in ‘Making Space: Women Artists and Postwar Abstraction’, een groepstentoonstelling georganiseerd door het MoMA, die prominente kunstenaars samenbracht, waaronder Ruth Asawa, Gertrudes Altschul, Anni Albers, Magdalena Abakanowicz, Lygia Clark en Lygia Pape.

Uit: In the Heart of the Heart of Another Country

 To Be In A Time Of War

To say nothing, do nothing, mark time, to bend, to straighten up,
to blame oneself, to stand, to go toward the window,
to change one’s mind in the process, to return to one’s chair, to

stand again, to go to the bathroom, to close the door, to then open
the door, to go to the kitchen, to not eat nor drink, to return to
the table, to be bored, to take a few steps on the
rug, to come close to the chimney, to look at it, to find it dull,
to turn left until the main door, to come back to the
room, to hesitate, to go on, just a bit, a trifle, to stop, to
pull the right side of the curtain, then the other side, to stare
at the wall.

To look at the watch, the clock, the alarm clock, to listen to
the ticking, to think about it to look again, to go to the tap, to
open the refrigerator, to close it, to open the door, to feel the
cold, to close the door, to feel hungry, to wait, to wait for –
dinner time, to go to the kitchen, to reopen the fridge, to take
out the cheese, to open the drawer, to take out a knife, to carry
the cheese and enter the dining room, to rest the plate on the
table, to lay the table for one, to sit down, to cut the cheese in
four servings, to take a bite, to introduce the cheese in the ;
mouth, to chew and swallow, to forget to swallow, to day-dream,
to chew again, to go back to the kitchen, to wipe one’s mouth,
to wash one’s hands , to dry them, to put the cheese back into the
refrigerator, to close that door, to let go of the day.

To listen to the radio, to put it off, to walk a bit, to think,
to give up thinking, to look for the key, to wonder, to do nothing,

to regret the passing of time, to find a solution, to want to go to
the beach, to tell that the sun is coming down, to hurry, to go down
with the key, to open the car’s door, to sit, to pull in the door,
put in the key, turn it on, heat the engine, to listen, to make
sure nobody’s around, to pull back, to go ahead, to turn right, then
left, to drive straight on, to follow the road, to take many
curbs, to drive down the coast, look at the ocean, to admire it,
to feel happy, to go up the hill, to reach the other side, then
go straight, to stop, to make sure that the ocean has not disappeared,
to feel lucky, to stop the engine, to open the door, to exit, to
close the door, to look straight ahead, to appreciate the breeze,
to advance into the waves.

 

XLIV from The Arab Apocalypse

Where do you want ghosts to reside?
In our wakeful hours there are flowers which produce nightmares
We burned continents of silence the future of nations
the breathing of the fighters got thicker became like oxen’s

there is in that breath sparkles of scorched flesh and the fainting of stars

we crucify Gilgamesh on a TANK Viking II reaches Mars
Imam Ali dances over a nuclear blast
cursed are the clouds which repel water
cursed are the Arabs who fell tall and haggard eucalyptus trees

 

Etel Adnan (Beiroet, 24 februari 1925)