Arthur Quiller-Couch, Wilhelm Waiblinger, Voltaire, Franz Hessel

De Engelse schrijver en crticus Sir Arthur Thomas Quiller-Couch werd geboren op 21 november 1863 in Bodmin, Cornwall. Zie ook mijn blog van 21 november 2008 en ook mijn blog van 21 november 2009.

Uit: The Astonishing History of Troy Town

“Any news to-night?” asked Admiral Buzza, leading a trump.

“Hush, my love,” interposed his wife timidly, with a glance at the Vicar.  She liked to sit at her husband’s left, and laid her small cards before him as so many tributes to his greatness.

“I will not hush, Emily.  I repeat, is there any news to-night?”

Miss Limpenny, his hostess and vis-a-vis, finding the Admiral’s eye fierce upon her, coughed modestly and announced that twins had just arrived to the postmistress.  Her manner, as she said this, implied

that, for aught she knew, they had come with the letters.

The Vicar took the trick and gathered it up in silence.  He was a portly, antique gentleman, with a fine taste for scandal in its proper place, but disliked conversation during a rubber.

“Twins, eh?” growled the Admiral.  “Just what I expected.  She always was a wasteful woman.”

“My love!” expostulated his wife.  Miss Limpenny blushed.

“They’ll come to the workhouse,” he went on, “and serve him right for making such a marriage.”

“I have heard that his heart is in the right place,” pleaded Miss Limpenny, “but he used–“

“Eh, ma’am?”

“It’s of no consequence,” said Miss Limpenny, with becoming bashfulness.  “It’s only that he always used, in sorting his cards, to sit upon his trumps–that always seemed to me–“

“Just so,” replied the Admiral, “and now it’s twins.  Bless the man! what next?”

 

 

Arthur Quiller-Couch (21 november 1863 – 12 mei 1944)

 

 

 

De Duitse dichter en schrijver Wilhelm Friedrich Waiblinger werd geboren op 21 november 1804 in Heilbronn. Zie ook mijn blog van 21 november 2008 en ook mijn blog van 21 november 2009.

 

Der Abendstern

Alle Freud’ und Trauer, o du holdselig

Wesen, so voll züchtigen Lichts und süßer

Keuscher Klarheit, wohnet in dir, im sanften

Sterne der Liebe.

 

Schön warst du, wenn einsam der Dichter oftmals

Seines Baches Erlen entlang im Thale,

Ach mit düstrem Sinnen und namenloser

Sehnsucht gewandelt.

 

Schön warst du, als endlich dies Herz gestillt war,

Als ein Auge, schwarz wie des Himmels lautre

Tiefe Nacht, aufblickte mit mir zum lieben

Sterne der Liebe!

 

Schön warst du, als träumend mit großen Menschen

Großen Freunden, schwärmend in Vorgefühlen

Künft’gen Ruhms, das Auge voll Gluth in deinem

Strahle sich kühlte.

 

Schön warst du, als endlich mein Schicksal nahte.

Als ich mehr verlor, denn ein Mensch gewinnen

Kann, kehrt’ oft wehmüthig zurück im stillen

Sterne die Liebe.

 

Doch am schönsten dünkst du mir wohl vor Allem

Wenn ich oft im Schmerz und der Trauer meiner

Einsamkeit, in Schutt und in Säulentempeln

Heimathlich wandle,

 

Und zumal dein freundliches Licht des schwarzen

Colosseums Schauern, wie eine Seele

Ihrem Grab am Tag des Gerichts, entstrahlt, o

Stern du der Liebe.

 


Wilhelm Waiblinger (21 november 1804 – 17 januari 1830)

Heilbronn

 

 

De Franse schrijver Voltaire, (pseudoniem van François-Marie Arouet) werd werd op 21 november 1694 geboren in Parijs. Zie ook mijn blog van 21 november 2006 en ook mijn blog van 21 november 2007 en ook mijn blog van 21 november 2008 en ook mijn blog van 21 november 2009.

Uit: Candide of het Optimisme (Vertaald door M.J. Premsela)

 

‘Ja, mijnheer,’ zei de neger, ‘dat is zo het gebruik. Wij krijgen als enige kleding tweemaal per jaar een linnen broek. Als we werken in de suikerfabrieken en de molensteen onze vingers te pakken krijgt, snijden ze ons onze hand af; willen wij ontvluchten, dan zetten ze ons een been af; voor mij is het allebei het geval geweest. Dat is de prijs die wij betalen om jullie in Europa suiker te laten eten. En toch zei mijn moeder mij, toen ze mij op de kust van Guinea voor tien Patagonische daalders verkocht: “Mijne lieve jongen, zegen onze fetisjen, aanbid ze steeds, zij zullen je gelukkig laten leven, je hebt de eer, de slaaf te zijn van onze blanke meesters en maak daardoor je vader en moeder welvarend.” Helaas! Ik weet niet of ik hen welvarend heb gemaakt [maar zij hebben het mij niet gemaakt. De honden, de apen en de papegaaien zijn duizend keer minder ongelukkig dan wij.] De Hollandse fetisjen die mij bekeerd hebben, zeggen me elke zondag, dat wij allen kinderen van Adam zijn, zowel de blanken als zwarten. Ik ben geen stamboomkundige, maar als de predikers de waarheid spreken, zijn we alle volle neven van elkaar. Nu, ge zult moeten toegeven, dat men niet gruwelijker jegens zijn naaste bloedverwant zou kunnen optreden.’

 

 

Voltaire (21 november 1694 – 30 mei 1778)

Portret door Nicolas de Largillière, 1718

 

 

De Duitse schrijver en vertaler Franz Hessel werd geboren op 21 november 1880 in Stettin. Zie ook mijn blog van 21 november 2006 en ook mijn blog van 21 november 2008 en ook mijn blog van 21 november 2009.

Uit: Spazieren in Berlin

“Langsam durch belebte Straßen zu gehen, ist ein besonderes Vergnügen. Man wird überspült von der Eile der anderen, es ist ein Bad in der Brandung. Aber meine lieben Berliner Mitbürger machen einem das nicht leicht. Wenn man ihnen auch noch so geschickt ausweicht. Ich bekomme misstrauische Blicke ab, wenn ich versuche, zwischen den Geschäftigen zu flanieren. Ich glaube, man hält mich für einen Taschendieb”

 

Franz Hessel (21 november 1880 – 6 januari 1941)