Pjeroo Roobjee

De Vlaamse schrijver, schilder, tekenaar, graficus, causeur, auteur, theatermaker, entertainer en zanger Pjeroo Roobjee (pseudoniem van Dirk De Vilder) werd geboren in Gent, op 7 februari 1945. Hij volgde lessen schilderkunst, tekenkunst en graveren aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van zijn geboortestad en aan de voorbereidende afdeling van de Rijksacademie te Amsterdam. Hij is de vader van Thuis-actrice Merel De Vilder Robier. Zijn plastische zowel als zijn literaire bezigheden werden meermaals bekroond. Zo werd hij menig keer onderscheiden in de Prix de la Jeune Peinture, werd hij laureaat van de Leo J. Krynprijs voor zijn debuutroman “De Nachtschrijver” en ontving hij in 1984 de Eugène Baie-prijs. In 1994 werd hem de Louis Paul Boonprijs toegekend, in 1998 werd hij bekroond met de Arkprijs van het Vrije Woord en in 2004 werd hij laureaat van de Cultuurprijs van de stad Gent voor zijn literair werk.

Uit: Een mismaakt gouvernement

‘‘Loris, mijn best oud paard, hoeveel jaren telt gij eigenlijk?’
‘lk? lk verklap mijn leeftijd niet gaarne. Laat ons bij wijze van spreken zeggen dat ik al een aantal keren naar het stembureau ben mogen gaan om er voor een president te kiezen.’
‘En ge schijt nog altijd in uw pampers voor mama en haar reprimandes. Maarjongen toch!’
‘Wat wilt ge, mama is 20 broos en brekelijk, zij Ieeft zo verre van onze generatie verwijderd, dat soort van dingen daarbinnen in die koffer, ze zijn haar zo onbekend, zo heeltemaal buiten het nabuurschap van haar bed…‘
‘Moet haar niet voor onnozel verslijten, dat moederken van u, zij is geen non. Zij weet maar al te wel wat er zich tussen haar dijen bevindt en zij moet zich daar in betere tijden hebben bevingerd zoals iedere spleetbewuste signora die ooit in de appel heeft gebeten.’
‘O! Edwin!’
‘En dan? ls zulk een gedachte nooit eerder bij u opgekomen?’
‘Wat voor een plezier vindt ge erin, Edwin, om mij dusdanig te choqueren? Waarom wilt gij mij gelijk een slechte jongen zoveel pijn doen?!‘
‘Allez, toont ze mij nu, die leutige prentjes van u.’
De edelman opende in vliegende vaart de handkoffer en liet de inhoud ternederdwarrelen. Een cascade van op de platte erotiek betrekking hebbende revues bereikte het karpet van voorwereldlijke wol.
Tot zijn verrassing moest de zoon van dokter Mouriau vaststellen dat de magazines in hoofdzaak mannelijke geslachtsdelen van alle rassen en vele nationaliteiten tentoonspreidden en viriel groepswerk etaleerden in standjes die iedere twijfel wegnamen omtrent de vleselijke gezindheid van
Nolla d’Averulle haar wettige hemelbedgenoot.”

 
Pjeroo Roobjee (Gent, 7 februari 1945)