Arnon Grunberg, Paul van Ostaijen, Hugo Ball, Danilo Kiš, Sean O’Faolain, Jane Bowles, Ishmael Reed

De Nederlandse schrijver Arnon Grunberg werd geboren in Amsterdam op 22 februari 1971. Zie ook alle tags voor Arnon Grunberg op dit blog.

Uit: Apocalyps

“Als kind heb ik veel in de zon gezeten. Mijn vader runde een vakantiepark (met bungalows, zwembad, restaurant en disco) aan het Gardameer. De zomers bracht ik door bij het zwembad. Toen ik oud genoeg was werkte ik in de keuken of ik hielp mee ijs te verkopen aan de bar naast het zwembad, waar we ook cocktails verkochten en snacks, maar ijs scheppen vond ik het leukst. Ik ontdekte al vroeg mijn commerciële talenten, de verkoop lag mij. Mijn ouders stimuleerden mijn commerciële talenten, zij het op speelse wijze. Er lag geen grote druk op mij. Als ik veel ijs had verkocht kreeg ik een cadeautje, een autootje, een voetbal, of ik mocht extra lang opblijven. Ik heb veel geknikkerd.
Vooral mijn vader was gelovig, hij was een fanatieke kerkganger, maar toen ik hem vertelde dat ik echt geen misdienaar meer wilde zijn knikte hij, verder zei hij niets. Ik heb een jongere broer. Met hem had ik weinig contact, hij hield niet van de zon, hij zat veel binnen. We gingen elkaar uit de weg.
Ik werd naar een internationale school gestuurd. In feite ben ik drietalig opgevoed: Nederlands, de taal van mijn ouders, Engels, de taal die op de internationale school werd gesproken, en Italiaans, de taal van het land waar ik mijn jeugd doorbracht en waar ik mijn commerciële talenten heb kunnen ontwikkelen.
Voor zover een jeugd zorgeloos kan zijn was de mijne zorgeloos. Mijn moeder overleed vrij jong, op mijn zestiende, toen was mijn jeugd feitelijk al voorbij.
Het lag voor de hand dat ik mijn commerciële talenten zou uitbuiten en in de verkoop zou gaan, maar ik besloot fysiotherapeut te worden. Het werken met lichamen trok me uiteindelijk meer dan de verkoop. Mijn halve jeugd heb ik halfnaakte mensen gezien, ik heb de mens leren kennen in zwemkleding. De scheiding tussen lichaam en ziel ervaar ik als iets onnatuurlijks, het lichaam ís de ziel. De fysiotherapie leek mij een natuurlijk vervolg op mijn jeugd aan het Gardameer. Stiekem was ik altijd al fysiotherapeut geweest.
In de winter ging het vakantiepark dicht, mijn vader richtte zich dan op het exporteren van Italiaanse olijfolie en wijnen naar Nederland. Ook hij had commerciële aanleg. Om van je naaste te kunnen houden als van jezelf moest je volgens mijn vader voldoende geld op je bankrekening hebben staan. Voor mij waren de winters een wachtkamer. Het leven begon pas weer als ik in mijn zwembroek langs de badgasten kon paraderen en als ik ze hoorde fluisteren: ‘Dat is de zoon van de eigenaar,’ dan was ik gelukkig.”

 

 
Arnon Grunberg (Amsterdam, 22 februari 1971)

 

De Vlaamse dichter en schrijver Paul van Ostaijen werd geboren in Antwerpen op 22 februari 1896. Zie ook alle tags voor Paul van Ostaijen op dit blog.

 

Herfstlandschap

In de mist is trage een os met een ossenwagen
stappend naast de mist nooit mist zijn maat
de os van de ossenwagen
Uit de mist in de mist met de hortende wagen
dut de wagenvoerder zich niet vast
in een spoorloze slaap

Achter aan de wagen drijft lantaarnlicht
een geringe wig van klaarte in de donkerdiepstraat

 

Ik sta nu eenmaal voorbij de grens…

Ik sta nu eenmaal voorbij de grens,
Aan dewelke ieder normaal mens
Moet stilstand houden.
Een vriend heeft me onlangs verweten,
Dat ik buiten het normale, – volgens hem het goede – ben getreden.
Maar het lot, – of wie? – heeft het zo gewild,
Want het heeft mij het ongewone voorbehouden.
Niet ik ben ongewoon, maar wel mijn levenslot.
Bij mijn vrienden heb ik steeds het grootste verlangen gekend
Om een schone liefde, in de nieuwe Lente.

Maar mijn liefde ontstond
Op een Herfstavond,
Mijn grote liefde, even buiten de stad,
In het wijde park, toen het door de mensen, – de gewone dan? –
gans verlaten was.
Mijn liefde groeide sterk in de koude Winter, –
Enkel zeer mooie bloemen groeien dan. –
Daarom is mijn liefde ook oneindig schoon,
Al is zij, – ’t spijt mijn vriend misschien, – ook ongewoon.

 

Wiegeliedje voor de geliefde

Dat trage zich toevouwen je oogleden,
te dragen het loom fluweel van onze nacht.

Onze dag is geweest als bange blanke vazen, die waren blij
de bloemen van ons liefdespel te scharen rei aan rei.

Nu zal je slapem, mijn teergeliefde kind,
want morgen moet je de ogen openen: ’n zeer fris blad dat beeft in morgenwind.

Nu zal je slapen, mijn zachte kind, in de kuil van je haren;
straks is het dag, dan moeten wij weer tuilen lezen gaan

Morgen zal er uit het Oosten ’n koning komen, met nieuwe bruidskleren voor ons beiden;
hem zullen wij, arm in arm, als kinderen in het woud, verbeiden.

Knijp nu je ogen dicht, mijn luie luipaard
en strek je heupen naar je lust. Ach du… du.

 

 
Paul van Ostaijen (22 februari 1896 – 18 maart 1928)
Portret door Floris Jespers, 1928

 

De Duitse dichter en schrijver Hugo Ball werd geboren op 22 februari 1886 in Pirmasens. Zie ook alle tags voor Hugo Ball op dit blog.

 

Noch mischt sich das Gold unsrer Augen

Noch mischt sich das Gold unsrer Augen
Noch fällt ein scheuer Strahl
Auf die lächelnde Madonna
Im sanften Saal.

Noch öffnen sich unsere Arme
Beim Kommen und Gehen weit
Und unsere leuchtenden Herzen
Tragen wir über dem Kleid.

Und alle Liebesglocken
Hängen uns noch im Ohr.
Es fallen und steigen die Locken
Im Engelchor.

Und im tiefgrünen Raume,
Da tanzet unser Kind.
Es wiegt sich auf den Zehen
Und hebet sein Röcklein lind.

Und über unserem Garten
Glänzet der Lilienschnee
Es spiegeln die weißen Flammen
Sich zart im blauen See …

Noch sind unsere Hände verschlungen
Noch schluchzen die Vögel leis
Und mit den seligsten Tränen
Füllt sich der Zauberkreis …

 

Karawane

jolifanto bambla o falli bambla
großgiga m’pfa habla horem
egiga goramen
higo bloiko russula huju
hollaka hollala
anlogo bung
blago bung blago bung
bosso fataka
ü üü ü
schampa wulla wussa olobo
hej tatta gorem
eschige zunbada
wulubu ssubudu uluwu ssubudu
tumba ba-umf
kusa gauma
ba – umf

 

 
Hugo Ball (22 februari 1886 – 14 september 1927)
Hugo Ball bij de voordracht van klankgedichten

 

De Servische schrijver Danilo Kiš werd geboren op 22 febrari 1935 in Subotica. Zie ook alle tags voor Danilo Kiš op dit blog.

Uit: The Attic (Vertaald door John K. Cox)

“Back at the time I think I first met her, I was feverishly demanding answers from life, and so I was completely caught up in myself—that is, caught up in the vital issues of existence.
Here are some of the questions to which I was seeking answers:
—the issue of the organic exchange of matter and
—the issue of nourishment
—metempsychosis
—life on other planets and
—out in space
—the age of the earth
—the difference between culture and civilization
—the race issue
—apoliticism or engagement
—kindness or heedlessness
—Superman or Everyman
—idealism or materialism
—Don Quixote or Sancho Panza
—Hamlet or Don Juan
—pessimism or optimism
—death or suicide
and so on and so forth.
These problems and a dozen more like them stood before me like an army of moody and taciturn sphinxes. And so, right when I had reached issue number nine—the issue of nourishment—after having solved the first eight problems in one fashion or another, the last addition to the list turned up: the question of love . . .”

 

 
Danilo Kiš (22 februari 1935 – 15 oktober 1989) 
Portret door Ratko Soc, z.j.

 

De Ierse schrijver Sean O’Faolain werd geboren op 22 februari 1900 in Cork. Zie ook alle tags voor Sean O’Faolain op dit blog.

Uit: The Faithless Wife

“Adding it all up (he was a persistent adder-upper” only one problem had so far defeated him: that he was a foreigner and did not know what sort of woman Irish women are. It was not as if he had not done his systematic best to find out, beginning with a course of reading through the novels of her country. A vain exercise. With the exception of the Molly Bloom of James Joyce the Irish Novel had not only failed to present him with any fascinating woman but it had presented him with, in his sense of the word, no woman at all.
(…)

“…half savage Brueghelesque peasants, or urban petite functionnaires drunk on religion, patriotism, or undiluted whiskey or taking flight to England..pastoral humbuggery or at its best pastoral lyricism.  As for Molly Bloom!  He enjoyed the smell of every kissable pore of her voluptuous body without for one moment believing she ever existed. James Joyce in drag.”

 

 
Sean O’Faolain (22 februari 1900 – 20 april 1991)

 

De Amerikaanse schrijfster Jane Bowles werd als Jane Auer geboren op 22 februari 1917 in New York. Zie ook alle tags voor Jane Bowles op dit blog.

Uit: Two Serious Ladies

“Like most people, you are not able to face more than one fear during your lifetime. You also spend your life fleeing from your first fear towards your first hope. Be careful that you do not, through your own wiliness, end up always in the same position in which you began. I do not advise you to spend your life surrounding yourself with those things which you term necessary to your existence, regardless of whether or not they are objectively interesting in themselves or even to your own particular intellect. I believe sincerely that only those men who reach the stage where it is possible for them to combat a second tragedy within themselves, and not the first over and over again, are worthy of being called mature. When you think someone is going ahead, make sure that he is not really standing still. In order to go ahead, you must leave things behind which most people are unwilling to do. Your first pain, you carry it with you like a lodestone in your breast because all tenderness will come from there. You must carry it with you through your whole life but you must not circle around it. You must give up the search for those symbols which only serve to hide its face from you. You will have the illusion that they are disparate and manifold but they are always the same. if you are only interested in a bearable life, perhaps this letter does not concern you. For god’s sake, a ship leaving port is still a wonderful thing to see.”

 

 
Jane Bowles (22 februari 1917 – 4 mei 1973)
Cover

 

De Afro-Amerikaanse dichter, schrijver en essayist Ishmael Scott Reed werd geboren op 22 februari 1938 in Chattanooga, Tennessee. Zie ook alle tags voor Ishmael Reed op dit blog.

 

A Secretery Of Spirits

The following minutes were
logged by this Secretary to
the Spirits during the last five
years which have occasionally been
like a devil woman on a heart

Sometimes I felt
only a beetle could inch up
from this situation
Y’awl know what I mean

I am no bettle
not even a bishop
got 90% wrong on the priest’s
exam
Scared of snakes

Just a red baboon with the
hurricane’s eye
got up sometimes in a Businessman’s
three-piece
Mostly an errand boy for the spirits
It’s honest Work
You can even come by promotions
I’ll rise or
maybe grow up even

I hail from a long line of
risers
like Grand ma ma, old oak
off on a new path
she sculpts from the clay

 

 
Ishmael Reed (Chattanooga, 22 februari 1938)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 22e februari ook mijn vorige blog van vandaag.