De Italiaanse schrijver, scenarist en journalist Domenico Starnone werd geboren op 15 februari 1943 in Saviano, nabij Napels. Hij heeft voor verschillende kranten en tijdschriften gewerkt en schreef meestal over zijn periode als leraar. In 2006 gingen er al geruchten dat Starnone de succesvolle schrijfster Elena Ferrante is. Starnone heeft evenwel altijd ontkend. Starnone is getrouwd met Anita Raja, een literaire vertaler die in 2016 door een Italiaanse journalist op grond van de geldstromen werd aangewezen als de persoon achter het pseudoniem. In 2017 kwam op grond van tekstanalyse het bewijs dat hij toch achter het pseudoniem Elena Ferrante schuil gaat. Zie ook mijn blog van 1 juni 2017.
Uit: Strikken
“Misschien ben jij het vergeten, waarde heer, maar ik zal je eraan helpen herinneren: ik ben je vrouw. Ja, ik weet dat je dat vroeger leuk vond, en dat het je nu ineens irriteert. Ik weet dat je doet alsof ik niet besta en nooit bestaan heb omdat je geen slecht figuur wilt slaan bij de uiterst beschaafde mensen met wie je omgaat. Ik weet dat een geregeld leven leiden, op tijd thuis moeten zijn voor het eten en alleen met mij vrijen en niet met wie je maar wilt je het gevoel geven dat je een lulletje rozenwater bent. Ik weet dat je het gênant vindt om te zeggen: Luister, ik ben op ii oktober 1962 getrouwd, op mijn tweeëntwintigste; luister, ik heb ja gezegd voor een priester, in een kerk in de wijk Stella, en dat deed ik alleen maar uit liefde, het was geen moetje of zo; luister, ik heb mijn verantwoordelijkheden, en als jullie niet snappen wat dat betekent zijn jullie een stelletje stumperds. Dat weet ik, dat weet ik maar al te goed. Maar of je het wilt of niet, het is zoals het is: ik ben jouw vrouw en jij bent mijn man, we zijn twaalfjaar getrouwd — in oktober twaalfjaar — en we hebben twee kinderen; Sandro is in 1965 geboren en Anna in 1969. Moet ik je hun geboorteaktes laten zien om je tot bezinning te laten komen? Genoeg, sorry, ik overdrijf. Ik ken je, ik weet dat je een fatsoenlijk mens bent. Maar alsjeblieft, kom zodra je deze brief leest naar huis. Of als je daar nog niet aan toe bent, schrijf me dan om uit te leggen wat je doormaakt. Ik zal proberen het te begrijpen, dat beloof ik. Het is me alvast duidelijk dat je behoefte hebt aan meer vrijheid, en dat is terecht, je kinderen en ik zullen proberen zo min mogelijk op je te leunen. Maar ik wil wel tot in detail weten wat er speelt tussen jou en dat meisje. We zijn nu al zes dagen verder en je hebt niet gebeld, niet geschreven, je gezicht niet laten zien. Sandro vraagt naar je, Anna wil haar haren niet wassen omdat volgens haar niemand het zo goed kan drogen als jij. En je moet me niet alleen maar bezweren dat die mevrouw of juffrouw je niet interesseert, dat je haar niet meer zult zien, dat ze niets voorstelt, dat ze alleen maar het gevolg was van een crisis die al heel lang bij je sudderde. Je moet me vertellen hoe oud ze is, hoe ze heet, of ze studeert, of ze werkt, of ze niks doet. Ik wed dat zij jou als eerste heeft gezoend. Jij bent niet in staat om het initiatief te nemen, dat weet ik, jij wordt ergens in meegesleurd of je doet niks. En nu ben je als versuft, ik zag de blik wel waarmee je tegen me zei: Ik heb iets met een ander gehad. Wil je weten wat ik denk? Ik denk dat het nog niet tot je doordringt wat je me hebt aangedaan. Begrijp je wel dat het voor mij voelt alsof je je hand in mijn keel hebt gestoken en net zolang bent blijven trekken en trekken, tot je mijn hart uit mijn borst rukte?”
Domenico Starnone (Saviano, 15 februari 1943)