Frans Kellendonk, Dionne Brand

De Nederlandse schrijver en vertaler Frans Kellendonk werd geboren in Nijmegen op 7 januari 1951. Zie ook alle tags voor Frans Kellendonk op dit blog.

Uit: Mystiek Lichaam 

“Zijn rijkdom was iets ongrijpbaars. Rijkdom was iets in je hoofd, het was zinloos die vast te willen leggen op papier. Uiteindelijk was zijn rijkdom zijn gevoel over zichzelf.
Het hoofd van Gijselhart vertaalde bezittingen in geld, geld in bezittingen, de getallen erin waren voortdurend op drift, ze dijden optimistisch uit, krompen somber ineen, en de oude lippen bootsten die bewegingen na. De laatste tijd voelde Gijselhart zich overwegend arm, de slakken lagen uitgedroogd tegen elkaar aangekruld. Zijn bezit bestond uit vastgoed her en der in de stad, tien kilometer verderop – oude woningen en drie terreinen met autostallingen. Een zekerder belegging dan vastgoed was er niet, zijns inziens, maar daken gingen lekken, er braken brandjes uit, de garagedeuren liepen om de zoveel tijd van hun katrollen, op de meest ongelegen momenten stuurde de gemeente je aanschrijvingen. De helft van de week was hij op karwei om die euvels te verhelpen. Hij werd te oud voor dat werk. Soms stootte hij een pand af, na lang delibereren. Een maand later had hij toch weer een ander ervoor in de plaats gekocht. De loods achter zijn huis was volgestouwd met oud ijzer en sloopmetalen, die elke dag van waarde veranderden, als je de markttabellen in de krant mocht geloven. Vijfentwintig jaar had hij aan die schrootberg gebouwd. Als je het erts erbij dacht waaruit de metalen gewonnen waren, en de grond die ervoor was afgegraven, dan moest het de hoogste berg van Nederland zijn. En toch was de berg voor zijn gevoel vaak niet hoger dan een molshoop. Alles lag door elkaar, koper, lood, zink, ferro en non-ferro. Hij had er leidingbuizen van koper en lood, dubbelzwaar door de aangekoekte cement, een grote partij groen bladkoper dat van een kerkkoepel gesloopt was, een bronzen scheepsschroef, ijzeren potkachels, accu’s, regenpijpen en zinken gootbekleding, stroken zink in lubben gevouwen en samengeperst, maar ook traploperroeden van messing, deurklinken, kandelaars, tussen het gras gevonden patroonhulzen, stukjes koperdraad opgeraapt achter de electricien.
Nooit had hij er een gram van verkocht. Wie weet was de hele handel geen rooie cent waard, dan zou het uit zijn met zijn spelletje solitaire. Hij wist niet hoe zwaar de berg was. Hij wilde het ook niet weten. ‘Een berg’ of ‘ik weet niet hoeveel ton’, dat was de maat die hij hanteerde wanneer hij de koersen van de London Metal Exchange doorlas en het schroot omsmolt tot spijs voor zijn fantasie.
Lood en zink brachten niet veel meer op tegenwoordig. Het allesverziekende communisme dumpte die metalen op de markten van het westen, door een gat in het ijzeren gordijn. In de bouw werden ze bovendien nauwelijks meer gebruikt. Maar koper was nog steeds goed aan de prijs. Hij smolt het koper om tot een spiegel waarin hij zich een Guggenheim of Van Saxen-Coburg kon wanen. Wie zich in koper spiegelt, spiegelt zich zacht. Venus had zich in koper gespiegeld toen ze bij Cyprus uit zee was gekomen.”

 

Frans Kellendonk (7 januari 1951 – 15 februari 1990)

 

De Canadese dichteres en schrijfster Dionne Brand werd geboren op 7 januari 1953 op Trinidad. Zie ook alle tags voor Dionne Brand op dit blog.

 

Dorstig

I

Deze stad is schoonheid
onbreekbaar en verliefd als oogleden,
in de straten, druk met heftige vaarwels,
ondergedompelde landingen,
Ik ben onschuldig als drempels
en verpletterde nachtvogels, smoorverliefd,
als lege liften

laat me deuropeningen aankondigen,
hoeken, achtervolging, laat me zeggen
hier staand in wimpers, in
onzichtbare borsten, in het krimpende meer
in de kleine winkeltjes van onware herinneringen,
het broze, afgeknabbelde leven dat we leiden,
ik word vastgehouden en vastgehouden

doet de aanraking van alles me blozen,
duiven en beschadigde jongens,
halfdode uren, blinde muzikanten,
onduidelijke vrouwen in bont en blauwe jurken
zelfs de gewone mannen in grijs pak met verschrikkelijke
koffers, hoe komt dat, hoe komt dat
dat Ik niets zo intiem verwacht als geschiedenis

had ik een ander leven gehad
verstoken van deze omhelzing met gebroken dingen,
iriserende aderen, extatische kogels, kleine scheurtjes
in de hersenen, zou ik deze specifieke feiten kennen,
hoe een zin een wang schramt hoe water
de liefde uitdroogt, dit, een gedachte zo terloops
als elke seconde een adem uitblaast

en dit, we ontmoeten elkaar in zorgeloze tussenpozen,
in koffiebars, benzinestations, in kunstmatige
gesprekken, loterijen, onvertaalbare
monden, in versies van wat we kunnen zijn,
een trilling van de hand in de realisatie
van eindes, een vluchtige tranenvloed
op de huid, het gretige loslaten in haast.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Dionne Brand (Trinidad, 7 januari 1953)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 7e januari ook mijn blog van 7 januari 2022 en ook mijn blog van 7 januari 2019 en ook mijn blog van 7 januari 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *