Harry M. P. van de Vijfeijke

De Nederlandse dichter Harry M.P. van de Vijfeijke werd geboren op 26 oktober 1946 in Waalre. In 1965 deed hij eindexamen gymnasium B in Stevensbeek, om vervolgens in Nijmegen psychlogie te studeren. In 1973 studeerde hij af. Vervolgens werkte hij o.a. als sociotherapeut in Overwaal in Lent, als titelbeschrijver in de Koninklijke Bibliotheek ’s-Gravenhage en als docent psychologie aan de Hogeschool Arnhem en Nijmegen. Van de Vijfeijke speelde ook toneel. in 1984 resp. 1985 speelde hij met de Nijmeegse Theatergroep Kadans de voorstellingen: “De Goede mens van Sezuan” van Bertolt Brecht en “De Fysici” van Friedrich Dürrenmatt. Hij verfilmde mede de novelle “Veertig” van Kees van Kooten. In 1985 begon hij met het schrijven en publiceren van gedichten. Hij debuteerde in “Nijmeegse Inkt III” in 1986. Vervolgens publiceerde hij regelmatig in het tijdschrift Jambe en in bloemlezingen van het tijdschrift Jambe. In 1995 rondde hij de postdoctorale opleiding tot gedragstherapeut af in 1995 en in 2010 voltooide hij de studie filosofie (Bachelor of Arts).Momenteel verzorgt hij o.a. columns/lezersreacties voor de website van Boekhandel Roelants/vh de Oude Mol over de onderwerpen Psychologie, Filosofie, Beeldende Kunst en Literatuur.

Te laat voor alles

Te laat voor alles, op tijd slik ik
de duivel in. Er moet een taal die redt
te spreken zijn. Ik zoek op mijn taalplein
klein gewin.

In het met kracht van opwekken spreken.
In het richten van de blik op dingen die opblinken.
Meisjes, glans, en jongens, bal,
twee goedgebekte lijsters die wat drinken.

In het vinden van de zin
die in een adem, gaaf en glijdend,
meesluipt met de opening.

Ik reik naar een gedicht,
mijn tong beweegt licht golvend,
iets luider en ik zing.

 

Stedeling

Geen stad die op mij let,
ik kan er sluipen. Geen schijnvertrek
dat mij naar binnen trekt. Ik weet van de schijn
en ken de luiken. Geen stedeling die mij belet,
ik schep meer dan voorheen, nood aan de ruimte.

Men zal hebben gezegd:met een glimlach
groette hij, stelde belang.
Op eigen wijze deed hij dat,
waar hij ging, ging hij rechtop, oprecht zijn gang.

Hij liep wat rond, een spel, wisselde hier
en daar wat woorden tot gedicht.
Men zal hebben gezegd:
in samenhang met wie hij was.

 
Harry M.P. van de Vijfeijke (Waalre, 26 oktober 1946)