Hovhannes Shiraz, August Becker, Astrid Roemer, Jules Lemaître, Mary Wollstonecraft, Hans Bemmann

De Armeense dichter Hovhannes Shiraz werd geboren op 27 april 1915 in Alexandropol in het toenmalige Russische rijk (tegenwoordig Gyumri). Zie ook mijn blog van 27 april 2009.

 

Will

 

My son, what shall I will you, what shall I will you, my dear,
That you may remember me in coming sorrow or cheer?
I’ve no treasures, what treasure, treasure’s the light of my eyes,
Only you are my treasure, you treasure of my treasures.
I want to will such treasure for you as your father that
In any other country to will a father cannot;
I am willing that to you which in our great century
Small men have imprisoned and also chained in the clouds;
I will you our mountain so that you take it from black cloud
And bring it home carrying it with our spotless justice,
So that you may throw my dear, even with your poor small paw,
To our side our mountain that’s your justice’s sea of strength,
And when you bring it, my dear, take my heart out of my tomb,
And toward the free above rise and take with you my heart,
And bury my heart under the snows of Mount Ararat,
So that in my tomb as well it won’t be cold from the fire of longing for centuries.

 

I will you Mount Ararat, that you may keep for ever,
As our language and also as your father’s home’s pillar.

 

 

Vertaald door Shant Norashkharian

 

Shiraz

Hovhannes Shiraz (27 april 1915 – 14 maart 1984)
Boekomslag

 

De Duitse schrijver August Becker werd geboren op 27 april 1828 in Klingenmünster. Zie ook mijn blog van 27 april 2009.

 

Uit: Es geht um

 

»Hol’ doch ein Glas Wein!« sagte Juliane zu ihrer Tochter. »Sie, Herr Kontrolleur, kennen ja den Herrn Doktor und werden doch nicht, ohne etwas genossen zu haben, fortgehen! Wollen die Herren einstweilen Platz nehmen?« Und während der Kontrolleur mit dem Doktor in der Tat der Einladung Folge leistete, eilte Susel mit dem Kellerschlüssel und einer reingeschwenkten Weinflasche hinunter, um am messingnen »Hahnen« des Zweifuderfasses einen feinen, gastlichen Trunk zu zapfen, indes auch die Mutter, mit Messer und Teller klappernd, sich an der Schublade d
es Eckschrankes zu schaffen machte und dann ein- und ausging, um etwas zum »Knuspern« für ihre Gäste zu besorgen, die nun auf eine kurze Weile allein in der Stube einander gegenübersaßen.

»Merkwürdig!« murmelte der Kontrolleur, während er wieder starr in die Ecke sah, wo der Uhrkasten stand, als ob er sich überzeugen wolle, wieviel Uhr es sei. »Sehr merkwürdig!«

Doktor Flax sah ihn an. Da er aber weder eine besondere Verwirrung noch Verlegenheit an seinem Gegenüber bemerkte, sondern nur eine fast erstarrende Verwunderung, die mit fortgesetztem Kopfzerbrechen über einen vorgekommenen befremdlichen Fall verbunden schien, fragte er: »Sie haben wohl unerwartet eine tiefsinnige Entdeckung gemacht, Herr Kontrolleur? He? Oder sollten Sie etwa mit einem Korbe bedacht worden sein?«

»Korb? Nein, von einem Korb kann doch im Grunde nicht die Rede sein. Ein wirklicher Korb war es nicht.«

»Bin überzeugt, kein Kartoffel- oder Waschkorb, bin überzeugt«, bemerkte Doktor Flax. »Drum getrost, lieber Kontrolleur, getrost – Ihren Freunden, dem Provisor und dem Schreiber, ging’s auch nicht besser. Aber konnten Sie nicht vorher wissen, daß Sie abfahren? Na, nur nicht gleich aufgebraust! Ein anständiger junger, Mann, ein feiner junger Mann, ein gebildeter junger Mann, wie Sie…«

 

August_Becker_01

August Becker (27 april 1828 – 23 maart 1891)

 

De Surinaamse schrijfster Astrid Roemer werd in Paramaribo geboren op 27 april 1947. Zie ook mijn blog van 27 april 2007 en ook mijn blog van 27 april 2008 en ook mijn blog van 27 april 2009.

 

Uit: Lola of het lied van de lente

 

„Met gesloten ogen luistert ze naar de stem van een man die probeert uit te leggen dat hij dringend hulp nodig heeft – ze kan horen dat hij in paniek is. Dat het geen landgenoot van haar is blijkt uit de schroom waarmee hij zijn kwestie probeert aan te geven. Ze slaat de agenda open en nodigt hem naar haar spreekuur uit; ze noteert zijn naam en het telefoonnummer van zijn werk. Dat geeft hem blijkbaar houvast want hij struikelt niet meer over zijn woorden en hangt in kreten die een groet moeten voorstellen op.

Met nog een blik naar de spreektafel en over de rest van het interieur – en met een volslagen niets betekenende zucht loopt ze naar de keuken. Ze zet water op. Ze rangschikt een paar kopjes en schotels op een koperen serveerblad. Ze hangt een theebuiltje van een overbekend merk in de vierkantige pot van helder glas. Dan gaat ze met de billen tegen een kast aan staan wachten tot de ketel zal fluiten.

Ze heeft tegen haar zoon gezegd dat ze wil ophouden met het vak – en of hij er misschien belangstelling voor heeft; tenslotte heeft hij jarenlang de leiding gehad over een stichting en in die hoedanigheid heel veel landgenoten echt uit de problemen geholpen. Maar Armand heeft haar helemaal laten uitpraten – en toen zij zweeg heeft hij het hoofd geschud; geen argument, geen verontschuldiging. Niets dan alleen het verbeten geschud van het hoofd waar zij haar kennis en vaardigheden aan wil overdragen. Een heel jaar is voorbijgegaan zonder dat hij zelfs één opmerking heeft gemaakt die sloeg op dat gesprek. En toen ze plannen maakte om naar Zanderij af te reizen, om in elk geval dáár de zaak te gaan afronden, heeft hij meteen voorgesteld de vliegreis te betalen -.“

 

Roemer

Astrid Roemer (Paramaribo, 27 april 1947)

 

De Franse schrijver en dichter Jules Lemaître werd geboren op 27 april 1853 in Vennecy, Loiret. Zie ook mijn blog van 27 februari 2007 en ook mijn blog van 27 april 2009.

Uit: Les Contemporains (Horace)

 

La malchance d’Horace, c’est d’avoir été, pour quelques chansons bachiques et quelques développements de philosophie bourgeoise, accaparé par les chansonniers et par les vieux messieurs des académies provinciales de jadis.

Grâce à quoi, on l’a enfin pris lui-même tantôt pour un membre du Caveau et tantôt pour un vieux monsieur dans le genre du regretté Camille Doucet. Or cela est absurde, et jamais on ne vit maître plus différent des disciples qu’il eut à subir.

Car, d’abord rien n’est moins « artiste » qu’un membre de la Lice chansonnière et il se pourrait qu’Horace fût dans ses vers lyriques le plus purement artiste des poètes latins. Ses Odes sont, à la vérité, des odelettes parnassiennes. Savantes et serrées, d’une extrême beauté pittoresque et plastique, elles n’ont pas grand’chose de commun, à coup sûr avec les chansons de Béranger. Et les vers des Satires et des Epîtres ne ressemblent guère, davantage à ceux d’un Andrieux ou d’un Viennet. Ils rappelleraient plutôt, par la liberté et l’ingénieuse dislocation du rythme, les fantaisies prosodiques de Mardoche ou d’Albertus ; je parle sérieusement.

Joignez qu’Horace a, le premier, introduit dans la poésie latine les plus belles variétés de strophes grecques, sans compter certaines combinaisons de vers qui lui sont, je crois, personnelles. En sorte qu’il fait songer à Ronsard infiniment plus qu’à Boileau.

Secondement, il n’est pas d’animal plus timide ni plus esclave de la tradition qu’un chansonnier gaulois ou un retraité qui traduit Horace. Or le véritable Horace fut, en littérature, le plus hardi des révolutionnaires. Il traita les Ennius. les Lucilius et les Plaute comme Ronsard et ses amis traitèrent les Marot, les Saint-Gelais et les auteurs de « farces »et de « mystères. » D’esprit plus libre, d’ailleurs, que les poètes de la Pléiade, Horace fut, à tort ou à raison, ce que nous appellerions aujourd’hui un enragé moderniste. O imitatores, servum pecus! et Nullius addictus jurare in verba magistri, sont des mots essentiellement horatiens.“

 

jules-lemaitre

Jules Lemaître (27 april 1853 – 5 augustus 1914)

 

De Engelse schrijfster en feministe Mary Wollstonecraft werd geboren in Hoxton (nu Londen) op 27 april 1759. Zie ook mijn blog van 27 april 2009.

 

Uit:  A Vindication of the Rights of Woman

 

The most perfect education, in my opinion, is such an exercise of the understanding as is best calculated to strengthen the body and form the heart. Or, in other words, to enable the individual to attain such habits of virtue as will render it independent. In fact, it is a farce to call any being virtuous whose virtues do not result from the exercise of its own reason. This was Rousseau’s opinion respecting men: I extend it to women, and confidently assert that they have been drawn out of their sphere by false refinement, and not by an endeavor to acquire masculine qualities. Still the regal homage which they receive is so intoxicating, that till the manners of the times are changed, and formed on more reasonable principles, it may be impossible to convince them that the illegitimate power, which they obtain, by degrading themselves, is a curse, and that they must return to nature and equality, if they wish to secure the placid satisfaction that unsophisticated affections impart. But for this epoch we must wait—wait, perhaps, till kings and nobles, enlightened by reason, and, preferring the real dignity of man to childish state, throw off their gaudy hereditary trappings: and if then women do not resign the arbitrary power of beauty—they will prove that they have less mind than man.“

 

mwollstonecraft2

Mary Wollstonecraft (27 april 1759 – 10 september 1797)

 

Zie voor onderstaande schrijver ook mijn blog van 27 april 2009.

De Oostenrijkse schrijver Hans Bemmann werd geboren op 27 april 1922 in Groitzsch nabij Leipzig.