De Nederlandse dichter en classicus Jan Hendrik Leopold werd geboren in ’s-Hertogenbosch op 11 mei 1865. Zie ook alle tags voor J. H. Leopold op dit blog.
Hoe ver, hoe ver ik dit alles vind
Hoe ver, hoe ver ik dit alles vind,
het werd een spel, een lief gezeg
van andere mensen, zó is het weg
en vreemd van dat, wat nu begint,
nu dat mijn leven zal gezonken
zijn tot een ernst, die ’t al beschreit
en tot één grote innigheid
van heenbeklagen gaan geslonken,
en nauwelijks een flauwe lach
gebleven is van medelijden
om wat nog even van ons beiden
opleeft in mijn gedenken, ach
hoe liefelijk, zoals wij gerust
van ons geluk waren en verkozen
ons te behoren, argelozen
in wie er nimmer werd bewust,
dat wij vrezen moesten, dat, wat gegeven,
in deemoed wilde zijn aangenomen
een zorg voor hem, die der dagen komen
goed weet; en zie, wat is gebleven?
weet ik nog, dat een hemel stil
van licht en mildheid in mij hing?
ik luister naar mijn herinnering;
een stem wegwankelt, die sterven wil.
Herfstbladen op en af
De vensters langs en straf
over de ruit; gekneusd, gedeukt,
geplet, geplakt, gekreukt
en vaal en grauw van kleur,
een eenzang en een zeur.
O het omslachtig wezen
deze sleur,
mijn ziel verzinkt in ongenezen
verveling
En dan in eens staat overeind
de koestering, de vreugde:
blij, treurig, om het even,
dat ik dit mag beleven,
dat ik dit rijk gebeur
bespeur,
dat deze ogen
zo in de verte zien mogen,
gezonken ik
dit ogenblik
weer in zweven
opgeheven,
als dit blad, dit verbleekte
en natgeweekte.
Zoek heil…
Zoek heil en heul in uw gedichten; doe als ik
en denk om roem en eer geen ogenblik,
maar vind in verzen vrede en zielsgeluk.
Veracht de wereld en zijn vals behagen
in afbreuk doen, wat groot is te verlagen
en al het kleine en slinkse hoog te dragen.
J. H. Leopold (11 mei 1865 – 21 juni 1925)
De Nederlandse dichteres Ida Gerhardt werd geboren in Gorinchem op 11 mei 1905. Zie ook alle tags voor Ida Gerhardt op dit blog.
De hazelaar
Onverwacht mij tegen
in ’t nog winters jaar
op de sprong der wegen
bloeit de hazelaar.
Tegen ’t licht gehangen
slingertjes van goud;
aarzelend, bevangen
raak ik aan het hout.
Trillend dwaalt van boven
’t fijne wolken los;
en met bloei bestoven
in het naakte bos
blijf ik in een beven
teruggehouden staan,
en ik raak nog even
’t donker stamhout aan.
Pelgrimstocht
Hervonden na tien jaren tijds
de plek waar geen sterveling komt.
Waar het stil is als in een crypt.
Waar zij zijn in blauw-zwarte lei.
Twee adelaarsvarens, manshoog,
vereeuwigd fossiel in steen.
Ik adem, ik heb het bereikt.
Er komt mistige kou van de wand
waar hun werend domein is, waar zij
ongenaakbaar, met zwijgend gezag,
mij doen weten dat ik níets weet.
Onder vreemden
Het speelt het liefste ver weg op het strand,
het kind dat nooit zijn eigen vader ziet,
die overzee is in dat andere land.
Het woont bij vreemden en het went er niet.
Zij fluisteren erover met elkaar.
Heimwee huist in zijn kleren en zijn haar.
En altijd denkt het dat hij komen zal:
Vandaag niet meer; maar morgen, onverwacht –
en droomt van hem en roept hem in de nacht.
Ik wacht u, Vader van de overwal.
Ida Gerhardt (11 mei 1905 – 15 augustus 1997)
De Duitse dichter en schrijver Andre Rudolph werd geboren in Warschau op 11 mei 1975 en groeide op in Leipzig. Zie ook alle tags voor Andre Rudolph op dit blog.
unsre worte waren eiswürfel.
wir warfen sie in coctailgläser.
sie klirrten. die luft war klar
wie in gedanken an ritter.
der rohrzucker, in dem sie
fielen, war nicht das meer.
wir wurden getroffen. als das
gespräch bereits meinte, uns
lange zu kennen, zeigte sich:
unsre strohhalme waren lanzen,
durch ihre adern liefen cola
und rum. (dj’s waren zugegen.) spät
drehten wir die limetten-
scheiben auf stumm. cuba libre
Andre Rudolph (Warschau, 11 mei 1975)
De Braziliaanse schrijver José Rubem Fonseca werd geboren op 11 mei 1925 in Juiz de Fora. Zie ook alle tags voor Rubem Fonseca op dit blog.
Uit: The Taker And Other Stories (Vertaald door Clifford E. Landers)
“It was a powerful motor that generated its strength silently beneath the aerodynamic hood. As always, I left without knowing where I would go. It had to be a deserted street, in this city with more people than flies. Not the Avenida Brasil – too busy.
I came to a poorly lighted street, heavy with dark trees, the perfect spot. A man or a woman? It made little difference, really, but no one with the right characteristics appeared. I began to get tense. It always happened that way, and I even liked it – the sense of relief was greater. Then I saw the woman. It could be her, even though a woman was less exciting because she was easier.
She was walking quickly, carrying a package wrapped in cheap paper – something from a bakery or the market. She was wearing a skirt and blouse. There were trees every twenty yards along the sidewalk, an interesting problem demanding a great deal of expertise. I turned off the headlights and accelerated. She only realized I was going for her when she heard the sound of the tires hitting the curb. I caught her above the knees, right in the middle of her legs, a bit more toward the left leg – a perfect hit. I heard the impact break the large bones, veered rapidly to the left, shot narrowly past one of the trees, and, tires squealing, skidded back onto the asphalt. The motor would go from zero to sixty in eight seconds. I could see that the woman’s broken body had come to rest, covered with blood, on top of the low wall in front of a house.
Back in the garage, I took a good look at the car. With pride I ran my hand lightly over the unmarked fenders and bumper. Few people in the world could match my skill driving such a car.”
Rubem Fonseca (Juiz de Fora, 11 mei 1925)
Cover
De Duitse schrijver Henning Boëtius werd geboren op 11 mei 1939 in Langen, Hessen. Zie ook alle tags voor Henning Boëtius op dit blog.
Uit: Rom kann sehr heiß sein
„Hätte ich gewusst, wie sehr ich selbst in eine solche verstörende und schockierende Bilderwelt hineingeraten würde, ich hätte Hieronymus Bosch vermutlich bei weitem mehr Interesse entgegengebracht als dem Kirchenfürsten.
Eigentlich ist Hieronymus ein Vorname griechischen Ursprungs. Er lebt fort im englischen Gerome und im französischen Jerome, dessen berühmtester Träger Napoleon Bonaparte war, doch ich nehme an, nur seine Mutter durfte ihn so nennen. Hieronymus bedeutet “heiliger Name”, und auch dies passt nicht so recht in unsere unheilige Zeit. Der heilige Hieronymus ist jedoch von allergrößter Wichtigkeit für die Menschheitsgeschichte. Ohne ihn wäre sie vermutlich anders verlaufen. Er ist einer der vier großen Kirchenväter. Im Gegensatz zu den anderen dreien, Ambrosius, Augustinus und Gregor dem Großen, wirkt er bis heute nach, ohne dass uns dies bewusst ist. Seine Bearbeitung der alten lateinischen Bibel wurde als Vulgata zum Urbuch der Christenheit, zur geistigen Hausordnung der nordeuropäischen Religionen. Vor allem seine Übersetzung der Evangelien hatte und hat bis heute einen starken, wenn auch gleichsam unterirdischen Einfluss auf unser Lebensgefühl. Als im 16. Jahrhunderts die Reformation einen desorientierenden Einfluss auf die Gläubigen zu nehmen begann, beschloss die katholische Kirche auf dem Konzil zu Trient nicht von ungefähr, die Vulgata zur allein selig machenden Basis des Lebens und der Lehre zu erklären. Der heilige Hieronymus als Gegengift gegen die gefährlichen Einflüsse, die von Norden her über die Alpenpässe drangen!“
Henning Boëtius (Langen, 11 mei 1939)
De Spaanse schrijver Camilo José Cela werd geboren op 11 mei 1916 in Iria Flavia. Zie ook alle tags voor Camilo José Cela op dit blog.
Uit:The Family of Pascual Duarte (Vertaald door Anthony Kerrigan)
“The walls were hung with a variety of objects. A very pretty calendar showed a young girl fanning herself in a boat and beneath her there was a line of letters which seemed like silver dust and read MODESTO RODRÍGUEZ. FINE FOODS FROM OVERSEAS. MÉRIDA, BADAJOZ, PROVINCE. Then there was a portrait of the bullfighter Espartero in his bullfighting costume, in full color. There were three or four photographs, some small and some medium-sized, of various unknown faces; I had always seen them there, and so it never occurred to me to ask who they were. An alarm clock hung on the wall, and, though it isn’t much to say for it, the thing always worked perfectly. And there was a scarlet plush pincushion, with a number of pretty little glass-headed pins stuck into it, all the heads of a different color. The furniture in the kitchen was as sparse as it was simple: three chairs, one of which was quite delicate and fine, with curved back and legs and a wicker bottom, and a pinewood table with a drawer of its own, somewhat low for the chairs to slip under, but which served its purpose. It was a nice kitchen: there was plenty of room, and in the summertime, before we had to light the autumn fires, it was cool to sit on the hearthstone at the end of the day with the doors wide open. In the wintertime we were warmed by the fire, and oftentimes, if the embers were well enough tended, they would give off a bit of heat all through the night. We used to watch our shadows on the wall when the small flames were dancing in the grate. They came and went, sometimes slowly and then again in little playful leaps. When I was very young I remember that I was frightened by the shadows; I feel a shiver even now when I think of how afraid I used to be.”
Camilo José Cela (11 mei 1916 – 17 januari 2002)
Standbeeld in Padrón
Zie voor nog meer schrijvers van de 11e mei ook mijn vorige blog van vandaag.