De Nederlandse schrijver Jamal Ouariachi werd geboren in Amsterdam op 8 december 1978. Zie ook alle tags voor Jamal Ouariachi op dit blog.
Uit: Herfstdraad
“We zijn net verhuisd.”
Zo’n veertig boekendozen staan in het souterrain tot twee indrukwekkende muren opgestapeld, langs de wanden waar straks de nieuwe kasten zullen verrijzen.
“Ik zie het.”
Maar mijn twee schrijftafels heb ik tenminste in elkaar geschroefd, al ben ik sinds we hier wonen nog niet aan schrijven toegekomen. Ik bied Monique de enige beschikbare stoel aan, leun zelf tegen de tafel waarop mijn laptop ligt. MacBook Pro, relatief nieuw. Bijna drieduizend ballen in de winkel. Daar kan ze straks mooi beslag op leggen.
Ik vraag of ze koffie wil, maar ze blijft niet lang, zegt ze. Meteen erger ik me aan mijn vormelijkheid: waarom zou je de duivel in eigen persoon proberen te behagen met koffie?
Mijn duimnagel blijft haken in mijn baard, waar ik blijkbaar aan zat te frunniken. Voorzichtig lostrekken, inspecteren: de zeis heeft twee haartjes losgemaaid.
Het gesprek dat volgt heb ik vaker gevoerd. De laatste keer moet een paar jaar geleden zijn geweest. Ik had gehoopt en me voorgenomen dat die tijd voorgoed voorbij was, dat ik de rommel van het studentikoze leven achter me had gelaten met de komst van een kind en de aankoop van een echt grotemensenhuis.
In de foliomap: twee exploten. Stamelend geef ik een veel te vergezochte verklaring voor mijn gedrag, maar daar komt Monique Sluiter niet voor. De tijd van verklaringen is al gepasseerd. Er moet nu gewoon betaald worden. Driftig noteert ze allerhande gegevens op de formulieren in haar map. Haar huid lijkt nu nog postmortaler, in de weerkaatsing van de vanillevlageel geschilderde wanden van het souterrain.
Dan noemt ze het bedrag. Volgens mij weet ik mijn gezicht in de plooi te houden terwijl ik haar woorden incasseer. Maar hoe moet ik dit straks aan Liek vertellen? Zou ze ons gehoord hebben? Dat ze dacht: wie belt er? En dat ze mij dan gehaast iemand met een vrouwenstem naar het souterrain hoorde loodsen… Liek wordt gek, die gaat helemaal over de rooie. Het einde van onze nog maar net begonnen idylle in dit droomhuis. De voorgenomen idylle die zoveel problemen moest oplossen, maar die, zoals het er nu naar uitziet, niets is dan een voortzetting of zelfs een verergering van die problemen.”
De Amerikaanse dichteres en schrijfster Eileen Myles werd geboren in Boston, Massachusetts, op 9 december 1949. Zie ook alle tags voor Eileen Myles op dit blog.
De Honingbeer
Billie Holiday was op de radio
Ik stond in de keuken
en rookte mijn sigaret van dit pakje
dat ik vanavond leeg wilde maken
laatste avond van mijn rokende jeugd.
Ik maakte een kopje van dat grappig
soort thee dat ik ergens had
liggen Een beetje te zoete en
vreemde mix. Mijn enige impuls
was om hem zoeter te maken.
Ivy Anderson zong
behoorlijk laat vanavond
in mijn zeer lichte keuken.
Ik sta me bij het bad
een beetje ouder te voelen,
bijna dertig in mijn zeer
lichte keuken vanavond.
Ik ben geen slecht uitziende vrouw
veronderstel ik O het is erg stil
in mijn keuken vanavond Ik knijp
in deze plastic honingbeer een sliertje
honing druipt in de gekke zoete
thee. Het is behoorlijk laat
Het deksel van de honingbeer zat los
en op de een of andere manier druipt er honing
langs het gezicht van de beer blijft hangen
in de spleten onder
de ogen van de beer O heel verdrietig en lief.
Ik sta in mijn keuken, oh lieverd
Ik staar naar het gezicht van de honingbeer.
Vertaald door Frans Roumen
Zie voor nog meer schrijvers van de 8e december ook mijn blog van 8 december 2020 en eveneens mijn blog van 8 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.