Jamal Ouariachi, Louis de Bernières, Mary Gordon, Bill Bryson, Delmore Schwartz, Jim Morrison, Georges Feydeau, Horatius, Hervey Allen

De Nederlandse schrijver Jamal Ouariachi werd geboren in Amsterdam op 8 december 1978. Zie ook alle tags voor Jamal Ouariachi op dit blog.

Uit: Herinneringen in aluminiumfolie 

“Een plakje kort gebakken kastanjechampignon, daar leek het nog het meest op. Het had verpakt gezeten in een binnenstebuiten gekeerde latex handschoen, en daaromheen keukenpapier.
‘Maar wat is het?’
Fina schoot in de lach om mijn afschuw, ik zag haar genieten van het gezicht dat ik blijkbaar trok. Het was me al vaker opgevallen: haar humor had een mild-sadistisch karakter. Misschien biologen eigen.
‘Zie je dat niet?’
Vanuit niet-biologen geredeneerd zijn alle biologen smeerlappen en de biologen zelf schijnen plezier te beleven aan de afkeer die zij anderen inboezemen. Hun smeerlapperij is een ereteken. Je moet wel bioloog zijn om met een scalpeermes een snee in weefsel te maken en niet te griezelen bij de aanblik van wat er uit die snee komt opwellen aan slijm of pus of bloed. Je moet wel bioloog zijn om de braakwekkende stankwalmen te trotseren van een op het strand aangespoelde, ontbindende walvis. Je moet wel bioloog zijn om direct na je middagboterham verder te gaan met het wroeten in fecaliën van zoogdieren. En alleen een bioloog haalt het in haar hoofd om bij wijze van experiment yoghurt te maken met behulp van de bacteriën uit haar eigen vagina. En die yoghurt dan als ontbijt te serveren aan haar vriend. Smeerlappen, sadisten – ik zeg het je.
‘Hersenen!’ Ze schreeuwde het, Fina. ‘Hersenen!’
Een vreemde gloed in mijn borstkas, een gloed die me deed denken aan vroeger, wanneer een ander kind op het idee kwam een verboden spelletje te spelen en ik heen en weer schoof tussen stout en braaf, stout en braaf, een wrijving die hitte veroorzaakte.
‘Van een muis?’ vroeg ik nog.
Fina’s vriend slachtte muizen en ratten voor onderzoek door ze te onthoofden.
‘Nee, van een mens natuurlijk. Dit past toch niet in een muizenhoofd!’

 

 
Jamal Ouariachi (Amsterdam, 8 december 1978)

 

De Britse dichter en schrijver Louis de Bernières werd geboren in Londen op 8 december 1954. Zie ook alle tags voor Louis de Bernières op dit blog.

Uit: Notwithstanding

“‘I’m not in. Over,’ I told my mother, sighing as I held the walkie-talkie in my right hand and with my left continued painstakingly to stick small seeds to the outside of my living-room window.‘When will you be back? Over,’ she asked.
‘Oh, I don’t know. Over,’ I replied.
‘Well, I hope you’re back soon,’ she said, reprovingly. ‘This is the third time I’ve walkie-talked and you haven’t been there. How am I supposed to talk with my own son if he’s never there? Over.’
‘But, Mother, I was here. I was busy. And now we are talking. Over.’
‘What’s keeping you so occupied, anyway? Over.’
‘I’m sticking seeds to the living-room window, Mother. Over.’
There was a pause for thought, and then my mother said, ‘Well, at least you’re keeping out of mischief. I’ll buzz you later. Over.’
‘Roger, wilco, over and out,’ I said.
I placed the walkie-talkie on the window ledge, and continued to stick the seeds to the window. It was extremely tedious, and, as I had been at it since breakfast time, I was beginning to find the whole task irksome. I should have been out painting and decorating and bringing in some cash. I even wondered whether this palaver was worth it. Some of the seeds were exceedingly small, and I kept dropping them into the flower bed. I had heard that a lot of the ones in bird food are actually hemp, and I worried that perhaps in the spring these would germinate. If the village bobby happened to pass by, I might get into serious trouble and cause a scandal in the village. So I was spending an undue amount of time on my knees on the damp lawn, looking for the seeds that I had dropped. No doubt many would be found by mice, but then the cat would probably jump on them and I would feel guilty about having lured them to their deaths. »

 

 
Louis de Bernières (Londen, 8 december 1954)

 

De Amerikaanse schrijfster Mary Catherine Gordon werd geboren op 8 december 1949 in Far Rockaway, New York. Zie ook alle tags voor Mary Gordon op dit blog.

Uit: Men and Angels

“She had nothing to fear. She was flying from London to New York; when she landed, she would have no place to go. But why should she be frightened? She opened her Bible and turned to the words of the Lord: “Can a woman forget her sucking child, that she should have no compassion on the child of her womb? Even these may forget, yet I will not forget you. Behold, I have graven you on the palms of my hands; your walls are continually before me.
Isaiah the prophet. She had made a collection of the words of Scripture which showed that family love was not important. Which proved that it was weak and unreliable and should be left. I have graven you on the palms of my hands. What human parent would do that? She laughed to think of her mother doing that. Once she had tried it herself, tried to make herself carve her mother’s name on the palms of her hands. She couldn’t do it. She feared the knife, the blood, the skin that flapped, the shock. She did not have the courage for her mother’s name. Jesus had said a man should leave father and mother. She had done this, had been misunderstood, unwelcomed, asked to leave places, but Jesus had said this would happen to the chosen. Leave your parents, He had said. Take no gold, nor silver, He had said, nor copper in your belts, no bag for your journey, nor two tunics, nor sandals, nor a staff; for the laborer deserves his food. And whatever town or village you enter, find out who is worthy in it and stay with him until you depart. As you enter the house, salute it. And if the house is worthy, let your peace come upon it; but if it is not worthy, let your peace return to you. And if any one will not receive you or listen to your words, shake off the dust from your feet as you leave that house or town. Truly, I say to you, it shall be more tolerable on the day of judgment for the land of Sodom and Gomorrah than for that town. Behold, He had said, I send you out as sheep in the midst of wolves; so be wise as serpents and innocent as doves. She had made her mistake by not heeding this counsel of Jesus. Wise as serpents. She had been too trusting, been too open with her stories of the Spirit coming to her. The Chamberlains had hired her in Syracuse to go with them to London. For six months while they worked there, to take care of the children. He was a scientist; he studied the brains of fish. Then, after a month, As it turns out, there’s not as much work for Joan as we originally thought. So she can take care of the kids. So we won’t be needing you. Guess our eyes turned out to be bigger than our stomachs.”

 

 
Mary Gordon (Far Rockaway, 8 december 1949)

 

De Amerikaanse schrijver Bill Bryson werd geboren in Des Moines (Iowa) op 8 december 1951. Zie ook alle tags voor Bill Bryson op dit blog.

Uit: Een huis vol (Vertaald door Inge Kok, Peter Diderichen Peter Diderich)

“Op de tafel hebben waarschijnlijk olie-en-azijnstelletjes gestaan – elegante rekjes, meestal van zilver, met smaakmakers – en die hebben ook iets raadselachtigs. Traditioneel bestond een olie-en-azijnstel uit twee glazen flesjes met een stop, voor olie en azijn, en drie bijpassende strooiers – dat wil zeggen, vaatjes met gaatjes in de bovenkant waardoor smaakstoffen op het eten kunnen worden gestrooid. In twee strooiers zaten zout en peper, maar het is niet bekend waarvoor het derde vaatje bestemd was. Er wordt algemeen aangenomen dat het voor gedroogde mosterd was, maar dat is alleen zo omdat niemand iets aannemelijkers kan bedenken. ‘Er is nooit een bevredigend alternatief aangedragen’, heeft de voedselhistoricus Gerard Brett gezegd. In werkelijkheid blijkt nergens uit dat er ooit in de geschiedenis bij het diner zo’n gretig verlangen naar of gebruik van mosterd heeft bestaan. Daarom is de derde strooier in de negentiende eeuw vermoedelijk snel van de eettafel verdwenen – en het olie-en-azijnstel zelf eveneens. Specerijen en kruiden veranderden steeds meer van maaltijd tot maaltijd, doordat bepaalde smaakmakers geassocieerd werden met specifiek voedsel: muntsaus bij lamsvlees, mosterd bij ham, mierikswortel bij rundvlees enzovoorts. In de keuken werden tientallen andere smaakstoffen gebruikt. Slechts twee daarvan werden zo onontbeerlijk gevonden dat ze nooit van tafel zijn verdwenen. Ik heb het uiteraard over zout en peper.
Waarom die twee van de honderden beschikbare specerijen en kruiden zo’n blijvend respect ten deel is gevallen is een van de vragen waarmee we het boek zijn begonnen. Het antwoord is gecompliceerd en dramatisch. Ik kan je meteen zeggen dat van alles wat je vandaag zult vastpakken niets is verbonden met zoveel bloedvergieten, lijden en ellende als de twee onschuldige busjes van je peper-en-zoutstelletje.
Laten we beginnen met zout. Zout is een gekoesterd bestanddeel van onze voeding om een zeer essentiële reden. We hebben het nodig. Zonder zout zouden we doodgaan. Het is een van de stuk of veertig bijkomstige stoffen – een allegaartje uit de chemische wereld – waarvan we minieme hoeveelheden moeten binnenkrijgen om voor de noodzakelijke fut en balans te zorgen die het dagelijks leven in stand houden.”

 

 
Bill Bryson (Des Moines, 8 december 1951)

 

De Amerikaanse dichter en schrijver Delmore Schwartz werd geboren op 8 december 1913 in New York. Zie ook alle tags voor Delmore Schwarz op dit blog.

 

Sonnet Suggested By Homer, Chaucer, Shakespeare, Edgar Allan Poe, Paul Vakzy, James Joyce, Et Al.

Let me not, ever, to the marriage in Cana
Of Galilee admit the slightest sentiment
Of doubt about the astonishing and sustaining manna
Of chance and choice to throw a shadow’s element
Of disbelief in truth — Love is not love
Nor is the love of love its truth in consciousness
If it can be made hesitant by any crow or dove or
seeming angel or demon from above or from below
Or made more than it is knows itself to be by the authority
of any ministry of love.

O no — it is the choice of chances and the chancing of
all choice — the wine
which was the water may be sickening, unsatisfying or
sour
A new barbiturate drawn from the fattest flower
That prospers green on Lethe’s shore. For every hour
Denies or once again affirms the vow and the ultimate
tower
Of aspiration which made Ulysses toil so far away from
home
And then, for years, strive against every wanton desire,
sea and fire, to return across the.
ever-threatening seas
A journey forever far beyond all the vivid eloquence
of every poet and all poetry.

 

 
Delmore Schwartz (8 december 1913 – 11 juli 1966)
Cover

 

De Amerikaanse zanger, dichter en tekstschrijver James Douglas (Jim) Morrison werd geboren in Melbourne (Florida) op 8 december 1943. Zie ook alle tags voor Jim Morrison op dit blog.

Uit: The New Creatures

The soft parade has now begun
on Sunset.
Cars come thundering down
the canyon.
Now is the time & the place.
The cars come rumbling.
“You got a cool machine”.
These engine beasts
muttering their soft
talk. A delight
at night
to hear their quiet voices
again
after 2 years.

Now the soft parade
has soon begun.
Cool pools
from a tired land
sink now
in the peace of evening.

*

Sisters of the unicorn, dance
Sisters & brothers of Pyramid
Dance

Mangled hands
Tales of the Old Days
Discovery of the Sacred Pool
changes
Mute-handed stillness baby cry

The wild dog
The sacred beast

Find her!

 

 
Jim Morrison (8 december 1943 – 3 juli 1971)
Cover

 

De Franse theaterauteur Georges Feydeau werd geboren op 8 december 1862 in Parijs. Zie ook alle tags voor George Feydeau op dit blog.

Uit: Le Mariage de Barillon

“Acte 1
La salle des mariages à la mairie. — Au fond, l’estrade du maire. — À droite et à gauche de l’estrade, et également au fond, grandes portes donnant, celle de gauche sur les bureaux de la mairie, celle de droite sur l’extérieur. — Grande porte d’entrée à droite, premier plan. — Une grande baie vitrée occupe le côté gauche. — Face à l’estrade, et dos au public, les deux fauteuils des mariés. — À un mètre des deux fauteuils et également face à l’estrade, une banquette en velours rouge. — De chaque côté des deux fauteuils, de profil au public, deux rangées de chaises en velours pour les invités. — Sur la table qui se trouve sur l’estrade, registres, codes, etc…
Scène première
Flamèche, puis Topeau
Flamèche, debout sur l’estrade, un plumeau à la main, et chantant à pleine voix la cavatine de Lucie
O bel ange, ô ma Lucie,
O bel ange, ô ma Lucie !
Il se poignarde avec son plumeau.
Topeau
, qui est entré de gauche et qui l’a écouté avec admiration, applaudissant. — Bravo ! bravo !
Flamèche
. — Vous, monsieur Topeau, vous m’écoutiez ?
Topeau
, descendant par la gauche. — Je ne vous écoute pas, monsieur Flamèche… je vous aspire !… Ah ! quelle voix !
Flamèche
, descendant par la droite. — Vous trouvez ?
Topeau
, — Certes ! et en fait de voix, je m’y connais ! Je peux dire que la musique, je l’ai sucée à la mamelle…, à la mamelle de mon père…”

 

 
Georges Feydeau (8 december 1862 – 5 juni 1921)
Affiche voor een opvoering in Parijs, 2004

 

De Romeinse dichter en schrijver Quintus Horatius Flaccus werd geboren op 8 december 65 v. Chr. Zie ook alle tags voor Horatius op dit blog.

 

Ode I.37

Drinkt, vrienden, nu en danst met blijden voet!
Nu was het waarlijk tijd een godenmaal
met uitgezochte spijzen te bereiden.

Te voren moest de feestwijn blijven rusten
in spinnerag, zoolang het Capitool,
het Rijk bedreigd werd door een koningin,

die met haar wellustkranken slavenstoet
in dronken overmoed zich zeker waande
van onzen ondergang, maar werd gestuit,

toen zij haar vloot in vlammen op zag gaan.
Haar zwijmelenden geest joeg Caesar voort,
van Rome weg, tot wreede werklijkheid.

Daar kwam hij aangeroeid, zooals de havik
zich op de duiven stort of hazewind
op jacht, waar sneeuw de wijde velden dekt.

Hij zal het hellespook in boeien slaan!
Maar zij wil eedler einde, vreest geen zwaard
en zoekt geen schuilplaats aan een verre kust.

Met opgeheven hoofd keert zij terug
naar het tooneel van haar gevallen grootheid
en speelt … met giftig adderengebroed.

Haar ongebroken trots braveert den dood:
zij gunt den brigantijnen geen triumph,
verheerlijkt door onttroonde Majesteit.

 

Vertaald door Dr. A. Rutgers van der Loeff

 

 
Horatius (8 december 65 v. Chr. – 27 november 8 v. Chr.)
Portret in Casa di Orazio Flacco in Venosa

 

De Amerikaanse dichter en schrijver William Hervey Allen werd geboren op 8 december 1889 in Pittsburgh. Zie ook alle tags voor Hervey Allen op dit blog.

 

Eclipse

Once melodies of street-cries washed these walls,
Glad as the refluent song
Of cheerful waters from a happy spring
That shout their way along;
Such cries were born in other days from lips
A spirit taught to sing. Now it is gone!

Memory expects those hymns for shrimp and prawn,
Or the mellifluous chaunt from the black gorge
Of Orpheus inside a murky skin,
Who looked the gold sun in the eye
While garden mists grew thin,
And intoned “_Hoppin’ John_!”

As when the shadow of the gray eclipse
Haggards the countryside,
When moon-fooled birds have nothing more to say,
And soft untimely bats begin to slide;
As darkness sweeps the morning light away,
So silence brushes music now from lips.

Oh! Can it be the songless spirit of this age
Has slain the ancient music, or that ears
Have harsher thresholds? Only this I know:
The streets grow more discordant with the years;
And that which bids the huckster sing no more,
Will drive the flower-woman from the door.

 

 
Hervey Allen (8 december 1889 – 28 december 1949)
Portret door Daniel Garber,1935

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 8e december ook mijn blog van 8 december 2014 en ook mijn blog van 8 december 2013 deel 1 en deel 2.

Zie voor bovenstaande schrijvers ook mijn blog van 8 december 2008 en ook mijn blog van 8 december 2007 en mijn blog van 8 december 2006.