Kees ‘t Hart, Pablo Neruda, Stefan George, Driek van Wissen, Carla Bogaards, Bruno Schulz, Henry David Thoreau

De Nederlandse dichter en schrijver Kees ’t Hart is op 12 juli 1944 in Den Haag geboren. Zie ook alle tags voor Kees ’t Hart op dit blog.

Uit: Teatro Olimpico

“Ruim twee jaar geleden, op 20 augustus, maakte ik na onze Rousseau-voorstelling in het Theater aan het Spui in Den Haag kennis met Jim Staborowsky. Hij stelde zich in het Engels een beetje lacherig voor als een Rousseau-kenner en vertelde dat hij contacten had met theatermakers in Italië. Zijn vriendin was ‘intendante’ van een belangrijk theater in Vicenza, het Teatro Olimpico. Hij vond onze voorstelling interessant en ontroerend, de slotscène indrukwekkend en de mise-en-scène origineel. Hij complimenteerde ons vooral met het beeld van Rousseau dat we gaven. Dat sloot volgens hem aan bij actuele theateropvattingen in Italië.
Ik bood hem een biertje aan.
We zouden meer van hem horen, zei hij, hij moest eerst zijn contacten raadplegen. Volgens hem was de connectie van Rousseau met Italië erg interessant, daar was nog weinig aandacht aan besteed. Hij zou later in het jaar contact met ons opnemen, het kon nog even duren. Ik had zijn voornaam niet goed verstaan, die was niet wat je noemt Italiaans, net zomin als zijn achternaam. Ik vroeg hem zijn volledige naam op een bierviltje te schrijven.
Zijn voornaam sprak hij uit als Dzjiem.
Veel later hoorde ik dat zijn moeder uit Vicenza kwam en zijn vader een nazaat was van oude Poolse landadel die al meer dan tweehonderd jaar in Italië woont. Hij vertelde me dat een van zijn voorvaders Casanova heeft gekend en in diens autobiografie voorkomt.
Misschien interesseert u zich niet erg voor dit soort details, maar ze zijn van belang om de context van onze wederwaardigheden in Italië te begrijpen. Bovendien verzocht u enkele weken geleden in uw brief om een ‘gedetailleerd verslag, zodat de beoordelingscommissie een gedegen beeld kan krijgen van de situatie’.
Ik wist dat Rousseau in Venetië als secretaris had gediend bij een Franse diplomaat. Dit was niet een van de gunstigste episodes uit zijn leven, om het maar voorzichtig te zeggen. Hij zet zichzelf in Bekentenissen neer als een soort spion in Franse dienst, maar u moet zich hier niet te veel van voorstellen. Rousseau had de neiging zijn leven mooier en interessanter voor te stellen dan het was. Waarschijnlijk was hij in werkelijkheid een loopjongen van de tweede secretaris en mocht hij weleens brieven rondbrengen. Zie over feit en fictie bij Rousseau onder andere de biografie van Leo Damrosch (2005). Rousseau liet zich snel meeslepen door zijn ongebreidelde fantasie. Secretaris! Spionage! Belangrijke berichten!“

 
Kees ’t Hart (Den Haag, 12 juli 1944)

 

De Chileense dichter Pablo Neruda (eig. Ricardo Eliecer Neftalí Reyes Basoalto) werd geboren in Parral op 12 juli 1904. Zie ook alle tags voor Pablo Neruda op dit blog.

If You Forget Me

I want you to know
one thing.

You know how this is:
if I look
at the crystal moon, at the red branch
of the slow autumn at my window,
if I touch
near the fire
the impalpable ash
or the wrinkled body of the log,
everything carries me to you,
as if everything that exists,
aromas, light, metals,
were little boats
that sail
toward those isles of yours that wait for me.

Well, now,
if little by little you stop loving me
I shall stop loving you little by little.

If suddenly
you forget me
do not look for me,
for I shall already have forgotten you.

If you think it long and mad,
the wind of banners
that passes through my life,
and you decide
to leave me at the shore
of the heart where I have roots,
remember
that on that day,
at that hour,
I shall lift my arms
and my roots will set off
to seek another land.

But
if each day,
each hour,
you feel that you are destined for me
with implacable sweetness,
if each day a flower
climbs up to your lips to seek me,
ah my love, ah my own,
in me all that fire is repeated,
in me nothing is extinguished or forgotten,
my love feeds on your love, beloved,
and as long as you live it will be in your arms
without leaving mine.

 
Pablo Neruda (12 juli 1904 – 23 september 1973)

 

De Nederlandse dichteres en schrijfster Carla Bogaards werd geboren in Voorburg op 12 juli 1947. Zie ook alle tags voor Carla Boogaards op dit blog

Het licht

Mijn gezicht is bleek, er is geen licht in deze stad,
ik steek mijn haar op met een ivoren kam,

ivoor is het ooglid van mijn kind en het halsje,
ivoor is de sneeuw in de parken
ze worden gemeden
behalve door dichters,

mijn gezicht is bleek van heimwee, er is geen licht in deze stad
geen ster te zien, verguld of bestreken met ivoor,
geen vis zwemt in de rivier de Moskva,
de kraaien schreeuwen van kou,
ik steek mijn haar op met een ivoren kam.

Kind als ik je weer in mijn armen houd
laat ik mijn haar hangen
kleuren mijn wangen zich bloesemiger dan rode anjers
voer ik je het sap van lila passievruchten,
tot die tijd leg ik de rug van mijn hand over mijn ogen.

 
Carla Bogaards (Voorburg, 12 juli 1947)

 

De Duitse dichter en schrijver Stefan George werd geboren op 12 juli 1868 in Büdesheim. Zie ook mijn blog van 12 juli 2010 en eveneens alle tags voor Stefan George op dit blog.

Wir werden heute nicht zum garten gehen…

Wir werden heute nicht zum garten gehen
Denn wie uns manchmal rasch und unerklärt
Dies leichte duften oder leise wehen
Mit lang vergessner freude wieder nährt:

So bringt uns jenes mahnende gespenster
Und leiden das uns bang und müde macht.
Sieh unterm baume draussen vor dem fenster
Die vielen leichen nach der winde schlacht!

Vom tore dessen eisen-lilien rosten
Entfliegen vögel zum verdeckten rasen
Und andre trinken frierend auf den pfosten
Vom regen aus den hohlen blumen-vasen.

 

Blumen

In märzentagen streuten wir die samen
Wann unser herz noch einmal heftig litt
An wehen die vom toten jahre kamen
Am lezten kampf den eis und sonne stritt.

An schlanken stäbchen wollten wir sie ziehen
Wir suchten ihnen reinen wasserquell
Wir wussten dass sie unterm licht gediehen
Und unter blicken liebevoll und hell.

Mit frohem fleisse wurden sie begossen
Wir schauten zu den wolken forschend bang
Zusammen auf und harrten unverdrossen
Ob sich ein blatt entrollt ein trieb entsprang.

Wir haben in dem garten sie gepflückt
Und an den nachbarlichen weingeländen
Wir wandelten vom glanz der nacht entzückt
Und trugen sie in unsren kinderhänden.

 

Gaukler

Du machst dich blind damit du andre blendest.
Dein feuer zischt das unermesslich deuchtet..
Das planlos raucht · das nimmer wärmt und leuchtet ·
Mit dem du nachts die bösen albe sendest.

 
Stefan George (12 juli 1868 – 4 december 1933)
 

De Nederlandse dichter Driek van Wissen werd geboren in Groningen op12 juli 1943. Zie ook alle tags voor Driek van Wissen op dit blog.

Sonnet voor Tineke

Ik heb voor jou een fiets gejat,
Want gister jatte men de jouwe;
Al was het dan ook nog zo’n ouwe,
Je was toch blij dat je ‘m had.

Je kunt als dame in de stad
Geen eindeloze einden sjouwen,
Immers het tippelen door vrouwen
Wordt vaak ten kwade opgevat.

Daarom toog ik op dievenpad,
Zoekend de schaduw der gebouwen
Tot ik een vond voor Vindicat.

Nimmer zal mij die daad berouwen:
Laat ieder mij als schurk beschouwen,
Jíj noemt me held, ’t is meer dan dat.

 

Dichter des Vaderlands

De nieuwe Dichter van het Vaderland
Mag, in de wolken door de eerbewijzen,
In een speciale feesttrein huiswaarts reizen
En werpt daar nog een half oog in de krant

En leest dat exact zestig jaar geleden
De laatste treinen richting Auschwitz reden.

 

Rijmraad

Al lukt de poëzie u voor geen meter,
Maakt u zich daar vooral geen zorgen om:
Om kromme verzen lachen wij ons krom,
Hoe slechter uw gedichten zijn hoe beter.

Zit dus vandaag niet bij de pakjes neer.
De inkt vloeit toch wel uit de ganzenveer.

 
Driek van Wissen (12 juli 1943 – 21 mei 2010)

 

De Poolse schrijver, schilder en graficus Bruno Schulz werd geboren op12 juli 1892 in Drohobycz, in Galicië. Zie ook alle tags voor Bruno Schulz op dit blog.

Uit: Sanatorium Under the Sign of the Hourglass (Vertaald door Celina Wieniewska)

“I AM SIMPLY CALLING it The Book without any epithets or qualifications, and in this sobriety there is a shade of helplessness, a silent capitulation before the vastness of the transcendental, for no word, no allusion, can adequately suggest the shiver of fear, the presentiment of a thing without name that exceeds all our capacity for wonder. How could an accumulation of adjectives or a richness of epithets help when one is faced with that splendiferous thing? Besides, any true reader-and this story is only addressed to him-will understand me anyway when I look him straight in the eye and try to communicate my meaning. A short sharp look or a light clasp of his hand will stir him into awareness, and he will blink in rapture at the brilliance of The Book. For, under the imaginary table that separates me from my readers, don’t we secretly clasp each other’s hands?
The Book . . . Somewhere in the dawn of childhood, at the first daybreak of life, the horizon had brightened with its gentle glow. The Book lay in all its glory on my father’s desk, and he, quietly engrossed in it, patiently rubbed with a wet fingertip the top of decals, until the blank pages grew opaque and ghostly with a delightful foreboding and, suddenly flaking off in bits of tissue, disclosed a pea- cock-eyed fragment; blurred with emotion, one’s eyes turned toward a virgin dawn of divine colors, toward a miraculous moistness of purest azure. Oh, that shedding of the film, oh, that invasion of brightness, that blissful spring, oh, Father.
Sometimes my father would wander off and leave me alone with The Book; the wind would rustle through its pages and the pictures would rise. And as the windswept pages were turned, merging the colors and shapes, a shiver ran through the columns of text, freeing from among the letters flocks of swallows and larks. Page after page floated in the air and gently saturated the landscape with brightness. At other times, The Book lay still and the wind opened it softly like a huge cabbage rose; the petals, one by one, eyelid under eyelid, all blind, velvety, and dreamy, slowly disclosed a blue pupil, a colored peacock’s heart, or a chattering nest of hummingbirds”.

 
Bruno Schulz (12 juli 1892 – 19 november 1942)
Zelfportret, 1928

 

De Amerikaanse dichter, schrijver en filosoof Henry David Thoreau werd geboren in Concord, Massachusetts op 12 juli 1817. Zie ook alle tags voor Henry David Thoreau op dit blog en ook mijn blog van 12 juli 2010

Mist

Low-anchored cloud,
Newfoundland air,
Fountain head and source of rivers,
Dew-cloth, dream drapery,
And napkin spread by fays;
Drifting meadow of the air,
Where bloom the dasied banks and violets,
And in whose fenny labyrinth
The bittern booms and heron wades;
Spirit of the lake and seas and rivers,
Bear only purfumes and the scent
Of healing herbs to just men’s fields!

 
Henry David Thoreau (12 juli 1817 – 6 mei 1862)
In 1861

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 12e juli ook mijn blog van 12 juli 2015 deel 2.