De Nederlandse dichter en vakbonds-theoloog Leo Mesman werd geboren in Nuenen op 6 september 1949. Hij studeerde theologie in Nijmegen en was o.a. werkzaam als beleidsmedewerker bij de vakcentrale FNV. Vanaf 1997 publiceerde hij regelmatig dichtbundels, vaak verlucht met grafiek of fotografie. Ook verschenen gedichten van hem in tijdschriften, poëziekalenders en bloemlezingen. Van 2011 tot november 2019 was Mesman voorzitter van de vereniging Taalpodium.
Winterverlangen
Wat zou ik graag de schoonheid ervan zien,
een winterlandschap zonder sneeuw en ijs.
Voor jongeren van nu geen punt misschien,
ik ben nog van de vorige eeuw en grijs.
Een winterlandschap zonder sneeuw en ijs,
de climate-change gooit alles in de war.
Ik ben nog van de vorige eeuw en grijs,
mijn stellingname is wellicht wat star.
De climate-change gooit alles in de war,
wat er ook groeit geen ijslaag op de sloot.
Mijn stellingname is wellicht wat star,
Elfstedentochten enkel nog per boot?
Wat er ook groeit geen ijslaag op de sloot.
voorbij lijkt het romantisch ijsvermaak.
Elfstedentochten enkel nog per boot?
Komt er nog een wending in de zaak?
Nooit koek en zopie meer of snert met worst,
voor jongeren van nu geen punt misschien.
Een ganze winter zonder strenge vorst,
wat zou ik graag de schoonheid daarvan zien.
TWAALF
’t Was in de week na Pasen,
we waren twaalf jaar oud;
ik kroop achter mijn vriendje
door het dichte kreupelhout.
Het geel-groen van de wilgen,
de frisse lentelucht,
ik vond het heel opwindend,
maar ’t meeste zijn gerucht.
Ver van de bewoonde wereld
was hij er voor mij alleen;
elk woord, elke beweging
ging mij door merg en been.
Nooit zal ik meer vergeten
welk geluk mij overkwam,
toen wij, rug aan rug gezeten,
rustten voor een boterham.
Nu, zoveel jaren ouder,
voel ik nog de tederheid
van zijn warme schouder
en zijn onwetendheid.