Nieuwjaar (Nazik al-Malaíka)

Aan alle bezoekers en mede-bloggers een gelukkig Nieuwjaar!

van der stok
Bedrijvigheid in een stad aan een bevroren rivier
door Jacobus van der Stok, 1859

 

Nieuwjaar

Nieuwjaar, kom niet naar onze huizen, want wij zijn dwalers
uit een schimmenrijk, verloochend door de mens
De nacht ontvlucht ons, het lot heeft ons verlaten
We leven als dolende zielen
geen herinnering
geen dromen, geen verlangens, geen hoop
De horizon van onze ogen is asgrauw geworden
het grijs van een bewegingloos meer
zoals ons stille voorhoofd
geen hartslag, geen warmte
beroofd van poëzie
We leven zonder het leven te kennen

Nieuwjaar, ga verder. Daar is het pad
dat je stappen richting geeft
Onze aderen zijn van hard riet
en we kennen geen droefenis
We wensen dood te zijn en geweigerd door de graven
Konden we maar weten wat het betekent tot een plaats te behoren
Kon sneeuw ons maar winter brengen
om onze gezichten met duisternis te bedekken
Kon herinnering, of hoop, of spijt
ons land op een dag maar van koers doen veranderen
Konden we waanzin maar vrezen
Konden onze levens alleen maar ontwricht worden door reizen
of een schok
of het verdriet van een onmogelijke liefde
Konden we maar sterven zoals andere mensen’

Uit: ‘Nazik al-Malaíka , Zo’n gelukkige dag’, 2005 (vert. Ellen Nieuwenhuis)

 

Nazik al-Malaíka werd in 1923 geboren in Bagdad. Zij studeerde in de Verenigde Staten en was hoogleraar Arabische literatuur in Koeweit. Haar eerste dichtbundel werd in 1947 gepubliceerd.

AL-MALAIKA

Nazik al-Malaíka (Bagdad, 23 augustus 1923)