Perikles Monioudis, Franz Hellens, Joaquin Miller, Frederic Mistral, Grace Metalious, Ludovico Ariosto

De Zwitserse schrijver Perikles Monioudis werd geboren op 8 september 1966 in Glarus. Zie ook alle tags voor Peikles Monoudis op dit blog.

Uit: Frederick

„Ganz hinten bei den Klappstühlen haue man ihn sitzen heißen, und da saß der kleine Junge auch, er starrte nach vorn auf die Bühne. Frederick tat so, als würde ihn das alles kalt lassen, die freudige Erwartung des Publikums vor jeder Num-mer,die Ovationen für die halbnackten Damen, die halbnack-ten Damen selbst, die Verhöhnung des iheren Tanzpaars, die schlüpfrigen Einlassungen des Direktors, der, ganz Impresa-rio, es sich nicht nehmen ließ, die Nummern selbst anzusagen, um immer gleich von sich zu sprechen. Die Leute im düsteren Saal tobten ob seiner vulgären Gesten — Frederick nicht, er verzog keine Miene. Er wollte damit nicht etwa erwachsen er-scheinen. es nahm ohnehin kein Mensch Notiz von dem klei-nen Jungen im ausgebeulten Tweedanzug. Es ging Frederick einzig um seine zweieinhalb Jahre ältere Schwester Adele, die sich neben ihm auf dem Klappstuhl vor Lachen kaum mehr halten konnte. Sie weinte Tränen der Verzückung. So wie seine Schwester mochte er sich unter keinen Um-ständen geben, nicht einmal hier und jetzt, bei seinem not-gedrungen ersten Vaudeville-Besuch. Sein kindlicher Instinkt. ein aufkeimender Stolz ließen ihn Abstand nehmen von dem Geschehen, den feixenden Junggesellen in der ersten Reihe, den älteren Damen an den ihnen vorbehaltenen, mit Telefo-nen versehenen Tischchen. Frederick konnte das Klingeln im Lärm des Saals zwar nicht hören, ihm blieb aber nicht verborgen, daß die mit rotem Damast bezogenen Apparate ununterbrochen Anrufe empfingen; manche verfügten über ein gelbes Lämpchen, das bei Anruf aufflackerte. Die älteren Damen schauten sich, den Hörer ans Ohr gedrückt, im Saal um. Frederick folgte ihren Blicken; die Anrufer schwenkten, den Hörer am Ohr, ihr Taschentuch, kurz, aus dem Handgelenk. Die Damen wink-ten zurück oder legten auf oder taten beides auf einmal, ganz verstand er die Sache nicht. Peinlich war Frederick nur, daß Adele sich neben ihm vor Lachen krümmte; es brachte ihn auf, denn er fühlte sich ver-raten. In ihrer kindlichen Ausgelassenheit unterschied sie sich von den anderen Besuchern nicht im geringsten. Gerade deswegen wollte er sie zurechtweisen — wenngleich er wußte, daß sie sich nichts bieten ließ, schon gar nicht von ihrem jüngere, Bruder. Frederick gab sich weiter unbeteiligt, ließ sich nichts von seiner wachsenden Abscheu anmerken, auch dann nicht, als er über das Gesicht seiner Mutter, die neben Adele saß und ihren Hut auch jetzt nicht abnehmen wollte, ein Lächeln huschen sah.“

 

 
Perikles Monioudis (Glarus, 8 september 1966)

 

De Frans-Belgische schrijver Franz Hellens (pseudoniem van Frédérique van Ermenghem) werd op 8 September 1881 uit Vlaamsche ouders in Brussel geboren. Zie ook alle tags voor Franz Hellens op dit blog.

Uit: Mijn Hollanders

“De Hollandse schrijvers en vrienden die ik nu schriftelijk wil herdenken heb ik niet in Holland, niet in hun natuurlijke omgeving, ontmoet. De herinnering echter die ik van hun aanwezigheid en aan hun omgang heb bewaard werden nimmer uitgewist. Mijn ontmoetingen met hen vielen bovendien samen met de meest bewogen en vruchtbaarste periode van mijn leven als mens en als schrijver. Doch hoe levendig het beeld dat ik bewaar van een Jan Greshoff, een Eddy du Perron, een Slauerhoff en van die goede vriend en uitgever A.A.M. Stols ook moge zijn, het kan slechts versterkt worden en zich levendiger handhaven op het strak gespannen koord van de herinnering, wanneer ik het voor mijn genoegen teken met de pen op een witte bladzijde, bladzijde die voor hen besproken schijnt te zijn tot nu, na meer dan vijftien jaar van zwijgen en stilte. Ik kwijt mij dus met welbehagen niet van deze taak, maar van deze soort van wederopwekking die een der zonnen van mijn vergevorderde leeftijd is gebleven.
Ik kan wel zeggen dat ik door tussenkomst van Jan Greshoff in aanraking ben gekomen met de schrijvers en vrienden die ik zo even noemde. Het feit alleen hun namen op deze bladzijde neer te schrijven brengt hen mij als bij toverslag voor ogen. Zij zijn hier bij mij teruggekeerd in een verdubbelde aanwezigheid, niet weerkaatst in de vele facetten van de spiegel der herinnering, maar in de éne verhelderende spiegel van de vriendschap. Maar waarom dat woord ‘spiegel’ gebruiken wanneer de werkelijkheid zich bij mij aanmeldt in haar meest onmiddellijke vorm? Ik zie hen weer terug, ik praat met hen, ik stel hun vragen. Zij geven mij antwoord. Ik zal dus niet zozeer over hun werk spreken, als wel over hun persoonlijkheid.
Na het noodlottige jaar 1940 heb ik alleen Greshoff en Stols teruggezien; de anderen zijn gestorven. Maar de doden hebben op de levenden voor dat zij omgeven worden door een soort van dubbele glorie: die van hun aards voorbijgaan onder het licht der werkelijkheid en die van hun onsterfelijk bestaan, mogelijk gemaakt door de volledige samensmelting van het wezen met de oneindigheid.
Dit wil geenszins zeggen dat Greshoff uit Kaapstad teruggekeerd naar zijn land van herkomst en Stols die uit het noorden was vertrokken naar de overkant van de Atlantische Oceaan onder de keerkringen, mij niet beiden, najaar ’55, verschenen zijn gelijk aan zichzelf en onder de gunstigste belichting! Kaapstad is ver van Parijs waar ik Greshoff heb weergezien voor hij weer naar Amerika vertrok. Dit alles leek mij zó ver dat ik het gevoel had dat een brief aan zijn adres een reis om de wereld moest maken op gevaar van onderweg verloren te raken. Daardoor zijn er talloze onderbrekingen in onze briefwisseling geweest.”

 


Franz Hellens (8 september 1881 – 20 januari 1972)

 

De Amerikaanse dichter en schrijver Joaquin Miller werd geboren op 8 september 1839 in Liberty, Indiana. Zie ook alle tags voor Joaquin Miller op dit blog.

 

In Southern California

Where the cocoa and cactus are neighbors,
Where the fig and the fir tree are one;
Where the brave corn is lifting bent sabres
And flashing them far in the sun;

Where maidens blush red in their tresses
Of night, and retreat to advance,
And the dark, sweeping eyelash expresses
Deep passion, half hush’d in a trance;

Where the fig is in leaf, where the blossom
Of orange is fragrant as fair,-
Santa Barbara’s balm in the bosom,
Her sunny, soft winds in the hair;

Where the grape is most luscious; where laden
Long branches bend double with gold;
Los Angelos leans like a maiden,
Red, blushing, half shy, and half bold.

Where passion was born and where poets
Are deeper in silence than song,
A love knows a love, and may know its
Reward, yet may never know wrong.

Where passion was born and where blushes
Gave birth to my songs of the South,
And a song is a love-tale, and rushes,
Unchid, through the red of the mouth;

Where an Adam in Eden reposes,
I repose, I am glad, and take wine
In the clambering, redolent roses,
And under my fig and my vine.

 

 
Joaquin Miller (10 maart 1839 – 17 februari 1913)

 

De Franse (Occitaanse) dichter en schrijver Frederic (Frédéric) Mistral werd geboren op 8 september 1830 in Maillane. Zie ook alle tags voor Frederic Mistral op dit blog.

Uit: Mireio. A Provencal poem (Fragment)

CANTO I.
Lotus Farm.

“And here we are!” the boy cried. “I can see
The straw-heaped threshing-floor, so hasten we!”
“But stay!” the other. “Now, as I’m alive,
The Lotus Farm ’s the place for sheep to thrive,—
The pine-woods all the summer, and the sweep
Of the great plain in winter. Lucky sheep!

“And look at the great trees that shade the dwelling,
And look at that delicious stream forth welling
Inside the vivary! And mark the bees!
Autumn makes havoc in their colonies;
But every year, when comes the bright May weather,
Yon lotus-grove a hundred swarms will gather.”

“And one thing more!” cried Vincen, eagerly,
“The very best of all, it seems to me,—
I mean the maiden, father, who dwells here.
Thou canst not have forgotten how, last year,
She bade us bring her olive-baskets two,
And fit her little one with handles new.”

 

 
Frederic Mistral (8 september 1830 – 25 maart 1914)
Portret door Paul Saïn, 1896

 

De Amerikaanse schrijfster Grace Metalious werd geboren in Manchester, New Hampshire, op 8 september 1924. Zie ook alle tags voor Grace Metalious op dit blog.

Uit: Peyton Place

“Dr. Swain drank his second drink. He was honest enough to real-ize that the struggle he fought with himself now would leave its mark on him for the rest of his life, and he knew that no matter what his decision, he would always wonder if he had made the right one. It was true that he had never broken any of the laws of the land before, unless a weekly game of five-and-ten poker with friends in a state that prohibited gambling could be looked upon as breaking the law. No exceptions now, Matthew, he cautioned himself. Poker at Seth’s is against the laws of this state, so you have broken the law before. But not in my work, protested another part of his mind. Never in my work. No, not in your work. Rules are rules and you have always abided by them. Certainly, you are not going to start breaking them now, at your age, and that’s the end of it. Rules are rules. But what about the exceptions to the rules? There aren’t any exceptions in your business, Doctor. You re-port syphilis, you tell the police if a man with a bullet wound approaches you, and you isolate the sick over protest. No excep-tions, Matthew. But if this child of Selena’s is born, it will ruin the rest of her life. That’s none of your affair, Matthew. Go to the police. See that this man Lucas is brought to justice. But keep your hands off Selena Cross. She is only sixteen years old. She has the beginnings of a prett) good life mapped out for herself. This would ruin her. You might kill her. Nonsense. I’d do it in the hospital with all sterile precautions. Are you mad? In the hospital? Have you gone stark, raving mad? I could do it. I could do it so no one would know. I could do it tonight. The hospital is practically empty. People just haven’t been sick this month. In the hospital? Are you mad? Are you really mad? Yes, goddamn it, I aml Whose hospital is it, anyway? Who built the goddamn place, and nursed it, and made it go if it wasn’t me? What do you mean, your hospital? That hospital belongs to the people of this community whom you are solemnly bound to serve to the best of your ability. The state says so, and this country says so, and that oath you stood up and took more years ago than you care to remember says so. Your hospital. Humph. You must be mad.
Matthew Swain threw his empty whisky glass against the hearth of the empty fireplace. It shattered noisily and crystal slivers flew out in a circle. “Yes, goddamn it, I’m madl” said the doctor aloud, and stamped out of his living room and up the stairs that led to the second floor. But all the while the silent voice pursued him. You’ve lost, Matthew Swain, it said. You’ve lost. Death, venereal disease and organized religion, in that order, eh? Don’t you ever let me hear you open your mouth again. You are setting out de-liberately this night to inflict death, rather than to protect life as you are sworn to do. “Feeling better, Selena?” asked the doctor, stepping into the darkened bedroom. “Oh, Doc,” she said, staring at him with violet-circled eyes. “Oh, Doc. I wish I were dead.” “Come on, now,” he said cheerfully. “We’ll take care of every-thing and fix you up as good as new.”

 

 
Grace Metalious (8 september 1924 – 25 februari 1964)
Ed Nelson speelde Dr. Rossi (in de roman Dr. Swain) in de tv-serie (1964 – 1969)

 

De Italiaanse dichter, toneelschrijver Ludovico Ariosto werd geboren in Reggio Emilia op 8 september 1474. Zie ook alle tags voor Ludovico Ariosto op dit blog.

Uit: Der rasende Roland (Vertaald door Friedrich Schiller)

Erster Gesang.

Denn bald (so leicht kann sich der Mensch betrügen)
Sah er die Schöne sich entwandt,
Die Schöne, die er sich mit heldenkühner Hand
Von Ost bis West bewahrt mit zahlenlosen Siegen,
In Freundes Schoos, im Vaterland,
Und ohne Schwerdtschlag, sich entwandt.
Denn um der Zwietracht Flammen zu ersticken
Entrückte sie der Kaiser seinen Blicken.

8.
Schon hatte ihrer Reitze Macht
Im Busen seines Anverwandten
Dasselbe Feuer angefacht,
Daß Roland und Rinald in Eifersucht entbrannten,
Besorgt, durch diesen unglücksvollen Streit
Zwey tapfre Krieger zu verlieren,
Ließ Karl die Zauberinn, die dieses Paar entzweit,
Vom Baierfürst von dannen führen;

9.
Und setzte sie zum Preiß des Heldenmuths
Für den, der sie in nächster Schlacht erkämpfte,
Mit Strömen Sarazenenbluts
Den Uebermuth der Feinde dämpfte.
Doch der Erfolg sprach der Erwartung Hohn,
Geschlagen flieht das Christenheer davon,
Der Baier wird gefangen von den Mohren,
Viel Ritter noch mit ihm, und sein Gezelt verloren.

 


Ludovico Ariosto (8 september 1474 – 6 juli 1533)
Cover

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *