X.J. Kennedy, Charles Reznikoff

De Amerikaanse dichter, schrijver, vertaler en bloemlezer X.J. Kennedy werd geboren in Dover, New Jersey op 21 augustus 1929. Zie ook alle tags voor X. J. Kennedy op dit blog.

 

Japanese Beetles

1 The Minotaur’s Advice

Unravel hope, but be not by it led
Or, back outside, you’ll still hang by a thread.

2 Teutonic Scholar

Twelve hefty tomes his learning demonstrate.
Now earth squats on him like a paperweight.

3 Translator

They say he knows, who renders Old High Dutch,
His own tongue only, and of it not much.

4 To a Now-type Poet

Your stoned head’s least whim jotted down white hot?
Enough confusion of my own, I’ve got.

5 Advice to an Anthologist

Extoll those bards whose very names are lost.
Like not too well the living. That kind cost.

6

Time is that dentist fond of sweet desserts
Who, drill in hand, says, Stop me if this hurts.

7

Here lies a girl whose beauty mad Time stay.
Shovel earth in. We haven’t got all day.

8 Parody: Herrick

When Vestalina’s thin white hand cuts cheese,
The very mice go down upon their knees.

 

X.J. Kennedy (Dover, 21 augustus 1929)

 

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

 

Winterschetsen

l
Nu dat zwarte grond en struiken-
scheuten, bomen,
elk twijgje en takje- plotseling wit van sneeuw zijn,
en de aarde lichter wordt dan de lucht,

spreidt die warrige struik
van zenuwen, aders,
slagaders-mezelf-
zijn omgekrulde bladeren uit
naar de stralende lucht.

Op deze beboste heuvel,
bevlekt met sneeuw, hoor ik
alleen de smeltende sneeuw
van de twijgen vallen.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Charles Reznikoff (30 augustus 1894 – 22 januari 1976)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 21e augustus ook mijn blog van 21 augustus 2020 en eveneens mijn blog van 21 augustus 2019 en ook mijn blog van 21 augustus 2016 en ook mijn blog van 21 augustus 2016 deel 2.

Charles Reznikoff

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

Autobiography: New York

I
It is not to be bought for a penny
in the candy store, nor picked
from the bushes in the park. It may be found, perhaps,
in the ashes on the distant lots,
among the rusting cans and Jimpson weeds.
If you wish to eat fish freely,
cucumbers and melons,
you should have stayed in Egypt.

II
I am alone—
and glad to be alone;
I do not like people who walk about
so late; who walk slowly after midnight
through the leaves fallen on the sidewalks.
I do not like
my own face
in the little mirrors of the slot-machines
before the closed stores.

III
Walking along the highway,
I smell the yellow flowers of a shrub,
watch the starlings on a lawn, perhaps—
but why are all these
speeding away in automobiles,
where are they off to
in such a hurry?
They must be going to hear wise men
and to look at beautiful women,
and I am just a fool
to be loitering here alone.

IV
I like the sound of the street—
but I, apart and alone,
beside an open window
and behind a closed door.

V
Winter is here indeed; the leaves have long been swept
from the winding walks; trees and ground are brown—
all is in order.
Only the lamps now flourish in the park.
We walk about and talk;
but the troubles of the unsuccessful middle-aged
are so uninteresting!

 

Autobiografie: New York

I
Je kunt ze niet kopen voor een cent
in de snoepwinkel, noch plukken
van de struiken in het park. Je vindt ze misschien
in de as op de verre stukjes grond,
tussen de roestende blikken en doornappels.
Als je vrijelijk vis wilt eten,
komkommers en meloenen,
had je in Egypte moeten blijven.

II
Ik ben alleen-
en blij om alleen te zijn;
Ik hou niet van mensen die zo laat
rondlopen; die na middernacht langzaam
door de bladeren lopen die op de trottoirs zijn gevallen.
ik hou niet van
mijn eigen gezicht
in de kleine spiegels van de verkoopautomaten
voor de gesloten winkels.

III
Lopend langs de snelweg
ruik ik de gele bloemen van een struik,
kijk naar de spreeuwen op een gazon, misschien-
maar waarom haasten die zich allemaal
weg in auto’s,
waar gaan ze heen
zo snel?
Ze zullen wel naar wijze mannen gaan luisteren
en naar mooie vrouwen gaan kijken,
en het is gewoon idioot van mij
om hier alleen rond te hangen.

IV
Ik hou van het geluid van de straat-
maar ik, apart en alleen,
naast een open raam
en achter een gesloten deur.

V.
’t Is inderdaad winter hier; de bladeren zijn al lang weggevaagd
van de kronkelige paden; bomen en grond zijn bruin-
alles is in orde.
Alleen de lampen gedijen nu in het park.
We lopen rond en praten;
maar de problemen van de vruchteloze middelbare leeftijd
zijn zo oninteressant!

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Charles Reznikoff (30 augustus 1894 – 22 januari 1976)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 30e augustus ook mijn blog van 30 augustus 2019 en ook mijn blog van 30 augustus 2017 en ook mijn blog van 30 augustus 2016.

Koos Dijksterhuis, Charles Reznikoff

De Nederlandse schrijver, journalist en dichter Koos Dijksterhuis werd geboren op 23 augustus 1962 in Amersfoort. Zie ook alle tags voor Koos Dijksterhuis op dit blog.

Lockup

In huis heb ik gereinigd en geklust
Voldaan kijk ik de la’s van mijn bureau na
Weer keurig opgeruimd, dankzij corona
De hele samenleving kwam tot rust

In thuiswerk blijk ik stukken productiever
Dan op kantoor met allemaal geluid
Het beeldscherm kan een uurtje eerder uit
Zo houd ik het geloof ik voortaan liever

De blauwe hemel en de frisse lucht
Behalve samenzijn met oude mensen
Had ik die maanden weinig meer te wensen
Ik mis geen festival of chartervlucht

Dit zeg ik u, al zeg ik het met gêne
Ik blijf voorlopig nog in quarantaine

 

Verstekeling

Vervoerd naar verten door een schuit uit China
Een tot de kiel verroeste brik, bejaard
Met vuurwerk hopend op behouden vaart
Vol vage vracht en olievaten (‘Fina’)

Als nautisch lifter was het mij veel waard
Al stuiterde ik als een ballerina
Op zee en tropenkoorts en van de kina
Zo’n avontuur van ouderwetse aard

Aan boord te zijn, te lezen: Slauerhoff
Alleen in zijn gedichten kon hij wonen
Nooit vond hij ergens anders onderdak

Voor Slauerhoff heb ik sindsdien een zwak
Die rusteloze scheepsarts kon mij tonen:
Ook reizen door de poëzie is tof

 

Genezing

Laatst kwam ik bij een tovertherapeut
ik werd verpletterd onder haar charisma
ze overtuigde me: ik nam een klysma
de slechte energie die moest eruit

En werd ik ayurvedisch planteneter
dan werd ik ongetwijfeld nóg veel beter!
ik huppelde naar huis – het leek getover –
want al mijn klachten waren eensklaps over

Ik werd asceet en schoon mijn lichaam kwijnde
was ik gezond en bovenal voldaan
ik kon de slechte energie weerstaan!
en toen ik dood ging vond ik dat het einde

Dus laat u, mocht u het hiernamaals vrezen
eens door een tovertherapeut genezen!

 

Koos Dijksterhuis (Amersfoort, 23 augustus 1962)

 

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

 

Het was al lang donker, maar nog steeds een uur voor het avondeten.

Het was al lang donker, maar nog steeds een uur voor het avondeten.
De jongen stond voor het raam achter het gordijn.
De straat onder de zwarte lucht was blauwachtig wit van de sneeuw.
Aan de overkant van de straat, waar de grond afloopt naar de stoep,
gingen jongens en meisjes op sleeën naar beneden.
De jongens zaten achter hem aan omdat hij een Jood was.

Eindelijk sliepen zijn vader en moeder. Hij stond op en kleedde zich aan.
In de gang pakte hij zijn slee en liep op zijn tenen naar buiten.
Niemand was op straat. De baan was uitgesleten, glad en
glibberig – precies goed.
Hij ging op zijn slee liggen en schoot weg. Hij ging slechts twee keer
naar beneden.
Hij stond kniediep in de sneeuw:
niemand was op straat, de ramen waren donker;
die bij de straatlantaarns lichtten op, maar de kamers binnen
waren donker;
op straat waren lange schaduwen van klonters sneeuw.
Hij pakte zijn slee en ging terug naar binnen.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Charles Reznikoff 30 augustus 1894 – 22 januari 1976)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 23e augustus ook mijn blog van 23 augustus 2018 en ook mijn blog van 23 augustus 2016 en ook mijn blog van 23 augustus 2015 deel 2.

Griet Op de Beeck, Charles Reznikoff

De Vlaamse schrijfster en columniste Griet Op de Beeck werd geboren in Turnhout op 22 augustus 1973. Zie ook alle tags voor Griet Op de Beeck op dit blog.

Uit: Vele hemels boven de zevende

“Opeens stond ze daar: aan de deur van mijn atelier, dat tijdelijk mijn huis was geworden. Ik zag haar op het schermpje van de intercom, het hoofd wat ronder en groter dan normaal, door die lens, en toch nog mooi.
Het was vele weken nadat ik mijn tekening van haar had opgestuurd. Ik had erbij geschreven: dit is geen tekening van u, dit is een tekening van de liefde, dit is mijn hart dat ge meer hebt geheeld dan ge ’t ooit zou kunnen breken. Ik meende dat: sommige mensen blijven altijd mooi, ook als ze weglopen, hoe pijnlijk dat ook is.
Ze is binnengekomen en ze heeft gezegd: ‘Ik wil niet binnenkomen.’ Ik heb haar vastgehouden, heel lang, tot dat lijf van haar ontspande, tot er tranen kwamen.
Ze kwam het nog eens uitleggen, dacht ze, denk ik. Ik heb haar laten praten, ik heb beter geluisterd dan alleen naar wat ze zei, ik heb veel willen zeggen, dat niet gedaan. ‘Mensen moeten naar zichzelf leren luisteren, dat is beter dan naar anderen, zelfs als die anderen ik zijn,’ dat heb ik wel gezegd, met iets van een kleine lach. Ik heb gezegd dat ik nooit van mijn leven zou weglopen van wat ik voelde, dat ik niet geloof dat ik dat zou kunnen: dit ene leven, zo kwetsbaar als Eva nog had bewezen dat dat is, leiden, wetend dat ik wegkijk, afleid, verdoof, dat ik niet meer zou kunnen schilderen als ik dat zou doen, dat ik vroeger dacht dat dat eng was, zien wat er is, maar dat de angst net verdwijnt dan: met de ogen open is alles minder eng dan met de ogen dicht.
Dat ze zich schuldig voelde, zei ze, dat ik hier nu alleen zat, in dit huis dat geen huis was, dat ze vond dat ik belachelijk gelukkig moest worden, omdat ik gemaakt was om dat te zijn. Ik heb geantwoord dat het geweldig zeer deed: haar missen, haar enkels en haar lippen en haar typische zinnetjes en haar getwijfel en haar idiote nuchterheid. Ik heb haar verteld dat Eva mij nog had gezegd dat ze tegen tragische liefdes was, en dat ik daar nooit zo over had nagedacht, tot nu, en dat ik haar moest bijtreden, want dat er niks klopt aan grote liefdes die niet mogen zijn, en dat het wel degelijk iets betekent als dingen blijven plakken aan de binnenkant van de kop. Ik heb gezegd dat ik alleen maar kon respecteren wat zij wou, en dat ik haar nu nog één keer ging kussen, omdat dat moest. Toen heb ik haar gevraagd om te vertrekken: moeilijker was er nooit iets, geloof ik, nooit.”

 

Griet Op de Beeck (Turnhout, 22 augustus 1973)

 

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

 

Een zoon met toekomst

Toen hij vier jaar oud was, stond hij bij het raam tijdens een
onweersbui. Zijn vader, een kleermaker, zat op de tafel te naaien.
Hij kwam naar zijn vader toe en zei: ‘Ik weet hoe onweer
gemaakt wordt: twee wolken stoten tegen elkaar. “
Toen hij ouder was, voerde hij hoogdravende taal op feestjes.
Ze zeiden allemaal dat hij advocaat zou worden.
Tijdens zijn rechtenstudie won hij een prijs voor een essay. Daarna werd
hij de maat van een enige zoon van rijke mensen. Er werd gezegd
dat ze helemaal weg waren van de jonge advocaat .
De Afdeling van Beroep nam de kwestie van zijn schorsing in overweging.
Zijn familieleden hoorden geruchten over verduistering.

Als jongen had hij, om de school te kunnen betalen, gewerkt in een
drogisterij.
Nu wendde hij zich tot dit half vergeten werk, tussen parfums
en bittere medicijnen, rustig na het geharrewar van de
rechtbanken en het zoeken in wetboeken.
Hij had net genoeg geld om een drogisterij te kopen in een zijstraat.
De griep brak uit. De oude kleermaker had nog steeds zijn winkel
en zat met gekruiste benen op de tafel te naaien, maar hij was
halfblind.
Ook hij werd ziek. Terwijl hij in bed lag, dacht hij: “Hoeveel geld
zullen dokters en drogisten wel niet verdienen; nu
heeft mijn zoon een buitenkansje. “
Ze vertelden hem niet dat zijn zoon aan griep was overleden.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Charles Reznikoff (30 augustus 1894 – 22 januari 1976)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 22e augustus ook mijn blog van 22 augustus 2019 en ook mijn blog van 22 augustus 2016 en ook mijn blog van 22 augustus 2015 deel 1 en ook deel 2.

Dolce far niente, Wilhelm Busch, Charles Reznikoff, François Cheng, Mary Shelley

 

Dolce far niente

 

Summer Hills door Steven Guy Bilodeau, 2012

 

Der Winter ging

Der Winter ging, der Sommer kam,
er bringt aufs Neue wieder
den viel beliebten Wunderkram
der Blumen und der Lieder.

Wie das so wechselt Jahr um Jahr,
betracht ich fast mit Sorgen.
Was lebte, starb, was ist, es war,
und heute wird zu morgen.

Stets muss die Bildnerin Natur
den alten Ton benutzen
im Haus und Garten, Wald und Flur
zu ihren neuen Skizzen.

 

Wilhelm Busch (15 april 1832 – 9 januari 1908)
De Wilhelm-Busch-Apotheke in Wiedensahl, de geboorteplaats van Wilhelm Busch

 

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

 

‘The lamps are burning in the synagogue…’

“The lamps are burning in the synagogue,
in the houses of study, in dark alleys. . .”
This should be the place.
This is the way
the guide-book describes it. Excuse me, sir,
can you tell me
where Eli lives, Eli the katzev—
slaughterer of cattle and poultry?
One of my ancestors.
Reb Haskel? Reb Shimin? My grandfathers.

This is the discipline that withstood the siege
of every Jew;
these are the prayer-shawls that have proved
stronger than armor.

Let us begin then humbly. Not by asking:
Who is This you pray to? Name Him;
define Him. For the answer is:
we do not name Him.
Once out of a savage fear, perhaps;
now out of knowledge—of our ignorance.

Begin then humbly. Not by asking:
shall I live forever?
Hear again the dear dead greeting me gladly
as they used to
when we were all among the living?
For the answer is:
if you think we differ from all His other creatures,
say only if you like with the Pharisees, our teachers,
those who do not believe in an eternal life
will not have it.

In the morning I arise and match again
my plans against my cash.
I wonder now if the long morning-prayers
were an utter waste of an hour
weighing, as they do, hopes and anguish,
and sending the believer out into the street
with the sweet taste of the prayers on his lips.

 

Charles Reznikoff (30 augustus 1894 – 22 januari 1976)

 

 

De Chinees-Franse dichter, schrijver en vertaler François Cheng werd geboren op 30 augustus 1929 in Nanchang in China. Zie ook alle tags voor François Cheng op dit blog.

Uit: Cinq méditations sur la beauté

La cosmologie chinoise est fondée sur l’idée du Souffle, à la fois matière et esprit. À partir de cette idée du Souffle, les premiers penseurs ont avancé une conception unitaire et organique de l’univers vivant où tout se relie et se tient. Le Souffle primordial assurant l’unité originelle continue à animer tous les êtres, les reliant en un gigantesque réseau d’entrecroisements et d’engendrement appelé le Tao, la Voie. Au sein de la Voie, la nature du Souffle et son rythme sont ternaires, en ce sens que le Souffle primordial se divise en trois types de souffles qui agissent concomitamment : le souffle Yin, le souffle Yang et le souffle du Vide médian. Entre le Yang, puissance active, et le Yin, douceur réceptive, le souffle du Vide médian — qui tire son pouvoir du Vide originel — a le don de les entraîner dans l’interaction positive, cela en vue d’une transformation mutuelle, bénéfique pour l’un et pour l’autre. Dans cette optique, ce qui se passe entre les entités vivantes est aussi important que les entités mêmes. (Cette intuition si ancienne rejoint la pensée d’un philosophe du xxe siècle : Martin Buber.) Le Vide prend ici un sens positif, parce qu’il est lié au Souffle ; le Vide est le lieu où circule et se régénère le Souffle. Tous les vivants sont habités par ces Souffles ; chacun est cependant marqué par un pôle plus déterminant du Yin ou du Yang. Citons, comme exemples, les grandes entités formant couples : Soleil-Lune, Ciel-Terre, Montagne-Eau, Masculin-Féminin, etc. En correspondance avec cette vision taoïste, la pensée confucéenne, comme nous l’avons vu plus haut, est elle aussi ternaire. La triade Ciel-Terre-Homme affirme le rôle spirituel que l’homme doit jouer au sein du cosmos. Cette conception cosmologique fondée sur le Souffle-Esprit entraîne notamment trois conséquences concernant notre manière d’appréhender le mouvement de la vie. Première conséquence : à cause de la nature dynamique du Tao, et surtout de l’action du Souffle qui assure, depuis l’origine, et de façon continue, le processus qui va du non-être vers l’être — ou plus précisément, en chinois, du wu « il n’y a pas » vers le you « il y a » le mouvement de la vie et notre participation à ce mouvement sont toujours un permanent et mutuel jaillissement, comme au commencement. Autrement dit, le mouvement de la vie est perçu à chaque instant plutôt comme un avènement ou un « rebondissement » que comme une plate répétition du même. Pour illustrer cette forme de compréhension, nous pouvons citer comme exemples deux pratiques qui ont traversé le temps et qui demeurent vivaces : le taijiquan et la calligraphie. »

 

François Cheng (Nanchang, 30 augustus 1929)
Cover Engelse uitgave

 

De Engelse schrijfster Mary Wollstonecraft Shelley werd geboren op 30 augustus 1797 in Somers Town, London. Zie ook alle tags voor Mary Wollstonecraft Shelley op dit blog.

Uit: Frankenstein

« La cosmologie chinoise est fondée sur l’idée du Souffle, à la fois matière et esprit. À partir de cette idée du Souffle, les premiers penseurs ont avancé une conception unitaire et organique de l’univers vivant où tout se relie et se tient. Le Souffle primordial assurant l’unité originelle continue à animer tous les êtres, les reliant en un gigantesque réseau d’entrecroisements et d’engendrement appelé le Tao, la Voie. Au sein de la Voie, la nature du Souffle et son rythme sont ternaires, en ce sens que le Souffle primordial se divise en trois types de souffles qui agissent concomitamment : le souffle Yin, le souffle Yang et le souffle du Vide médian. Entre le Yang, puissance active, et le Yin, douceur réceptive, le souffle du Vide médian — qui tire son pouvoir du Vide originel — a le don de les entraîner dans l’interaction positive, cela en vue d’une transformation mutuelle, bénéfique pour l’un et pour l’autre. Dans cette optique, ce qui se passe entre les entités vivantes est aussi important que les entités mêmes. (Cette intuition si ancienne rejoint la pensée d’un philosophe du xxe siècle : Martin Buber.) Le Vide prend ici un sens positif, parce qu’il est lié au Souffle ; le Vide est le lieu où circule et se régénère le Souffle. Tous les vivants sont habités par ces Souffles ; chacun est cependant marqué par un pôle plus déterminant du Yin ou du Yang. Citons, comme exemples, les grandes entités formant couples : Soleil-Lune, Ciel-Terre, Montagne-Eau, Masculin-Féminin, etc. En correspondance avec cette vision taoïste, la pensée confucéenne, comme nous l’avons vu plus haut, est elle aussi ternaire. La triade Ciel-Terre-Homme affirme le rôle spirituel que l’homme doit jouer au sein du cosmos. Cette conception cosmologique fondée sur le Souffle-Esprit entraîne notamment trois conséquences concernant notre manière d’appréhender le mouvement de la vie. Première conséquence : à cause de la nature dynamique du Tao, et surtout de l’action du Souffle qui assure, depuis l’origine, et de façon continue, le processus qui va du non-être vers l’être — ou plus précisément, en chinois, du wu « il n’y a pas » vers le you « il y a » le mouvement de la vie et notre participation à ce mouvement sont toujours un permanent et mutuel jaillissement, comme au commencement. Autrement dit, le mouvement de la vie est perçu à chaque instant plutôt comme un avènement ou un « rebondissement » que comme une plate répétition du même. Pour illustrer cette forme de compréhension, nous pouvons citer comme exemples deux pratiques qui ont traversé le temps et qui demeurent vivaces : le taijiquan et la calligraphie. »

 

Mary Shelley (30 augustus 1797 – 1 februari 1851)
Cover

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 30e augustus ook mijn blog van 30 augustus 2017 en ook mijn blog van 30 augustus 2016.

Dolce far niente, Jan Wolkers, Charles Reznikoff, François Cheng, Mary Wollstonecraft Shelley

 

Dolce far niente

 

 
Laat augustus licht door Tom Chistopher, z.j.

 

Na de zomer

I
De kreukels van het loof,
Vermoeid gesteente
Met flinterdunne nerven
Dat zijn bladeren ontvouwt
En neer laat dalen
Tot geel geschuifel.
Het lila van de herfst
Op bleke stelen
Zakt rottend weg
In drassigheid.
Het besef: Wij waren
Er even bij –
Een voetstap
Die geen echo achterlaat.

II
De onverschrokkenheid
Van zonlicht op de stammen,
Luchtige helderheid
Tussen de kruinen.
De dode damp stijgt op
Als lispelen.
De eenvoud van de
Directe waarneming.
We sluiten de deur,
En verdwijnen geruisloos.
Wat is sterven toch mooi
Als het grind zijn tol betaalt –
De bevrijdende schreeuw
Blijft onhoorbaar.

 

 
Jan Wolkers (26 oktober 1925 – 19 oktober 2007)
Prentbriefkaart uit 1903 met het Groene Kerkje in Oegstgeest, de geboorteplaats van Jan Wolkers. In 1954 werd de klimop verwijderd voor een grote restauratie.

 

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

 

His father carved umbrella handles

His father carved umbrella handles, but when umbrella
handles were made by machinery, there was only one
man for whom his father could work.
The pay was small, though it had once been a good trade.
They lived in the poorest part of the ghetto, near the lots
where people dump ashes.
His father was anxious that his son should stay at school and
get out of the mess he himself was in. “Learning is the
best merchandise,” he would say.
His father died; there was his mother to be taken care of. He
taught in a school in the ghetto.
Some pupils came at nine and stayed until three; others came
after public school and stayed until evening; most of the
pupils came in the evening.
The courses were crammed, lasting a few months, pupils and
teachers anxious to be rid of the matter as soon as
possible.
So he worked day and night, week-days and Sunday.

His mother was dead. It was cold in the street and windy. A
dry snow had fallen and the feet of the walkers were
turning it into brown sand.
He was forty.
Now he was free. To do what? He knew no one whom he
cared to marry. And who would go into his poverty?
If he were to give up this work he knew so well, to what else
could he turn?
He would just keep on. He had lost this world and knew there
was no other.

 

A Group Of Verse

I
All day the pavement has been black
With rain, but in our warm brightly-lit
Room, praise God, I kept saying to myself,
And saying not a word,
Amen, you answered.

II
From my window I could not see the moon,
And yet it was shining:
The yard among the houses—
Snow upon it—
An oblong in the darkness.

III
Among the heaps of brick and plaster lies
A girder, itself among the rubbish.

IV
Rooted among roofs, their smoke among the clouds,
Factory chimneys—our cedars of Lebanon.

V
What are you doing in our street among the automobiles,
Horse?

 

 
Charles Reznikoff (30 augustus 1894 – 22 januari 1976)

 

De Chinees-Franse dichter, schrijver en vertaler François Cheng werd geboren op 30 augustus 1929 in Nanchang in China. Zie ook alle tags voor François Cheng op dit blog.

 

La vraie gloire est ici

La vraie gloire est ici,
Nous passons à c8té.
Quelques jades croqués,
Et maints lotus mâchés,
Au travers des ténèbres
Un jour nous périrons !

La vraie voie est ici,
Nous passons à c8té.
Mousse ou limon mâché,
Lave ou glace croquée,
Mourant de nostalgie,
Périrons-nous un jour ?

La vraie vie dès ici,
Par ici nous passons.
Nous aurons toujours soif,
Et toujours aurons faim,
Au travers des ténèbres,
Jamais ne périrons.

Ici la gloire ? Oui, c’est ici
Quc, damnés, nous avons appris
À nous sauver par le chant —Aron
Qui nous conduit au vrai royaume.

 

À la source du Long Fleuve

Austères glaciers,
tendre filet d’eau,

Voici que le fleuve retourne à sa source,
Que nous terminons notre grand périple.

Tant de jours à longer le fleuve millénaire,
Toujours à contre-courant, à contretemps,
À sillonner l’aride haut plateau,
Creusé de ravins, menacé de vautours,

À traquer chairs crues et fruits sauvages,
À dormir à marne les herbes virginales,

À traverser le lac aux étoiles, poussant plus loin
Nos corps tatoués de gelures, de brûlures,

Minuscule caravane à bout d’endurance,
En ce point de l’ultime rendez-vous,

Où toute fin est commencement.
Austères glaciers, Tendre filet d’eau…

 

 
François Cheng (Nanchang, 30 augustus 1929)

 

De Engelse schrijfster Mary Wollstonecraft Shelley werd geboren op 30 augustus 1797 in Somers Town, London. Zie ook alle tags voor Mary Wollstonecraft Shelley op dit blog.

Uit: Frankenstein

“Yet do not suppose, because I complain a little or because I can conceive a consolation for my toils which I may never know, that I am wavering in my resolutions. Those are as fixed as fate, and my voyage is only now delayed until the weather shall permit my embarkation. The winter has been dreadfully severe, but the spring promises well, and it is considered as a remarkably early season, so that perhaps I may sail sooner than I expected. I shall do nothing rashly: you know me sufficiently to confide in my prudence and considerateness whenever the safety of others is committed to my care.
I cannot describe to you my sensations on the near prospect of my undertaking. It is impossible to communicate to you a conception of the trembling sensation, half pleasurable and half fearful, with which I am preparing to depart. I am going to unexplored regions, to “the land of mist and snow,” but I shall kill no albatross; therefore do not be alarmed for my safety or if I should come back to you as worn and woeful as the “Ancient Mariner.” You will smile at my allusion, but I will disclose a secret. I have often attributed my attachment to, my passionate enthusiasm for, the dangerous mysteries of ocean to that production of the most imaginative of modern poets. There is something at work in my soul which I do not understand. I am practically industrious–painstaking, a workman to execute with perseverance and labour–but besides this there is a love for the marvellous, a belief in the marvellous, intertwined in all my projects, which hurries me out of the common pathways of men, even to the wild sea and unvisited regions I am about to explore.
But to return to dearer considerations. Shall I meet you again, after having traversed immense seas, and returned by the most southern cape of Africa or America? I dare not expect such success, yet I cannot bear to look on the reverse of the picture. Continue for the present to write to me by every opportunity: I may receive your letters on some occasions when I need them most to support my spirits. I love you very tenderly. Remember me with affection, should you never hear from me again.
Your affectionate brother, Robert Walton »

 

 
Mary Shelley (30 augustus 1797 – 1 februari 1851)
Poster voor de gelijknamige film met Boris Karloff uit 1931

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 30e augustus ook mijn blog van 30 augustus 2017 en ook mijn blog van 30 augustus 2016.

Dolce far niente, James Whitcomb Riley, Charles Reznikoff, François Cheng, Jiří Orten, Libuše Moníková, Mary Wollstonecraft Shelley

 

Dolce far niente

 

 
Streets in Late August door Daniel Robbins, 2013

 

August

A day of torpor in the sullen heat
Of Summer’s passion: In the sluggish stream
The panting cattle lave their lazy feet,
With drowsy eyes, and dream.

Long since the winds have died, and in the sky
There lives no cloud to hint of Nature’s grief;
The sun glares ever like an evil eye,
And withers flower and leaf.

Upon the gleaming harvest-field remote
The thresher lies deserted, like some old
Dismantled galleon that hangs afloat
Upon a sea of gold.

The yearning cry of some bewildered bird
Above an empty nest, and truant boys
Along the river’s shady margin heard–
A harmony of noise–

A melody of wrangling voices blent
With liquid laughter, and with rippling calls
Of piping lips and thrilling echoes sent
To mimic waterfalls.

And through the hazy veil the atmosphere
Has draped about the gleaming face of Day,
The sifted glances of the sun appear
In splinterings of spray.

The dusty highway, like a cloud of dawn,
Trails o’er the hillside, and the passer-by,
A tired ghost in misty shroud, toils on
His journey to the sky.

And down across the valley’s drooping sweep,
Withdrawn to farthest limit of the glade,
The forest stands in silence, drinking deep
Its purple wine of shade.

The gossamer floats up on phantom wing;
The sailor-vision voyages the skies
And carries into chaos everything
That freights the weary eyes:

Till, throbbing on and on, the pulse of heat
Increases–reaches–passes fever’s height,
And Day sinks into slumber, cool and sweet,
Within the arms of Night.

 

 
James Whitcomb Riley (7 oktober 1849 – 22 juli 1916)
Greenfield, Indiana, de geboorteplaats van James Whitcomb Riley

Lees verder “Dolce far niente, James Whitcomb Riley, Charles Reznikoff, François Cheng, Jiří Orten, Libuše Moníková, Mary Wollstonecraft Shelley”

Charles Reznikoff, Jiři Orten, François Cheng, Libuše Moníková, Gisela von Arnim, Mary Wollstonecraft Shelley, Adam Kuckhoff, Michael Speier

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

 

Depression

So proudly she came into the subway car
all who were not reading their newspapers saw
the head high and the slow tread—
coat wrinkled and her belongings in a paper bag,
face unwashed and the grey hair uncombed;

simple soul, who so early in the morning when only the
poorest go to work,
stood up in the subway and outshouting the noise:
‘Excuse me, ladies and gentlemen, I have a baby at home who
is sick,
and I have no money, no job;’ who did not have box or cap
to take coins—
only his hands,
and, seeing only faces turned away,
did not even go down the aisle as beggars do;

the fire had burnt through the floor:
machines and merchandise had fallen into
the great hole, this zero that had sucked away so many years
and now, seen at last, the shop itself;
the ceiling sloped until it almost touched the floor a strange curve
in the lines and oblongs of his life;
drops were falling
from the naked beams of the floor above,
from the soaked plaster, still the ceiling;
drops of dirty water were falling
on his clothes and hat and on his hands;
the thoughts of business
gathered in his bosom like black water

in footsteps through a swamp;
waiting for a job, she studied the dusty table at which she sat
and the floor which had been badly swept—
the office-boy had left the corners dirty;
a mouse ran in and out under the radiator
and she drew her feet away
and her skirt about her legs, but the mouse went in and out
about its business; and she sat waiting for a job
in an unfriendly world of men and mice;

walking along the drive by twos and threes,
talking about jobs,
jobs they might never get and jobs they had had,
never turning to look at the trees or the river
glistening in the sunlight or the automobiles
that went swiftly past them—
in twos and threes talking about jobs;

in the drizzle
four in a row
close to the curb
that passers-by might pass,
the squads stand
waiting for soup,
a slice of bread
and shelter—
grimy clothes
their uniform;
on a stoop
stiffly across the steps
a man
who has fainted;
each in that battalion
eyes him,
but does not move from his place,
well drilled in want.

 

 
Charles Reznikoff (30 augustus 1894 – 22 januari 1976)

Lees verder “Charles Reznikoff, Jiři Orten, François Cheng, Libuše Moníková, Gisela von Arnim, Mary Wollstonecraft Shelley, Adam Kuckhoff, Michael Speier”

Charles Reznikoff, Jiři Orten, François Cheng, Libuše Moníková, Gisela von Arnim, Mary Wollstonecraft Shelley, Adam Kuckhoff, Michael Speier

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook mijn blog van 30 augustus 2010 en alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

Heart and Clock

Now the sky begins to turn upon its hub—
the sun; each leaf revolves upon its stem;
now the plague of watches and of clocks nicks away
the day—
ten thousand steps
tread upon the dawn;
ten thousand wheels
cross and criss-cross the day
and leave their ruts across its brightness
the clocks
drip
in every room—
our lives are leaking from the places,
and the day’s brightness dwindles into stars.

 

Winter Sketches

I
Now that black ground and bushes~
saplings, trees,
each twig and limb-are suddenly white with snow,
and earth becomes brighter than the sky,

that intricate shrub
of nerves, veins, arteries-
myself-uncurls
its knotted leaves
to the shining air.

Upon this wooded hillside,
pied with snow, I hear
only the melting snow
drop from the twigs.

 

II
Subway

In steel clouds
to the sound of thunder
like the ancient gods:
our sky, cement;
the earth, cement;
our trees, steel;
instead of sunshine,
a light that has no twilight,
neither morning nor evening,
only noon.

Coming up the subway stairs, I thought the moon
only another street-light —
a little crooked.

 
Charles Reznikoff (30 augustus 1894 – 22 januari 1976)
De coverfoto is uit 1932/33. In de kinderwagen zijn nichtje Camilla.

Bewaren

Lees verder “Charles Reznikoff, Jiři Orten, François Cheng, Libuše Moníková, Gisela von Arnim, Mary Wollstonecraft Shelley, Adam Kuckhoff, Michael Speier”

Charles Reznikoff, Jiři Orten, François Cheng, Libuše Moníková, Gisela von Arnim, Mary Wollstonecraft Shelley, Adam Kuckhoff

De Amerikaanse dichter Charles Reznikoff werd op 30 augustus 1894 in New York geboren. Zie ook mijn blog van 30 augustus 2010 en alle tags voor Charles Reznikoff op dit blog.

Uit: Jerusalem the Golden

 

The Hebrew of

The Hebrew of your poets, Zion,
is like oil upon a burn,
cool as oil;
after work,
the smell in the street at night
of the hedge in flower.
Like Solomon,
I have married and married the speech of strangers;
none are like you, Shulamite.

 

Hellenist

As I, barbarian, at last, although slowly, could read Greek,
at “blue-eyed Athena”
I greeted her picture that had long been on the wall:
the head slightly bent forward under the heavy helmet,
as if to listen; the beautiful lips slightly scornful.

 

The moon shines

The moon shines in the summer night;
now I begin to understand the Hebrews
who could forget the Lord, throw kisses at the moon,
until the archers came against Israel
and bronze chariots from the north
rolled into the cities of Judah and the streets of Jerusalem.
What then must happen, you Jeremiahs,
to me who look at moon and stars and trees?

 
Charles Reznikoff (30 augustus 1894 – 22 januari 1976)

Lees verder “Charles Reznikoff, Jiři Orten, François Cheng, Libuše Moníková, Gisela von Arnim, Mary Wollstonecraft Shelley, Adam Kuckhoff”