Isaac Bashevis Singer, Voltaire, Marilyn French, Franz Hessel

De Amerikaans-Poolse schrijver Isaac Bashevis Singer werd geboren op 21 november 1904 als Isaac Hertz Singer in Radzymin, Polen. Zie ook mijn blog van 21 november 2006.

 

Uit: Satan in Goray

“In the year 1648, the wicked Ukrainian hetman, Bogdan Chmelnicki, and his followers besieged the city of Zamosc but could not take it, because it was strongly fortified; the rebelling haidamak peasants moved on to spread havoc in Tomaszow, Bilgoraj, Krasnik, Turbin, Frampol – and in Goray, too, the town that lay in the midst of the hills at the end of the world. They slaughtered on every hand, flayed men alive, murdered small children, violated women and afterward ripped open their bellies and sewed cats inside. Many fled to Lublin, many underwent baptism or were sold into slavery. Goray, which once had been known for its scholars and men of accomplishment, was completely deserted.… For weeks after the razing of Goray, corpses lay neglected in every street, with no one to bury them. Savage dogs tugged at dismembered limbs.… The handful who survived left the town and wandered away. It seemed as though Goray had been erased forever.” (pages 3-4)

…..

“Now Rechele was alone in the house on the night before Yom Kippur, and only a few hours previously a corpse had been taken away. Rechele wanted to go out into the street and call people to her, but she was afraid to open the door in the dark passageway. She pursed her lips to shout, but the cry would not leave her throat. Terrified, she threw herself on the bench-bed, rolled up into a ball, and covered herself with the comforter. From somewhere a low mutter reached her ears. The sound seemed to come from beneath the earth, and it appeared to Rechele that it was the chanting of Kol Nidre. But then it dawned on her that it was the dead who were chanting, and she knew that whosoever hears the Kol Nidre of the dead would not live out the year.” (page 66)

Isaac_Bashevis_Singer

Isaac Bashevis Singer (21 november 1904 – 24 juli 1991)

 

De Franse schrijver Voltaire, pseudoniem van François-Marie Arouetwerd werd op 21 november 1694 geboren in Parijs. Zie ook mijn blog van 21 november 2006.

Poème sur le désastre de Lisbonne (1756)

O malheureux mortels ! ô terre déplorable !
O de tous les mortels assemblage effroyable !
D’inutiles douleurs éternel entretien !
Philosophes trompés qui criez : ” Tout est bien ” ;
Accourez, contemplez ces ruines affreuses,
Ces débris, ces lambeaux, ces cendres malheureuses.
Ces femmes, ces enfants l’un sur l’autre entassés,
Sous ces marbres rompus ces membres dispersés :
Cent mille infortunés que la terre dévore,
Qui, sanglants, déchirés, et palpitants encore,
Enterrés sous leurs toits, terminent sans secours
Dans l’horreur des tourments leurs lamentables jours !
Aux cris demi-formés de leurs voix expirantes,
Au spectacle effrayant de leurs cendres fumantes,
Direz-vous : ” C’est l’effet des éternelles lois
Qui d’un Dieu libre et bon nécessitent le choix ” ?
Direz-vous, en voyant cet amas de victimes :
” Dieu s’est vengé, leur mort est le prix de leurs crimes ” ?
Quel crime, quelle faute ont commis ces enfants
Sur le sein maternel écrasés et sanglants ?
Lisbonne, qui n’est plus, eut-elle plus de vices
Que Londres, que Paris, plongés dans les délices ?
Lisbonne est abîmée, et l’on danse à Paris.
Tranquilles spectateurs, intrépides esprits,
De vos frères mourants contemplant les naufrages,
Vous recherchez en paix les causes des orages :
Mais du sort ennemi quand vous sentez les coups,
Devenus plus humains, vous pleurez comme nous.
Croyez-moi, quand la terre entrouvre ses abîmes,
Ma plainte est innocente et mes cris légitimes. […]
Un jour tout sera bien, voilà notre espérance ;
Tout est bien aujourd’hui, voilà l’illusion.
Les sages me trompaient, et Dieu seul a raison.
Humble dans mes soupirs, soumis dans ma souffrance,
Je ne m’élève point contre la Providence.
Sur un ton moins lugubre on me vit autrefois
Chanter des doux plaisirs les séduisantes lois :
D’autres temps, d’autres moeurs : instruit par la vieillesse,
Des humains égarés partageant la faiblesse,
Dans une épaisse nuit cherchant à m’éclairer,
Je ne sais que souffrir, et non pas murmurer.
Un calife autrefois, à son heure dernière,
Au Dieu qu’il adorait dit pour toute prière :
” Je t’a
pporte, ô seul roi, seul être illimité,
Tout ce que tu n’as pas dans ton immensité,
Les défauts, les regrets, les maux et l’ignorance. ”
Mais il pouvait encore ajouter l’espérance.

 

Voltaire

Voltaire (21 november 1694 – 30 mei 1778)

 

Zie voor onderstaande schrijvers ook mijn blog van 21 november 2006.

De Amerikaanse schrijfster en literatuurwetenschapster Marilyn French werd geboren op 21 november 1929 in New York.

De Duitse schrijver en vertaler Franz Hessel werd geboren op 21 november 1880 in Stettin.

Voltaire, Isaac Bashevis Singer, Marilyn French, Franz Hessel

Voltaire, pseudoniem van François-Marie Arouetwerd werd op 21 november 1694 geboren in Parijs. De jonge Voltaire kreeg les op Louis-le-Grand, de meest prestigieuze jezuïtenschool. Hij verliet de school op zijn zestiende en niet lang daarna maakte hij al vrienden bij de Parijse aristocraten. Zijn humoristische gedichten maakten hem populair in die kringen. In 1717 kreeg hij problemen met de autoriteiten vanwege zijn scherpe teksten. Hij werd voor elf maanden veroordeeld naar de Bastille wegens satire over de Franse overheid. Tijdens zijn verblijf in de gevangenis schreef François Marie Oedipe wat zijn eerste theatersucces zou worden. Hierna ging hij de naam “Voltaire” (een anagram) gebruiken. In 1726 beledigde Voltaire de machtige jonge edelman Chevalier de Rohan en hiervoor werd hij bestraft. Hij kreeg twee opties: de gevangenis of verbanning; hij koos het laatste. Van 1726 tot 1729 woonde Voltaire in Engeland. In die tijd ging hij zich interesseren voor de filosofie van John Locke en de ideeën van de wiskundige en wetenschapper Sir Isaac Newton. Voltaire bestudeerde Engelands constitutionele monarchie en de religieuze tolerantie aldaar. Hij interesseerde zich vooral voor het filosofische rationalisme van die tijd en de natuurwetenschappen. Na zijn terugkeer in Parijs schreef hij een boek waarin hij de Engelse gewoontes en instituties prees, de Lettres Philosophiques, en het Newtonianisme als alternatief voor Descartes’ rationalisme introduceerde. Het boek werd geïnterpreteerd als kritiek op de Franse overheid en in 1734 moest Voltaire Parijs opnieuw verlaten. In 1746 werd Voltaire toegelaten tot de Académie française. In 1749, na de dood van Marquise du Chatelet en nadat Voltaire een uitnodiging had gekregen van de koning van Pruisen, Frederik de Grote, verhuisde hij naar Potsdam (vlakbij Berlijn). Nadat hij verscheidene malen aanvaringen had gehad met de koning keerde Voltaire in 1753 terug naar Frankrijk. Om uit de handen van de Franse autoriteiten te kunnen blijven verhuist hij in 1755 naar Genève, waar hij net buiten de stad een huis laat bouwen met uitzicht op het meer, genaamd Les Délices (nu: Institut et Musée Voltaire). Het is hier dat hij zijn beroemde gedicht Poème sur le désastre de Lisbonne schrijft n.a.v. de verwoestende aardbeving die dat jaar Lissabon had getroffen.

Uit: Candide

« Il y avait en Westphalie, dans le château de M. le baron de Thunder-ten-tronckh, un jeune garçon à qui la nature avait donné les moeurs les plus douces. Sa physionomie annonçait son âme. Il avait le jugement assez droit, avec l’esprit le plus simple ; c’est, je crois, pour cette raison qu’on le nommait Candide. Les anciens domestiques de la maison soupçonnaient qu’il était fils de la soeur de monsieur le baron et d’un bon et honnête gentilhomme du voisinage, que cette demoiselle ne voulut jamais épouser parce qu’il n’avait pu prouver que soixante et onze quartiers, et que le reste de son arbre généalogique avait été perdu par l’injure du temps.

Monsieur le baron était un des plus puissants seigneurs de la Westphalie, car son château avait une porte et des fenêtres. Sa grande salle même était ornée d’une tapisserie. Tous les chiens de ses basses-cours composaient une meute dans le besoin ; ses palefreniers étaient ses piqueurs; le vicaire du village était son grand aumônier. Ils l’appelaient tous monseigneur, et ils riaient quand il faisait des contes.

Madame la baronne, qui pesait environ trois cent cinquante livres, s’attirait par là une très grande considération, et faisait les honneurs de la maison avec une dignité qui la rendait encore plus respectable. Sa fille Cunégonde, âgée de dix-sept ans, était haute en couleur, fraîche, grasse, appétissante. Le fils du baron paraissait en tout digne de son père. Le précepteur Pangloss était l’oracle de la maison, et le petit Candide écoutait ses leçons avec toute la bonne foi de son âge et de son caractère. ”

VOLTAIRE

Voltaire (21 november 1694 – 30 mei 1778)

 

Isaac Bashevis Singer werd geboren op 21 november 1904 als Isaac Hertz Singer, maar gebruikte behalve het pseudoniem Warhofsky de penname Isaac Bashevis Singer. Zijn vader en grootvader waren arme chassidische rabbi’s en ook zijn moeder Bathsheba was een rabbijnsdochter. Singer debuteerde met Der Sotn in Goray (Satan in Goray), gepubliceerd in Polen in 1935, een kroniek over de gebeurtenissen rondom de valse messias Sjabbatai Zwi. In 1933 kwam Hitler aan de macht en wegens het toenemende antisemitisme emigreerde Singer naar de V.S.. Hij verliet zijn vrouw Rachel, die met hun zoon Israel naar Moskou en later naar Palestina vertrok. Sinds de jaren ’40 groeide Singers reputatie bij de Jiddische gemeenschap in Amerika. Hoewel na W.O. II de joodse cultuur in Midden- en Oost-Europa was vernietigd, leefde in de V.S. de taal en de cultuur voort mede dankzij het werk van Singer. 

 Uit:  “The Letter Writer” from The Seance and Other Stories

 

“In his thoughts, Herman spoke a eulogy for the mouse who had shared a portion of her life with him and who, because of him, had left this earth “What do they know – all these scholars, all these philosophers, all the
leaders of the world – about such as you? They have convinced themselves that man, the worst transgressor of all the species, is the crown of creation. All other creatures were created merely to provide him with food, pelts, to be tormented, exterminated. In relation to them, all people are Nazis; for the animals it is an eternal Treblinka
.”

 

 

Uit: zijn toespraak bij aanvaarding van de Nobelprijs in 1978:

“The storyteller and poet of our time, as in any other time, must be an entertainer of the spirit in the full sense of the word, not just a preacher of social or political ideals. There is no paradise for bored readers and no excuse for tedious literature that does not intrigue the reader, uplift him, give him the joy and the escape that true art always grants. Nevertheless, it is also true that the serious writer of our time must be deeply concerned about the problems of his generation. He cannot but see that the power of religion, especially belief in revelation, is weaker today than it was in any other epoch in human history. More and more children grow up without faith in God, without belief in reward and punishment, in the immortality of the soul and even in the validity of ethics. The genuine writer cannot ignore the fact that the family is losing its spiritual foundation.

 

Not only has our generation lost faith in Providence but also in man himself, in his institutions and often in those who are nearest to him. In their despair a number of those who no longer have confidence in the leadership of our society look up to the writer, the master of words. They hope against hope that the man of talent and sensitivity can perhaps rescue civilization. Maybe there is a spark of the prophet in the artist after all.

 

Singer

Isaac Bashevis Singer (21 november 1904 – 24 juli 1991)

 

De Amerikaanse schrijfster en literatuurwetenschapster Marilyn French werd geboren op 21 november 1929 in New York. Zij doceert sinds 1964 Engelse literatuur. In 1972 promoveerde zij op James Joyce. Haar bekendste boek, The Women’s Room, verscheen in 1977. Het werd in meer dan 20 talen vertaald en er werd in 1980 een televisiefilm van gemaakt. Marilyn French heeft twee zonen en woont in New York.

Werk o.a.: THE BOOK AS WORLD: JAMES JOYCE’S ULYSSES, 1976, THE WOMEN’S ROOM, 1977, BEYOND POWER: ON MEN, WOMEN, AND MORALS, 1985, THE WAR AGAINST WOMEN, 1992, WOMEN’S HISTORY OF THE WORLD, 2000

Uit: The Women’s Room

“The school had been planned for men, and there were places, she had been told, where women weree simply not permitted to go. It was odd. Why? she wondered. Women were so unimportant anyway, why would anyone bother to keep them out?”

Uit: The War Against Women

“Today, women are educated in most industrial countries, and can work in a variety (but not all) areas. But male superiors, reluctant to advance them, rarely place them on a track to higher office. In nonindustrial or developing countries, women hold about 6 percent of government posts; in most European nations, they hold 5 to 11 percent.”  

MARILYN_FRENCH

Marilyn French (New York, 21 november 1929)

 

De Duitse schrijver en vertaler Franz Hessel werd geboren op 21 november 1880 in Stettin. Zijn vriendschap met Lella, oftewel Helen Grund, zijn latere vrouw, en Claude, oftewel Henri-Pierre Roché, is het onderwerp van de – door de film van François Truffaut beroemd geworden roman Jules et Jim (1963) van Henri-Pierre Roché. Van 1904 tot 1906 had Hessel in Parijs gewoond. In de jaren twintig woonde Hessel in Berlijn en werkte er als lector in de Ernst Rowohlt Verlag en als vertaler van Casanova, Stendhal, Balzac en Proust. Hessels romans „Der Kramladen des Glücks“ (1913), „Pariser Romanze“ (1920), „Heimliches Berlin“ (1927) laten een melancholieke verteller zien in de traditie van Proust. Zijn mooiste boek is wellicht Spazieren in Berlin“ (1929), dat door Walter Benjamin geprezen werd als een door en door episch boek , waarvoor „de herinnering niet de bron, maar de muze was“.

 

Uit:  Spazieren in Berlin (1929)

 

“Noch ist Berlin, vom Standpunkt der Gesellschaft aus betrachtet, klein und die Eleganz der Dame ein Produkt aus zweiter Hand. Aber schon kommt ein neuer Frauentyp auf … Sie gehen so hübsch in ihren Kleidern ohne Gewicht, herrlich ist ihre Haut, die von der Schminke nur erleuchtet scheint, erfrischend das Lachen um die gesunden Zähne und die Selbstsicherheit, mit der sie paarweise durch das nachmittägliche Gewühl der Tauentziehenstraße und des Kurfürstendamms treiben; nein, treiben ist nicht das richtige Wort. Sie machen crawl, wenn die anderen Brustschwimmen machen. Scharf und glatt steuern sie an die Schaufenster heran.”

 

Hessel

Franz Hessel (21 november 1880 – 6 januari 1941)