Paula Hawkins, Guillaume Apollinaire

De Britse schrijfster Paula Hawkins werd geboren op 26 augustus 1972 en groeide op in Salisbury (het huidige Harare in Zimbabwe) in Rhodesië. Zie ook alle tags voor Paula Hawkins op dit blog.

Uit: Het blauwe uur (Vertaald door Henske Marsman)

“In de snijdende kou van een verblindende oktoberochtend staat James Becker op de loopbrug, met zijn heup tegen de leuning, een sigaret te rollen. De beek stroomt zwart en langzaam onder hem door, met water dat bijna bevriest, sijpelend als stroop over de roestbruine stenen. Dit punt is halverwege zijn dagelijkse wandeling naar zijn werk, die twaalf minuten duurt vanaf de Gamekeeper’s Lodge, waar hij woont, naar Fairburn House, waar hij werkt. vijftien minuten als hij een rookpauze houdt. De kraag van zijn jas omhoog, een steelse blik over zijn schouder; voor een buitenstaander lijkt hij misschien iets heimelijks te hebben, maar daar heeft hij geen reden toe. Hij hoort hier. Hoe verbazingwekkend ook – zelfs hij kan het nauwelijks geloven. Hoe kan hij, vaderloze bastaardzoon van een supermarktkassière, openbareschooljongen in een goedkoop pak, hier wonen en werken, in Fairburn, tussen de aristocraten? Hij pást hier niet. Maar op de een of andere manier, dankzij hard werken, stom geluk en slechts een vleugje verraad, is hij hier toch. Hij steekt zijn sigaret op en kijkt nog één keer over zijn schouder naar de lodge, waar het warme licht uit het keukenraam de beukenhaag goud kleurt. Niemand kijkt naar hem – Helena zal nog wel in bed liggen, het kussen tussen haar knieën geklemd – dus niemand ziet dat hij zijn belofte om te stoppen verbreekt. Hij is wel geminderd, naar nog maar drie per dag. Zodra het water bevriest, denkt hij, stop ik helemaal. Hij leunt achterover tegen de reling, neemt een ferme trek van zijn sigaret en kijkt naar de heuvels in het noorden. Er ligt al een dun laagje sneeuw op de toppen. Ergens tussen hier en daar loeit een sirene, en Becker meent op de weg een flits van blauw licht te zien, een ambulance of politieauto. Zijn bloed stroomt snel en zijn hoofd tolt van de nicotine. In zijn maag voelt hij, zwak maar onmiskenbaar, een steek van angst. Hij rookt snel, alsof het op die manier minder schade aanricht, en schiet de peuk over de reling het water in. Hij steekt de brug over en loopt knarsend over het berijpte gazon in de richting van het huis.
Als hij de deur van zijn kantoor opendoet, is zijn vaste telefoonlijn aan het rinkelen. ‘Hallo?’ Becker klemt de hoorn tussen zijn schouder en kin, zet zijn computer aan en draait op zijn stoel om met uitgestrekte arm het koffiezetapparaat op het bijzettafeltje aan te zetten. Na een korte stilte hoort hij een heldere, afgemeten stem: ‘Goedemorgen. Spreek ik met James Becker?’ ‘Jazeker.’ Becker typt zijn wachtwoord in en wurmt zich uit zijn jas. ‘Juist.’ Weer een stilte. ‘Met Goodwin, Tate Modem.’

 


Paula Hawkins (Salisbury, 26 augustus 1972)

 

De Franse schrijver en dichter Guillaume Apollinaire werd in Parijs geboren op 26 augustus 1880. Zie ook alle tags voor Guillaume Apollinaire op dit blog.

 

De vensters

Van rood naar groen sneuvelt al het geel
Als ara’s zingen in hun verre regenwouden
Orgaanvlees van pihi’s
We moeten een gedicht schrijven over de vogel met één vleugel
We sturen het straks door per telefoon
Reusachtig trauma
Het laat de ogen stromen
Daar zit een mooi meisje tussen die jongedames uit Turijn
De arme jongen snuit zijn neus in zijn witte das
Je zal het gordijn omhoogtrekken
En kijk nou daar gaat het venster open
De handen weven licht als spinnen
Schoonheid bleekheid onpeilbare violetten
We zullen tevergeefs op adem willen komen
Om twaalf uur ’s nachts gaan we beginnen
Wanneer je tijd hebt ben je vrij
Alikruik puitaal velerlei zonnen en de zee-egel van de schemering
Een oud paar gele schoenen voor het venster
Torens
De torens zijn de straten
Putten
Putten zijn de pleinen
Putten
Holle bomen die de dolende creoolsen beschutten
De lichtgekleurde zwarten zingen duistere liedjes
Voor hun kastanjekleurige vrouwen
En de gans gan-gan trompettert noordwaarts
Waar jagers op wasberen
Bontvellen schoonschrapen
Eclatante diamant
Vancouver
Waar de trein wit van sneeuw en van nachtelijk vuur de winter ontvlucht
O Parijs
Van rood naar groen sneuvelt al het geel
Parijs Vancouver Hyères Maintenon New York en de Antillen
Het venster slaat open als een mooie oranje
Vrucht van het licht

 

Vertaald door Wouter van der Land

 


Guillaume Apollinaire (26 augustus 1880 – 9 november 1918)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 26e augustus ook mijn blog van 26 augustus 2023 en ook mijn blog van 26 augustus 2021 en ook mijn blog van 26 augustus 2020 en eveneens mijn blog van 26 augustus 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Paula Hawkins, Guillaume Apollinaire

De Britse schrijfster Paula Hawkins werd geboren op 26 augustus 1972 en groeide op in Salisbury (het huidige Harare in Zimbabwe) in Rhodesië. Zie ook alle tags voor Paula Hawkins op dit blog.

Uit:  Het meisje in de trein (Vertaald door Miebeth van Horn)

“Vrijdag 5 juli 2013
Ochtend
Er ligt een stapel kleren naast het spoor. Lichtblauwe stof – misschien een shirt – op een hoop gegooid met iets vuil wits. Waarschijnlijk afval, deel van een lading die stiekem in het miezerige bosje naast het spoor is gedumpt. Het kan zijn achtergelaten door de baanwerkers die aan dit deel van het
spoor werken, die zijn hier vaak genoeg. Of het is iets anders.
Mijn moeder zei vroeger altijd dat ik een veel te levendige fantasie had; Tom zei dat ook. Ik kan het niet helpen: zodra ik die weggegooide vodden zie, een smerig T-shirt of een eenzame schoen, kan ik aan niets anders denken dan aan die andere schoen, aan de voeten die in die schoenen pasten.
De trein komt schokkend, schrapend en piepend weer in beweging, het hoopje kleren verdwijnt uit zicht en met het vaartje van iemand die stevig hardloopt rollen we verder richting Londen. Iemand op de stoel achter me slaakt een zucht van onbeholpen irritatie; de stoptrein van 8.04 uur van
Ashbury naar Euston kan het geduld van zelfs de meest ervaren forens behoorlijk op de proef stellen. De reis wordt geacht 54 minuten te duren, maar dat is zelden het geval: dit deel van de spoorbaan is oeroud, versleten, er zijn voortdurend problemen met de seinen en er wordt onophoudelijk aan de
rails gewerkt.
De trein kruipt verder; hij schommelt langs pakhuizen en watertorens, bruggen en loodsen, voorbij eenvoudige victoriaanse huizen, die het spoor nadrukkelijk hun rug toekeren.
Met mijn hoofd tegen het raampje geleund kijk ik hoe deze huizen langs me heen schuiven als een tracking shot in een
film. Ik zie ze zoals niemand anders ze ziet; zelfs hun eigenaars zien ze waarschijnlijk niet vanuit dit perspectief. Twee maal per dag krijg ik heel even een inkijkje aangeboden in andermans leven. Het heeft iets troostends om onbekenden veilig thuis te zien zitten.
Iemands telefoon gaat over, een uit de toon vallend vrolijk, opgewekt melodietje. Er wordt niet snel opgenomen en het blijft maar om me heen rinkelen. Ik voel hoe mijn medereizigers op hun plaats zitten te schuiven, met hun krant ritselen, op hun laptop tikken. De trein schokt en waggelt de bocht
om, gaat langzamer rijden voor een rood sein. Ik probeer niet op te kijken, ik probeer door te lezen in de gratis krant die ik bij binnenkomst op het station uitgereikt heb gekregen, maar de woorden vervagen voor mijn ogen en niets kan mijn aandacht vasthouden. In gedachten zie ik nog steeds dat eenzame hoopje kleren naast de spoorbaan liggen.”

 

Paula Hawkins (Salisbury, 26 augustus 1972)

 

De Franse schrijver en dichter Guillaume Apollinaire werd in Parijs geboren op 26 augustus 1880. Zie ook alle tags voor Guillaume Apollinaire op dit blog.

 

MAANDAG CHRISTINASTRAAT

De moeder van de beheerster en de beheerster laten iedereen door
Ben je een echte man dan kom je mee vanavond
’t is voldoende als er eentje de wagenpoort bewaakt
Terwijl de ander naar boven gaat

Drie brandende gaslampen
De bedrijfsleidster is teringlijdster
Wanneer je zo klaar bent dan spelen we een partijtje backgammon
Een orkestleider die pijn heeft aan zijn keel
Wanneer je naar Tunis komt dan laat ik je hash roken

Dat lijkt te rijmen

Stapels schoteltjes bloemen een kalender
Ram bam bim
Mijn huisbazin moet nog bijna 300 franc van me
Ik verwond nog liever me kont dan dat haar te geven

Om drie voor half negen moet ik weg
Zes spiegels staren elkaar altijd aan
Ik denk dat we nog verder verstrikt zullen raken
Mijn allerbeste
U bent een heer die maar half presteert
Die dame heeft een neus die lijkt op een lintworm
Louise heeft haar bontjas vergeten
Ik heb geeneens een bontjas en ik heb ’t niet koud
De Deen rookt een sigaret en leest de dienstregeling
De zwarte kat doorkruist de brasserie

Die flensjes waren heerlijk
De fontein stroomt
Jurk zwart als haar nagels
Dat is volkomen onmogelijk
Kijkt u meneer
De ring met malachiet
De vloer is bestrooid met zaagsel
Het is dus waar
Een boekhandelaar nam het rossige dienstertje mee

Een journalist die ik voor de rest heel vaag ken

Luister Jacques het is ernstig wat ik je ga zeggen

Gemengde Scheepvaart-Maatschappij

Hij zei me meneer wilt u zien welke etsen en schilderijen ik kan maken
Ik heb alleen een dagmeisje

Na de lunch café du Luxembourg
Eenmaal daar stelt hij me aan een dikkerd voor
Die me zegt
Luister ’t is leuk
In Smyrna in Napels in Tunesië
Maar waar is het in godsnaam
De laatste keer dat ik in China was
Is acht of negen jaar geleden
De eerbaarheid hangt vaak af van welk uur het heit
Het spel is uit

 

Vertaald door Wouter van der Land

 

Guillaume Apollinaire (26 augustus 1880 – 9 november 1918)
Portret door Maurice de Vlaminck, ca. 1905

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 26e augustus ook mijn blog van 26 augustus 2023 en ook mijn blog van 26 augustus 2021 en ook mijn blog van 26 augustus 2020 en eveneens mijn blog van 26 augustus 2018 deel 1 en eveneens deel 2.