Guillaume van der Graft, Mary Jo Salter

De Nederlandse dichter Guillaume van der Graft (eig. Willem Barnard) werd op 15 augustus 1920 geboren in Rotterdam. Zie ook alle tags voor Guillaume van der Graft op dit blog.

 

Regen op de rivier

Het regent sprakeloos, het groen wordt dieper,
het water neuriet als een jonge vrouw,
de vogels leven lachend mee, als liep er
een nachtwachtwoord blootsvoets door dag en dauw.

Het is mijn schuld niet, dat er booten fluiten!
Al is mijn evenwicht nu naar de maan,
vanavond loop ik steelsgewijs naar buiten;
ik zal het uit het water op zien gaan.

Ik zal de woorden in mijn handen wegen
en wikken tegen jouw bedauwde blik
totdat zij samenspannen om ’t verzwegen
consigne van zes letters: jij en ik.

 

Allemansgeest in de winter

Wanneer de wolken zoo verbeten naar
den einder jagen en het water droeve
versregels mompelt, vouwt de lage hoeve
de handen boven ’t hoofd. Om dit gebaar

lachen de vogels wel, maar die behoeven
zich niet te dekken tegen luchtgevaar.
Ben ik jaloers? Het tegendeel is waar:
de vogels kunnen naar de West oploeven

maar ik zie luisterend uit over het veld
en voel weer een gemis, gerustgesteld.
Op schilderijen zou de zon nu groen zijn.

Eigenlijk moest dit vers zijn bedacht
achter ginds raamkozijn te middernacht,
maar er wordt niet gestookt. Het zou geen doen zijn.

 

Nijmegen

Achter mij wuift mijn
haar op de heuvels
voor mij beweegt mijn
maanblauwe mond

boven mijn ogen
stijgen de vleugels
ik ben er tegen
ik ben Nijmegen
ik ben gewond

eerwaarde zusters
ja en amen
wandelen langzaam
langs mijn neus

ik heb geen keus
ja zeggen alle
klinkende namen
die mij invallen
amen is moe

blinkende ramen
vouwen zich toe

 

Guillaume van der Graft (15 augustus 1920 – 21 november 2010)

 

De Amerikaanse dichteres Mary Jo Salter werd geboren op 15 augustus 1954 in Grand Rapids, Michigan. Zie ook alle tags voor Mary Jo Salter op dit blog en ook mijn blog van 15 augustus 2010.

 

Een regenboog boven de Seine

Eerst geruisloos, een spray
van mist in het gezicht, een neus-
vrolijk van vocht dat nooit is
voorbestemd om een stortbui te worden.

Tot de doorweekte wolk
zich plotseling leegstort
in de Seine, met een luide
klap, dan een vallende ovatie

voor de ondoordringbare
zon – die blijft schijnen
op onze schoenen die zich vullen
als open boten en op de zeilen

van onze krantenhoedjes
die gaan scheuren, en die, signalerend
dat niemand er aan dacht
een paraplu mee te nemen,

in plaats daarvan een regenboog opzet.
Een regenboog boven de Seine,
perfect gewrocht als een teken-
brug gedroomd door een kind

in krijt, en volgens de wet
van dromen kan de verbinding,
eenmaal gemaakt, slechts verloren gaan;
wij, geen kind meer,

staan boven het rooster
van de metro die we niet
nemen, gedreun onder onze voeten, en
zuigen op wat we weten:

de triomf van deze arc-
en-ciel, het verbijsterende
van dit monumentale
prisma geslepen door motregen, is

dat het verdwijnt.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Mary Jo Salter (Grand Rapids, 15 augustus 1954)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 15e augustus ook mijn blog van 15 augustus 2020 en eveneens mijn blog van 15 augustus 2019 en ook mijn blog van 15 augustus 2016 en eveneens mijn blog van 15 augustus 2015 deel 2 en ook deel 3.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *