De Griekse dichter Konstantínos Petros Kaváfis werd geboren te Alexandrië (Egypte) op 29 april 1863. Zie ook mijn blog van 29 april 2007 en mijn blog van 3 mei 2006. en ook mijn blog van 29 april 2008 en ook mijn blog van 29 april 2009 en ook mijn blog van 29 april 2010.
Antonius door zijn god verlaten
Wanneer, om middernacht, je plotseling
een onzichtbare stoet voorbij hoort trekken
met stemmen en betoverende muziek –
treur dan niet nutteloos om je fortuin
die van je wijkt, je werken die mislukten,
je plannen voor het leven die allemaal illusies bleken.
Je moet, als was je lang voorbereid en moedig,
vaarwel zeggen aan het Alexandrië dat jou verlaat.
Bedrieg vooral jezelf niet, zeg niet dat
het een droom was, dat je gehoor je misleidde:
laat zo’n vergeefse hoop niet tot je toe.
Je moet, als was je lang voorbereid en moedig,
zoals jou, die zo’n stad vergund was, past,
beheerst naar het venster toegaan
en luisteren, met ontroering, niet met
lafhartig klagen en jammeren, in een laatst genieten,
naar de klank der betoverende instrumenten
van de geheime stoet die voorbijtrekt,
en vaarwel zeggen aan het Alexandrië dat je verliest.
HUNC DEORUM TEMPLA
Oude blinde vrouw, was jij in t geheim heiden?
Of was je christen? Je woord
dat waar is gebleken dat hij die luid
toegejuicht aankwam in Vienne, de roemvolle
Caesar Julianos, was voorbestemd
de heiligdommen van de (valse) goden te dienen
je woord dat waar is gebleken, sprak jij,
oude blinde vrouw, het met verdriet
zoals ik het wil zien of, verdorvene!, met vreugde?
Vertaald door Hans Warren en Mario Molegraaf
At The Cafe Door
Something they said beside me
made me look toward the cafe door,
and I saw that lovely body which seemed
as though Eros in his mastery had fashioned it,
joyfully shaping its well-formed limbs,
moulding its tall build,
shaping its face tenderly,
and leaving, with a touch of the fingers,
a particular impression on the brow, the eyes, the lips.
Vertaald door George Barbanis
K. P. Kaváfis (29 april 1863 – 29 april 1923)
Lees verder “Konstantínos Petros Kaváfis, Bernhard Setzwein, Walter Kempowski”