Martin Bril, Jan Wagner

De Nederlandse dichter, columnist en schrijver Martin Bril werd geboren in Utrecht op 21 oktober 1959. Zie ook alle tags voor Martin Bril op dit blog.

Uit: Drank

“We bevonden ons in een koude loods van golfplaten aan de rand van Amsterdam. Voor de deur lag een kanaal te glimmen in de herfstzon. Verderop stond een molen. In de lucht hing laag een vliegtuig dat ging dalen op Schiphol, de wielen uit de buik gestoken, de vleugels wiebelend. Het leek alsof het monster niet vooruit kwam. Het was vroeg in de ochtend.
Ik had een kater en moest op de foto. Daartoe zat ik op een krukje. Er was geen koffie. Ik zag dat mijn handen trilden en had problemen met mijn maag. Last van koud zweet. Plus dat ik stonk, een uur in de wind.
Ik zette mijn zonnebril op. Het werd donker. Ik hoorde mezelf praten, de fotograaf moest erom lachen. Dat al die tekst eruit kwam was trouwens een wonder. Met zo’n droge bek. Ik kon niet stil zitten en stond weer op.
De muren van de loods hingen vol polaroids van mensen die ik niet kende. Mooie meiden, negers, junks klungelend met crack. Het zei me niets.
Toen brak de foto aan.
Ik moest in een decor staan dat prompt wankelde toen ik erin stapte. Het hield nog net stand.
‘Wat nu?’
‘Kijk maar triest,’ zei de fotograaf.
Dit was het moment om op te stappen. Ik liet het passeren en ging onhandig staan klooien met een sigaret die uit mijn mond moest hangen. Beetje duizelig werd ik er wel van. Ik had dorst, zin in bier.
Mijn hoofd dreunde.
Het was niet best. Het ergste was nog dat ik nu al weken bezig was met drinken te stoppen. En hier was ik dan, zo gekaterd dat ik nog steeds dronken was. Gelukkig kon ik me weinig herinneren van de nacht. Een puinhoop, maar ik was desondanks thuis wakker geworden, op de bank, kleren aan. Mijn vrouw joeg me de deur uit voor de kinderen aan de pap gingen. Ooh God. En ik hoefde voorlopig ook niet terug te komen. Ik was een klootzak. Het begon nou toch aardig te dagen.
‘Bijna klaar,’ zei de fotograaf. ‘Kijk eens naar de grond.’
Niks liever. Er was alleen niets te zien. De grond, mijn schoenen. Bruine schoenen. Brown shoes won’t make it, zeggen ze wel eens. Zo was het. Ik dacht dat ik mijn voeten rook. We waren klaar. Ik kreeg een glaasje water en vertrok, de wereld in die zo mooi stil lag te wachten. Na vandaag zou ik nooit meer een druppel drinken. Vanaf morgen. Ja. Een beetje toekomst begint met goede voornemens. Je moet ergens beginnen. Toen verzoop ik de auto.”

 

Martin Bril (21 oktober 1959 – 22 april 2009)

 

De Duitse dichter, schrijver en vertaler Jan Wagner werd geboren op 18 oktober 1971 in Hamburg. Zie ook alle tags voor Jan Wagner op dit blog.

 

KOALA’S

zoveel slaap in slechts één boom,
zoveel ballen van bont
in alle vertakkingen, een bohème
van traagheid die steevast in de toppen blijft zitten

en zitten met een paar klimijzers
als klauwen, nooit geprezen eerste klimmers
boven de fluitende terrassen
van regenwoud, verwarde stoïcijnen,

slordige boeddha’s, sterker dan vergif,
dat in de bladeren groeit met hun watten
oren, immuun voor verlokkingen
in een uithoekje van de wereld: geen water-

loo voor hen, geen gang naar canossa.
bekijk ze, neem ze goed op voordat
het te laat is- dit zachte knabbel-
gezicht, de tronie van een fietser

kort voor de etappewinst, aan de aarde ontrukt,
en toch binnen handbereik hun verlopen
grijs – voordat elk van hen weer gaapt, zich uitstrekt,
wegzinkt in een droom uit eucalyptus.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Jan Wagner (Hamburg, 18 oktober 1971)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 21e oktober ook mijn blog van 21 maart 2018 deel 1 en eveneens deel 2.