Nora Gomringer

De Zwitsers-Duitse dichteres Nora Gomringer werd geboren op 26 januari 1980 in Neunkirchen an der Saar. Zij is een dochter van de Zwitserse dichter en voormalig professor aan de Kunstakademie Düsseldorf Eugen Gomringer. Zij is de enige dochter en zus van zeven halfbroers. Opgegroeid in Gomringer in Wurlitz am Hof. In 1996 verhuisde ze naar Bamberg. De schoolopleiding sloot zij af met een Amerikaans High-School diploma in Lititz, Pennsylvania in 1998 en in 2000 met het eindexamen aan het Franz-Ludwig-Gymnasium Bamberg uit. Vervolgens studeerde Gomringer Engels, Duits en kunstgeschiedenis aan de universiteit van Bamberg, waar ze afstudeerde in 2006. In 2010 nam Gomringer de leiding over van het internationale Künstlerhaus Villa Concordia in Bamberg  Naar aanleiding van een bundel in eigen beheer kreeg de Grupello Verlag Dusseldorf belangstelling voor het werk van de debutante en in 2002 verscheen haar bundel “Sikbentrennung”. Sindsdien zijn er zeven dichtbundels en een boek met essays en tal van afzonderlijke publicaties verschenen. Bovendien werkt Gomringer werkt op verschillende manieren met muzikanten en beeldend kunstenaars samen. Vertalingen verschenen in het Zweeds, Frans, Wit-Russisch, Engels, Noors, Spaans, Amerikaans Luxemburgs, Nederlands, Bretons en Farsi. In 2013 was de eerste voorstelling van de opera “Drei fliegende Minuten” met een libretto van Gomringer. Sinds 2010 werkt de A-Cappella formatie Wortart Ensemble met teksten uit het werk Nora Gomringer en sinds 2011 werkt Nora Gomringer met de vijf zangeressen samen op het podium. Het programma “Nora Gomringer meest Wortart Ensemble” was uitgenodigd om de 50ste verjaardag van het Goethe Instituut in Torono te vieren. Tussen 2001 en 2006 maakte Gomringer eveneens deel uit van de poetry slam scène in Duitsland. In 2015 deed zij succesvol mee aan de Ingeborg Bachmann Wettbewerb.

Liebesrost

Über Nacht
Hast du oxidiert
Neben mir

Hast auf mich reagiert
Bist rostig geworden
Du sagst
Golden
Ich lecke an deinem Hals
Du schmeckst wie der
Wetterhahn

 

Mann in Luzern

Um 2 Uhr nachts noch am Geländer gesichtet, um
2.01 in die Reuss gesprungen.
Sagen alle im Ort: hat sich zu ihr gelegt.
Voller Sehnsucht der Mann. War die Reuss eine Schö-
ne mit langem Haar, flüsterndem Mund und weiten
Armen. War der Mann trunken von Flaschengeistern,
ließ sich nicht binden an einen Mast, hat das Wachs in
den Ohren der Welt nicht ertragen, holt er Atem, trinkt
die Küsse bis die Lungen platzen, das Herz sich ver-
schlägt, das Hirn nur noch schwimmt. Flüstert die
Reuss von dem Mann, der sie liebt, den sie wäscht,
den sie nimmt, wohin sie kann.

 
Nora Gomringer (Neunkirchen an der Saar, 26 januari 1980)