De Amerikaanse toneelschrijver August Wilson (eig. Frederick August Kittel) werd geboren op 27 april 1945 in Pittsbugh als het vierde van zes kinderen. Zijn vader was bakker en zijn moeder poetsvrouw. Wilson was de enige zwarte student aan de Central Catholic High School in 1959.. Dreigementen en pesterijen maakten het hem onmogelijk om er te blijven. Hij maakte later zo’n uitputtend gebruik van de Carnegie Library om zich zelf te onderwijzen dat zij hem er een graad voor verleenden. Voordat hij succes oogstte in de jaren tachtig werkte Wilson als bordenwasser, tuinier en verkoper. Voor Fences (1985) en voor The Piano Lesson (1990) kreeg hij de Pulitzerprijs. Acht van zijn stukken werden opgevoerd op Broadway. Wilson stierf al op 60 jarige leeftijd aan kanker.
Uit: Breaking Down Fences: A Tribute to August Wilson door Dave Zirnin
“Fences takes place in the 1950s and revolves around the larger than life personality of Troy Maxson. Troy is a 53 year old garbage collector in Pittsburgh, fiercely proud of his ability to put food on his family,s table and a humble roof over their head. He is also someone whose life has been deeply scarred by the world of professional sports. Troy was a great Negro League baseball star who looks back on his experience with pride but also with a pulsing, breathing, resentment that he was locked out of Major League Baseball,s money and fame
His friend Bono says, “Ain,t but two men ever played baseball as good as you. That,s Babe Ruth and [Negro League legend] Josh Gibson. Them,s the only two men ever hit more home runs than you. Troy responds by saying, “What it ever get me? Ain,t got a pot to piss in or a window to throw it out ofTake that fellow playing right field for the Yankees back then Selkirk. Man batting .269. What kind of sense that make? I was hitting .432 with 37 home runs. Man batting .269 and playing right field for the Yankees! I saw Josh Gibson,s daughter yesterday, she walking around with raggedy shoes on her feet. Now I bet you Selkirk,s daughter ain,t walking around with raggedy shoes on her feet! I bet you that!
Troy was strangled by the Major League color line and wears those scars proudly, but he also beats those around him with his sense of failure, turning his scars into whips. He reserves special abuse for his seventeen-year-old son, Cory, who has the opportunity to get a college football scholarship. While everyone else encourages Cory, Troy refuses to sign off on his own son,s scholarship. When Cory begs him to change his mind Troy says, “The white man ain,t gonna let you get no where with that football no way. You go on and get your book learning so you can work yourself up in that A&P or learn how to fix cars or build houses or something, get you a trade. That way you have something can,t nobody take away from you,. You go on and learn how to put your hands to some good use, besides hauling people,s garbage.
As Cory exits, choking back tears, Rose, asks, “Why don,t you let that boy go ahead and play football. Troy? Ain,t no harm in that. He,s just trying to be like you with the sports. “I don,t want him to be like me!” Troy answers in a rage. “I want him to move as far away from my life as he can get. You the only decent thing that ever happened to me. I wish him that. But I don,t wish a thing else from my life. I decided seventeen years ago that boy wasn,t getting involved in no sports. Not after what they did to me in the sports.”
August Wilson (27 april 1945 – 2 oktober 2005)
De Surinaamse schrijfster Astrid Roemer werd in Paramaribo geboren op 27 april 1947. Zie ook mijn blog van 27 april 2007.
Uit: Maar een struisvogel kan hard lopen, mam
“Ze durfde nauwelijks op te kijken wanneer het geroezemoes van personen haar weer stoorde. Ver van de deur was ze gaan zitten – het eerste kwartier weggezakt achter een ochtendblad waar ze niets in zag dan haar eigen gedachten. Maar die waren onvermijdelijk geworden. Hoewel ze de kaken met kracht dichthield hoorde ze haar eigen stem herhaaldelijk hetzelfde verhaal opdreunen. Alsof ze de beheersing van haar zinnen was kwijtgeraakt. Alsof ze een tijdbom was.
Daarom zat ze in deze kamer – haar onrust was te groot geworden om thuis op te bergen en te gevaarlijk om zomaar de ruimte te geven.
Ze was benieuwd hoe ze er onder deze omstandigheden uitzag. Met zoveel chaos van binnen lukte het haar gewoon nooit haar buitenkant in ogenschouw te nemen. Dan vermeed ze spiegelende oppervlakken en de ogen van vrienden en naaste familie zoveel mogelijk.
Aan de muren van deze kamers hingen kalenders waarop Aziatisch halfnaakt. Op de onderhouden parketvloer lag een vlak diepgroen kleed. De stoelen waren van gladgewreven hout. De tafeltjes rotan met ontspiegeld glas.
Voorzichtig en ietwat beschaamd liet ze haar blik ook gaan naar de mensen: twee mannen die met elkaar spraken en een vrouw die apart zat. De heren hadden schoenen aan met te hoge blokhakken. Geen sokken. Eén had een reeks onzuivere plooien in zijn grijze broek. De andere barstte bijna uit zijn jeans. Blijkbaar hadden ze geen bijtende gevoelsproblemen want ze aten op hun gemak diverse harde puntbroodjes bakkeljauw op, zonder te knoeien.
De dame glimlachte steeds bemoedigend naar de koutende mannen en samenzweerderig naar haar. Alsof zij er niet zelf zat voor rechtshulp!
Daarom vouwde ze met veel misbaar de krant dicht, stak haar nietig reukorgaan de ruimte in en snoof intens, want moed had zij inderdaad genoeg en vooral van het soort dat haar altijd-altijd weer in zijn armen had gedreven.”
Astrid Roemer (Paramaribo, 27 april 1947)
De Schotse dichter en vertaler Edwin Morgan werd geboren in Glasgow op 27 april 1920. Zie ook mijn blog van 27 april 2007.
My Visit to St Petersburg
Gentlemen – oh and ladies, please forgive me!
I have been too many years in the army.
But that’s all in the past now. Here I am
With a gathering of my friends in this good old house.
We are cosy, are we not? Let it roar outside,
Our coals and candles, sofas, drinks replenished
Are like a magic cave where all that lacks
Is tales to tell, to startle, tales to match
The flickering shadows. My mind is full,
My memories are sharp and clear, I tell it
As it was. Judge if you will, listen you must.
Truth gives a tongue the strength of ten.
Well then,
I begin! One tingling day in December
I was skelping along towards St Petersburg
On a one-horse sledge, as they do in that country,
When a large lean cold and hungry wolf
Slunk out of the forest behind me and ran
Panting to overtake us. This was not good!
I pressed myself flat on the sledge until whoosh –
The wolf leapt over me and sank its jaws
Into my horse’s hindquarters. Sorry, horse!
But that is what saved me. Now hear m
ore.
The famished wolf went crazy, burrowing,
Munching, slurping deep into the horse
Till only its rump was showing. I rose up,
Quickly gave it the mother of all whacks
With the butt-end of my whip; the horse
Was now pure wolf, the carcass fell to the ground;
The wolf was in its harness, galloped forward
Slavering and howling till we reached St Petersburg.
The crowds that came out! You’ve no idea.
They clapped, hooted, whistled, rocked and laughed.
Great entrance to a great city, don’t you think?
The Poet in the City
Rain stockaded Glasgow; we paused, changed gears,
found him solitary but cheerful in
Anniesland, with the cheerfulness you’d win,
we imagined, through schiltrons of banked fears.
The spears had a most sombre glint, as if
the forced ranks had re-closed, but there he wrote
steadily, with a peg for the wet coat
he’d dry and put on soon. Gulls cut the cliff
of these houses, we watched him follow them
intently, see them beat and hear them scream
about the invisible sea they smelt
and fish-white boats they raked from stern to stem
although their freedom was in fact his dream
of freedom with all guilts all fears unfelt.
Edwin Morgan (Glasgow, 27 april 1920)
De Brits-Ierse dichter Cecil Day Lewis werd geboren in Ballintogher, Ierland, op 27 april 1904. Zie ook mijn blog van 27 april 2007.
The Volunteer
Tell them in England, if they ask,
What brought us to these wars,
To this plateau beneath the night’s
Grave manifold of stars –
It was not fraud or foolishness,
Glory, revenge, or pay:
We came because our open eyes
Could see no other way.
The conflict
I sang as one
Who on a tilting deck sings
To keep their courage up, though the wave hangs
That shall cut off their sun.
As storm-cocks sing,
Flinging their natural answer in the wind’s teeth,
And care not if it is waste of breath
Or birth-carol of spring
As ocean-flyer clings
To height, to the last drop of spirit driving on
While yet ahead is land to be won
And work for wings
Singing I was at peace,
Above the clouds, outside the ring;
For sorrow finds a swift release in song
And pride it’s poise
Yet living here,
As one between two massing powers I live
Whom neutrality cannot save
Nor occupation cheer.
Nor such shall be left alive:
The innocent wing is soon shot down,
And private stars fade in the blood-red dawn
Where two worlds strive.
The red advance of life
Contracts pride, calls out the common blood,
Beats song into a single blade
Makes a depth-charge of grief.
Move then with new desires,
For where we used to build and love
Is no man’s land, and only ghosts can live
Between two fires.
Cecil Day Lewis (27 april 1904 – 22 mei 1972)
De Turkse prediker, schrijver en dichter Fethullah Gülen werd geboren in Korucuk, Erzurum, op 27 april 1941. Hij is de leider van de Gülen beweging in Turkije. Zijn critici enerzijds, beschuldigen hem van illegale activiteiten die tot doel hebben de seculiere republiek Turkije omver te werpen, terwijl zijn volgelingen hem anderzijds roemen als een belangrijke islamgeleerde met (liberale) ideeën. Na uitzonderlijke eindexamenresultaten kreeg hij in 1959 een vergunning van de staat om (als imam) te preken en werd hem kort daarna een betrekking in Izmir, de derde grootste provincie in Turkije, aangeboden. Al snel begon hij zijn levensdoel vorm te geven en de basis van zijn gehoor uit te breiden. In zijn toespraken en lezingen benadrukte hij nijpende sociale kwesties met als doel om jonge mensen aan te moedigen intellectuele verlichting te combineren met verstandige spiritualiteit en een zorgzaam, menselijke activisme. Gülen spreekt door middel van de media tot een veel grotere afspiegeling van mensen. Hoewel hij een zeer bekende publieke verschijning is, heeft hij zich altijd verre van de officiële politiek gehouden. Zijn bewonderaars worden wereldwijd op miljoenen geschat. Hij heeft meer dan 40 religieuze boeken geschreven (waarvan de meeste in Turkije bestsellers zijn geworden), honderden artikelen, talrijke essays en gedichten, en de meeste van zijn toespraken zijn op audi- en videocassettes opgenomen.
The Cry of the Nightingale
The moment when flowers are dancing,
The nightingale sings in gardens secluded.
Each of its tunes sounds like the whistling wind
To those seen as foreigners in their native land.
It cries like my ceaseless wails and laments,
Each resonates, high and low through slopes.
It bemoans all night until the sun rises,
Each breath comes out as a burning sigh.
On virgin trees untouched by man’s hand,
It groans unceasingly for a lifetime,
And sheds tears, full of grief; but who is there
To appreciate it, to sympathize with its pains?”
Fethullah Gülen (Korucuk, 27 april 1941)
Ik wil in kontakt komen met Astrid Roemer.
Heeft u enig idee hoe ik dit zou kunnen bewerkstelligen.