Franz Kafka en Andreas Burnier

Hij werd geboren op 3 juli 1883 in Praag. In het dagelijks leven was Franz Kafka jurist en woonde en werkte het grootste deel van zijn leven in Praag. Kafka had een slechte gezondheid, en stierf uiteindelijk op vrij jonge leeftijd aan tuberculose op 3 juni 1924 in Wenen. Hij werd begraven op de nieuwe joodse begraafplaats in Praag. Kafka’s vriend, Max Brod, was door de auteur opgedragen na Kafka’s dood al zijn werk te verbranden. Gelukkig voor de literatuur gaf deze daar uiteindelijk geen gehoor aan.

Werk o.a : Das Urteil (1913), Die Verwandlung (1915), Der Prozess (1925, Das Schloss (1926), Amerika (1927).

Uit Das Schloss:

“K. hatte sich halb aufgerichtet, hatte die Haare zurechtgestrichen, blickte die Leute von unten her an und sagte: »In welches Dorf habe ich mich verirrt? Ist denn hier ein Schloß?«
»Allerdings«, sagte der junge Mann langsam, während hier und dort einer den Kopf über K. schüttelte, »das Schloß des Herrn Grafen Westwest.«
»Und man muß die Erlaubnis zum Übernachten haben?« fragte K., als wolle er sich davon überzeugen, ob er die früheren Mitteilungen nicht vielleicht geträumt hätte.
»Die Erlaubnis muß man haben«, war die Antwort, und es lag darin ein großer Spott für K., als der junge Mann mit ausgestrecktem Arm den Wirt und die Gäste fragte:
»Oder muß man etwa die Erlaubnis nicht haben?«
»Dann werde ich mir also die Erlaubnis holen müssen«, sagte K. gähnend und schob die Decke von sich, als wolle er aufstehen.

»Ja von wem denn?« fragte der junge Mann.
»Vom Herrn Grafen«, sagte K., »es wird nichts anderes übrigbleiben.«
»Jetzt um Mitternacht die Erlaubnis vom Herrn Grafen holen?« rief der junge Mann und trat einen Schritt zurück.
»Ist das nicht möglich?« fragte K. gleichmütig. »Warum haben Sie mich also geweckt?«
Nun geriet aber der junge Mann außer sich. »Landstreichermanieren!« rief er. »Ich verlange Respekt vor der gräflichen Behörde! Ich habe Sie deshalb geweckt, um Ihnen mitzuteilen, daß Sie sofort das gräfliche Gebiet verlassen müssen.«
»Genug der Komödie«, sagte K. auffallend leise, legte sich nieder und zog die Decke über sich. »Sie gehen, junger Mann, ein wenig zu weit, und ich werde morgen noch auf Ihr Benehmen zurückkommen. Der Wirt und die Herren dort sind Zeugen, soweit ich überhaupt Zeugen brauche. Sonst aber lassen Sie es sich gesagt sein, daß ich der Landvermesser bin, den der Graf hat kommen lassen. Meine Gehilfen mit den Apparaten kommen morgen im Wagen nach. Ich wollte mir den Marsch durch den Schnee nicht entgehen lassen, bin aber leider einigemal vom Weg abgeirrt und deshalb erst so spät angekommen. Daß es jetzt zu spät war, im Schloß mich zu melden, wußte ich schon aus eigenem, noch vor Ihrer Belehrung. Deshalb habe ich mich auch mit diesem Nachtlager hier begnügt, das zu stören Sie die – gelinde gesagt – Unhöflichkeit hatten. Damit sind meine Erklärungen beendet. Gute Nacht, meine Herren.« Und K. drehte sich zum Ofen hin.”

Franz Kafka (3 juli 1883 –3  juni 1924)


De Nederlandse auteur Andreas Burnier werd op 3 juli 1931 geboren als Catharina Irma Dessaur. Burnier is van joodse afkomst en moest tijdens de oorlog onderduiken. Na de oorlog bezocht zij het lyceum in Den Haag en studeerde medicijnen en later filosofie in Amsterdam. Ze maakte haar studie niet af. Burnier debuteerde in 1965 in het literaire tijdschrift Tirade. Haar eerste roman, “Een tevreden lach” (1965), werd bekroond met de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs. Als schrijfster nam Catharina niet alleen een pseudoniem, maar ook een andere sekse aan. Homoseksualiteit speelt een belangrijke rol in het werk van Andreas Burnier. Andere belangrijke boeken van Andreas Burnier zijn: “Het jongensuur” (1969), “De huilende Libertijn” (1970), “De zwembadmentaliteit” (1979), “De literaire salon” (1983) en “De wereld van glas” (1997).. Andreas Burnier overleed in september 2002 aan een hersenbloeding in haar woonhuis te Amsterdam

Citaten:

“Een vrouw is een mens die ziet dat ook in de ‘linkse’, de ‘progressieve’, de ‘emancipatie-bewegingen’, alles nog steeds om de mannetjes hun meerdere macht en glorie draait.”

“Ik behoor tot de mensen voor wie het één geheel is. Wij zitten nu even in dit bestaan. Het lijkt me zoiets als een droom. In een droom kan ontzettend veel gebeuren: enorme drama’s en angsten en vreugden en weet ik wat. En als ze dat objectief meten, dan blijkt dat je een minuut of zo gedroomd hebt. Zo lijkt het leven mij ook iets dat een heel klein moment is in een veel grotere totaliteit. Voor mij zijn het voorgeboortelijke, dit leven en dat wat na de dood komt eigenlijk één geheel. Alleen zijn wij in dit leven meestal afgesnoerd van het bewustzijn van wat eraan voorafgaat en wat erop volgt.”

Andreas Burnier (3 juli 1931 –  18 september 2002)