Gerrit Komrij, Milton Acorn

De Nederlandse dichter, schrijver, criticus, polemist en toneelschrijver Gerrit Komrij werd geboren op 30 maart 1944 in Winterswijk. Zie ook alle tags voor Gerrit Komrij op dit blog.

 

Het water de stank

Er was veel rommel op de brug te zien.
Ik zag onder de brug. Naar alle zijden
leek zich vuile troep daar te verspreiden.
De lucht was zurig. Een minuut of tien
dat ik daar stond, in ’t gas, mijn kleren stonken,
mijn neus toonde verwantschap met wit krijt
laat mij daar midden in de smerigheid
een knal vernemen dat mijn oren klonken.

Asjemenou. Het tankschip dat daar voer
spleet langzaam open, alsof het moest baren.
Het baarde een olievlek, met veel rumoer,

en wat ik rook wist ik dat walmen waren.
O, dacht ik, o, hier helpt geen mallemoer.
Ons lot ligt in de hand van klapsigaren.

 

De ware bescheidenheid

Vooral pygmeeën ambiëren zeer
De grote aandacht trekkende gebaren.
Luidruchtig gaan ze, denken ze, tekeer:
Maar uit hun mond komt ijl geruis gevaren.

Ze zien zichzelf graag midden op de markt
En slijten daar verschrompelde problemen
(Met moeite hier en daar bijeengeharkt)
Voor nieuwe passies. Roest voor diademen.

Al ’t minder kleine is groot voor de geringe.
Een reus alleen kan nietigheid verdragen.
Hij schept behagen in de kleinste dingen:
Aardschokken, volksoplopen sprinkhaanplagen.

 

Paniek

Dan zie je dichters wijze dingen schrijven
Over de dood, de Ander en meer kwalen,
Over de liefde en dat soort spookverhalen –
Maar niets daarvan komt bij jou bovendrijven.

Misschien is daar die schim van onderlijven
Of trekt een lichte geur van slijm voorbij –
Maar daar lijkt het dan toch wel bij te blijven.
Er komt geen geest uit al die vodden vrij.

Ik zal de staat van filosoof nooit halen
Geen draden worden aan elkaar geknoopt
En er ontstaat uit zoveel noodsignalen
Geen levensles. O muis die trappenloopt.

 

Gerrit Komrij (30 maart 1944 – 5 juli 2012)
Gerrit Komrij voor zijn huis in Vila Pouca Da Beira, 1994

 

De Canadese dichter Milton James Rhode Acorn werd geboren op 30 maart 1923 in Charlottetown, Prince Edward Island. Zie ook alle tags voor Milton Acorn op dit blog.

 

Wat ik van God weet, is dit

Wat ik van God weet, is dit:
Dat Hij handen heeft, want Hij raakt mij aan.
Ik kan van niets anders getuigen;
Leven tussen veel onzichtbare wezens
Net als de whippoorwill die ik constant hoor
Maar die mij maar één keer werd aangewezen.

Laatste hoop als alle hoop voorbij is
God, laat me u nooit aanroepen
Mezelf afleiden van een laatste kans
Die net zo snel gaat als hij komt;
En ik heb twijfels over uw almacht.
Alles wat ik vraag is … Blijf bestaan
Blijf uw handen houden. Blijf me aanraken.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Milton Acorn (30 maart 1923 – 20 augustus 1986)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 30 maart ook mijn blog van 30 maart 2019 en ook mijn blog van 30 maart 2018 en mijn blog van 30 maart 2017 en eveneens mijn blog van 30 maart 2014 deel 2 en ook deel 3.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *