De Nederlandse schrijver, dichter en journalist Joris van Casteren werd geboren in Rotterdam op 5 januari 1976. Zie ook alle tags voor Joris van Casteren op dit blog.
Uit: De gebroeders Zwagerman
“Eenmaal op de middelbare school zette hij zijn broers boeken op de leeslijst. “Ik heb er zelfs een spreekbeurt over gehouden,” zegt hij. De leraar Nederlands vroeg hem wat de schrijver ermee bedoeld had. “Dat zal ik hem binnenkort eens vragen, zei ik.”Mevrouw Zwagerman zat in over het onzekere schrijversbestaan dat haar oudste zoon in de grote stad was gaan leiden. “Ze hoopte dat mijn broer alsnog iets zou vinden waar hij met een broodtrommel onder de snelbinder heen zou kunnen,” zegt hij. “Had hij maar een gewone baan van negen tot vijf, zei ze, dan hoefde ik niet zo in de zorgen te zitten.” Hij wierp tegen dat zijn broer zo”n baan nooit zou volhouden. “Als je hem ziet bij boekpresentaties en zo, weet je dat hij helemaal in zijn element is.” Onaangenaam werd het als er slechte recensies verschenen. “Dan hing hij vloekend en tierend aan de telefoon. Mijn moeder zei dan: maar Joost, je hebt het toch zelf geschreven? Zo heb ik het toch nooit bedoeld, tierde hij dan, die eikel weet niet eens wat hij leest.”In 1989 kwam het boek Gimmick! uit en bereikte zijn broer een groot lezerspubliek. “Joost was toen al een behoorlijke beroemdheid,” zegt hij. Er verschenen interviews met zijn broer waarin hij flink afgaf op zijn jeugd. “Hij zei dingen over mijn moeder die ik totaal niet herkende.” Met zijn vader en een onderwijzerscollega van zijn vader spoorde hij van Alkmaar naar Amsterdam, waar in een bekende boekhandel de presentatie van Gimmick! zou plaatsvinden. Om extra media-aandacht te genereren liet zijn broer het boek door een bekendheid in brand steken. “Er waren veel mensen die ik alleen van de televisie kende. En allemaal waren ze gekomen voor míjn broer.”In Alkmaar rondde Alexander de havo af. “Ik heb een heel rustige puberteit gehad,” zegt hij. “Ik was op tijd thuis en ging altijd rustig naar boven.” Hij ging in Amsterdam aan een hogeschool voor leraar studeren. Schoolkrantmedewerkers vroegen hem of hij een artikel wilde schrijven. Hij deed interviews en waagde zich aan beschouwelijke stukken. “Het schrijven ging mij behoorlijk goed af,” zegt hij. Op zoek naar een kamer in Amsterdam ontmoette hij een zekere Gijs de Kogel, een hogeschoolstudent die nog plek had voor een huisgenoot. “Toen hij hoorde dat ik de broer van Joost was, kon ik direct bij hem intrekken,” zegt hij. De Kogel wilde zelf ook schrijver worden en hoopte dat de beroemde broer over de vloer zou komen.“Hij was verguld toen Joost hem een keer meenam naar een echte boekpresentatie.”
De Duitse dichter en schrijver Andreas Altmann werd geboren in Hainichen (Sachsen) op 4 januari 1963. Zie ook alle tags voor Andreas Altmann op dit blog. Zie ook mijn blog van 8 juni 2009.
‘s morgens
het heeft gesneeuwd, de bomen zitten vol regen.
het is koud. de ogen tranen in het opkomende licht.
water drijft in dunne lijntjes over het vensterglas.
velden hebben een huid van sneeuw. kale struiken
tekenen zich daarop af. er zijn geen stappen voorbij
het pad gelopen. ik rij naar het meer, wil wat ijs
over het water dragen. een half leven is sindsdien
verteld. de wind blaast in je gezicht. ik bekijk de dingen
vanuit het einde, heb je gezegd. dat is een langzame zin.
bij het treinstation wordt ik afgehaald. Ik ben hier vreemd.
altijd voel ik me vreemd, alleen niet bij jou.
je bent mooi. Je hebt een lied gezongen. het wordt dag
en de sneeuw glijdt van de daken. de winter
zal komen, hij is er al. en ik moet gaan.
Vertaald door Frans Roumen
Zie voor nog meer schrijvers van de 5e januari ook mijn blog van 5 januari 2021 en ook mijn blog van 5 januari 2019 deel 1 en eveneens deel 2.