Lieve Joris, Laurence Yep, Allard Schröder, Dieter Forte, Peter O. Chotjewitz, Thomas Graftdijk

De Vlaamse schrijfster Lieve Joris werd geboren op 14 juni 1953 in Neerpelt. Zie ook mijn blog van 14 juni 2007 en ook mijn blog van 14 juni 2008 en ook mijn blog van 14 juni 2009 en ook mijn blog van 14 juni 2010.

Uit: De hoogvlaktes

Na drieënhalf uur lopen zagen we Mikalati liggen. Op de heuvelflank stonden honderden koeien met gewelfde hoorns; daartussen liepen mannen met hoeden en stokken heen en weer, keurend, prijzend. Uit het dal steeg een zacht gegons op, dat sterker werd naarmate we, laverend tussen de koeien, dichterbij kwamen. In de gekleurde vlek in de diepte tekenden zich strooien afdaken af. Daartussen krioelde het van pratende, lachende, gebarende marktgangers. Zodra ze ons in de gaten kregen, stootten ze elkaar aan en algauw draaide de menigte zich als één man onze kant op.’

(…)

‘We waren laat, marktgangers kwamen ons uit tegengestelde richting tegemoet. Eén man had een kip in zijn raffia rugzakje gestopt; ze stak haar hoofd boven zijn schouders uit en volgde nieuwsgierig de commotie op het pad. Vrouwen hielden hun hand voor de mond als ze me in het oog kregen en riepen: ‘Mana-wéééh’ Mijn God! Vier mannen droegen een zieke die op een laken tussen twee bamboestokken lag. Een voorbijganger ving mijn blik: ‘Muzungu, vous voyez la souffrance des Africains?”

Lieve Joris (Neerpelt, 14 juni 1953)

 

De Chinees-Amerikaanse schrijver Laurence Michael Yep werd geboren op 14 juni 1948 in in San Francisco. Zie ook mijn blog van 14 juni 2009 en ook mijn blog van 14 juni 2010.

Uit:Dragon’s Gate

“”They’re coming!” the servant cried from the pass. “They’re coming!” The cry traveled up the valley faster than the stream.

“They’re coming!” the sentry announced from the watchtower.

All over the village of Three Willows, doors and gates slammed as people tumbled into the street. It was a clear day between summer storms, and the sky was a bright blue.

In the schoolroom, I could hear the slap of their feet on the dirt. Though I was only fourteen, I sat in the back of the schoolroom with the older boys because I was ahead of my level. I rose eagerly from the school bench.

At the front, Uncle Blacky, our teacher, was lecturing about some ancient words that might occur in the government exams. The exams would qualify you for office.

He was a slender, middle-aged man in a scholar’s robes. There were small black marks on his lips, for he had an absentminded habit of licking his brushes to a point. “Yes, Otter.”

“Master, may I be excused?” I asked. “I think my father and uncle have arrived.”

“Of course.” What else was he going to say? Most of the subscription for his new school had come from my own family.

When I got ready to run excitedly, he looked at me sternly “With dignity,” he reminded me. That look was enough to intimidate my other classmates, but not me.

“I’m sorry, master.” I started to walk away.

Behind me, I heard Stumpy laugh. He was the sixteenyear-old son of one of our tenants, and he was always trying to play the bully or to mock me when he thought it was safe.“

Lieve Joris (Neerpelt, 14 juni 1953)


De Duitse schrijver, vertaler en jurist Peter O. Chotjewitz werd geboren op 14 juni 1934 in Berlijn. Peter O. Chotjewitz overleed afgelopen december op 76-jarige leeftijd. Zie ook mijn blog van 14 juni 2009 en ook mijn blog van 14 juni 2010.

Uit: Fast letzte Erzählungen (Phantombild)

Ein Solcher, wie ein Anderer einst gewesen zu sein schien, hätte ich werden wollen.

Doch wozu? Um ihn zu wiederholen? Oder mich?

Wo kein Sich-Einholen möglich ist? Nur ein Nachhinken? Jeden Tag wird der Abstand größer und kein Ende in Sicht. Man schrumpft dahin und macht gute Miene zum eigenen Mittelmaß.

Schon meine Ankunft war ein Kompromiss. Es war einmal ein Vater, der wollte vier Söhne, seine

Frau aber wollte kein Kind. Heraus kam ich.

Während der Jugendirre hatte ich Großes vor mit mir: Philosoph, Komponist oder so was, jedenfalls ein Genie. Sollte sich meine Begabung als zu gering erweisen, kam nur noch dies in Frage: Landedelmann mit Schloss in englischer Neugotik oder havelländischer Klassizistik und einer großen Bibliothek. Dazu natürlich Bedienstete, da ich schon früh unter Hexenschüssen litt, und Liebschaften mit Milchmägden auf Heuböden in riesigen Schafställen nach Art des Augias.

Überlandfahrten zu befreundeten Landedelleuten mit großen Bibliotheken und Milchmägden im Einspänner. Ich überspringe nun die Jahre in Berlin, wo ich zur Welt kam und aufwuchs, Prenzlau/Uckermark, wo ich schwimmen lernte, Mecklenburg, wo ich die Befreiung erlebte, der Wasserpolackei, wo meine Altvorderen bestattet wurden, im Erzgebirge, wo ich mal meinen Turnbeutel liegen ließ, Kurhessischen, wo ich mit Uli Kasten Kreismeister im Tischtennisdoppel wurde, und andernorts, die mit dem Ende der Schulzeit einher gingen. Stichtag: Kassel, den 29. September 1955.

Ich kann also sagen, dass die Bundesrepublik und ich ziemlich gleichzeitig das Zeugnis der Reife bekommen haben!”

Peter O. Chotjewitz (14 juni 1934 – 15 december 2010)


De Nederlandse schrijver Allard Schröder werd geboren in Haren op 14 juni 1946. Zie en ook mijn blog van 14 juni 2010.

Uit: Wenst

“In Wenst wisten ze dat er buiten het dorp en de eindeloze akkers diehet omringden vele andere werelden moesten bestaan, die af en toeteer en trillend als een fata morgana boven de horizon van deverbeelding konden verschijnen of ’s nachts als verre verontrustendedroomgezichten in de slaap. Overdag, in het harde licht van dewerkelijkheid bestonden ze hoogstens in de boeken die een enkeling inzijn kast had staan of in de atlas van Eylert Schering; je kon ze ookin de krant tegenkomen, in de bladen van de leesportefeuille of somsals een stem uit de radio, maar voor wie geen krant las en niet naarde radio luisterde – en dat waren er genoeg – bleef de wereld buitenWenst niet meer dan een verre luchtspiegeling, waarover af en toe inVeenlust een passant wist te vertellen of anders wel een van deweinigen die ooit uit Wenst waren vertrokken en met peinzende blik inde ogen weerom waren gekeerd. Wie zijn voorbeeld wilde volgen, brachthet vaak niet verder dan de Stad, zoals in de provincie Groningen dehoofdstad wordt genoemd, sommigen haalden het Westen, een enkelingging overzee. Maar ook al hadden de levens in Wenst een nabije
horizon, hun dromen waren grenzeloos.

Ik heb hun verhalen lange jaren met me mee gedragen. Ze wogen nietzwaar, daarvoor waren ze misschien te bescheiden en lieten ze zich temakkelijk overstemmen door de ketelmuziek van het ware leven. Sommige zijn inmiddels vervaagd en vertrokken naar de nacht om een enkelekeer onherkenbaar schimmig in mijn dromen rond te komen spoken. Maarandere bestaan nog en hebben er hier voor gezorgd dat Wenst niethelemaal in vergetelheid zal wegzinken.“

Allard Schröder (Haren,14 juni 1946)

 

De Duitse schrijver Dieter Forte werd geboren op 14 juni 1935 in Düsseldorf. Zie ook mijn blog van 14 juni 2009 en ook mijn blog van 14 juni 2010.

Uit: Auf der anderen Seite der Welt

“Der Zug war leer, ein ratternder Personenzug einer Nebenstrecke, der durch eine flache, immer nebliger werdende Landschaft fuhr und an jeder Station hielt. Kleine Bahnhöfe, auf denen ein Stationsvorsteher in

Pantoffeln und mit Strickweste an seine rote Mütze tippte, die er zu diesem Zweck kurz aufsetzte, dem Zugführer mit einem dienstlichen Kopfnicken einen abgegriffenen Stab überreichte, den er salutierend an der nächsten Station einem anderen Bahnhofsvorsteher überreichte. Mal stieg ein Bauer oder eine Bäuerin mit einem Korb ein, um kurz danach wieder auszusteigen, und es sah nicht so aus, als hätten sie dazu eine Fahr­karte gekauft. Der Nebel wurde dichter, die Bahnsta­tionen, die nur noch aus einem Dienstzimmer mit eini­gen Hebeln, dem Fahrkartenschalter und der Toilette bestanden, verschwammen im Dunst, die verkrüppel­ten Bäume neben den Stationshäuschen ersetzten mit ihren vor Nässe schwarzen Ästen die Signale. Telegra­fenstangen begleiteten mutig die Gleise, ihre durchhän­genden Leitungen tanzten in der Bewegung des Zuges auf und ab und warteten geduldig an jedem Haltepunkt auf die Weiterreise. Ein weißer Schleier umschloß das Abteil, die Welt war verschwunden, der Zug kroch langsam darin herum, verließ sich auf die Schienen, blieb gelegentlich stehen, keiner wußte, war das nun ein Haltepunkt oder hatte der Zug sich verirrt.”

Dieter Forte (Düsseldorf, 14 juni 1935)

 

De Nederlandse dichter, schrijver en vertaler Thomas Graftdijk werd geboren in Amsterdam op 14 juni 1949. Zie ook mijn blog van 14 juni 2007 en ook mijn blog van 14 juni 2008 en ook mijn blog van 14 juni 2009 en ook mijn blog van 14 juni 2010.

Hysteria

Een middag bovenaan een smalle trap,
een openstaande deur en in het huis waar eens
je schorre stem om waanzin riep hangt nu de
dreiging van je thuiskomst, tot in de varkensstal
vervolgd door het syndroom van gierende colonnes
door de straten onderweg om te herstellen wat
je vaders zoon en dochter hebben aangericht, een
onbekende in jouw kleren liggend op het bed die
vraagt waarom ik nog geen prooi gevonden heb.

Was ik je prooi en jij de mijne, waar de
gaskraan zachtjes suizend openstond en zwarte
sluiers heimwee voor je ogen vielen schroeide je
verbijsterd en verblind van spijt je vleugels
aan de zon en ging je drijvend op de wolken
nachtenlang met open mond te gronde: wat is er
toen gebeurd, wie ben je toen geweest dat
onherroepelijk je naam verleden is, die van
een vreemde?

Thomas Graftdijk (14 juni 1949 – 10 februari 1992)



Zie voor nog meer schrijvers van de 14e juni ook mijn vorige blog van vandaag.