Maria van Daalen, Walter Hasenclever, Richard Aldington, Jean Ray, Julius Mosen

De Nederlandse dichteres Maria van Daalen werd geboren op 8 juli 1950 in Voorburg. Zie ook mijn blog van 8 juli 2010 en eveneens alle tags voor Maria van Daalen op dit blog.

 

Rozen

voor je verjaardag koop ik 42 rozen
ik zet ze op mijn altaar neer ik geef ze water
en dan laat ik ze drinken en verwelken later
nog wacht ik tot de cirkel van verdorde loze

blaadjes bruin en knisperend is ik tel hun broze
stiltes dat weet je niet je viert het niet je gaat er-
van uit dat ik er niet meer ben de waarheid staat er
te lezen blad na rozenblad tijd die gekozen

is nu ga ik weg ga jij weg als ik dood kus ken
ik verlangen het blijft over in krullend rood en
geur het verwelkt nog niet het is ingehouden meer

van mij als alle stelen kaal zijn leg ik ze neer
in een vuilniszak in een krant voorzichtig dorens
niet scheuren ik mag vergeten ik ben geboren.

 

Nieuwsdienst

Hij staat met een plastic tas in zijn hand
en weet niet welke kant hij uit moet.
Linksonder loopt de klok met grote snelheid door.

Later zie ik hem met geopende mond
achterover liggen: een paardebloem
bloeit tot pluis toe tussen zijn lippen.

Het is diep geworteld: werkelijkheid,
verval, eierdoppen die krakend
barsten onder schoenzolen.

Van karton ben ik, bespat aan twee kanten,
met druppels die kleurstof achterlaten.
Ik kan nat worden, en zachtjes gaan liggen.

 

Knekel

hoofd dat mijn beenderas bevat voor later
spreek met een mond vol aarde van het leven
ik voel de zon en ja, ik blijf nog even
mijn ogen tranen maar ook dat is water

woorden bewogen door de wind – dat staat er
in elke beendervel volop geschreven –
vormen de liefste zin aan mij gegeven
zolang mijn schedelmond nog praat – ik schater

mij schuimend, bottend, brandend, stormend naar de
vier elementen die zich zingend mengen
met mij, de lichtste, aether, als hun hemel

die schedeldak mag vullen met gewemel
van wormen, rijmend kronkelend in strengen
ten slotte is mijn vruchtbaarheid mijn waarde.

Maria van Daalen (Voorburg, 8 juli 1950)

 

De expressionistische Duitse schrijver en dichter Walter Hasenclever werd op 8 juli 1890 in Aken geboren. Zie ook mijn blog van 8 juli 2007 en ook mijn blog van 8 juli 2008 en ook mijn blog van 8 juli 2009 en ook mijn blog van 8 juli 2010

 

Auf den Tod einer Frau

Wenn Du Dich neigst am Saum des Himmels,
Sommerentlaubt:
Wir bleiben zurück,
Wir öffnen die Augen,
Wir sehen Dein ewiges Bild.
Nun weißt Du alles,
Träne und Hoffnung,
Die Welt des Leides, die Welt des Glücks.
Erlöste Seele, geliebte Seele,
Schwester unser,
Die Heimat ist da!

 

Mein Jüngling, du

Mein Jüngling, du, ich liebe dich vor allen,
Du bist mein eigen Bild, das mir erscheint!
Ich sehe dich in manchen Teufelskrallen;
Gewiss, du bist nicht glücklich, hast geweint.
Du liebst zu schmerzlich oder harrst vergebens,
Dein Vater, deine Wirtin macht dir Qual,
Du zuckst in der Verwildrung deines Lebens,
Dein Geist wird bürgerlich, dein Kopf wird kahl.
Willst du nicht mit mir gehn und mich erhören!
Sieh, auf die gleichen Klippen schwimm ich ein.
Einst auf Prärien, jetzt in Geisterchören
Will ich dich rufen und will bei dir sein!

 

Walter Hasenclever (8 juli 1890 – 21 juni 1940)
Lithografie door Oskar Kokoschka, 1918

 

De Engelse schrijver en dichter Richard Aldington werd geboren op 8 juli 1892 in Portsmouth. Zie ook mijn blog van 8 juli 2007 en ook mijn blog van 8 juli 2008 en ook mijn blog van 8 juli 2009 enook mijn blog van 8 juli 2010

 

Childhood

I


The bitterness. the misery, the wretchedness of childhood

Put me out of love with God.

I can’t believe in God’s goodness;

I can believe

In many avenging gods.

Most of all I believe

In gods of bitter dullness,

Cruel local gods

Who scared my childhood.

II

I’ve seen people put

A chrysalis in a match-box,

“To see,” they told me, “what sort of moth would come.”

But when it broke its shell

It slipped and stumbled and fell about its prison

And tried to climb to the light

For space to dry its wings.

That’s how I was.

Somebody found my chrysalis

And shut it in a match-box.

My shrivelled wings were beaten,

Shed their colours in dusty scales

Before the box was opened

For the moth to fly.

 

Richard Aldington (8 juli 1892 – 27 juli 1962)

Foto door Man Ray

 

De Frans- en Nederlandstalige Belgische schrijver Jean Ray (bekendste pseudoniem van Raymond de Kremer) werd geboren op 8 juli 1887 in Gent. Zie ook mijn blog van 8 juli 2007 en ook mijn blog van 8 juli 2009 en ook mijn blog van 8 juli 2010

 

Uit: La choucroute

„Sur ces entrefaites, le train, qui avait déjà fait d’assez nombreuses haltes, ralentit de nouveau et je me levai.
— Je descends ici ; bien du plaisir, Monsieur, et au revoir !
Je lui tendis la main.
Il la retint avec force, et je vis que son gros et cordial visage avait soudainement blêmi.
— Ce n’est pas possible ! balbutia-t-il, vous ne pouvez pas descendre… pas descendre… ici.
— Mais si… Adieu !
J’avais ouvert la portière et sauté sur le quai.
Il fit un geste inutile et, à ce qui me semblait, désespéré, pour me retenir.
— Vous ne pouvez descendre… ici ! hurla-t-il.
Le train se remettait en marche ; je vis le visage de mon compagnon de route se coller, tordu d’angoisse, contre la vitre de la portière. Le train prit de l’allure et ne fut qu’une ombre fuyante piquée d’un œil flamboyant de cyclope.“

 


Jean Ray (8 juli 1887 – 17 september 1964)

 

De Duitse dichter en schrijver Julius Mosen (eig. Julius Moses) werd geboren op 8 juli 1803 in Marieney in het Vogtland. Zie ook mijn blog van 8 juli 2007 en ook mijn blog van 8 juli 2009 enook mijn blog van 8 juli 2010

 

Der Zecher – Als Mystiker

Im Pokal, im klaren Weine

Ruht ein Gnadenbild

Wie in goldnem Heil’genscheine

Sonnenhell und mild.

Und es wird ein altes Wähnen

Drinnen wieder jung,

Und es stießen meine Thränen

Der Erinnerung.

Immer tiefer muß ich nippen

In die süße Flut,

Küsse suchen da die Lippen,

Und es wallt mein Blut.

Welch ein überirdisch Klingen

Wehet um mich her?

Zu dem Herzen will es dringen:

Und mein Haupt wird schwer!

Ei, du Traumbild im Pokale

Wie geschieht’s mit dir,

Daß du nun mit einem Male

Bist im Herzen hier?

Alte Zeiten leben wieder

In der tiefsten Brust,

Und es kehren alte Lieder

Und die alte Lust.

Der ist nicht ein wackrer Zecher

In dem deutschen Land

Der noch nicht im tiefen Becher

Gleiche Wunder fand.

 

Julius Mosen (8 juli 1803 – 10 oktober 1867)

Beeld in Oldenburg

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 8e juli ook mijn vorige blog van vandaag.