De Nederlandse schrijver Miquel Bart Ekkelenkamp Bulnes werd geboren op 6 juli 1976 in Bloomington, Indiana (Verenigde Staten van Amerika). Zie ook alle tags voor Miquel Bulnes op dit blog.
Uit: Het bloed in onze aderen
“Vanaf de wachttoren kijkt luitenant Amores uit over het Rifgebergte. Drie maanden al staat de opmars vanuit Melilla stil. Annual, gelegen in een dal tussen vier heuvels, is op dit moment de meest vooruitgeschoven post in de frontlinie, maar het kamp is nooit bedoeld geweest als permanente legerplaats. In de heuvels naar het westen verzamelt Abd El-Krim strijdkrachten, bouwt hij langzaam maar zeker aan zijn leger van Riffijnen, vastberaden de Spaanse bezettingsmacht van de Marokkaanse kaart te vegen. Niemand anders lijkt zich hierom zorgen te maken, en dit verontrust de luitenant des te meer.
Uit zijn borstzak haalt hij een klokje. Het is twee uur in de middag, tijd om zijn brieven te schrijven. Hij klimt van de wachtpost naar beneden en springt de laatste halve meter. Het stof stuift op en hecht zich op Amores’ zwarte laarzen en grijze pantalon. Hij doet al tijden geen moeite meer het af te kloppen.
Voor zijn tent is ter beschutting tussen vier palen een groot wit laken gespannen. In de schaduw hiervan verpozen twee van zijn collega-officiers. Luitenant Urgel — een vriend van Amores, die leiding geeft aan lokale politietroepen — zit op een munitiekist en leest een drie weken oude Madrileense krant. Luitenant Galán van de artillerie houdt een middagslaapje, liggend op de grond, het hoofd rustend op een opgevouwen deken.
Urgel groet Amores en vraagt hoe zijn dag is geweest.
‘Santamaría is een psychopaat,’ antwoordt deze.
Urgel trekt een wenkbrauw op.
‘Het is een ernstig gestoorde man,’ benadrukt Amores.
‘Er wordt beweerd dat hij ooit twee weken in de woestijn heeft overleefd zonder water,’ zegt Urgel. ‘En dat hij met zijn tanden de nek van een Arabier heeft doorgebeten — maar dat gelooft niemand.’
‘Het zou me niets verbazen.’
Urgel staat op, opent de munitiekist, haalt er een wijnzak uit en neemt een slok. ‘Jij ook?’ biedt hij aan.
Emilio knikt. Hij houdt de zak op ooghoogte en knijpt zachtjes. In een dun straaltje spuit de wijn tegen de binnenkant van zijn wang. Hij is drabberig en lauw, maar smaakt hem beter dan de beste crianza’s die hij ooit in de Rioja heeft mogen proeven.”
De Duitse dichter en schrijver Marius Hulpe werd geboren op 6 juli 1982 in Soest, Nordrhein-Westfalen. Zie ook alle tags voor Marius Hulpe op dit blog.
Opsporingssucces
het was een donderdag, vanuit het raamluik
van de aangrenzende kelder hoorden we het duidelijk: zij,
sinds ongeveer vier weken vermist, was het.
een van de zusjes van het huis stormde meteen
over het hek, riep iets het koude gat in
en luidde een stormbel. Dicht bleef de deur.
kleine reepjes ham wierpen wij
door de roestige tralies. druppelden melk
er achteraan, het antwoord klonk niet ondankbaar.
tegen de avond dreef een zware wagen
de toegangspoort in. de rode remlichten
kondigden een grondig desinteresse aan. meteen,
toen mijn zusje haar vraag wilde stellen,
begon het hoofd van de ondervraagde te trillen.
Iedereen moet zelf weten hoe er met dingen,
die op hun eigen terrein belandden,
wordt omgegaan. de kleine dacht geen twee
seconden na: de kat leeft, zei ze.
Vertaald door Frans Roumen
Zie voor nog meer schrijvers van de 6e juli ook mijn blog van 6 juli 2020 en eveneens mijn blog van 6 juli 2019.