De Nederlandse dichter Tsead Bruinja werd geboren in Rinsumageest op 17 juli 1974. Zijn eerste twee bundels gaf hij in eigen beheer uit. Zijn bundel “Dat het zo hoorde” werd genomineerd werd voor de Jo Peters Poëzieprijs. Met het collectief Gewassen (2001-2004), met onder anderen dichter Sieger MG en videokunstenaar Alan D. Joseph won hij in 2002 het Hendrik de Vriesstipendium. Bruinja stelt bloemlezingen samen (o.a. de befaamde Kutgedichten en de bloemlezing Droom in Blauwe regenjas – nieuwe Friese dichters), recenseert, presenteert, interviewt en treedt op in binnen en buitenland (o.a. in Indonesië, Nicaragua en Zimbabwe). Zijn meest recente bundels zijn “Overwoekerd”, in 2012 genomineerd voor de Ida Gerhardt Poëzieprijs, en “Angel”. Die laatste verscheen als krant en werd op website De Contrabas als gratis download binnen een maand 2000 keer gedownload. Sinds 2008 schrijft Bruinja één keer per maand een gedicht bij de actualiteit voor het EO radio 1 programma Dit is de dag. In datzelfde jaar maakte zanger en caberetier Herman van Veen schilderijen bij zijn werk die geëxposeerd werden in het Natuurmuseum Fryslân te Leeuwarden. Eind 2008 werd Bruinja genomineerd als Dichter des Vaderlands voor de periode 2009-2013. Bruinja werd tweede. In 2013 verscheen het boek “Stofsûgersjongers / Stofzuigerzangers” met etsen van Mirka Farabegoli en de debuut cd van klassiek saxofoniste Femke IJlstra.
appels kopen
kruimelig rijp verdriet spiegelt haar
in de bakken van de marktkoopman
delicaat is zij die van appels houdt
hij ziet dat hij ziet haar weerbarstig
lachend om zijn zoetzure grappen
`t liefst trekt hij een knipmes nu
en toont haar de helften ruwe pit
ze twijfelt voor wat lijkt een vruchtloos uur
krap aan haalt ze de laatste bus
als zij naar het danshuis gaat
draagt ze een mand vol rode wangen
daar aan haar zongekleurde armen
bedelen kindmannen hangend
om watervrucht mee naar dakhuis dak
maar zij komt voor het dansen
als zij komt
komt ze voor het dansen
als zij komt gaat alles dansen
mag een gospelgilletje over komen varen
uit het zuiden van tabak ver amerika
mijn slotheupen willen wiegen
zich in haar leegte wagen
tot dageraad me komt breken
en zij weer naast me slaapt
herhaald verzoek
ik kijk om me heen
en er is niets nieuws niets ouds
dat ik open kan doen
jij klopt aan
en er zijn cafés er zijn boeken
die ik open kan doen
er zijn tafels
waar mensen aan zitten
misschien staat er in hun agenda
één verjaardag die het onthouden
waard is
en ik heb de meest waardeloze knieën
en ik vraag je
elke ochtend dat jij je ogen open doet
om de wereld nieuw te maken
vraag ik je weer
Tsead Bruinja (Rinsumageest, 17 juli 1974)