De Nederlandse schrijver Willem Frederik Hermans werd geboren op 1 september 1921 in Amsterdam. Zie ook mijn blog van 1 september 2006.
Uit: Onder professoren
„De vaderlandse gewoonte getrouw, die een van de vele kleinigheden is, waarover we de buitenlander laten gapen van verbazing, bleven ook na zonsondergang alle gordijnen open. Van de straat af was zonder belemmering waar te nemen wat er in Kaeckebeke’s zitkamer plaatsgreep, evenals je dat bij zijn buren kon zien. Wij Nederlanders doen dit, zegt de Fransman Miraud in zijn boekje ‘La Hollande burlesque’ om bij onze medeburgers niet de vunze gedachte te doen opkomen dat we, zodra het lamplicht brandt en we ons achter gesloten gordijnen veilig wanen, gaan eten met open mond, smakken, op de grond spugen, onze echtgenoten uitkleden om lichaamsstraffen toe te dienen, of onze broeken naar beneden doen om met ieder die zich grijpbaar onder ons dak bevindt, ontuchtige handelingen te verrichten. En deze vrees voor andermans schunnige fantasieën, zegt de Fransman, komt voort uit het puritanisme waarin de Nederlander wordt opgevoed.
[….]
Emancipatie betekent assimilatie. Ik zal u een voorbeeld noemen. De Nederlandse katholieken zijn nooit zo katholiek geweest als toen ze door de protestanten onderdrukt werden. Maar na hun emancipatie, toen ze de gelijken van de protestanten waren geworden, hebben ze hun katholicisme als een handicap ervaren en ze wilden dus niet alleen maar de gelijken van de protestanten zijn, maar ook gelijk aan de protestanten. Wat gebeurde er? Het kerklatijn werd afgeschaft, priesters en zusters legden hun bijzondere kleding weg, het bestaan van de heiligen wordt met een korreltje zout genomen, aan het bestaan van de hel wordt getwijfeld. Steeds meer katholieken twijfelen aan de onfeilbaarheid van de Paus. Wat is er eigenlijk nog van het katholicisme overgebleven?“
W. F. Hermans (1 september 1921 – 27 april 1995)
De Belgische schrijver Hubert Lampo werd geboren op 1 september 1920 geboren in Het Kiel, Antwerpen. Zie ook mijn blog van 1 september 2006.
Uit: De Komst van Joachim Stiller
„„Maar de goederentrein, die ik iedere avond om kwart voor negen in de bocht van de naburige spoorbaan hoorde voorbijstommelen, behoorde uitsluitend tot de materieloze verschijnselen van de nacht, evenals de sirenes van de schepen op de nabije rivier die, zwaar en breed op de resonantievlakken van het water en de laagdrijvende wolken, als de tragische noodseinen uit een vergeten wereld klonken en mij niet vreesachtig, doch weemoedig stemden, als waren zij de klaaglijke getuigen van een leed, waarvoor ik geen naam wist. Nooit heb ik mij afgevraagd, van waar deze trein wel komen mocht en waar hij heen reed, alsof het voor mij vast stond, dat hij tot een bovennatuurlijke werkelijkheid behoorde, waar onze vragen naar herkomst en bestemming van alle grond verstoken zijn. Ook thans nog, zovele jaren later, oefent het gedreun van nachtelijke treinen een onverklaarbare aantrekkingskracht op me uit, maar vruchteloos heb ik de betovering van weleer weergezocht.”
Hubert Lampo (1 september 1920 – 12 juli 2006)
De Franstalige, Zwitserse dichter en schrijver Blaise Cendrars werd geboren op 1 september 1887 in La Chaux-de-Fonds.
Paysage
La terre est rouge
Le ciel est bleu
La végétation est d’un vert foncé
Ce paysage est cruel dur triste malgré la variété infinie
des formes végétatives
Malgré la grâce penchée des palmiers et les bouquets
éclatants des grands arbres en fleurs fleurs de carême
Clair de Lune
On tangue on tangue sur le bateau
La lune la lune fait des cercles dans l’eau
Dans le ciel c’est le mât qui fait des cercles
Et désigne toutes les étoiles du doigt
Une jeune Argentine accoudée au bastingage
Rêve à Paris en contemplant les phares qui dessinent
la côte de France
Rêve à Paris qu’elle ne connaît qu’à peine et qu’elle
regrette déjà
Ces feux tournants fixes doubles colorés à éclipses lui
rappellent ceux qu’elle voyait de sa fenêtre d’hôtel sur
les Boulevards et lui promettent un prompt retour
Elle rêve de revenir bientôt en France et d’habiter Paris
Le bruit de ma machine à écrire l’empêche de mener son
rêve jusqu’au bout.
Ma belle machine à écrire qui sonne au bout de chaque
ligne et qui est aussi rapide qu’un jazz
Ma belle machine à écrire qui m’empêche de rêver à
bâbord comme à tribord
Et qui me fait suivre jusqu’au bout une idée
Mon idée
Blaise Cendrars (1 september 1887 – 21 januari 1961)
Portret door Amedeo Modigliani
De Deense schrijver Peter Adolphsen werd geboren op 1 september 1972 in Århus.
Uit: Das Herz des Urpferds (Vertaald door Hannes Grössel)
„Unglücklicherweise stützte Jimmy sich in ebender Sekunde, als der Zerreißprozess seinen Schlusspunkt erreichte, mit gestrecktem Arm an der Rohrleitung ab. Wenige Augenblicke davor
fielen ihm die harfenartigen kleinen Geräusche von den immer schneller zerspringenden Stahldrähten
auf; er richtete seinen Blick auf die Geräuschquelle und begriff genau einen Moment zu spät, was gerade geschah. Die Trosse schwippte durch die Luft und riss seinen Arm direkt überm Ellbogen mit solcher Kraft ab, dass der Armstummel schnurrend davonflog und kreisrunde Blutspuren hinterließ, dunkelrot auf der dürren Erde.
Jimmy, der Schwerkraft und einem hypovolämischen Schock preisgegeben, sackte gegen die
Rohrleitung zusammen. Gleichzeitig, wenige Millimeter von der Stelle, an der das Blut das sonnenwarme Metall färbte, im Innern des Rohres, raste unser Öltropfen vorbei, auf dem Weg zur Raffinerie in Salt Lake City, wo er nach einer Weile im Rohöltank erst die atmosphärische und danach die Vakuumdestillation durchlief. Bei 165° Celsius wurde der größte Teil dessen, was einmal Pferdeherz war, als schweres Naphtha von dem übrigen Rohöl geschieden und von sinnreichen Rohrsystemen zur Entschwefelungsanlage geführt, die via katalytischer Hydrogenerierung aus der jetzt helleren, aber noch immer undurchsichtigen Flüssigkeit Hydrogensulfid entfernte. Die nächste Stufe der Raffination war die Reformierung in einer erhitzten Hydrogenatmosphäre über einem Katalysator aus Platin und Rhenium, der die Naphthene in Aromate umwandelte sowie einen Teil der Paraffine in Isoparaffine, während die schwereren Paraffine in kleinere Moleküle zerschlagen wurden,
wodurch sich die Oktanzahl erhöhte. Und so wurde ein weiteres Glied zur Kette der Verwandlungen
des Pferdeherzens hinzugefügt: der Zustand Benzin.
Nach langer Zeit in 10 000-gallon-Lagertanks wurde das Benzin in einen Tanklaster gefüllt und
an verschiedene Tankstellen verteilt. Unser Tropfen landete über Umwege in einer Amoco-Tankstelle
in Austin, Texas, wo er in einem unterirdischen, betonummantelten Behälter ein paar Tage Ruhe fand, ehe er via Zapfsäule und Schlauch im Benzintank eines Ford Pinto landete.“
Peter Adolphsen (Århus, 1 september 1972)
Zie voor alle bovenstaande schrijvers ook mijn blog van 1 september 2007 en ook mijn blog van 1 september 2008.
Zie voor nog meer schrijvers van de 1e september ook mijn vorige blog van vandaag.