Willem Thies en Erich Maria Remarque

Willem Thies heeft op het 37e Poetry International Festival in Rotterdam de C. Buddingh’-prijs voor nieuwe Nederlandstalige poëzie 2006 gekregen voor zijn debuut Toendra.Dit heeft de jury, bestaande uit Albertina Soepboer, Anton Korteweg en Michaël Vandenbril, woensdag bekendgemaakt.

Willem Thies (1973) woont en werkt in Amsterdam. Hij studeerde geschiedenis te Groningen, was oprichter van het literaire punkrockmagazine Zeroxat en redacteur van en schrijver voor cultureel jongerenmagazine Simpel. Gedichten van zijn hand verschenen in de literaire tijdschriften Passionate, Nymph, De Tweede Ronde en De Brakke Hond. “De publikatie van deze gedichten, mijn semi-autonome beeldenwereld, is een eerste zege van een lange triomftocht naar de ondergang.”  

Eb

het water trekt zich terug van de kust
de woestijn treedt buiten haar oevers
de wind blust het blauwe kaarslicht
de wijn zinkt in de gouden kelk


Vloed

het water trekt zich terug van de kust
de woestijn treedt buiten haar oevers
de wind blust het blauwe kaarslicht
een mot verdrinkt op de in melk gewitte kerkmuren 

 

Elegie

ik ga lichtgewapend en in zomeruniform
ik proef hitte en hechtdraad en bloed

het verdriet is donker op mijn gezicht geschminkt
drinkend verworden mijn lippen
tot litteken

ik zend mijn regimenten van rancune en legers van vergelding
de scharen van mijn kreeft woekeren de aarde zwart
anderen wacht een wreder lot: het botte zwaard
van verwaarlozing.

m.a.w.
ik ben de wet & mijn wet is willekeur

ik ben de pijl van venijn & de pil
van onverschilligheid

ik ben de zwartgehelmde engelen met haak in het hart
de weeklacht van de weerloze is mijn overwinningshymne 

 

De onmacht van Michelangelo

De wind neemt happen van het gras.
Iemand legt bloemen op een onbemand graf.


Een wit kind wuift met een wijde arm
en begint stil te zingen.


Een reepje stof hangt omlaag
van de stomp van een tak.


De wind haalt zijn hand door het gras.
Tandeloze kam.


Een bij harpoeneert mijn arm
en verliest lijf en leven.
Zoals eenieder die tot in de kern
tracht door te dringen,
in de huid steken blijft.


Er is een steen die men niet vormen kan naar zijn hand.

Willem Thies (Nijmegen, 17 februari 1973)

 

Erich Maria Remarque (pseudoniem van Erich Paul Remark) werd geboren op 22 juni 1898.

Op 31 januari 1929 verscheen zijn eerste echte roman: Im Westen nichts Neues, waarin hij zijn ervaringen uit WO I verwerkte. De eerste uitgever aan wie hij het boek aanbood, weigerde het te publiceren. Ondanks de enorme politieke controverse werden er het eerste jaar al reeds 1,2 miljoen exemplaren van verkocht. Het vervolg Der Weg Zurück verscheen in 1931. Zijn boeken werden in het openbaar verbrand in 1933 en zijn werk werd verboden in Duitsland. In 1938 werd hem zijn Duits staatsburgerschap ontnomen, maar hij verbleef al sinds 1932 in Zwitserland. In 1939 emigreerde hij naar de Verenigde Staten en hij verkreeg de Amerikaanse nationaliteit in 1947. Later woonde hij afwisselend in Zwitserland en de Verenigde Staten. 

Citaten:

“Erfüllung ist der Feind der Sehnsucht.”

„Erst wenn man genau weiß, wie die Enkel ausgefallen sind, kann man beurteilen, ob man seine Kinder gut erzogen hat… „

 „Vergessen können ist das Geheimnis ewiger Jugend. Wir werden alt durch Erinnerung.”

Erich Maria Remarque
(22 juni 1898 – 25 september 1970)