H.H. ter Balkt, William Carlos Williams

De Nederlandse dichter H.H. (Herman Hendrik) ter Balkt werd geboren in Usselo op 17 september 1938. Zie ook alle tags voor H. H. Ter Balkt op dit blog.

 

In de zoutconcessies

De in de 33 boortorens opgepompte pekel
moet van de louche zouten worden ontdaan;
in de eerste etappe worden moederloog en
kalk toegevoegd. Grote roerwerken roeren

loog en kalk door de pekel. De boorkroom
verbrijzelt de steenlaag. Het roerwerk
staat tijdens het bezinken stil. Slib is wat
overblijft: witte bergen. Eens deden

1011 schepen de zoutkaden aan! Zoutkroon
– onderaards – brokkelt af. De zouttransport-
band die wel een sneeuwweg lijkt voert na

het zeven het zout de silo’s in. De zout-
brijpomp werkt keihard. Transportband en
laadbuis werpen ’t zout snel in de schepen.

 

El Greco, de weg!

Verlekkerd verschanst in zijn mantel
van baardige grassen, bontkraag van aar
likt de autoweg zijn muil af, vaardig
schilderend met antennes en uitlaten;
de weg is een groot kunstenaar, draagt
razende besluiten, schildert het landschap
heet van de as
Fraaie eiwitten sieren zijn paletmes
lijkengroen snelt zijn faam vooruit,
een kraai draagt de houtskool;
de benzinestruik geurt fijntjes
naar hyena’s en struif, grenzen over
stuift de weg met groteske ontploffingen
Rustplaatsen: intocht
nadert: spreid je mantel van leeggegoten
flessen, zie de schilder
de almachtige Griekse schilder
komt in de stofwolk! In asfalt
en veelvervige metaallak maalt
de weg de bronst van macht & geweld
Ah! Hij die het landschap menselijk
afbeeldt en gulzig & visvretend
doorwerkt, uren van de dag en de nacht:
El Greco, de langgerekte!

 

De lampionplanten

Postzegel met het sneeuwmerk van winter, zo
hingen de lampionplanten hun oranje lampion uit.
De witte tanden waren van het ijzeren hek.
De hoeken van de ruiten hadden allevier
kerstkleuren, ze droegen in melkglazen vazen
de bloemen die daarbuiten hun zaden
verborgen onder de boomgaardsneeuw, onder
de sneeuw van de appelboom en de hazelaar
van de rafelige vlammen van de lampionstruik,
van de judaspenning en de stoffertjesplant.
Alle vinken hadden vrolijke snavels,
de appelvink had de dikste, maar hij daar,
de goudvink, had zó in de boom gekund, die
kunstig besneeuwde spar daarbinnen. Toen
sneeuwde het nog volgens geijkte gewoonte;
langer dan vijftien regels is het geleden.
Dit is een hommage aan de oude lampionplanten
vuurdragend in de sneeuw en bedrukt, niet
met 25 cent maar met 25 december. Nee, geen
postzegel – besneeuwd of niet – vent dat nog uit.

 

H.H. ter Balkt (17 september 1938 – 9 maart 2015)

 

De Amerikaanse dichter William Carlos Williams werd geboren in Rutherford (New Jersey) op 17 september 1883. Zie ook alle tags voor William Carlos Williams op dit blog.

 

Tractaat

Ik wil jullie beste stadsbewoners
leren hoe een begrafenis te regelen
want jullie hebben iets voor op een
troep artiesten –
tenzij men echt schoonschip zou maken –
jullie bezitten het noodzakelijke basisgevoel.

Kijk! de lijkkoets voorop.
Ik begin met het ontwerp voor een lijkkoets.
In godsnaam niet zwart –
niet wit ook – en onopgepoetst!
Laat haar verweerd zijn – als een boerenkar –
met vergulde wielen (voor een luttel
bedrag opnieuw aan te brengen)
of helemaal geen wielen:
een ruwe sleperskar om over de grond te trekken.

Sla ’t glas eruit!
Mijn god – glas, beste stadsbewoners!
Tot welk doel? Voor de dode
om naar buiten te kijken of voor ons
om te zien hoe mooi hij erbij ligt of
om de bloemen of het ontbreken ervan –
of wat?
Om hem te beschermen tegen regen en sneeuw?
Spoedig zal hij zwaardere regen kennen:

kiezels en modder en wat al niet.
Nee, geen glas dus –
en geen bekleding, bah!
en geen kleine koperen rollagers
en handige wieltjes op de bodem –
beste stadsbewoners wat denken jullie wel?
Een ruwe eenvoudige koets dus
met vergulde wielen zonder opbouw.
Daarop rust de kist
met haar eigen gewicht.

Geen kransen alstublieft –
vooral geen kasbloemen.
Een eenvoudig aandenken is beter,
iets dat hij waardeerde en hem tekende:
zijn oude kleren – wat boeken misschien –
God mag het weten! Jullie beseffen
hoe wij over deze dingen denken
beste stadsbewoners –
iets zal gevonden worden – geeft niet wat
zelfs bloemen als dat het uiteindelijk voor hem was.
Tot zover de lijkkoets.

Alhoewel, let in godsnaam op de koetsier!
Zet zijn zijden hoed af! In feite
is dat helemaal zijn plaats niet –
onplechtstatig daarboven
onze vriend wegslepend ten bate van eigen vertoon!
Laat hem afstappen – laat hem afstappen!
Laagbijdegronds en onopvallend! Ik zou hem
helemaal niet op de wagen laten – kan me wat –
die onderknuppel van het begrafeniswezen!
Laat hem de teugels houden
en ernaast lopen
en ook dat onopvallend!

Dan in het kort wat jullie zelf betreft:
Loop achter de koets – zoals ze in Frankrijk doen,
zevende klas, of als je toch rijdt
weg met die gordijnen! Ga met enig blijk
van ongemak; stel je open
zowel voor het weer als voor verdriet.

Of denken jullie dat je verdriet kunt verbergen?
Wat – voor ons? Wij die wellicht niets
te verliezen hebben? Deel met ons
deel met ons – en geld zal
jullie deel zijn.
Ga nu
ik denk dat jullie gereed zijn.

 

Vertaald door J. Bernlef

 

William Carlos Williams (17 september 1883 – 4 maart 1963)

 

Zie voor de schrijvers van de 17e september ook mijn blog van 17 september 2020 en evenens mijn blog van 17 september 2018.

H.H. ter Balkt, William Carlos Williams

De Nederlandse dichter H.H. (Herman Hendrik) ter Balkt werd geboren in Usselo op 17 september 1938. Zie ook alle tags voor H. H. Ter Balkt op dit blog.

 

Willie is

Willie is vegetariër behalve dat zij vis lust,
en ook koekjes lust zij nog liever; op
haar staatsiebezoeken aan de huizen (zij steekt
dan haar reuzeleuke staart uit) verkrijgt zij

relatiegeschenken in de vorm van liefdespoëzie,
kopjes visbouillon, kippevleugels en vleugjes
water; zij kan ook ‘de eekhoorn’ doen, dat is
op haar achterpoten staand iets wiegen in

haar voorpootjes, bijvoorbeeld een noot; zij is
zeven jaar en diep gelovig, zo gelooft zij harts-
tochtelijk in de uitvinding van de dikbilmuis.

en in laag vliegende vogels, sloom als baksteen,
vlug als de bliksem is slaap haar elixer: zij
slaapt in hoekjes knus als een 12de-eeuwse hemel.

 

Judaspenning I

God zij met ons’ (Het Geld)

Judasdollar, hoei, valse judaspenning!
Jij verscholen groen stuk vergif, munt
voor t kruis, na lange verregende jaren,
Judaspenning, vind ik jou hier terug…

Rokend ging scheep in de avond de boom-
gaard met de witte bank, zo vredig, en
opgeschoten onder het alleroudste
appelras de gesjochte Judaspenning,

je hauw: lichtschuw verstekeling onder
de heggen: mint armste grond, steekt
zijn kop op waar dichte duisternis rond-
tolt op de bloedakkers onder de maan.

 

Judaspenning II

Zekere Judas verried een zekere Joshua
in een boerenbongerd, voor een zakvol
zilverstukken, lijkt daarom Judaspenning
op zilver en vat hij post in boerentuinen?

Brandende zon buigt hem om, de maanzieke;
de smadelijk vernoemde, hij die de zon verried
voor de maangelijkende munt die als de lamp
licht uitzendt van een andere straling.

Christendom eindigt als Judas, bungelend
aan de boom; Judaspenning daaronder, rinkelt
met zijn geldbuidel, wuift zwakjes, verbannen
naar duistere gronden, de verhangene uit.

 

H.H. ter Balkt (17 september 1938 – 9 maart 2015)

 

De Amerikaanse dichter William Carlos Williams werd geboren in Rutherford (New Jersey) op 17 september 1883. Zie ook alle tags voor William Carlos Williams op dit blog.

 

Aux Imagistes

Ik was geloof ik nooit zo verrukt
Als nu van jullie,
O door vorst gebeten bloesems
Met jullie vleugels die zich ontvouwen
Tegen de afgunstige zwarte takken.

Bloei gauw en maak wat van de zonneschijn.
De twijgen spannen tegen jullie samen!
Moet je ze horen!
Ze houden jullie van achter vast!

Wegvliegen zullen jullie niet,
hetzij vleugel na vleugel, gebrekig,
En toch –
Zelfs zij
Hebben niet de eeuwigheid.

 

Vertaald door Huub Beurskens

 

William Carlos Williams (17 september 1883 – 4 maart 1963)

 

Zie voor de schrijvers van de 17e september ook mijn blog van 17 september 2020 en evenens mijn blog van 17 september 2018.

H.H. ter Balkt, William Carlos Williams

De Nederlandse dichter H.H. (Herman Hendrik) ter Balkt werd geboren in Usselo op 17 september 1938. Zie ook alle tags voor H. H. Ter Balkt op dit blog.

 

Oud gereedschap mensheid moe

Oud gereedschap ver van huis
bedenkt geen rondeel om te klagen.
Oud gereedschap huilt niet in het donker

lange weg, lange lange weg
en zingt geen blues want heeft geen stem.

Vlashekel, wan, geen achterban
van dichtkunst, geen plantage, borst
van essehout om aan te rusten.
Oud gereedschap mensheid moe, eeuwen
van huis, zoekt geen plankier
van zangen, van stof, van twist.

Lange weg, lange lange weg
oud gereedschap zingt niet de blues.
Regen geen rum slijpt zijn lemmet en steel,
zijn afgeknapte spaak die hakkelt.

O het is een wintertij weg,
lange lange weg, weg lang als een lemmet
weg langer dan de weg van de weegschaal
en van de heldere sterren.

De sterren zeggen
dat de tijd daar is, dat het oude gereedschap
dat datgene, doorgesleten in de handpalm
van die de lange lange weg maakte,
zich gereedhoudt.

De sterren zeggen
in de naam van wie naamloos stierven
in de naam van wie akkergrond werden
in hun akker, van wie afgrond werden
De sterren zeggen dat de stap aanrukt

over de lange lange weg
over de weg die de blues uitklaagt.
De sterren zeggen, de hand is op komst
van wie oud gereedschap opneemt en gebruikt
doodgewone ploegschaar, vlashekel, wan:
ze vertellen dat hij komt.

Oud gereedschap mensheid moe
ver van huis, oud gereedschap dat je heersers
overleefde, oud gereedschap ver van huis,

het is tijd voor andere meesters
het is tijd voor de eenvoudige beweging

van de bijlslag recht in het gezicht
van die alles in vuur hebben gezet
langs de weg. Langs de lange lange weg.

 

De hooikeerder

Door revoluties weggemaaid
staat hier de hooikeermachine.
Hij was mooi blauw en rood, bestreed
het gele lekker ruikende hooi.

Nu weggedragen op vleugels
van stormvogel roest wordt hij meer
en meer stof van de schuur. Antieke
vriendelijke machine; huisdier.

Terwijl hij zo machtig roffelde
achter de paardebil, charge
op charge uitvoerde, in galop
voortrazend over het weiland.

 

De cirkelzaag

Hoed je voor de teven
van de vrede, het leven
beneden, in de bossen en
steden, is een krijsende bede
om onvrede, onvrede, onvrede
.

 

H.H. ter Balkt (17 september 1938 – 9 maart 2015)

 

De Amerikaanse dichter William Carlos Williams werd geboren in Rutherford (New Jersey) op 17 september 1883. Zie ook alle tags voor William Carlos Williams op dit blog.

 

Mussen tussen dorre bladeren

De mussen
bij de ijzeren hekpaal
nauwelijks te zien

door de dorre bladeren
waar ze half
onder schuil gaan –

ze warrelen de bladeren
op – vechten
en tjilpen

schel
zoeken
en

pikken het scherpe
zand voor
een goede vertering

en liefde’s
duistere en onverzadigbare
eetlust

 

Vertaald door Huub Beurskens

 

William Carlos Williams (17 september 1883 – 4 maart 1963)
Portret door Hugo Gellert, ca, 1930

 

Zie voor de schrijvers van de 17e september ook mijn blog van 17 september 2020 en evenens mijn blog van 17 september 2018.

H.H. ter Balkt, William Carlos Williams

De Nederlandse dichter H.H. (Herman Hendrik) ter Balkt werd geboren in Usselo op 17 september 1938. Zie ook alle tags voor H. H. Ter Balkt op dit blog.

 

Altijd

Altijd de verweekte kalfshersenen van de regen
als het gezijk van een oude dichter die de sloot niet inklimt.
Altijd de losse draadjes van machientjes en de kloterige plons
van raketten (plas-plas) in dezelfde verrotte zee.

Altijd de afdruk van voetstappen in sneeuw of modder, &
de herfst die zijn grijnzend smoelwerk uit de groene boom steekt.
& altijd Celsius met de koude kwikzak in de maand januari
als de steden huilen: Haal ons van de landkaarten moedertje.

Altijd dezelfde klaagzangen om dezelfde schurftige wereld,
altijd dezelfde slechte dichters terwijl de goeden ondergespit zijn
en ah! ah! owee! altijd dezelfde droevige opeenvolging
van gezichten en gezangen op de stenen akkers en op die van zand.

 

Het bonenstro

Bonenstro, dat rookt zo mooi
onder de hoge bomen; en zijn
gedopte peulen smoken ook.
Zijn boon, tot roem gekomen,
wordt beloond; maar opgestookt
rookt roemloos het bonenstro,
zo hoog als nooit de bonen komen

 

De vlier

Hoe de vlier hard kraakte
wanneer de winter zijn merg
verstijfde, het riet brak; de vogels
naar het zuiden (sommige)
afreisden: staat dat niet in het boek
het oude geschrift van de grondmist?

Hoe de ezelskop in Samaria,
stad van de tranen, 75 zilver-
stukken kostte, toen de honger
de stad opvrat, lange tijd her,
staat dat niet geboekstaafd
in het oude boek van de Koningen?

Die bij Warschau stond en Athene,
wuifde bij slagvelden, huisde
in duister, verrees op Golgotha;
de wijze onuitroeibare, zuur & loog
ten spijt, wordt niet hoog: maar vijf
meter, dat is hoog genoeg om te zien.

Kwetsbaarder dan hij staat er
geen boom in de bossen: december
vindt zijn knoppen nauwelijks
bedekt, en zijn roomwit merg trekt
tal van verslinders, daarom bewaakt
het bos hem als de draak de schat…

Zo is het nòg wel, en sombere
holten staat de vlier in de bossen,
nog altijd; in nacht en ontij; tover
gleed van zijn bessen heen, nochtans
hij staat er en draagt zijn bloesem
of er nooit nee nooit iets was gebeurd.

Vliertje, vlier, jij trilde
onder de eerste voetstappen, de mensen
goten sindsdien hun holten met stikstof
vol, en gesternte, helder vroeger, schijnt
troebeler, grijnzender, over de steden:
maar vliertje, vlier, blijf jij bij mij.

 

H.H. ter Balkt (17 september 1938 – 9 maart 2015)

 

De Amerikaanse dichter William Carlos Williams werd geboren in Rutherford (New Jersey) op 17 september 1883. Zie ook mijn blog van 17 september 2010 en eveneens alle tags voor William Carlos Williams op dit blog.

 

Danse Russe

Als ik wanneer mijn vrouw slaapt
en de baby en Kathleen
ook slapen
en de zon een vlammend-witte schijf is
in zijden mistflarden
boven glanzende bomen, –
als ik in mijn noordelijke kamer
dans, naakt en grotesk
voor mijn spiegel
mijn hemd zwaaiend boven mijn hoofd
en zachtjes tot mijzelf zing:
`Ik ben eenzaam, eenzaam.
Tot eenzaamheid ben ik geboren,
en beter kan het niet!’
Als ik mijn armen bewonder, mijn smoel,
Mijn schouders, flanken, billen
tegen de lange gele schaduwen, –

Wie zal dan zeggen dat ik niet
de gelukkige genius ben van mijn gezin?

 

Vertaald door Arnold Heumakers

 

William Carlos Williams (17 september 1883 – 4 maart 1963)

 

Zie voor de schrijvers van de 17e september ook mijn blog van 17 september 2020 en evenens mijn blog van 17 september 2018.