Maarten van der Graaff, Katha Pollitt

De Nederlandse dichter en schrijver Maarten van der Graaff werd geboren op 14 oktober 1987 in Dirksland. Zie ook alle tags voor Maarten van der Graaff op dit blog.

 

Ballade van de authentieke verkoper

De wind speelt met hoed langs de route 66.
George Steinmetz landt met zweefparachute in de Karnasaivallei.
Ik rijd met brullende volvo je huis binnen.

Iedereen kreeg zijn eigen spullen en daarmee
ritme. Er is een deur die altijd openstaat.
Je ziet mijn herkenbare afmetingen.
Kortom, de oude Heraclites had gelijk
en ongelijk. Hoe het licht hier op de plavuizen valt!
Jij ziet ook alles.
Retail is detail schatje,
het leven is er om geleefd te worden.

 

Lijst met doordrenkingen

Ik investeer in jou. Jij bloeit in de zomer.
Wij zijn van elkaar doordrenkt
als kerk en staat.
Wij zijn een windstille theocratie.

Mijn stijl is doordrenkt van mij,
heeft alle onechtheid opgenomen.
Omdat mijn stijl mij niet kan verslaan,
word ik erdoor opgegeten.
Nu de kunst mij opeet
zoek ik de achterdeur of de binnenzak
van dat lichaam.

Jij, ik, onze gebaren:
doordrenkt van erotisch verval.
Niet macht erotiseert,
maar met nagelbloed
doordrenkte macht.

Mijn vrienden zijn de obscene en poreuze
diamanten van de kenniseconomie
en liggen doordrenkt van schuldgevoel
langs de weg.

Ik – van vrijheid en seculariteit doordrenkt –
organiseer een duister, humanistisch ritueel.
Ik ontvoer mensen en in een kelder
bind ik ze aan mij vast.
Daar bewegen wij net zo lang
door de nauwelijks verlichte ruimte
tot wij in elkaar geloven.

 

Boven de kringloop van regen en baby’s vliegt de roerdomp

Boven de kringloop van regen en baby’s vliegt de roerdomp.
De roerdomp heeft niets met dat alles te maken.
Met de kringloop van granaten, bananen, offers, slijtage
heeft de roerdomp niets te maken. Daar moet duidelijkheid over bestaan.
Hij gelooft zelfs niet in kringlopen, de roerdomp.
‘Ieder rad is bedoeld om het iemand voor de ogen te draaien’,
zingt hij (wat schor van de kou op die hoogte).

 

Maarten van der Graaff (Dirksland, 14 oktober 1987)

 

De Amerikaanse dichteres, essayiste, critica en feministe Katha Pollitt werd geboren op 14 oktober 1949 in New York. Zie ook alle tags voor Katha Pollit op dit blog.

 

Lots vrouw

Sjokkend achter het brede achterste van God
neuriet ze haar nutteloze deuntje
Oh kleine zwarte jurk achter in de kast,
wie zal je nu tegen zijn borst drukken?

Groene Italiaanse laarzen in een middernachtelijk raam,
een gekrioel van ratten, een hand
van binnenuit verlicht als een tulp—
Wie rent die straat af om haar minnaar te ontmoeten?
Wie zit er in de bioscoop
ineengedoken, stil, een zwarte kat?

De dochters met de donkere ogen strelen achteloos hun borsten.
Een jakhals hurkt in de schaduw, hongerig naar zout.
Aan de voet van een duin dat oprijst naar de lege horizon
haalt een palmboom zijn schouders op
alsof hij wil zeggen: Nou, wat had je dan verwacht?

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Katha Pollitt (New York, 14 oktober 1949)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e oktober ook mijn blog van 14 oktober 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten van der Graaff, Katha Pollitt

De Nederlandse dichter en schrijver Maarten van der Graaff werd geboren op 14 oktober 1987 in Dirksland. Zie ook alle tags voor Maarten van der Graaff op dit blog.

 

Eerste document

Ruimtelijke hoofdstructuur. Gloeiende onrust. Dat wil
zeggen. Je lezende schouders. Lezende rug. Waarom je dit leest. Rutger
Hauer. Jong. Lachend. Acht jaar. Naoorlogs. Uit feestgedruis. In je kinderkamer.
Bloed door de aderen. Der onleesbaarheid. Licht.
Aan de mouw van zijn shirt. Zaad. Driekleur.
Misschien te laat geboren. Van Heuven Goedhartlaan. Vloeit.
Een menigte. Nergens verankerd. Of in een land. Hoorde
daar. Een land. Ander licht. Dan woont hij hier. Acht.
Ideologische veren. Hij blijft voorlopig nog.
Zanger. In deze tijd. Lik de stront van je. Puinhopen. Op weg
naar. Extra. Alternatieve
parkeerplaats. Maar ook. Het goede.
Steeds één gezin. Wat men altijd noemde. Paars.

 

Tweede document

Wegwijzer voor de insprekers. Schriftelijke reacties indienen voor januari
1991. Blanje. Evidencebased. Oranje. Ik werd wakker in je. Verordening.
Westelijke randweg. Kan ik niet boos zijn. Op jou. Intensivering
van leerroutes. De inburgeraar is eigenaar
van zijn inburgering. Iedereen één oog sluiten. Nota. Fraai symbool.
Wat ook een ander van je zegt. Derde oplevering. Corredor Norte.
Conformité Européenne. Hergebruik.
We deelden krenten uit. Etymologisch.
Corinthe. Vriendschap. Die uit werk ontstaat. Stakeholders. Robuust.
Adaptief. Maar vooral een stelsel dat werkt. Brede
intake. Op andere manieren gelukkig. Collegiaal
bestuur. In het straatje. Of plotseling in de dode hoek. Opstaan.
Filerijden. Iedereen doet mee. Het liefst via betaald werk.
Nederland distributieland. Denk toch eens aan. Hergebruik.
Nieuwe tracés en halteplaatsen. Diep in mijn hart.

 

Derde document

Als ik vroeger terugkwam van vakantie en bij Zwijndrecht
de neonletters Van Leeuwen Buizen zag. Wist ik dat ik thuis was. Bovenbouw.
Die vanbinnen dingen doet. Alle lichtjes. Alle auto’s. Met een daktuintje. Het verleggen
van patronen. Van geluk. Volgende week. Staat in de agenda.
Van vorige week. Paradijsvogels. In dit. Privé-domein. Nu wil je weer
contact. De stad beloont creativiteit. Vrijwillig of anderszins. Driel-
Oost. De corridor Eindhoven/Veldhoven/
Welschap. Herneemt zich. En is daarin. Vier koersen. Dat voel ik.
Een gemiddelde huiskamer is voor zover ik gezien heb dan ook
een rare combinatie van nieuwe apparaten en oude gehechtheden.
Reusachtige encyclopedie van variaties. Kolommen. Aard en structuur.
Van heel mijn. Compagnie. Illusieloze witte steden. Schepen
zich in. Elk huis is tot barstens toe vol. Ruimtevreters. Een
watercorridor. De blauwe koers. Nu leest hij
oude formulieren. Intimiteiten. Dit is het lastigst. Het laatste woord. Te veel.
Schrijven.

 

Maarten van der Graaff (Dirksland, 14 oktober 1987)

 

De Amerikaanse dichteres, essayiste, critica en feministe Katha Pollitt werd geboren op 14 oktober 1949 in New York. Zie ook alle tags voor Katha Pollit op dit blog.

 

De oude buren

Het weer is omgeslagen en de oude buren sluipen naar buiten
vanuit hun overvolle kamers om te knipperen in de zon, alsof
ze tot hun verrassing merken dat ze weer een winter hebben meegemaakt.
Hoewel de hitte van de stoom ze bleek en gekrompen heeft gemaakt
zoals oude wortelgroenten,
zijn meneer en mevrouw Tozzi al
hard aan het werk in hun voortuin mini-Sicilië:
een Maagd Maria vogelbad, een struikgewas van rozen,
en de enige buitenaloë’s in Manhattan.

Het is het oude immigrantenverhaal,
de prachtige baby’s
opgegroeid tot buitenlanders. Niets
verliep zoals ze hadden gepland
als liefjes in de goten van Palermo. Maar toch,
elk zwaait met een met vuil aangekoekte hand
in geriatrische gemeenschap met Stanley,
de voormalige tattoo-koning van de Merchant Marine,
die de hoek omslaat met zijn ruige collie,
die nauwelijks drie is, maar artritisch
draaft uit sympathie. Het zijn alleen
de jongeren die zich afvragen of het leven de moeite waard is,
niet mevrouw Sansanowitz, die het afgelopen uur
langzaam over het trottoir schuifelde,
haar nieuwe aluminium rollator even voorzichtig
ophief en neerzette

als een spin die zijn web test. Op dagen als deze,
blijf ik lang staan
onder de wilde knoestige wortel van de oude blauweregen,
droge takjes die binnen een week
een zwakke regen van paarse bloesem zullen aankunnen,
en ik geloof het: dit is alles wat er is,
alle geschiedenis heeft ons hier naar ons enige leven gebracht
dat we konden vinden, als überhaupt al ergens,
onze hangende tuinen en onze straat van goud:
gebarsten stoepen, geraniums, brandtrappen, deze oude
achterblijvers die zich koesteren in hun beetje zon.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Katha Pollitt (New York, 14 oktober 1949)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e oktober ook mijn blog van 14 oktober 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten van der Graaff, E. E. Cummings

De Nederlandse dichter en schrijver Maarten van der Graaff werd geboren op 14 oktober 1987 in Dirksland. Zie ook alle tags voor Maarten van der Graaff op dit blog.

 

Het zijn deze trends

Om zich te ontdoen van
geloven in vergadering
van diepe aarde
om zich te ontdooien naar
het lot van de dobbelsteen
zal worden gecodeerd
staat u mij toe een laatste keer
te denken aan het nageslacht opdat zij niet significant verpieteren
met startersnonchalance

Wij schrijven Apocalyps. Ze zeggen dat binnenkort de regering valt
of in ieder geval ontspant.
Nooit vertrouwd raken met iemand. Nooit een hand geven.
Honderdduizenden metaforen voor het leven als toekomstige pausen
beijveren zich.
Het zijn deze trends: huiduitslag en onverteerbare dagen.

 

Naar bed

Ik verlang en vrees
wildernissen
of een verzamelde vlucht
als patiënt van de macht.

Leven in groepen die niet onderzocht worden.
Bevroren grotten pigmentloos koraal
in een kom vol sneeuw.
Ik deins terug.

Mijn ondergang moet naar bed. Ik ook. Wij zijn moe.
Mijn stedelijke omgeving moet
op slot.

 

Thuiskomst

Ik heb een fiets er is altijd iets mis
hier
kun je veranderen? Ik lijkt te vervagen slaap
de hele zomer
per dag masturbeer ik mij donkerder
wordt betaald

beweging: sublieme verplichting
maar willekeurig
ik wilde mij openbaren als oude mol
nu is het te laat voor alles

draaikont van een
hoofd van een levende
ik
nog nieuw in de wereld buiten
maar koud als sluipkanker
loop tegen lijf

sommige mensen die koolstofmonoxide inademen
rijden in paniek richting ziekenhuis
halverwege vergeten ze waarom ze in een auto zitten
en keren terug

 

Maarten van der Graaff (Dirksland, 14 oktober 1987)

 

De Amerikaanse dichter en schrijver Edward Estlin Cummings werd geboren in Cambridge, Massachusetts op 14 oktober 1894. Zie ook alle tags voor E. E. Cummings op dit blog.

 

& A (1925)

IV

Neem bijvoorbeeld dit:

als aan de kleur van middernacht
die meer is dan duister (die
mij en Parijs is en alles)
de lichte
regen
gebeurt hevig en prachtig

en (staande aan een raam
dit uur van de nacht)
voel ‘k me zomaar
hevig volledig bewust van de regen of liever
van Iemand die vaardig gebruik maakt van daken en straten
voor een denkbaar en prachtig geluid:

als een (misschien) klok in de levende koelte
heel zwak slaat en als ten laatste
door zo delicate regengebaren

een kleur breekt, die ochtend is, O ’t is niet vreemd dat

‘k (aan de rand van de dag) zonder twijfel
een miljoenste gedicht maak dat niet totaal aan
jou zal voorbijgaan; of als ‘k in ieder geval, vrouw,
een van de duizend zeiven die jouw glimlach zijn schep.

 

Vertaald door Peter Verstegen

 

E. E. Cummings (14 oktober 1894 – 3 september 1962)
Portret door Ioannis Mouhasiris, 2011

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e oktober ook mijn blog van 14 oktober 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten van der Graaff, Katha Pollitt

De Nederlandse dichter en schrijver Maarten van der Graaff werd geboren op 14 oktober 1987 in Dirksland. Zie ook alle tags voor Maarten van der Graaff op dit blog.

 

LIJST MET MENSEN OP DE KOUDE STEEN

Ik wil geen cultureel ondernemer zijn
en roep vanaf de koude steen dat ik liefde wil.
Ik ben zzp’er. Ik wil liefde en een vrije kunst.
Er zit geld in gedichten
en ik wil geld om halve liters te kopen,
want ik ben saai en verslaafd aan bier.
Dat is een saaie verslaving.
In een tunnel stel ik me voor
dat alle wegen ondergronds zijn.
Geen masochisme in romans meer
of tv-series over zwijgzame, beschadigde mannen.
Ik praat tegen je.
Vanaf de koude steen praat ik tegen je.
Ergens wordt een wil gebroken.
Çağlar Köseoğlu op de koude steen.
Ik hou van Çağlar
en ik hou van Léjon Saarloos.
Léjon Saarloos op de koude steen.
Hannah van Binsbergen en Matthijs Ponte op de koude steen.
Op de koude steen zitten is strafwerk.
Je kunt een doodsmak maken op de koude steen.
Ik zou een illegale poëziebijeenkomst willen organiseren,
maar omdat het opstandige en geheime
gefetisjeerd worden door cultuurproducenten,
heb ik er geen zin in.
Ik ben niet gekomen om een warme steen te brengen.
Het licht wordt smeriger, het handschrift obsessiever.
Arno Van Vlierberghe en Mathijs Tratsaert op de koude steen.
Bert van der Beek op de koude steen.
Op de koude steen zitten is liefdewerk.
Op de koude steen zitten is een dom kunstwerk.
Ik geloof in herhaling
en ruik de stille adem van de catastrofe.
Max Czollek danste op techno, maakte techno
en dacht iets te zien. Een andere samenleving
(nu bouwt hij drukkamers).
Mina Pam Dick op de koude steen.
Vanaf de koude steen praat ik tegen jullie.
Alle poëzie is burgerlijk,
alle gemeenplaatsen zijn van ons.
Kom naar me toe!
Mijn huisdieren zullen sterven
en ik zal bij ze liggen in de grond.
Alle cultuur zal verdwijnen
en ik leef in Utrecht, zoek naar werk
en eet dingen op.

 

Maarten van der Graaff (Dirksland, 14 oktober 1987)

 

De Amerikaanse dichteres, essayiste, critica en feministe Katha Pollitt werd geboren op 14 oktober 1949 in New York. Zie ook alle tags voor Katha Pollit op dit blog.

 

Vijf november, Riverside Drive

De lucht een schok, de ginkgo’s gele koorts,
Ik breng de dag door met wandelen. November, en nog steeds
verblindt licht de grote erkers op West End
Avenue, het park bruist van licht als een kom
en op de rivier
trilt een zeilboot als een wit blad in de wind.

Wat een achttiende-eeuws schilderij, dit
keurig verstrijken van het jaar: de zon
verwarmt nog steeds de versleten marmeren portieken
en met krullen verfraaide paviljoens waar een oude man,
zwart gejaste verschijning van Voltaire,
klapwiekt op zijn aangeboren. ‘Heldere lucht,
heldere geest’ -alsof hij de duisternis kon overtreffen
door als een zwerm kraaien naar huis te zwieren.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Katha Pollitt (New York, 14 oktober 1949)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e oktober ook mijn blog van 14 oktober 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten van der Graaff, Katha Pollitt

De Nederlandse dichter en schrijver Maarten van der Graaff werd geboren op 14 oktober 1987 in Dirksland. Zie ook alle tags voor Maarten van der Graaff op dit blog.

 

LIJST MET CIVIELE LIEDEREN

Vanavond wil ik praten met een fascist.
Bij zwak licht en bier, over Europa
en over bazen, de bazen van bazen.
Het zal zijn of we in een saloon zitten,
het gelag van een onderwaterstad.
En in het halfduister, in elkaars begeerte
zullen we Europa zien en weten dat er iets ouds
van ons is afgenomen.

Ik eet voor de televisie. Ik ben burger van een staat,
eet magnetronboerenkool, kijk naar een herhaling van Frasier.
Het is mijn plicht de worst te eten en het jusbakje leeg te drinken.
Online lees ik een polemisch stuk, dat ik ooit schreef,
en walg van het stijltje, de berekening.

Opeens begrijp ik dat ik niet op de toekomst wacht
en dat ik wegging bij God,
mijn familie, de ziel die in mij huisde.
Wat registreer ik?
Geen heimwee of dromen van thuis,
maar suizeling, woede, dode politiek.
Ik haat dit verminkte en ik haat de toekomst.
Ik ben een minerale waarheid,
omringd door zusters en broeders.

Ik ben de parasiet van een duister ding.
Door broeders en zusters ben ik omringd
en schrik wakker uit een dronken slaap.
Ik zit in de nachtbus en zie de maan
boven de akkers van Flakkee.
Agrarische sector, ik werkte in je
en nu ben ik ver weg van je grimmige schoonheid,
die door werkromantiek in een nachtbus
toegankelijk is en anders niet.

Toch genoot ik van de lichamelijkheid
van bollen pellen en tulpen koppen.
Maar het is mijn werk niet, ik hoef het niet te doen.
Ik heb de biotopen van de kennis gezien
en opwaarts ben ik mobiel geworden.
Mijn lichaam was mijn zomerbaan,
nu ben ik creatief.

Uit onbewustheid word ik wakker op Flakkee, somber eiland,
waar ik eerst een religieuze masochist was
en later naar de geest van de mensheid zocht.
Nu staat de maan boven de akkers in haar eigen afglans
en denk ik aan mijn ideeën, die dood zijn.

Mijn gedaante in Stad aan ’t Haringvliet.
Wat is hier aan de hand?
Over alles ligt de gloed van het private,
maar Stad aan ’t Haringvliet wil mij
iets anders zeggen.
Het verenigingsleven ligt stil.
Huizen en lantaarnpalen koelen af.
Er is niemand op het voetbalveld.
Ik neem plaats op de middenstip
en zie de lijnen.
Over het douchen na de wedstrijd
schreef ik een gedicht.
Over onze witte jongenslichamen,
onze homofobie.
De lichamen van mijn teamgenoten
waren mijn informatie.
Herinneringen aan iets collectiefs.
En wat nu?

 

Maarten van der Graaff (Dirksland, 14 oktober 1987)

 

De Amerikaanse dichteres, essayiste, critica en feministe Katha Pollitt werd geboren op 14 oktober 1949 in New York. Zie ook alle tags voor Katha Pollit op dit blog.

Oud

Niemand meer om me Penelope te noemen,
treurde de oude gravin toen zij op de hoogte werd gebracht van het overlijden
van haar laatste jeugdvriendin. Heeft ze lang gezeten

in de tochtige hal, denkend: dat is het dan,
niemand over behalve meelopers en lakeien,
waarom nog doorgaan? De dood kan het niet helpen, dat hij er vriendelijk uitziet
wanneer al je vrienden daar wonen, terwijl

elke dag steeds meer lijkt op een rokerig feest
waar de muziek pijn doet en vreemden erop staan dat ze je kennen
tot je met je ogen knippert en glimlacht en in de muur verdwijnt
en naar je drankje staart en een boek van de plank pakt

en voor een minuut je ogen sluit en plotseling
iedereen met wie je kwam weg is
en mensen rare dingen doen in de hoeken.
Geen wonder dat je op je horloge kijkt

en tegen niemand in het bijzonder zegt
als je het niet erg vindt, denk ik dat ik nu maar naar huis ga.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Katha Pollitt (New York, 14 oktober 1949)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e oktober ook mijn blog van 14 oktober 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Dolce far niente, Ursula Wölfel, Daniël Rovers, Maarten van der Graaff, E. E. Cummings, Péter Nádas

 

 Dolce far niente

 

 
October Light door Ernest Principato, z.j.

 

Oktober

Oktober kommt mit blauem Rauch
der Wind will Äpfel pflücken
und gelbe Birnen gibt es auch
und süßes reift im Brommbeerstrauch
du brauchst dich nur zu bücken

So rot und gold wie Feuerschein
steht nun der Wald am Hügel.
Das Eichhorn sammelt Nüsse ein,
der Falter sitzt am warmen Stein
und breitet weit die Flügel.

ein Spinnwebfaden fließt im Wald
es rascheld auf den Wegen
der Häher schreit die Nacht wird kalt
und auf die Wiesen wird sich bald
der erste Raureif legen.

 


Ursula Wölfel (16 september 1922 – 23 juli 2014)
Het raadhuis in Duisburg-Hamborn, de geboorteplaats van Ursula Wölfel

 

De Nederlandse schrijver Daniël Rovers werd geboren in Zelhem op 14 oktober 1975. Zie ook alle tags voot Daniël Rovers op dit blog.

Uit: De waren

“In een donkerblauwe tent op een camping in het door elzenhagen omzoomde zuidoosten van Engeland, liggend in een slaapzak met een vanillevlagele voering op een oprolbaar eiermatras, had ik ooit een droom die me altijd is bijgebleven.
Was het wel een droom? Op het moment dat ik mijn ogen opende en naar het wit van de binnentent keek, kon ik niet eens met zekerheid zeggen of ik het me die nacht allemaal alleen maar had verbeeld. Ik lag op mijn rug, richtte mijn ogen op de tentstok en hoorde mijn broer zo zwaar ademen dat het leek alsof hij één grote luchtpijp geworden was. Ik was tien jaar oud. Aan de andere kant van het doek floot een vogel onvermoeibaar steeds opnieuw dezelfde wijs.
Wat ik had meegemaakt was zo overweldigend echt dat ik ervan overtuigd was dat het waar moest zijn of in ieder geval binnen niet al te lange tijd waar zou worden. Iets of iemand had een gat in mijn bestaan geslagen en door de opening kreeg ik toegang tot een ruimte waarvan ik het bestaan niet eens had vermoed, een wereld die altijd al verborgen had gelegen onder de huid die de mijne werd genoemd. Opeens was alles anders geworden, ikzelf het meest.
Niet dat er, zoals dat in de boeken heet, in mijn slaap aan een verkeerd gelegen been een vrouw of een man was ontstaan, ik had een ander, minder tastbaar soort volwassenheid ervaren. Ik had geen avonturen beleefd of horrorscenario’s doorstaan, was niet van grote hoogte naar beneden geduwd en had me niet uit alle macht wakker hoeven te denken voordat ik te pletter stortte op de grond, wat me in nachtmerries nooit op tijd lukte, zodat ik altijd weer stierf en daarna kon vaststellen dat ik het had overleefd, eerder bedroefd vanwege het eenzame einde dan gelukkig met de onverwacht goede afloop.
Middagen en avonden lang had ik met een jongen en een meisje gesproken die ik daarvoor nooit had gezien. We luisterden naar elkaars verhalen, lachten om de grappen, voerden ernstige gesprekken – en juist dat was het vreemde eraan. Een dag eerder had ik niet geweten hoe je dat zou moeten doen, een gesprek voeren, ik moet het in één nacht tijd hebben geleerd.
We kwamen bij elkaar in een grote, diepe achtertuin met aan de uiterste rand, daar waar het bos begon, een rij hoge dennenbomen. We zaten rond een vuurtje van gesprokkelde takken en keken naar de vlammen en het smeulende hout. Ouders, broers en zussen – ze kwamen niet kijken, ze lieten ons met rust.

 


Daniël Rovers (Zelhem, 14 oktober 1975)

 

De Nederlandse dichter en schrijver Maarten van der Graaff werd geboren op 14 oktober 1987 in Dirksland. Zie ook alle tags voor Maarten van der Graaff op dit blog.

Hypochonder aan de slag

In de hemel stonden
de doden als plechtige dundrukken kakel-
wit te zijn met elkaar.
Dat was een kinderziekte.

Nu weet ik: het is alles ongeremde
uiteenval. Een opluchting, zeker,
toch mag ik gerust
tot de kortademigen worden gerekend.

Achter al het gezwoeg klinkt
de zoemende almacht van de
versnipperaar.
Niets mooier dan dat, begrijp me goed.

Niets vind ik lekkerder dan de orde
van een lukrake

verse ontbinding.

 

Voor de verachters van de binnenkamer

Waarom ga ik nog altijd naar buiten,
ik weet wat daar is.
De langgerekte fluittoon de aangrenzende
resten, de drooggekookte klaarheid der dingen:
precieze verhoudingen.

En daar heb ik dus een schijthekel aan
(een regenbui balsemt milddadig)
dat alles is zoals het is

waarom ga ik nog wandelen, om een esdoorn in zijn esdoorn-zijn
te sterken? (hierachter sterven er geruisloos)

de esdoorn moet zijn eigen rottige zelf maar toeknikken

 


Maarten van der Graaff (Dirksland, 14 oktober 1987)

 

De Amerikaanse dichter en schrijver Edward Estlin Cummings werd geboren in Cambridge, Massachusetts op 14 oktober 1894. Zie ook alle tags voor E. E. Cummings op dit blog.

 

Summer Silence

Eruptive lightnings flutter to and fro
Above the heights of immemorial hills;
Thirst-stricken air, dumb-throated, in its woe
Limply down-sagging, its limp body spills
Upon the earth. A panting silence fills
The empty vault of Night with shimmering bars
Of sullen silver, where the lake distils
Its misered bounty.—Hark! No whisper mars
The utter silence of the untranslated stars.

 

as freedom is a breakfastfood

as freedom is a breakfastfood
or truth can live with right and wrong
or molehills are from mountains made
—long enough and just so long
will being pay the rent of seem
and genius please the talentgang
and water most encourage flame

as hatracks into peachtrees grow
or hopes dance best on bald men’s hair
and every finger is a toe
and any courage is a fear
—long enough and just so long
will the impure think all things pure
and hornets wail by children stung

or as the seeing are the blind
and robins never welcome spring
nor flatfolk prove their world is round
nor dingsters die at break of dong
and common’s rare and millstones float
—long enough and just so long
tomorrow will not be too late

worms are the words but joy’s the voice
down shall go which and up come who
breasts will be breasts thighs will be thighs
deeds cannot dream what dreams can do
—time is a tree(this life one leaf)
but love is the sky and i am for you
just so long and long enough

 

the Cambridge ladies who live in furnished souls

the Cambridge ladies who live in furnished souls
are unbeautiful and have comfortable minds
(also, with the church’s protestant blessings
daughters, unscented shapeless spirited)
they believe in Christ and Longfellow,both dead,
are invariably interested in so many things-
at the present writing one still finds
delighted fingers knitting for the is it Poles?
perhaps. While permanent faces coyly bandy
scandal of Mrs. N and Professor D
….the Cambridge ladies do not care,above
Cambridge if sometimes in its box of
sky lavender and cornerless, the
moon rattles like a fragment of angry candy

 


E. E. Cummings (14 oktober 1894 – 3 september 1962)
Cover

 

De Hongaarse schrijver Péter Nádas werd geboren op 14 oktober 1942 in Boedapest. Zie ook alle tags voor Péter Nádas op dit blog.

Uit: Parallel Stories (Vertaald door Imre Goldstein)

“He was not cold, yet his whole body was shivering. The plainclothes officer offered him a blanket, go on, wrap it around yourself, but he rejected it with an irritated gesture, as if the condition of his body, an impending cold or the awk-ward and embarrassing shivering, did not interest him in the least. He probably had some kind of nervous fever, a phenomenon not unfamiliar to law-enforcement people. Neither could he be certain of the impression he was making. He felt he was not making a good one, which in turn compelled him to present every-thing in ever greater detail. This last policeman, however, regarded him with delight, with an enthusiasm bordering on love, as he observed the agitation in the young man’s facial features, body, and individual limbs, and his ceaseless gesticulation, wondering whether to think of him as choleric or ascetic, as someone with above-average intelligence and sensitivity or simply as a city idiot interested only in himself. As a person so starved for speech that he could not stop before tomorrow. As one to whom nothing ever happened but who now was becoming tangled in a suddenly arrived great adventure; as one entrusted with nothing less than the secrets of thc universe. He elicited pity and some worry. In the end he could talk only to this one police officer, but he completely enthralled him with his feverish words, his ve-hement but disciplined and therefore fractured gestures, and his mental makeup that defied classification. After methodically scanning the various surfaces and points of the young man’s body and attire, and because the observed exterior seemed so average that even its social situation would prove hard to determine, this detective asked the young man which university he was attending and what he was studying, slyly adding that he asked not officially but only as a private person. Theoreti-cally he had no right to pose such a question, but he knew from experience that sometimes a few innocent words will stanch sickly and senseless gushing. The death of strangers can cause real hysteria even in the most endomorphic persons. At the same time he did not mean the question to be a formal one; he was interested to see how the young man might be steered by such an in-nocent query, how far he might be led from his self-admiration, or perhaps how he could be trapped; how tractable he was. Although he was one of those well-trained detectives who usually avoided being misled by an unex-pectedly deep impression or a labyrinthine imagination, the plainclothesman could not resist the experiment, at least to the extent of asking, the provocative question.”

 

 
Péter Nádas (Boedapest,14 oktober 1942)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e oktober ook mijn vorige blog van vandaag.

E. E. Cummings, Maarten van der Graaff, Daniël Rovers, Péter Nádas, Katha Pollitt, Katherine Mansfield, Margarete Susman, Stefan Żeromski, Philip Winkler

De Amerikaanse dichter en schrijver Edward Estlin Cummings werd geboren in Cambridge, Massachusetts op 14 oktober 1894. Zie ook alle tags voor E. E. Cummings op dit blog.

 

maggie and milly and molly and may

maggie and milly and molly and may
went down to the beach(to play one day)

and maggie discovered a shell that sang
so sweetly she couldn’t remember her troubles,and

milly befriended a stranded star
whose rays five languid fingers were;

and molly was chased by a horrible thing
which raced sideways while blowing bubbles:and

may came home with a smooth round stone
as small as a world and as large as alone.

For whatever we lose(like a you or a me)
it’s always ourselves we find in the sea

 

Spring is like a perhaps hand

Spring is like a perhaps hand
(which comes carefully
out of Nowhere)arranging
a window,into which people look(while
people stare
arranging and changing placing
carefully there a strange
thing and a known thing here)and

changing everything carefully

spring is like a perhaps
Hand in a window
(carefully to
and fro moving New and
Old things,while
people stare carefully
moving a perhaps
fraction of flower here placing
an inch of air there)and

without breaking anything.

 

9

there are so many tictoc
clocks everywhere telling people
what toctic time it is for
tictic instance five toc minutes toc
past six tic

Spring is not regulated and does
not get out of order nor do
its hands a little jerking move
over numbers slowly

we do not
wind it up it has no weights
springs wheels inside of
its slender self no indeed dear
nothing of the kind.

(So,when kiss Spring comes
we’ll kiss each kiss other on kiss the kiss
lips because tic clocks toc don’t make
a toctic difference
to kisskiss you and to
kiss me)

 

 
E. E. Cummings (14 oktober 1894 – 3 september 1962)
Cover

Lees verder “E. E. Cummings, Maarten van der Graaff, Daniël Rovers, Péter Nádas, Katha Pollitt, Katherine Mansfield, Margarete Susman, Stefan Żeromski, Philip Winkler”

E. E. Cummings, Maarten van der Graaff, Péter Nádas, Katha Pollitt, Daniël Rovers, Katherine Mansfield, Margarete Susman, Stefan Żeromski

De Amerikaanse dichter en schrijver Edward Estlin Cummings werd geboren in Cambridge, Massachusetts op 14 oktober 1894. Zie ook alle tags voor E. E. Cummings op dit blog.

 

My Love

my love
thy hair is one kingdom
the king whereof is darkness
thy forehead is a flight of flowers

thy head is a quick forest
  filled with sleeping birds
thy breasts are swarms of white bees
  upon the bough of thy body
thy body to me is April
in whose armpits is the approach of spring

thy thighs are white horses yoked to a chariot
  of kings
they are the striking of a good minstrel
between them is always a pleasant song

my love
thy head is a casket
  of the cool jewel of thy mind
the hair of thy head is one warrior
  innocent of defeat
thy hair upon thy shoulders is an army
  with victory and with trumpets

thy legs are the trees of dreaming
whose fruit is the very eatage of forgetfulness

thy lips are satraps in scarlet
  in whose kiss is the combinings of kings
thy wrists
are holy
  which are the keepers of the keys of thy blood
thy feet upon thy ankles are flowers in vases
  of silver

in thy beauty is the dilemma of flutes

  thy eyes are the betrayal
of bells comprehended through incense

 

Who Knows If The Moon’s

who knows if the moon’s
a baloon,coming out of a keen city
in the sky—filled with pretty people?
(and if you and i should

get into it,if they
should take me and take you into their baloon,
why then
we’d go up higher with all the pretty people

than houses and steeples and clouds:
go sailing
away and away sailing into a keen
city which nobody’s ever visited,where

always
            it’s
                   Spring)and everyone’s
in love and flowers pick themselves

 

 
E. E. Cummings (14 oktober 1894 – 3 september 1962)
Zelfportret 1958

Lees verder “E. E. Cummings, Maarten van der Graaff, Péter Nádas, Katha Pollitt, Daniël Rovers, Katherine Mansfield, Margarete Susman, Stefan Żeromski”

E. E. Cummings, Maarten van der Graaff, Dolce far niente

 

Dolce far niente

 

De Amerikaanse dichter en schrijver Edward Estlin Cummings werd geboren in Cambridge, Massachusetts op 14 oktober 1894. Zie ook alle tags voor E. E. Cummings op dit blog.

 

Humanity I Love You

Humanity i love you
because you would rather black the boots of
success than enquire whose soul dangles from his
watch-chain which would be embarrassing for both

parties and because you
unflinchingly applaud all
songs containing the words country home and
mother when sung at the old howard

Humanity i love you because
when you’re hard up you pawn your
intelligence to buy a drink and when
you’re flush pride keeps

you from the pawn shop and
because you are continually committing
nuisances but more
especially in your own house

Humanity i love you because you
are perpetually putting the secret of
life in your pants and forgetting
it’s there and sitting down

on it
and because you are
forever making poems in the lap
of death Humanity

i hate you

 

I Will Wade Out

i will wade out
till my thighs are steeped in burning flowers
I will take the sun in my mouth
and leap into the ripe air
Alive
with closed eyes
to dash against darkness
in the sleeping curves of my body
Shall enter fingers of smooth mastery
with chasteness of sea-girls
Will i complete the mystery
of my flesh
I will rise
After a thousand years
lipping
flowers
And set my teeth in the silver of the moon

 

A Connotation Of Infinity

a connotation of infinity
sharpens the temporal splendor of this night

when souls which have forgot frivolity
in lowliness,noting the fatal flight
of worlds whereto this earth’s a hurled dream

down eager avenues of lifelessness

consider for how much themselves shall gleam,
in the poised radiance of perpetualness.
When what’s in velvet beyond doomed thought

is like a woman amorous to be known;
and man,whose here is alway worse than naught,
feels the tremendous yonder for his own—

on such a night the sea through her blind miles

of crumbling silence seriously smiles

 

 
E. E. Cummings (14 oktober 1894 – 3 september 1962)
 

Lees verder “E. E. Cummings, Maarten van der Graaff, Dolce far niente”

E. E. Cummings, Maarten van der Graaff, Péter Nádas, Katha Pollitt, Daniël Rovers, Katherine Mansfield

De Amerikaanse dichter en schrijver Edward Estlin Cummings werd geboren in Cambridge, Massachusetts op 14 oktober 1894. Zie ook alle tags voor E. E. Cummings op dit blog.

 

As Is The Sea Marvelous

as is the sea marvelous
from god’s
hands which sent her forth
to sleep upon the world

and the earth withers
the moon crumbles
one by one
stars flutter into dust

but the sea
does not change
and she goes forth out of hands and
she returns into hands

and is with sleep….

love,
    the breaking

of your
        soul
        upon
my lips

 

somewhere i have never travelled, gladly beyond

somewhere i have never travelled, gladly beyond
any experience,your eyes have their silence:
in your most frail gesture are things which enclose me,
or which i cannot touch because they are too near

your slightest look easily will unclose me
though i have closed myself as fingers,
you open always petal by petal myself as Spring opens
(touching skilfully,mysteriously)her first rose

or if your wish be to close me, i and
my life will shut very beautifully ,suddenly,
as when the heart of this flower imagines
the snow carefully everywhere descending;

nothing which we are to perceive in this world equals
the power of your intense fragility:whose texture
compels me with the color of its countries,
rendering death and forever with each breathing

(i do not know what it is about you that closes
and opens;only something in me understands
the voice of your eyes is deeper than all roses)
nobody,not even the rain,has such small hands

 

My Mind Is

my mind is
a big hunk of irrevocable nothing which touch and
taste and smell and hearing and sight keep hitting and
chipping with sharp fatal tools
in an agony of sensual chisels i perform squirms of
chrome and execute strides of cobalt
nevertheless i
feel that i cleverly am being altered that i slightly am
becoming something a little different, in fact
myself
Hereupon helpless i utter lilac shrieks and scarlet
bellowings.

 

 
E. E. Cummings (14 oktober 1894 – 3 september 1962)
Als student in Harvard, 1915

Lees verder “E. E. Cummings, Maarten van der Graaff, Péter Nádas, Katha Pollitt, Daniël Rovers, Katherine Mansfield”