Marion Pauw, John Dryden, Samuel Richardson, Jerzy Andrzejewski, James Gould Cozzens, Claude Gauvreau, Inigo de Mendoza

De Nederlandse schrijfster Marion Pauw werd geboren in Tasmanië op 19 augustus 1973. Zie ook alle tags voor Marion Pauw op dit blog.

Uit: Grijs gebied

Vanuit een raam ergens in het midden, op tweehoog, vulde de lucht zich met kleur. Groene, gele, blauwe en paarse vlekjes die samen een bonte mengeling vormden. Het duurde even voordat Albert doorhad wat hij zag: tientallen felgekleurde vogels die naar buiten kwamen gevlogen, als in een Alfred Hitchcock-film. Luid krijsend bleven ze ter hoogte van het raam rondfladderen, alsof ze er nog niet aan toe waren om afscheid te nemen. Opeens schoten ze met z’n allen in een schuine lijn naar boven. Gefixeerd bleef Albert naar de vogels staren, bevroren in het moment. Pas toen ze achter de volgende flat waren verdwenen, besefte hij dat hij al die tijd was vergeten te ademen.
(…)

‘Er komen hier zoveel klanten, weet u. Veel vogelliefhebbers. Vogels zijn mijn specialiteit. mensen komen hier van heinde en verre voor mijn sierduiven, kanaries, parkieten, dwergpapegaaien, fazantjes, vinken, kwarteltjes…’
‘Ja, stop maar,’ zei Albert. ‘Maar misschien kunt u even nadenken over een bepaalde klant die hier gisteren is geweest. Zelf nogal een vreemde vogel, als u woordgrappen kunt waarderen.’
‘U bent niet de eerste die die grap maakt,’ zei de man verveeld.”

 

 
Marion Pauw (Tasmanië, 19 augustus 1973)

Lees verder “Marion Pauw, John Dryden, Samuel Richardson, Jerzy Andrzejewski, James Gould Cozzens, Claude Gauvreau, Inigo de Mendoza”

Frank McCourt, Frederik Lucien De Laere, John Dryden, Samuel Richardson, Jerzy Andrzejewski, James Gould Cozzens, Claude Gauvreau, Inigo de Mendoza

De Iers-Amerikaanse schrijver Frank McCourt werd geboren op 19 augustus 1930 in New York. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2010 en eveneens alle tags voor Frank McCourt op dit blog.

 

Uit: Angela’s Ashes

 

She spat twice on my head.
Grandma, will you please stop spitting on my head.
If you have anything to say, shut up. A little spit won’t kill you. Come on, we’ll be late for the Mass.
We ran to the church. My mother panted along behind with Michael in her arms. We arrived at the church just in time to see the last of the boys leaving the altar rail where the priest stood with the chalice and the host, glaring at me. Then he placed on my tongue the wafer, the body and blood of Jesus. At last, at last.
It’s on my tongue. I draw it back.
It stuck.
I had God glued to the roof of my mouth. I could hear the master’s voice, Don’t let that host touch your teeth for if you bite God in two you’ll roast in hell for eternity. I tried to get God down with my tongue but the priest hissed at me, Stop that clucking and get back to your seat. God was good. He melted and I swallowed Him and now, at last, I was a member of the True Church, an official sinner.
When the Mass ended there they were at the door of the church, my mother with Michael in her arms, my grandmother. They each hugged me to their bosoms. They each told me it was the happiest day of my life. They each cried all over my head and after my grandmother’s contribution that morning my head was a swamp.
Mam, can I go now and make The Collection?
She said, After you have a little breakfast.
No, said Grandma. You’re not making no collection till you have a proper First Communion breakfast at my house. Come on.
We followed her. She banged pots and rattled pans and complained that the whole world expected her to be at their beck and call. I ate the egg, I ate the sausage, and when I reached for more sugar for my tea she slapped my hand away”.

 

 

 

Frank McCourt (19 augustus 1930 – 19 juli 2009)

Lees verder “Frank McCourt, Frederik Lucien De Laere, John Dryden, Samuel Richardson, Jerzy Andrzejewski, James Gould Cozzens, Claude Gauvreau, Inigo de Mendoza”

90 Jaar Louis Th. Lehmann, Jonathan Coe, Li-Young Lee, Ogden Nash, Frank McCourt, Frederik Lucien De Laere, Jerzy Andrzejewski, James Gould Cozzens, John Dryden, Samuel Richardson, Claude Gauvreau, Inigo de Mendoza

De Nederlandse schrijver, dichter en vertaler Louis Th. Lehmann, werd geboren op 19 augustus 1920 in Rotterdam. Louis Zie ook mijn blog van 19 augustus 2006 en ook mijn blog van 19 augustus 2007 en ook mijn blog van 19 augustus 2008. en eveneens mijn blog van 19 augustus 2009. Th. Lehmann viert vandaag zijn 90e verjaardag.

Een kind te zijn is triest

Een kind te zijn is triest zijn en ontgoocheld.
Wanneer wij ons vervelen,
zegt men ons te spelen;
en wij weten niet wat spelen is.

Als de padvindersfluit,
waarvan gezegd is,
dat hij echt is,
die is beloofd
en daarom gevraagd,
eindelijk is gegeven,
wordt hij afgenomen
om het geluid.

Wij weten ook wel dat het maar één toon is,
zo hard, zo koud,
door geen manier van blazen te vermurwen.

Maar wij zoeken muziek
en blazen hoewel het haast pijn doet.
Wij wachten tegen beter weten
op een melodie die komen moet
zo maar vanzelf,
zo licht en zwevend.

 

Als ik in mijn tuin aan ’t werk ben

Als ik in mijn tuin aan ’t werk ben,
met de heuvels achter mij,
komen neer vanaf de heuvels:
Bargaluut, met zijn drie haren
en zijn stem als van een zaag;
Schorkenool, die steeds wijdbeens loopt
om zijn buik te laten slepen
achter hem over de grond;
Kraddewimpel, met één oog
en zijn manden vol met pruimen,
die hij neerzet op de drempels
van de huizen van zijn dochters.
En daarachter nog de kleintjes
met hun puntmuts en hun hooivork,
die vannacht mij komen prikken,
mij en iedereen in ’t dorp.

 lehman

Louis Th. Lehmann (Rotterdam, 19 augustus 1920)

 

De Engelse schrijver Jonathan Coe werd geboren op 19 augustus 1961 in Birmingham. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2007 en ook mijn blog van 19 augustus 2008 en eveneens mijn blog van 19 augustus 2009.

Uit: Rain Before It Falls

„I have not yet described Warden Farm–the house itself–in any detail, but I think I will talk about the caravan first. It was one of the first things that Beatrix showed me in the garden, and it quickly became the place where we would retreat and hide together. You could say that everything started from there.
Aunt Ivy gave me this photograph herself, I remember, at the end of my time living at her house. It was one of her few real acts of kindness. Beneath her warm and welcoming exterior, she turned out to be a rather distant, unapproachable woman. She and her husband had built for themselves an active and comfortable life, which revolved mainly around hunting and shooting and all the associated social activities which came with them. She was a busy organizer of hunt balls, tennis-club suppers and the like. Also, she doted on her two sons, athletic and sturdy boys–good-natured, too, but not very well endowed in the brains department, it seems to me in retrospect. None of these things, at any rate, made her inclined to expend much of her attention on me–the unwanted guest, the evacuee–or indeed on her daughter, Beatrix. Therein lay the seeds of the problem. Neglected and resentful, Beatrix seized upon me as soon as I arrived, knowing that in me she had found someone in an even more vulnerable position than her own, someone it would be easy to enlist as her devoted follower. She showed me kindness and she showed me attention: these things were enough to win my loyalty, and indeed I have never forgotten them even to this day, however selfish her motives might have been at the time.
The housewas large, and full of places we might have made our own: unvisited, secret places. But in Beatrix’s mind–though I did not understand this until later–it was “their” place, it belonged to the family by whom she felt so rejected, and so she chose somewhere else, somewhere quite separate, as the place where she and I should pursue our friendship. That was why we spent so much of our time, during those early days and weeks, in the caravan.“

coe

Jonathan Coe (Birmingham, 19 augustus 1961)

 

De Amerikaanse dichter Li-Young Lee werd geboren op 19 augustus 1957 in Jakarta, Indonesië. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2007 en ook mijn blog van 19 augustus 2008 en ook mijn blog van 19 augustus 2009.

Eating Alone

I’ve pulled the last of the year’s young onions.
The garden is bare now. The ground is cold,
brown and old. What is left of the day flames
in the maples at the corner of my
eye. I turn, a cardinal vanishes.
By the cellar door, I wash the onions,
then drink from the icy metal spigot.

Once, years back, I walked beside my father
among the windfall pears. I can’t recall
our words. We may have strolled in silence. But
I still see him bend that way-left hand braced
on knee, creaky-to lift and hold to my
eye a rotten pear. In it, a hornet
spun crazily, glazed in slow, glistening juice.

It was my father I saw this morning
waving to me from the trees. I almost
called to him, until I came close enough
to see the shovel, leaning where I had
left it, in the flickering, deep green shade.

White rice steaming, almost done. Sweet green peas
fried in onions. Shrimp braised in sesame
oil and garlic. And my own loneliness.
What more could I, a young man, want.

 

Eating Together

In the steamer is the trout
seasoned with slivers of ginger,
two sprigs of green onion, and sesame oil.
We shall eat it with rice for lunch,
brothers, sister, my mother who will
taste the sweetest meat of the head,
holding it between her fingers
deftly, the way my father did
weeks ago. Then he lay down
to sleep like a snow-covered road
winding through pines older than him,
without any travelers, and lonely for no one.

 Lee

Li-Young Lee (Jakarta, 19 augustus 1957)

 

De Amerikaanse dichter Frederic Ogden Nash werd geboren in Rye, New York, op 19 augustus 1902. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2006. en ook mijn blog van 19 augustus 2007 en ook mijn blog van 19 augustus 2008 en ook mijn blog van 19 augustus 2009.

A Drink With Something In It

There is something about a Martini,
A tingle remarkably pleasant;
A yellow, a mellow Martini;
I wish I had one at present.
There is something about a Martini,
Ere the dining and dancing begin,
And to tell you the truth,
It is not the vermouth–
I think that perhaps it’s the gin.

 

Children’s Party

May I join you in the doghouse, Rover?
I wish to retire till the party’s over.
Since three o’clock I’ve done my best
To entertain each tiny guest. My conscience now I’ve left behind me,
And if they want me, let them find me.
I blew their bubbles, I sailed their boats,
I kept them from each other’s throats. I told them tales of magic lands,
I took them out to wash their hands.
I sorted their rubbers and tied their laces,
I wiped their noses and dried their faces. Of similarities there’s lots
Twixt tiny tots and Hottentots.
I’ve earned repose to heal the ravages
Of these angelic-looking savages. Oh, progeny playing by itself
Is a lonely little elf,
But progeny in roistering batches
Would drive St. francis from here to Natchez. Shunned are the games a parent proposes,
They prefer to squirt each other with hoses,
Their playmates are their natural foemen
And they like to poke each other’s abdomen. Their joy needs another woe’s to cushion it,
Say a puddle, and someone littler to push in it.
They observe with glee the ballistic results
Of ice cream with spoons for catapults, And inform the assembly with tears and glares
That everyone’s presents are better than theirs.
Oh, little women and little men,
Someday I hope to love you again, But not till after the party’s over,
So give me the key to the doghouse, Rover

 nash

Ogden Nash (19 augustus 1902 – 19 mei 1971)

 

De Iers-Amerikaanse schrijver Frank McCourt werd geboren op 19 augustus 1930 in New York. Frank McCourt overleed op 19 juli van dit jaar. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2009 en ook mijn In Memoriam van 19 juli 2009 en ook mijn blog van 19 augustus 2007 en ook mijn blog van 19 augustus 2008. en mijn blog van 19 augustus 2006.

Uit: Angela’s Ashes

“Out in the Atlantic Ocean great sheets of rain gathered to drift slowly up the River Shannon and settle forever in Limerick. The rain dampened the city from the Feast of the Circumcision to New Year’s Eve. It created a cacophony of hacking coughs, bronchial rattles, asthmatic wheezes, consumptive croaks. It turned noses into fountains, lungs into bacterial sponges. It provoked cures galore; to ease the catarrh you boiled onions in milk blackened with pepper; for the congested passages you made a paste of boiled flour and nettles, wrapped it in a rag, and slapped it, sizzling, on the chest.

From October to April the walls of Limerick glistened with the damp. Clothes never dried: tweed and woolen coats housed living things, sometimes sprouted mysterious vegetations. In pubs, steam rose from damp bodies and garments to be inhaled with cigarette and pipe smoke laced with the stale fumes of spilled stout and whiskey and tinged with the odor of piss wafting in from the outdoor jakes where many a man puked up his week’s wages.

The rain drove us into the church — our refuge, our strength, our only dry place. At Mass, Benediction, novenas, we huddled in great damp clumps, dozing through priest drone, while steam rose again from our clothes to mingle with the sweetness of incense, flowers and candles.

Limerick gained a reputation for piety, but we knew it was only the rain.

My father, Malachy McCourt, was born on a farm in Toome, County Antrim. Like his father before, he grew up wild, in trouble with the English, or the Irish, or both. He fought with the Old IRA and for some desperate act he wound up a fugitive with a price on his head.

When I was a child I would look at my father, the thinning hair, the collapsing teeth, and wonder why anyone would give money for a head like that. When I was thirteen my father’s mother told me a secret: as a wee lad your poor father was dropped on his head. It was an accident, he was never the same after, and you must remember that people dropped on their heads can be a bit peculiar.”

mccourt

Frank McCourt (19 augustus 1930 – 19 juli 2009)
Filmaffiche

 

De Vlaamse dichter Frederik Lucien De Laere werd geboren in Brugge op 19 augustus 1971. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2008 en ook mijn blog van 19 augustus 2009.

Immuniteit

in onze bios baden beresterke berbers
die de hel van de woestijn overleefden
en zweefden op het manna en de mantra
van de god die genadig gading schonk
maar ook harde tafels en wetten van bloed
om te ontvangen een gestel van kruppstaal
een huid volgescholden tot een schild
en binnenin zuur en slijm neutraliserend
de nucleus van de vijand tot ongevaar
de stress weggesist, met een list verbannen
globulines als belles dames die hun prooien
kooien -sans merci- en zich met hun hoofden
tooien: een trail & error evolutionaire track
naar een taai organisme met defense mode
dat zich wel eens tegen zichzelf keert
wanneer het zich verveelt, en dan teert
op de suiker of de huid aantast met een tirade
van vlekken maar het gaat doorgaans als volgt:
er vormt zich een heilige triade
van pijn, roodheid en warmte
voor de indringer die zich in het lichaam dwingt
maar al vlug is gesnapt, omringd door een zwerm,
een dodelijk kapsel dat het vreemde capteert
en dissecteert tot dolende fragmenten
van een compact gevaar dat kan leiden
tot een nooit geziene cataract
die de geschiedenis van a tot z herschrijft
in een onontcijferbare schijf, een vreemde code
van een vreemd virus dat ons binnenrijft.

lucien

Frederik Lucien De Laere (Brugge, 19 augustus 1971)

 

De Poolse schrijver Jerzy Andrzejewski werd geboren in Warschau op 19 augustus 1909. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2009.

Uit: As en diamant (Vertaald door W. A. Meyer)

Toen hij de vrouw ontwaarde, die door de straat in de richting van de brug te Sreniawa liep, zwenkte Podgorski opzij naar het trottoir en bracht de wagen bruusk tot stilstand. Twee jongere met stenguns gewapende politiemannen, die achterin de auto zaten, namen direct een waakzame houding aan. De districtssecretaris Szczuka, die naast Podgorski zat, ging daarentegen rechtop zitten en hief zijn zware, door een te korte slaap gezwollen oogleden naar de chauffeur. ‘panne?’ ‘Neen. ’n Ogenblikje, kameraad secretaris’. Zonder de motor af te zetten, sprong hij uit de jeep, en met zijn beslagen laarzen luidt op de stenen tikkend, begon hij de vrouw na te rennen, die de brug reeds naderde. Het trottoir was nog niet hersteld, op deze plek was het stukgeslagen door granaten, zij moest dus op de rijweg lopen. Zij liep langzaam, met gebogen hoofd, de schouders ook ietwat naar voren en droeg in de linkerhand een volgeladen tas.
‘Mevrouw Alice!’ riep hij.
Mevrouw Kossecka was zo in gedachten dat, toen zij zich omkeerde en de jonge man voor zich zag, gekleed in de militaire broek, met de hoge laarzen en de donkere trui oner de losgeknoopte leren jekker, zij de voormalige assistent van haar man het eerste ogenblik niet herkende. Maar Podgorski had teveel haast en was te zeer verheugd met deze onverwachte ontmoeting, om in de ogen van mevrouw Alice twijfel te ontdekken. ‘Goedendag!’ Hij kuste haar hand. ‘Wat een geluk dat ik u vanuit de auto zag.’ Nu pas herkende zij hem door zijn ietwat hese stem en de karakteristieke buiging van zijn om de slapen te smalle hoofd. Hij had zich sedert dagen niet geschoren en de schaduw van de baardgroei verdonkerde zijn magere gezicht. Zij zette de zwaargeladen tas op de grond en begon vriendelijk te glimlachen. Ondanks de grijze haren, de talrijke groeven op het voorhoofd en de vermoeidheid in haar ogen, had zij ee nog jeugdige glimlach…“

Andrzejewski

Jerzy Andrzejewski (19 augustus 1909 – 19 april 1983)

Jerzy Andrzejewski in 1949

 

De Amerikaanse schrijver James Gould Cozzens werd geboren op 19 augustus 1903 in Chicago. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2007 en ook mijn blog van 19 augustus 2008 en ook mijn blog van 19 augustus 2009.

Uit: Guard of Honor

„Enemies of Woody’s, a “hostile clique” trying to do-him-in, would have asked nothing better than a chance to make these attitudes and opinions of Colonel Woodman’s known at AAF Headquarters. Woody made them known himself, in black and white, over his signature. Colonel Ross could not help thinking that the evidence showed, if anything, that there were “certain parties” at Headquarters who were still ready, for old times’ sake, to cover for Woody, to try and keep him out of trouble. An angry man (so Colonel Woodman thought a little wire-pulling could determine Air Staff decisions, did he?) might have walked across the hall, laid the message before the CG/AAF and watched the roof blow off. Even a mildly annoyed man might have supplied Fort Worth with an information copy and left Woody to explain. Instead Woody got a personal reply at Sellers Field. He was peremptorily ordered to make available at once one of the first ten subject articles delivered to him. He was curtly reminded that direct communication between Headquarters Sellers Field and Headquarters Army Air Forces was under no repeat no circumstances authorized.

Of course, Colonel Woodman had done irreparable damage to any remaining chances he might have had for advancement, or an important command. Still, there was such a thing as the good of the service; and Woody, making it certain that he had no future, might be promoting that.“

cozzens 

James Gould Cozzens (19 augustus 1903 – 9 augustus 1978)
Boekomslag

 

De Engels toneelschrijver, dichter en criticus John Dryden werd geboren op 19 augustus 1631. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2006 en ook mijn blog van 19 augustus 2009.

Song From An Evening’s Love

After the pangs of a desperate lover,
When day and night I have sighed all in vain,
Ah, what a pleasure it is to discover
In her eyes pity, who causes my pain!

When with unkindness our love at a stand is,
And both have punished ourselves with the pain,
Ah, what a pleasure the touch of her hand is!
Ah, what a pleasure to touch it again!

When the denial comes fainter and fainter,
And her eyes give what her tongue does deny,
Ah, what a trembling I feel when I venture!
Ah, what a trembling does usher my joy!

When, with a sigh, she accords me the blessing,
And her eyes twinkle ’twixt pleasure and pain,
Ah, what a joy ’tis beyond all expressing!
Ah, what a joy to hear ‘Shall we again!’

dryden

 John Dryden (19 augustus 1631 – 12 mei 1700)

De Britse schrijver en drukker Samuel Richardson werd geboren op 19 augustus 1689 in Mackworth, Derbyshire. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2009.

Uit: Clarissa, or the history of a young lady

„Surely, I may say so; since all duties are reciprocal. But for Mrs. Greme,poor .woman! when my lord has the gout, and is at the Lawn, and the chaplain not to be found, she prays by him, or reads a chapter to him in the Bible, or some other good book. Was it not therefore right, to introduce such a good sort of woman to the dear creature; and to leave them, without reserve, to their own talk! And very busy in talk I saw they were, as they rode; und /ell it too; for most charmingly glowed my cheeks. I hope I shall be honest, I once more say: but as we frail mortals are not our own masters at all times, I must endeavour to keep the dear creature unapprehensive, until I can get her to our acquaintance’s in London, or to some other safe place there. Should I, in the interim, give her the least room for suspicion ; or offer to restrain her; she can make her appeals to strangers, and call the country in upon me; and, perhaps, throw’herself upon her relations on their own terms. And were I now to lose her, how unworthy should I be to be the prince and leader of such a confraternity as ours! How unable to look up among men! or to shew my face among women! As things at present stand, she dare not own, that she went off against her own consent; and I have taken care to make all the Implacables believe, that she escaped with it. She has received an answer from Miss Howe, to the letter written to her from St. Alban’s. Vol. II. Letter xlvU. VOL. HI. G Whatever are the contents, I know not; but she was drowned in tears at theperusal of it.“

 richardson

Samuel Richardson (19 augustus 1689 – 4 juli 1761)
Portret door Mason Chamberlin

 

De Canadese schrijver en dichter Claude Gauvreau werd geboren op 19 augustus 1925 in Montreal. Zie en ook mijn blog van 19 augustus 2009.

Uit: Autobiographie

 „Je suis né à Montréal le 19 août 1925. J’ai fait mes études primaires au Jardin de l’Enfance, rue Saint-Denis, près de Roy.
Ces années-là, nous passions l’été à Sabrevois dans le comté de Missisquoi. Une poétesse amie de ma mère, Thérèse Bouthillier, nous initia au théâtre, mon frère Pierre et moi. À neuf ans, stimulé par l’influence de Thérèse Bouthillier, j’écrivis ma première pièce de théâtre; Thérèse lui trouva un titre: L’humour américain.
Je devins ensuite élève du collège Sainte-Marie; mais, la situation financière étant alors très difficile à la maison, ces débuts d’études classiques furent chaotiques on ne peut plus. Faute d’argent, je dus manquer une année entière de cours; et , par la suite, en syntaxe, je fus mis à la porte pour avoir composé des dessins et des histoires grivoises destinés à l’amusement de quelques camarades. Je devins alors athée, temporairement.
Je suivis alors les cours privés de Hermas Bastien. Ma méthode, je l’étudiai tout seul. L’année suivante, les jésuites acceptèrent de me reprendre en versification.
Paul Claudel eut sur moi une influence prédominante pendant quelques années et je redevins croyant pour un temps. À quinze ans, je décidai de devenir écrivain pour la vie. J’écrivis alors des poèmes et quelques courtes pièces de théâtre.
Mon frère Pierre devint élève de l’École des Beaux-arts et, par lui, je découvris l’art moderne.
J’allais bientôt faire la connaissance de Borduas.“

Gauvreau

Claude Gauvreau (19 augustus 1925 – 7 juli 1971)

 

De Spaanse dichter Iñigo López de Mendoza werd geboren op 19 augustus 1398 in Carrión de los Condes, Palencia. Zie ook ook mijn blog van 19 augustus 200

Bésame y abrázame,
marido mío,
y daros hé en la mañana
camisón limpio.

Yo nunca vi hombre
vivo estar tan muerto,
ni hacer el dormido
estando despierto.
Andad, marido, alerta,
y tened brío,
y daros hé en la mañana
camisón limpio.

mendoza 

Iñigo López de Mendoza (19 augustus 1398 – 25 maart 1458)
Potret door Jorge Inglés

Frederik Lucien De Laere, Louis Th. Lehmann, John Dryden,Samuel Richardson, Claude Gauvreau, Jerzy Andrzejewski, Inigo de Mendoza

De Vlaamse dichter Frederik Lucien De Laere werd geboren in Brugge op 19 augustus 1971. Zie voor onderstaande schrijver ook mijn blog van 19 augustus 2008.

 

ZIEKENBEZOEK

Zij verzamelen zich
rond de zieke als vliegen.

In welk stadium zij ook zijn
(dat van larve of volwassen dier),
zij willen het einde van haar lijden zien,
of beter: haar lijden tot het einde.

Tot hun consternatie
verschijnt op haar mond
een onverwachte glimlach.
Waarvoor zij vluchten
als vampieren voor een kruis.

Alleen ik blijf bij haar achter
in huis
waar ik haar troost met de woorden:
inderdaad moeder,
wie voor het laatst lacht
lacht het best.

 

DELAERE

Frederik Lucien De Laere (Brugge, 19 augustus 1971)

 

 

De Nederlandse schrijver, dichter en vertaler Louis Th. Lehmann, werd geboren op 19 augustus 1920 in Rotterdam. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2007.

 

Uit: Antwoord op Vlaamse blaam en Stuivelings huivering

 

Zo bereikte ons dan de reactie van een kampioen slechtverstaander, en wel een Nederlander. Het is de heer Stuiveling, die blijkbaar een huivering kreeg bij de gedachte, dat mogelijkerwijs een teergevoelig Vlaming pijnlijk aangedaan zou worden. Volgens zijn schrijven hebben wij beweerd, dat het Vlaams een taal is, ‘geleerd uit een speciale, zij het zeer subtiele grammatica voor krompraten’. In ons artikel stond echter woordelijk: ‘zelfs bij schrijvers als Elsschot en Van Nijlen heeft nog altijd het gevoel, dat hun taal geleerd is uit een speciale, zij het zeer subtiele grammatica voor krompraten’. Dit is geen waarde-oordeel maar wijst er op dat deze schrijvers naar ons inzien in hun taalgebruik het Nederlands het dichtst benaderen. Als wij er nu bijzeggen, dat wij deze beide auteurs zeer bewonderen, zal men misschien gaan geloven, dat wij dit doen, omdat zij zo braaf hun best doen Nederlands te schrijven. Ons antwoord is dan: ‘geenszins, Elsschot en Van Nijlen hebben wel wat beters te doen; wat zij schrijven rechtvaardigt z
ich te allen tijde, ook al schreven zij een van die Vlaamse dialecten die men eerst moet leren.’ Het ‘zuivere Nederlands’ laten wij gaarne den schoolmeesters als prooi of ideaal.

Wat was nu het geval. Wij bespraken de indruk van onwezenlijkheid, die vele Belgische zaken op vele Nederlanders maken. Als persoonlijke voorbeelden willen wij hier geven de achterstevens van Belgische binnenschepen, de fantastische taarten die er op sommige plaatsen voor huizen doorgaan en de brede, vierkante tramwagens. Maar meer dan deze persoonlijke indrukken treft toch de taal van het Vlaamse deel van België, die voor een Nederlander vreemder is dan enige andere taal ter wereld. En dit is niet moeilijk te verklaren. Wij lezen Vlaams als Nederlands en juist daarom denken wij er automatisch het Nederlands naast, zodat het steeds lijkt alsof de auteur ‘er naast’ is. Bij meer afwijkende talen, die men leren moet bestaat dit parallel denken niet. Het lijkt ons echter onvermijdelijk zolang men of Vlaams of Nederlands tot moedertaal heeft.“

 

Lehmann

Louis Th. Lehmann (Rotterdam, 19 augustus 1920)

 

 

De Engels toneelschrijver, dichter en criticus John Dryden werd geboren op 19 augustus 1631.

 

 

One Happy Moment

 

NO, no, poor suff’ring Heart, no Change endeavour,

Choose to sustain the smart, rather than leave her;

My ravish’d eyes behold such charms about her,

I can die with her, but not live without her:

One tender Sigh of hers to see me languish,

Will more than pay the price of my past anguish:

Beware, O cruel Fair, how you smile on me,

‘Twas a kind look of yours that has undone me.

 

Love has in store for me one happy minute,

And She will end my pain who did begin it;

Then no day void of bliss, or pleasure leaving,

Ages shall slide away without perceiving:

Cupid shall guard the door the more to please us,

And keep out Time and Death, when they would seize us:

Time and Death shall depart, and say in flying,

Love has found out a way to live, by dying.

 

Dryden

John Dryden (19 augustus 1631 – 12 mei 1700)

 

 

Zie voor de twee bovenstaande schrijvers ook mijn blog van 19 augustus 2006 en ook mijn blog van 19 augustus 2008.

 

 

De Britse schrijver en drukker Samuel Richardson werd geboren op 19 augustus 1689 in Mackworth, Derbyshire. Richardson was de zoon van een meubelmaker en begon rond 1720 een drukkerij. Zijn vrienden vroegen hem een brievenboek samen te stellen voor ongeletterden. Hieruit kwam de eerste Engelse karakterroman voort, getiteld Pamela, or Virtue Rewarded (1740-1741). Richardson legde hiermee de basis voor de briefroman. Het boek werd een onmiddellijk succes en de opvolger, Clarissa, or the history of a young lady (1747-1748) was nog succesvoller. Richardson was een van de auteurs die op de Index librorum prohibitorum, een door de Paus vastgestelde lijst van boeken die katholieken niet mochten lezen, vermeld stonden.

 

Uit: Pamela; or, Virtue Rewarded

 

“Letter XXI

Now I will tell you what passed between Mrs Jervis and me. She hoped, she said, seeing me in a little hurry, on her coming in, that she was not unwelcome. She could not endure that I should be so much by myself.

“I always,” said I, “rejoice to see my dear Mrs Jervis.”

“I have had,” said she, “a world
of talk with my master about you.””I am sorry,” said I, “that I am made of so much consequence as to be talked of by him.””O,” replied she, “I must not tell you all; but you are of more consequence to him than you think for—”

“Or wish for,” said I; “for the fruits of being of consequence to him, might be to make me of none to myself, or any body else.

“But I suppose,” proceeded I, “that I am of so much consequence to him as to vex him, if it be but to think, he can’t make a fool of such a one as I; and that is a rebuke to the pride of his high condition, which he did not expect, and knows not how to put up with.”

“There may be something in that,” said she; “but indeed, Pamela, he is very angry with you too; and calls you perverse; wonders at his own folly for having taken so much notice of you! He was willing to shew you the more favour, he says, because of his mother’s love for you, and recommendation; and he had thoughts of continuing it to you for your own sake, could you have known how to comport yourself as you ought to do. But he saw that too much notice—”

 

Richardson

Samuel Richardson (19 augustus 1689 – 4 juli 1761)
Geschilderd door Joseph Highmore, 1750

 

De Canadese schrijver en dichter Claude Gauvreau werd geboren op 19 augustus 1925 in Montreal. Daar kwam hij als student in 1942 in contact met de groep van de Automatisten rondom de schilder Maler Paul-Émile Borduas, waarin hij als dichter, schrijver voor het toneel en vanaf 1945 als criticus actief was. In 1954 organiseerde hij de laatste tentoonstelling van de Automatisten onder de naam La matière chante. In 1958 bracht Janou Saint-Denis La jeune fille et la lune en Les grappes lucides aan de École des beaux-arts op het toneel. Het Théâtre du Nouveau Monde bracht in 1972 Les oranges sont vertes en in 1974 La charge de l’orignal épormyable.

 

Uit: Les oranges sont vertes

 

« IVULKA : Mais qu’est-ce que cette lettre? 

YVIRNIG : Je ne peux… Je ne peux… 

COCHEBENNE : C’est sûrement la demande d’article que la revue Zibur a envoyée à Yvirnig. Drouvoual vient de me mettre au courant. 

IVULKA : Un article sur la peinture? / COCHEBENNE : Sur la peinture actuelle, oui. 

IULKA : C’est-à-dire sur nous? / COCHEBENNE : Entre autres. 

YVIRNIG : Il faut… Il faut… se… se taire… 

IVULKA : Yvirnig a donc encore du prestige? 

COCHEBENNE : Bah, il peut à peine parler ; mais, puisqu’il ne fait plus aucun effort pour écrire, nous ne pouvons pas savoir s’il en est encore capable. Donnons-lui tout de même le bénéfice du doute… 

YVIRNIG : Un être… un être… doit se taire… quand… quand… sa puiss… sa puissance… est foud… foudroyée… »

 

Gauvreau

Claude Gauvreau (19 augustus 1925 – 7 juli 1971)

 

 

De Poolse schrijver Jerzy Andrzejewski werd geboren in Warschau op 19 augustus 1909. Nadat hij aanvankelijk overtuigd communist was, stapte hij in 1957 uit de Communistische partij en werd hij uiteindelijk lid van de anti-communistische vakbeweging Solidarność. Ook was hij één van de oprichters van de intellectuele oppositiegroep KOR (“Komitet Obrony Robotników”, Comité voor Steun aan Arbeiders). Andrzejewski’s literatuur is vaak politiek geladen met een moralistisch karakter. Hij wordt gezien als een van de belangrijkste Poolse verzetschrijvers van de jaren 50.

Andrzejewski’s boeken Tuhkaa ja timanttia (“As en Diamant”), over de naoorlogse situatie in Polen, en Wielki tydzien (“De stille week”), over de opstand in het getto van Warschau, zijn beide verfilmd door de Oscarwinnende Poolse filmmaker Andrzej Wajda. Zijn historische roman The Inquisitors (“Duisternis bedekt de aarde”) werd in 1988 verfilmd tot een televisiefilm door Stanislav Barabas.

 

Uit: Asche und Diamant (Vertaald door Henryk Bereska)

 

“Weiter, weiter!” drängte Szczuka. “Wir haben keine Zeit.” Podgórski bedeutete dem Posten durch eine Handbewegung seine Eile. Bald war er mit dem Wagen aus dem größten Gedränge heraus und bog in die erste Querstraße ein.
“Haben Sie die Gesichter der Leute beobachtet, als sie die Nachrichten hörten?”
Szczuka nickte.
“Keine Spur von Freude, haben Sie bemerkt?”
“Sie haben zu lange darauf warten müssen.”
“Meinen Sie, es ist nur das?”
“Nicht allein”, entgegnete Szczuka, auf den Weg starrend.
Podgórski drehte am Lenkrad.
“Ich weiß, woran Sie denken. Auch ich mache mir oft darüber Gedanken.”
“Mir Recht.”
“Aber haben wir schließlich nicht gesiegt?”
“Illusionen”, brummte Szczuka. “Das ist erst der Anfang. Machen wir uns nichts vor.”

 

Andrzejewski

Jerzy Andrzejewski (19 augustus 1909 – 19 april 1983)

 

De Spaanse dichter Iñigo López de Mendoza werd geboren op 19 augustus 1398 in Carrión de los Condes, Palencia. Zie ook mijn blog van 19 augustus 2007.