Heat Wave (C. J. Dennis), Czeslaw Milosz, Thomas Frahm

 

Dolce far niente

 


Terras door Tair Salakhov, 1977

 

 

Heat Wave

Day after day, week after burning week,
A ruthless sun has sucked the forest dry.
Morn after anxious morn men’s glances seek
The hills, hard-etched against a harder sky.
Gay blossoms droop and die.
Menace is here, as day draws to its peak,
And, ’mid the listless gums along the creek,
Hot little breezes sigh.

To-day the threat took shape; the birds were dumb.
Once more, as sullen, savage morning broke,
The silence told that trembling fear had come,
To bird and beast and all the forest folk.
One little wisp of smoke
Far in the south behind the listless gum
Grew to a purple pall. Like some far drum,
A distant muttering broke.

Red noon beheld red death come shouting o’er
These once green slopes — a leaping, living thing.
Touched by its breath, tree after tall tree wore
A fiery crown, as tho’ to mock a king —
A ghastly blossoming
Of sudden flame that died and was no more.
And, where a proud old giant towered of yore,
Stood now a blackened thing.

Fierce raved the conquering flame, as demons rave,
Earth shook to thunders of the falling slain.
Brambles and bushes, once so gay and brave,
Shrank back, and writhed, and shrieked and shrieked again
Like sentient things in pain.
Gone from the forest all that kind spring gave . . .
And now, at laggard last, too late to save,
Comes soft, ironic rain.

 


C. J. Dennis (7 september 1876 – 22 juni 1938)
Auburn, Australië, de geboorteplaats van C. J. Dennis

 

De Poolse dichter, schrijver en Nobelprijswinnaar Czesław Miłosz werd geboren in Šeteniai op 30 juni 1911. Zie ook alle tags voor Czeslaw Milosz op dit blog.

Uit: Mijn katholieke opvoeding (Vertaald door Gerard Rasch)

“Tijdens de pauze tekende iemand van ons een keer batterijen en elektrische leidingen op het bord om de anderen een natuurkundesom uit te leggen. De Hamster liep over de gang, opende, zoals hij zo graag deed, plotseling de deur op een kier en wierp een blik op de in krijt uitgetekende cirkels en ellipsen. Dat was genoeg voor hem, hij ontvlamde in zijn donkerste blos en rende naar de directeur aan wie hij meldde dat er geslachtsdelen op het bord stonden getekend.
In zijn sombere visie op de menselijke natuur was geen plaats voor de mogelijkheid dat het kwaad met enige middelen van geestelijke aard uitgeroeid kon worden. Hij geloofde hoogstwaarschijnlijk niet in het bestaan van de Genade, omdat deze zich aan de controle van de mens onttrok; een fout beschouwde hij niet als iets dat soms nodig kon zijn voor de verlossing. Tegelijk hield hij zich krampachtig vast aan het beeld van het licht dat door duisternis is omringd. Wie gered is, wordt herkend aan uiterlijke bewijzen van deugd, dat wil zeggen: gehoorzaamheid aan de voorschriften, een onschuldige stembuiging, nederige bewegingen. Een zaak van training dus. Wie was dan gered? Waarschijnlijk alleen de Kinderen van Maria met een blauwe sjerp over de schouder en een kaars in de hand. Hoe het ook zij, omdat het goede in ieder geval buiten ons bereik ligt, moeten we tenminste ons zelf en anderen discipline opleggen, want zo er hoop bestaat, dan kan de verandering van de menselijke natuur alleen van buiten naar binnen gaan en niet omgekeerd. Hij hing dus op extreme wijze de oude these van de katholieke kerk aan, dat we alleen via de zintuigen dichter bij God kunnen komen, dat geloof en deugd van het individu een functie van het gedrag van een bepaalde gemeenschap zijn. Door naar de mis te gaan en deel te nemen aan de sacramenten nemen we, zonder het te willen, een bepaalde stijl in ons op, die – op dezelfde manier als koper voor elektriciteit – de geleider is voor het bovenaardse beginsel. Omdat de mensen zwak zijn, zou het dwaas zijn ze los te laten en erop te rekenen dat ze zelf, tegen de stijl van hun omgeving in, God zouden vinden. Dan is het beter de gemeenschap met God ten minste voor enigen makkelijker toegankelijk te maken door bij allen conditionele reflexen te ontwikkelen. Al dwong de Hamster ons deel te nemen aan de rituelen – veel illusies had hij zeker niet. Maar zijn voorgangers die de ketters met het zwaard bekeerden, hadden deze evenmin.
Zijn positie stelde hem in staat zijn eigen wil volledig ten uitvoer te brengen. Deze verschilde niet veel van de positie die later ten deel viel aan diegenen die in de scholen van Centraal- en Oost-Europa in marxisme-stalinisme onderwezen. De Hamster werkte steeds aan de vervolmaking van zijn netwerk. Het bijwonen van de zondagsmis was verplicht, maar de kerken van de stad konden daarop niet goed toezicht houden. Daarom richtte hij een kapel in in het schoolgebouw, waar zijn gevolmachtigden een kruisje achter de namen van de afwezigen zetten.”

 


Czeslaw Milosz (30 juni 1911 – 14 augustus 2004)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Mijn ogen voelen zich bekeken,

zo helder is deze dag.

Vanuit elk raam, elk aluminium kozijn,
ja, elke tegel raakt ze het licht.

De glans van de lindebladeren overvalt hen
al wanneer ze de deur uitstappen.

Vanaf de straat, na de voetbalderby
bezaaid met scherven en splinters,
blinkt en schittert het.

Ik loop als een ooievaar, bang
om over een lichtstraal te struikelen,
maar dat helpt niet.

Mij rest slechts: zelf lichtstraal worden
of zwevend deeltje, licht genoeg om geduldig
de controle terug te krijgen
over mijn eigen blik.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e mei ook mijn blog van 30 juni 2023 en ook mijn blog van 30 juni 2020 en eveneens mijn blog van 30 juni 2019 en ook mijn blog van 10 mei 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Und wieder ist’s des Sommers Geisterstunde … (Wilhelm Jensen), Maarten Asscher, Thomas Frahm

 

Dolce far niente

 


High Summer Heat with Pieces of Melon door Alice Mumford, 2023

 

Und wieder ist’s des Sommers Geisterstunde …

Und wieder ist’s des Sommers Geisterstunde,
Da stumm das Haus im heißen Mittag schweigt,
Geschloss’ne Läden füll’n die Saalesrunde
Mit goldnem Dämmern; nur, von Laub umzweigt,
Trägt fernher durch des Nebenraumes Dunkel
Ein Fenster blitzend sonnengrünes Licht:
Kein Schall, kein Regen in dem Glanzgefunkel,
Das wie von ausgestorbnem Leben spricht.

Und schön und schaurig fühlt mein eignes Leben
Sich angerührt von leisem Geisterstab:
Ein Kommen ist’s, ein Schwinden und ein Schweben
In jenen stillen Strahlen auf und ab.
Ein Nichts, und alles, was ich je besessen,
In mir, und doch zugleich unendlich fern,
Ein Allgedenken und ein Allvergessen,
Ein Lebenstraum auf einem andern Stern.

 


Wilhelm Jensen (15 februari 1837 – 24 november 1911) 
Heiligenhafen (Holstein), de geboorteplaats van Wilhelm Jensen

 

De Nederlandse dichter, schrijver, vertaler en uitgever Maarten Asscher werd geboren op 29 juni 1957 in Alkmaar. Zie ook alle tags voor Maarten Asscher op dit blog.

Uit: Over de onmogelijkheid van lekker eten

“Alsof er een groot beest over mijn boterham was klaargekomen. Zo zag mijn bord eruit, toen ik voor de allereerste keer eigenhandig een ei voor mijzelf had gekookt. Mijn eerste ontbijt op mijn eerste studentenkamer. Het leek zo eenvoudig: water aan de kook brengen, rauw ei erin, even wachten en vervolgens afgieten en het eitje onder koud kraanwater ‘laten schrikken’. Hoe vaak had ik het thuis niet zien doen? Kennelijk had ik toch onvoldoende opgelet, want de schrik was ‘all mine’. Toen ik het ei met een routineus gebaar boven mijn bord onthoofdde, gulpte er een slijmerige kwak over de zorgvuldig klaargelegde, met boter besmeerde boterham. Ik zat er vertwijfeld naar te kijken. Was het ei soms niet goed meer? Ingewonnen inlichtingen leverden op dat een ei minstens vijf minuten moet koken om prettig eetbaar te worden; ik had het na ruim een minuut al welletjes gevonden. Deze kleine belevenis is de rest van mijn leven symptomatisch gebleken voor mijn kijk op koken: ik kan het niet en ik vind het veel te lang duren.
De paar jaren die ik etenderwijs heb moeten overbruggen tussen mijn vertrek uit het ouderlijk huis en het huwelijkse leven, werden aanvankelijk gevuld met blikken soep en stamppotachtige maaltijden die je, na inworp van drie guldens in een eetpenningenautomaat, uit de keuken van de studentensociëteit kon krijgen, afgewisseld met de goedkoopste nummers op het menu van Chinese restaurants. Natuurlijk maakte ik weleens iets zelf, maar dat viel meestal in de categorie ‘Chili con carne’, een bruine concoctie van bonen, uien, knoflook, gehakt, ananas, paprikapoeder, tomatenpuree en veel peper, die tijdens de borrel gedurende een half uur in een pan te sudderen werd gezet, waarna de onooglijke brei als evenzovele koeienvlaaien over de borden der deelnemers werd verdeeld. En je kon altijd terugvallen op spaghetti met tomatensaus, waarvan de bereiding tussen start en finish minder dan tien minuten tijd vergde. Het record stond op naam van een huisgenoot die een tijd van 8:20′ wist neer te zetten. Als dieptepunt van mijn culinaire barbarendom moet de voedselvergiftiging worden genoemd die ik opliep na het eten van bedorven vlees uit blik.
Zodra ik een baan had, vanaf mijn drieëntwintigste, at ik de eerste jaren onveranderlijk in Amsterdamse eetcafés, waar ik nog altijd – voor zover ze nog bestaan – met een mengeling van huiver en dankbaarheid naar binnen kijk. De donkerhouten duisternis die er onveranderlijk heerste verhinderde dat je tijdens het eten de krant kon lezen, maar zorgde er gelukkig ook voor dat je niet precies zag wat je voorgeschoteld kreeg.”

 


Maarten Asscher (Alkmaar, 29 juni 1957)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Gevonden voorwerpen

De straat is een ongesorteerd magazijn.

Wat er binnenkomt of eruit gaat – niemand weet het
En ook niet wanneer de volgende levering arriveert.

Van bijna alles zijn er slechts losse exemplaren.

Pas aan het einde van mijn arm
worden ze – tweedehands?

Nee, tweedehands wordt vriendelijk weggegeven
en niet weggegooid, dus:
afval!

Maar wat afval is voor het ongeduld van de consument,
dat is voor de oogvingers van de dichter geluk.

Ongecensureerd raken ze aan en ontvangen ze
dat wat, bevrijd uit de gevangenis van het nut,
eindelijk vrij is, niets meer te hoeven zijn,

alleen (als het wil)
die wens misschien die
mijn geliefde, die goed verborgen fee,
altijd op de vlucht voor mensen,
het hoort fluisteren.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e juni ook mijn blog van 29 juni 2020 en eveneens mijn blog van 29 juni 2019 en ook mijn blog van 29 juni 2018 en ook mijn blog an 29 juni 2017 en eveneens mijn blog van 29 juni 2013 deel 2.

 

Sophie Hannah, Thomas Frahm

De Britse dichteres en schrijfster Sophie Hannah werd geboren in Manchester op 28 juni 1971. Zie ook alle tags voor Sophie Hannah op dit blog.

 

Next Door Despised

Next door despised
your city. They would much prefer a town.
Your tree, they’d like a twig.
Your oil rig,
your salmon satin crown,
so can you cut it down and cut it down?

Next door began
a harsh campaign. They hired a ticket tout
to sell your oily tree,
your haddocky
crown for a well of drought,
and then they bricked it up and shut it out.

Next door perceived
an envelope was lying on your stoop
but no one wrote to them
so your silk hem
deserved their mushroom soup.
Next door made plans to follow you to group

therapy, pinch
your problems, change their characters and looks.
Next door alleged your streams
gave them bad dreams.
Couldn’t you call them brooks?
Couldn’t you write some better, shorter books?

Next door observed
your shoulder stump, asked what was up your sleeve,
swore that they meant to harm,
said that to arm
dictators was naive
(no pun intended). Next door don’t believe

you’ve gone to work,
neither the place nor the activity.
While next door’s squirrel slipped,
your manuscript
lolled on the balcony
which might seem natural to you or me

but to next door
it was a gate wide enough to admit
the dwarves in overcoats
who chase weak votes,
whose coffee smells of shit,
whose stubble shakes only when candle-lit.

Next door have got
their own house but they choose to squat in yours.
If you brought up their theft
of what was left
and asked whose ceilings, floors
and walls these were, next door would say next door’s.

 


Sophie Hannah (Manchester, 28 juni 1971)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Vliegpoging, havenkwartier

Een straathond met een vogelkop,
die ervan droomt te vliegen,
maar slechts rond kan zwerven.

Hij ruikt het vuil op elke straat,
maar snuift
de bries uit de hemel op.

Waar die zich vermengt
met gras, nabijgelegen water,
en samenvloeit op bruggen,

daar stijgt hij op.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 28e juni ook mijn blog van 28 juni 2020 en eveneens mijn blog van 28 juni 2019 en ook mijn blog van 28 juni 2018 en ook mijn blog van 28 juni 2014 deel 2.

Jacqueline Zirkzee, Thomas Frahm

De Nederlandse schrijfster Jacqueline Zirkzee werd geboren in Leiden op 30 juni 1960. Zie ook alle tags voor Jacqueline Zirkzee op dit blog.

Uit: De eerste priesteres

“Inanna keek uit over het lui voorbijglijdende Serpent, haar armen om haar knieën geslagen. Vloeibaar, verblindend licht vonkte vanaf het donkere water van de rivier. De rimpelingen tegen de oever voerden drijfhout en dode planten mee, dat zich deinend verzamelde tussen het hoge riet. Verderop was een flauwe bocht waar de golvende stroming grillige kringen maakte, die zich openden en weer kronkelend in zichzelf sloten. Dat was de plaats waar alle ouders hun kinderen voor waarschuwden, een plek waar ze aan hun voeten zouden worden meegesleurd de diepte in, om nooit meer teruggevonden te worden. Opzij van haar ritselde iets. Inanna rechtte haar rug en greep de korte speer naast zich, al wist ze dat het hooguit een vogel kon zijn. Toen ze haar hoofd opzij draaide, keek het bleke, felle oog van een reiger haar aan. De staart van een vis bengelde krachtig zwiepend uit zijn snavel. De vogel spreidde zijn vleugels en steeg met een loom klapwieken op. De lucht om haar heen was gevuld met geluid. De zoemende bijen tussen het bloeiende pluimgras en de druk kwakende kikkers in het riet werden begeleid door een achtergrondkoor van krekels en sprinkhanen. De vogels in de bomen en aan de waterkant lieten hoge noten horen, gekwetter en geschreeuw. Boven alles uit klonk het ruisen van de rivier. De waterkant was hier te steil voor de krokodillen. Ver weg, aan de overzijde van de weidse watervlakte, lag er een te zonnebaden in de modder, bewegingloos en ongevaarlijk als een aangespoelde boomstam. Inanna liet zich bevangen door de warmte en haar wang zakte op haar knieën.
Ze dacht dat ze droomde toen ze de stemmen hoorde. Iemand riep haar naam. Even was ze gelukkig, zwevend tussen slapen en waken. Ze zou een boodschap te horen krijgen, iets meemaken wat ze thuis kon vertellen, iets wat zou bewijzen dat ze een echte ziener was. Het was Eridu’s stem, brabbelend en snikkend, onverstaanbaar in zijn paniek Mas stond achter Inanna’s tweelingbroer bij de onheilsplek in de bocht. De grote jongen had Eridu’s magere bovenarmen omklemd en hield hem boven het water. Inanna’s benen waren onvast en prikten van het lange stilzitten. Ze struikelde naar hen toe, bleef toen halverwege staan uit angst dat ze alle drie in het water zouden vallen.”

 

Jacqueline Zirkzee (Leiden, 30 juni 1960)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Autobiografie

Het boek dat mijn leven tot nu toe heeft geschreven,
zal aan jullie worden naverteld door kinderen die ik bij ‘t
spelen met mij liet zijn zoals ze waren. Elkeen
held van een moment, een verhaal
waarin het zich verwondert, rent en kletst,
de straat op gaat om te spelen,
vecht, streken uithaalt, soms
aardig is, soms gemeen…

Mijn leven was in goede handen, harten, voeten,
die allemaal niets van elkaar wisten.
De moeders die me aardig vonden,
maar als “relatie” een serieuzer iemand nodig hadden
schudden ontroerd, maar verwijtend hun hoofd.

Of het zal verschijnen, mijn boek?
Waarom? Ontmoet de kinderen maar:
vraag die ernaar.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e mei ook mijn blog van 30 juni 2023 en ook mijn blog van 30 juni 2020 en eveneens mijn blog van 30 juni 2019 en ook mijn blog van 10 mei 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten Asscher, Thomas Frahm

De Nederlandse dichter, schrijver, vertaler en uitgever Maarten Asscher werd geboren op 29 juni 1957 in Alkmaar. Zie ook alle tags voor Maarten Asscher op dit blog.

Uit: De schaduw van een vriend

“We willen graag allebei het lunchmenu,” zei Marcel Houtsma, en klapte dc kaart dicht. “Schenkt u daar een meursault bij. Doet u maar twee glazen, want er moet straks nog gewerkt worden.” “Het spijt me, meneer, maar de meursault gaat tegenwoordig uitsluitend per fles. Wel heb ik voor u een heerlijke…” “Doet u dan toch maar een flesje,” interrumpeerde Houtsma. “Vriendelijk dank,” voegde hij er nog aan toe, om aan te geven dat de huishoudelijke details wat hem betreft zo wel voldoende geregeld waren. Hij nam zijn leesbril af, klipte die in de borstzak van zijn jasje en richtte zich tot zijn tafelgezelschap: “Zo, en nu eerst het belangrijkste. Hoe is het met Babette en met de aanstaande meester in dc rechten Hugo?” Ze zaten in de erker van brasserie Rivière, het tweesterrenrestaurant van hotel Des Pays-Bas. Aangezien het hotel gebouwd is in de bocht die de Amstel bij binnenkomst van de oude stad maakt, kun je vanaf dit tafeltje naar twee kanten een eind over het water uitkijken, wat de plek iets royaals geeft. Vandaar dat Edgar en Marcel er graag zo nu en dan afspraken voor een lunch, om hun oude vriendschap op peil te houden en een beetje bij te praten over de dingen van de wereld. “Babette gaat prima, en ze is onvermoeibaar,” meldde Edgar, en vouwde zijn servet over zijn bovenbenen uit. “Af en toe doet ze nog wel eens iets voor Hilversum, maar wat ze de laatste tijd aangeboden krijgt is vaak dezelfde soort rollen, dus houdt ze zich steeds meer met haar koor bezig.” “En Hugo?” Vanuit zijn ooghoek zag Edgar hoe de ober aan het zijtafeltje routineus dc zojuist aan Marcel getoonde wijnfles aan het openen was, waarbij zijn ellebogen als gekortwiekte vleugels op en neer wipten. Jaaa, die doet nu zijn master. Hij neemt daar alle tijd voor. En gelijk heeft-ie. Maar op een gegeven moment zal hij toch het mooiste beroep ter wereld willen gaan uitoefenen.” Na een korte pauze voegde Edgar nog toe” “Het zou kunnen dat hij zijn leerjaren in de praktijk eerst op een ander kantoor wil doormaken, voordat hij bij ons op de oude familiegrond komt werken.” “Verstandig,” reageerde Marcel, en proefde het slokje van de wijn dat voor hem was ingeschonken. Uitstekend,” zei hij zonder aarzelen, waarop de ober de beide glazen vulde en op de zijtafel de fles in een koeler stak. Met een vlotte beweging knoopte hij een gestreken wit servet om de flessenhals heen. Intussen proostten de vrienden met een nauwelijks zichtbare hoofdknik. “Heerlijk. En jij,” vroeg Edgar, “waren jullie met de jaarwisseling nog in Frankrijk, of gaan jullie later in het voorjaar nog?” “In februari zijn we een weekje geweest, maar Thecla’s praktijk is eigenlijk drukker dan ze zou willen. Het lijkt soms wel of psychotherapie de meest bloeiende bedrijfstak van Nederland is, zeker in Wassenaar. Zelf kon ik er trouwens ook moeilijk tussenuit. Misschien lukt het in mei nog en anders gaan we het in de zomer goedmaken.” Van de vier mannen in zijn jaarclub was Marcel in de ogen van Edgar de gemakkelijkste om mee om te gaan. Hij had zijn zaakjes in het leven prima op orde, daar begon het mee, zodat je niet eerst door allerlei klachten en moeilijkheden heen hoefde te waden om op gemeenschappelijke grond uit te komen. Een zekere ongrijpbaarheid had hij wel, moest Edgar toegeven. Je kon hem niet zo eenvoudig vastpinnen, letterlijk niet. Het leek wel alsof hij met zijn vele bezigheden, als bestuurder, toezichthouder, adviseur en wat niet al, voortdurend onderweg was.”  

 

Maarten Asscher (Alkmaar, 29 juni 1957)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Drukkend warme nacht

Met het raam open want het is zomer
en krekels hadden moeten tjirpen,
thuiskomers zingen en met flessen rammelen,
taxi’s voorbij razen als de gewenste regen –

maar niets van dat alles: nee, de stilte,
waarin we zitten en naar elkaar luisteren,
is dieper dan de duisternis
in deze straat van kapotte natriumdamplantaarns,
in deze wijk van vervallende pracht.

Er gluurt geen hemellichaam door de lamellen.
Er is geen hoop op verlichting door een koel briesje.
De elementen zelf houden hun adem in.
Alles staat stil…

Alles is zo met niets geladen,
dat ons zwijgen het niet langer uithoudt,
opspringt en schreeuwt,
de deur uitloopt de nacht in,
gewoon naar buiten, weg van alle nergens-woorden

in de armen van het eerste het beste Ergens.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e juni ook mijn blog van 29 juni 2020 en eveneens mijn blog van 29 juni 2019 en ook mijn blog van 29 juni 2018 en ook mijn blog an 29 juni 2017 en eveneens mijn blog van 29 juni 2013 deel 2.

Sophie Hannah, Thomas Frahm

De Britse dichteres en schrijfster Sophie Hannah werd geboren in Manchester op 28 juni 1971. Zie ook alle tags voor Sophie Hannah op dit blog.

 

Don’t Say I Said

Next time you speak to you-know-who
I’ve got a message for him.
Tell him that I have lost a stone
Since the last time I saw him.
Tell him that I’ve got three new books
Coming out soon, but play it
Cool, make it sound spontaneous.
Don’t say I said to say it.

He might ask if I’ve mentioned him.
Say I have once, in passing.
Memorize everything he says
And, no, it won’t be grassing
When you repeat his words to me ?
Its the only way to play it.
Tell him I’m toned and tanned and fine.
Don’t say I said to say it.

Say that serenity and grace
Have taken root inside me.
My top-note is frivolity
But beneath, dark passions guide me.
Tell him I’m radiant and replete
And add that everyday it
Seems I am harder to resist.
Don’t say I said to say it.

Tell him that all my ancient faults
Have been eradicated.
I do not carp or analyse
As I might have when we dated.
Say I’m not bossy any more
Or, better still, convey it
Subtly, but get the point across.
Don’t say I said to say it.

 

Rondeau Redoublé

I know the rules and hear myself agree
Not to invest beyond this one night stand.
I know your patter: in, out, like the sea.
The sharp north wind must blow away the sand.

Soon my supply will meet your last demand
And you will have no further use for me.
I will not swim against the tide, to land.
I know the rules. I hear myself agree.

I’ve kept a stash of hours, just two or three
To smuggle off your coast like contraband.
We will both manage (you more easily)
Not to invest beyond this one night stand.

To narrow-minded friends I will expand
On cheap not being the same as duty free.
I’ll say this was exactly what I planned.
I know your pattern: in, out, like the sea.

It’s not as if we were designed to be
Strolling along the beach front, hand in hand.
Things change, of natural necessity.
The sharp north wind must blow away the sand

And every storm to rage, however grand,
Will end in pain and shipwreck and debris
And each time there’s a voice I have to strand
On a bare rock, hardened against its plea;
I know the rules.

 

Sophie Hannah (Manchester, 28 juni 1971)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Bij het wachten

Met welk een dorst raas je
naar je talloze ontmoetingen,
als was ik een stuk droog brood
bij de aanblik waarvan je meteen om water vraagt –

Met welk een gretigheid ga je uit eten
(als belichaamde ik de hongerdood),
terwijl de straathonden al als wolven keffen
en mijn ziel de seconden meet –

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 28e juni ook mijn blog van 28 juni 2020 en eveneens mijn blog van 28 juni 2019 en ook mijn blog van 28 juni 2018 en ook mijn blog van 28 juni 2014 deel 2.

Czeslaw Milosz, Thomas Frahm

De Poolse dichter, schrijver en Nobelprijswinnaar Czesław Miłosz werd geboren in Šeteniai op 30 juni 1911. Zie ook alle tags voor Czeslaw Milosz op dit blog.

Uit: Mijn katholieke opvoeding (Vertaald door Gerard Rasch)

“Slechts twee persoonlijkheden traden echt op de voorgrond. Beiden oefenden grote invloed uit en voerden onderling strijd om ons voor zich te winnen. Ze waren voorbestemd ons voor altijd te vergezellen, buiten het tijdsverloop. Toen ik op de universiteit De toverberg van Thomas Mann las, ontdekte ik dat dat boek over hen ging – als we de twist tussen de jezuïet Naphta en de humanist Settembrini belangrijker achten dan de geschiedenis van Hans Castorp. Ik kan er niets aan doen dat ik zulke literaire portretten geef. De werkelijkheid is soms verzot op zulke tegenstrijdigheden die uit boeken lijken gehaald. Onze Naphta had een rond, kwijnend jongensgezichtje, hij had ponyhaar en bewoog zich als een nederige dienaar van God, vaak met neergeslagen ogen. Je kon aan hem op geen enkele wijze zien waar en hoe hij geleefd had, voor hij priester werd, op het platteland of in de stad, in een aristocratische of een plebejische familie. In dit opzicht had hij weinig gemeen met andere priesters die we kenden. Een paar van hen verborgen onder hun soutane een wild en bewogen verleden als soldaat of vechtersbaas. Anderen werden gekenmerkt door de traagheid en hoekigheid van de bewoners van het platteland. Onze catecheet was waarschijnlijk grootgebracht in de schaduw van het kerkportaal, was altijd schichtig met gevouwen handen weggeglipt tussen de vergulde versieringen van de altaren. Als hij de zoon van een koster was dan was zijn uiterlijk geheel in overeenstemming met zijn afkomst.
De emoties van een felle, brandende ziel bewogen zijn onaanzienlijke lichaam. Dat kon je zien aan de bittere voren om zijn mond, de harde, blauwe blik onder zijn opgeslagen oogleden, de donkere blos van zijn geremde toorn. Het liefst was hij inquisiteur. Aan het trillen van een spier van het gezicht, aan de wijze waarop je het hoofd boog kon hij de bliksemschicht van een lasterlijke gedachte aflezen. Hij leefde in die dimensie waar onafgebroken waakzaamheid en spanning verplicht zijn, waar men elke seconde op een aanval van de duivel verdacht moet zijn. De zonde was niet alleen een overtreding van de geboden. De zonde vertakte zich; al nam ze de vorm aan van schijnbaar onschuldige spelletjes, ze reikte dieper en dieper. De Hamster (zo hadden we zijn naam verdraaid) hield er niet van dat we op de binnenplaats voetbalden; hij zag hierin een voorbode van onze naderende volwassenheid en dan móést de duivel wel zegevieren. Een zwaarder wordende stem in de tijd van de mutatie riep een reflex van walging in hem op, sigarettenrook beschouwde hij als een materieel teken van de aanwezigheid van de vijand: de sekse. Hij was aardig voor kinderen, maar toen we pubers werden en veranderden, demonstreerde hij met zijn gedrag in de klas dat hij met gevallen wezens te maken had.”

 

Czeslaw Milosz (30 juni 1911 – 14 augustus 2004)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Ouder worden

Ogen droog. Droog ook de huid.
Binnenkort is je lichaam het papier,
waarop jouw leven staat.

Maar niet elke rimpel is een karaktertekening.
Niet elke traanzak diep tragisch.
Niet al het vlees slap van nobele melancholie.

Voor een levensdoel Is weerstand nodig.
Opstand die niets onberoerd laat,
alles vastgrijpt en op zo’n manier samenbalt,

dat pijn en hartstocht je verslaan,
uit droge ogen grote tranen opwellen
en je papieren lichaam oplost in een lied,

waarvan jij eerder de tekst bent dan dat je de tekst slechts kent.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e mei ook mijn blog van 30 juni 2020 en eveneens mijn blog van 30 juni 2019 en ook mijn blog van 10 mei 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten Asscher, Thomas Frahm

De Nederlandse dichter, schrijver, vertaler en uitgever Maarten Asscher werd geboren op 29 juni 1957 in Alkmaar. Zie ook alle tags voor Maarten Asscher op dit blog.

Uit: De ontdekking van Rome

‘We willen graag allebei het lunchmenu,’ zei Marcel Houtsma, en klapte de kaart dicht. ‘Schenkt u daar een meursault bij. Doet u maar twee glazen, want er moet straks nog gewerkt worden.’
‘Het spijt me, meneer, maar de meursault gaat tegenwoordig uitsluitend per fles. Wel heb ik voor u een heerlijke…’
‘Doet u dan toch maar een flesje,’ interrumpeerde Houtsma. ‘Vriendelijk dank,’ voegde hij er nog aan toe, om aan te geven dat de huishoudelijke details wat hem betreft zo wel voldoende geregeld waren. Hij nam zijn leesbril af, klipte die in de borstzak van zijn jasje en richtte zich tot zijn tafelgezelschap: ‘Zo, en nu eerst het belangrijkste. Hoe is het met Babette en met de aanstaande meester in de rechten Hugo?’
Ze zaten in de erker van brasserie Rivière, het tweesterrenrestaurant van hotel Des Pays-Bas. Aangezien het hotel gebouwd is in de bocht die de Amstel bij binnenkomst van de oude stad maakt, kun je vanaf dit tafeltje naar twee kanten een eind over het water uitkijken, wat de plek iets royaals geeft. Vandaar dat Edgar en Marcel er graag zo nu en dan afspraken voor een lunch, om hun oude vriendschap op peil te houden en een beetje bij te praten over de dingen van de wereld.
‘Babette gaat prima, en ze is onvermoeibaar,’ meldde Edgar, en vouwde zijn servet over zijn bovenbenen uit. ‘Af en toe doet ze nog wel eens iets voor Hilversum, maar wat ze de laatste tijd aangeboden krijgt is vaak dezelfde soort rollen, dus houdt ze zich steeds meer met haar koor bezig.’
‘En Hugo?’
Vanuit zijn ooghoek zag Edgar hoe de ober aan het zijtafeltje routineus de zojuist aan Marcel getoonde wijnfles aan het openen was, waarbij zijn ellebogen als gekortwiekte vleugels op en neer wipten. ‘Jaaa, die doet nu zijn master. Hij neemt daar alle tijd voor. En gelijk heeft-ie. Maar op een gegeven moment zal hij toch het mooiste beroep ter wereld willen gaan uitoefenen.’ Na een korte pauze voegde Edgar nog toe: ‘Het zou kunnen dat hij zijn leerjaren in de praktijk eerst op een ander kantoor wil doormaken, voordat hij bij ons op de oude familiegrond komt werken.’
‘Verstandig,’ reageerde Marcel, en proefde het slokje van de wijn dat voor hem was ingeschonken. ‘Uitstekend,’ zei hij zonder aarzelen, waarop de ober de beide glazen vulde en op de zijtafel de fles in een koeler stak. Met een vlotte beweging knoopte hij een gestreken wit servet om de flessenhals heen. Intussen proostten de vrienden met een nauwelijks zichtbare hoofdknik.
‘Heerlijk. En jij,’ vroeg Edgar, ‘waren jullie met de jaarwisseling nog in Frankrijk, of gaan jullie later in het voorjaar nog?’

 

Maarten Asscher (Alkmaar, 29 juni 1957)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Out of Social Media

Mijn oude leren wandelschoen
heb ik met wat aarde opgevuld
en hem op het balkon gezet.
Nu groeit er gras in, en zie:
ook een paar weidebloemen.

Dat verandert niets aan de loop van de wereld
maar mijn zintuigen hebben een reden
wanneer op het web worldwide de shitstorms woeden,
niet te luisteren en niet te kijken

omdat analoge wandelaars en grazers
zo zachtjes en zo langzaam zijn
dat wie even niet kijkt,
in een oogwenk weinig overbodigs
van grote nutteloosheid
voor eens en altijd mist.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e juni ook mijn blog van 29 juni 2020 en eveneens mijn blog van 29 juni 2019 en ook mijn blog van 29 juni 2018 en ook mijn blog an 29 juni 2017 en eveneens mijn blog van 29 juni 2013 deel 2.

Sophie Hannah, Thomas Frahm

De Britse dichteres en schrijfster Sophie Hannah werd geboren in Manchester op 28 juni 1971. Zie ook alle tags voor Sophie Hannah op dit blog.

 

You Won’T Find A Bath In Leeds

From the River Cam and the A14
To the Aire and the tall Ml,
We left the place where home had been,
Still wondering what we’d done,
And we went to Yorkshire, undeterred
By the hearts we’d left down South
And we couldn’t believe the words we heard
From the lettings agent’s mouth.

He showed us a flat near an abbatoir
Then one where a man had died
Then one with nowhere to park our car
Then one with no bath inside.
With the undertone of cheering
Of a person who impedes,
He looked straight at us, sneeering,
‘You won’t find a bath in Leeds’.

‘We have come to Leeds from Cambridge.
We have heard that Leeds is nice.
A bath is seen in Cambridge
As an integral device,
So don’t tell me that a shower
Is sufficient to meet my needs,’
I said. I received a glower
And ‘You won’t find a bath in Leeds’.

He fingered a fraying curtain
And I said, ‘You can’t be sure.
Some things in life are uncertain
And that’s what hope is for.
One day I might meet Robert Redford
At Bristol Temple Meads.
I’ve found baths in Bracknell and Bedford
And I might find a bath in Leeds.’

He replied with a refutation
Which served to increase our pain
But we didn’t head for the station
Or run for a rescue train,
Though we felt like trampled flowers
Who’d been set upon by weeds.
We told him to stuff his showers
And we would find a bath in Leeds.

Some people are snide and scathing
And they try to undermine
Your favourite form of bathing
Or the way you write a line.
At night, while you’re busy praying
That your every plan succeeds,
There are killjoys somewhere saying,
‘You won’t find a bath in Leeds’.

A better definition
Might be reading all of Proust,
But the concept of ambition
Has been radically reduced.
While the London wits are burning
Their cash in the Groucho club,
In Yorkshire we’re simply yearning
To locate an enamel tub.

I win, Mr Bath Bad Tidings.
I have not one bath but two.
En-suite in the sweet West Ridings
And no bloody thanks to you.
I may never run fast, or tower
Over Wimbledon’s top seeds
Or hit sixes like David Gower
But I have found a bath in Leeds.

 

Sophie Hannah (Manchester, 28 juni 1971)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Gevonden voorwerpen

De straat is een ongesorteerd magazine.
Wat erin komt of eruit gaat – niemand weet het
noch wanneer de volgende levering komt.

Van bijna alles bestaan er slechts unieke exemplaren.
Aan het einde van mijn arm pas
worden ze – second hand?
Nee, second hand wordt vriendelijk weggegeven
en niet weggegooid, dus:
Afval!

Maar wat het ongeduld van het consumentenafval,
dat is het geluk van de oogvingers van de dichter.
Ongecensureerd betasten en ontvangen ze,
wat, vrijgelaten uit het nuttige detentiecentrum,
eindelijk vrij is, niets meer te moeten zijn,

alleen (als het wil)
die wens misschien die
mijn lieve, deze goed verstopte fee,
altijd op de vlucht voor mensen,
het hoort fluisteren.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 28e juni ook mijn blog van 28 juni 2020 en eveneens mijn blog van 28 juni 2019 en ook mijn blog van 28 juni 2018 en ook mijn blog van 28 juni 2014 deel 2.

Czeslaw Milosz, Thomas Frahm

De Poolse dichter, schrijver en Nobelprijswinnaar Czesław Miłosz werd geboren in Šeteniai op 30 juni 1911. Zie ook alle tags voor Czeslaw Milosz op dit blog.

Uit: Mijn katholieke opvoeding (Vertaald door Gerard Rasch)

“Het biologielokaal dat voorzien was van moderne microscopen, trok me aan, omdat daar die tak van wetenschap zetelde die voor mij het minst abstract was; zij betrof immers mijn bos- en jagerservaringen. We ontleedden bloedzuigers, bekeken het kloppende hart van een opengesneden kikker, met ingehouden adem draaiden we de micrometerschroef om de microscoop scherp in te stellen op een preparaat van plantaardige of dierlijke weefsels. Zoölogie, plantkunde en vervolgens biologie werden gegeven door een docent medicijnen van de plaatselijke universiteit. Hij was gespecialiseerd in de cytologie, de leer van de cellen. Mager en met een gele huidkleur leek hij een brommerige leverpatiënt, maar hij hield van zijn vak en was in staat dat op ons over te brengen. Hij richtte een club voor natuurliefhebbers op, waar ik als een van de enthousiastelingen eerste viool speelde. Ik beperkte me niet tot de lessen en leerboeken, maar gebruikte ook vakliteratuur. Halverwege de school, in de vierde klas, hield ik mijn eerste lezing: over de natuurkeus van de soorten en Darwin. Toen begon juist mijn crisis, al werd deze vertraagd door het vele extra-werk dat mijn koninkrijk van aquaria, glazen en kooien met vogels of witte muizen mij bezorgde. Aan één ding twijfelde ik niet: dat mijn toekomstige beroep al vaststond en dat ik natuurwetenschapper zou worden. Had iemand mij voorspeld, dat ik later mijn roeping zou verraden, dan had het vooruitzicht mij met afgrijzen vervuld.
Ik moet nu even ingaan op de achtergronden voor de ontwikkeling van onze sympathieën en antipathieën. Van alle schreeuwende, onverzorgde gezichten hielden in de ogen van de leraren zeker slechts een paar een toekomstbelofte van individualiteit in. Op dezelfde wijze bestond de Olympus van opvoeders voor ons uit enige protagonisten en een koor. De mindere goden waren opmerkelijk vanwege hun vreemde kuren. Onze leraar aardrijkskunde bijvoorbeeld, bijgenaamd de Gorilla, personifieerde voor ons om de een of andere reden het verleden en was waarschijnlijk ook leraar geweest, toen het gymnasium nog Russisch was. Een boom van een vent, een zwarte smoel, zwarte snor, met een streepjesbroek en een jacquet. Hij liet zich plompverloren op zijn stoel vallen en geeuwde vreselijk. Dan konden we zijn schijnbaar zwarte verhemelte zien; bij honden betekent dit een boosaardig karakter, hetgeen bij hem in ieder geval bleek te kloppen. Hij stak meteen iedereen aan met zijn verveeldheid en dit ontketende een hels lawaai. Omdat hij te lui was woorden te gebruiken beschreef hij, op iemand wijzend, nonchalant een halve cirkel in de lucht. De aangewezene kwam naar voren en ging in de hoek staan. Aan het eind van de les waren de banken bijna ontvolkt. Deze leraar of de historicus grootvader Kalasjeuski, die een sterk Wit-Russisch accent had, werden echter als tweederangsfiguren beschouwd; dergelijke leraren wisselden elkaar snel af.”

 

Czeslaw Milosz (30 juni 1911 – 14 augustus 2004)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Wandeling met kinderen

Aan de fijne takken onder het hart
rijpt de zoete peer van verrukking.
De lucht is blauw. Wij besluiten
om hem met notenbomen te beschilderen,
zodat het eekhoorntje
(dat met de zwarte staart)
erin kan springen en kraken
de harde schil van de sterren.

Jullie zachte handjes
liggen warm in die van mij,
als bebroede eieren.
Binnenkort zullen ze uitkomen,
de kuikens van de verrassing,
pluizig en geel,
en naar sterren scharrelen
als naar gevallen noten.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e mei ook mijn blog van 30 juni 2020 en eveneens mijn blog van 30 juni 2019 en ook mijn blog van 10 mei 2018 deel 1 en eveneens deel 2.