Jacqueline Zirkzee, Thomas Frahm

De Nederlandse schrijfster Jacqueline Zirkzee werd geboren in Leiden op 30 juni 1960. Zie ook alle tags voor Jacqueline Zirkzee op dit blog.

Uit: De eerste priesteres roman

“Inanna keek uit over het lui voorbijglijdende Serpent, haar armen om haar knieën geslagen. Vloeibaar, verblindend licht vonkte vanaf het donkere water van de rivier. De rimpelingen tegen de oever voerden drijfhout en dode planten mee, dat zich deinend verzamelde tussen het hoge riet. Verderop was een flauwe bocht waar de golvende stroming grillige kringen maakte, die zich openden en weer kronkelend in zichzelf sloten. Dat was de plaats waar alle ouders hun kinderen voor waarschuwden, een plek waar ze aan hun voeten zouden worden meegesleurd de diepte in, om nooit meer teruggevonden te worden. Opzij van haar ritselde iets. Inanna rechtte haar rug en greep de korte speer naast zich, al wist ze dat het hooguit een vogel kon zijn. Toen ze haar hoofd opzij draaide, keek het bleke, felle oog van een reiger haar aan. De staart van een vis bengelde krachtig zwiepend uit zijn snavel. De vogel spreidde zijn vleugels en steeg met een loom klapwieken op. De lucht om haar heen was gevuld met geluid. De zoemende bijen tussen het bloeiende pluimgras en de druk kwakende kikkers in het riet werden begeleid door een achtergrondkoor van krekels en sprinkhanen. De vogels in de bomen en aan de waterkant lieten hoge noten horen, gekwetter en geschreeuw. Boven alles uit klonk het ruisen van de rivier. De waterkant was hier te steil voor de krokodillen. Ver weg, aan de overzijde van de weidse watervlakte, lag er een te zonnebaden in de modder, bewegingloos en ongevaarlijk als een aangespoelde boomstam. Inanna liet zich bevangen door de warmte en haar wang zakte op haar knieën.
Ze dacht dat ze droomde toen ze de stemmen hoorde. Iemand riep haar naam. Even was ze gelukkig, zwevend tussen slapen en waken. Ze zou een boodschap te horen krijgen, iets meemaken wat ze thuis kon vertellen, iets wat zou bewijzen dat ze een echte ziener was. Het was Eridu’s stem, brabbelend en snikkend, onverstaanbaar in zijn paniek Mas stond achter Inanna’s tweelingbroer bij de onheilsplek in de bocht. De grote jongen had Eridu’s magere bovenarmen omklemd en hield hem boven het water. Inanna’s benen waren onvast en prikten van het lange stilzitten. Ze struikelde naar hen toe, bleef toen halverwege staan uit angst dat ze alle drie in het water zouden vallen.”

 

Jacqueline Zirkzee (Leiden, 30 juni 1960)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Autobiografie

Het boek dat mijn leven tot nu toe voor mij schreef,
zullen kinderen jullie navertellen die ik bij het
spelen bij mij liet zijn, zoals ze waren. Elk
held van een ogenblik, van een verhaal,
waarin het zich verwondert en rent en babbelt,
om te spelen de straat opgaat,
vecht, kattenkwaad uithaalt,
soms aardig is, soms gemeen…

Mijn leven was in goede handen, harten, voeten,
die allemaal niets van elkaar wisten.

De moeders die mij aardig vonden
maar als ‘relatie’ een serieuzer iemand nodig hadden,
schudden ontroerd maar berispend hun hoofd.

Of het zal verschijnen, mijn boek?
Waarom? Ontmoet slechts de kinderen:
vraag hen ernaar.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e mei ook mijn blog van 30 juni 2023 en ook mijn blog van 30 juni 2020 en eveneens mijn blog van 30 juni 2019 en ook mijn blog van 10 mei 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten Asscher, Thomas Frahm

De Nederlandse dichter, schrijver, vertaler en uitgever Maarten Asscher werd geboren op 29 juni 1957 in Alkmaar. Zie ook alle tags voor Maarten Asscher op dit blog.

Uit: De schaduw van een vriend

“We willen graag allebei het lunchmenu,” zei Marcel Houtsma, en klapte dc kaart dicht. “Schenkt u daar een meursault bij. Doet u maar twee glazen, want er moet straks nog gewerkt worden.” “Het spijt me, meneer, maar de meursault gaat tegenwoordig uitsluitend per fles. Wel heb ik voor u een heerlijke…” “Doet u dan toch maar een flesje,” interrumpeerde Houtsma. “Vriendelijk dank,” voegde hij er nog aan toe, om aan te geven dat de huishoudelijke details wat hem betreft zo wel voldoende geregeld waren. Hij nam zijn leesbril af, klipte die in de borstzak van zijn jasje en richtte zich tot zijn tafelgezelschap: “Zo, en nu eerst het belangrijkste. Hoe is het met Babette en met de aanstaande meester in dc rechten Hugo?” Ze zaten in de erker van brasserie Rivière, het tweesterrenrestaurant van hotel Des Pays-Bas. Aangezien het hotel gebouwd is in de bocht die de Amstel bij binnenkomst van de oude stad maakt, kun je vanaf dit tafeltje naar twee kanten een eind over het water uitkijken, wat de plek iets royaals geeft. Vandaar dat Edgar en Marcel er graag zo nu en dan afspraken voor een lunch, om hun oude vriendschap op peil te houden en een beetje bij te praten over de dingen van de wereld. “Babette gaat prima, en ze is onvermoeibaar,” meldde Edgar, en vouwde zijn servet over zijn bovenbenen uit. “Af en toe doet ze nog wel eens iets voor Hilversum, maar wat ze de laatste tijd aangeboden krijgt is vaak dezelfde soort rollen, dus houdt ze zich steeds meer met haar koor bezig.” “En Hugo?” Vanuit zijn ooghoek zag Edgar hoe de ober aan het zijtafeltje routineus dc zojuist aan Marcel getoonde wijnfles aan het openen was, waarbij zijn ellebogen als gekortwiekte vleugels op en neer wipten. Jaaa, die doet nu zijn master. Hij neemt daar alle tijd voor. En gelijk heeft-ie. Maar op een gegeven moment zal hij toch het mooiste beroep ter wereld willen gaan uitoefenen.” Na een korte pauze voegde Edgar nog toe” “Het zou kunnen dat hij zijn leerjaren in de praktijk eerst op een ander kantoor wil doormaken, voordat hij bij ons op de oude familiegrond komt werken.” “Verstandig,” reageerde Marcel, en proefde het slokje van de wijn dat voor hem was ingeschonken. Uitstekend,” zei hij zonder aarzelen, waarop de ober de beide glazen vulde en op de zijtafel de fles in een koeler stak. Met een vlotte beweging knoopte hij een gestreken wit servet om de flessenhals heen. Intussen proostten de vrienden met een nauwelijks zichtbare hoofdknik. “Heerlijk. En jij,” vroeg Edgar, “waren jullie met de jaarwisseling nog in Frankrijk, of gaan jullie later in het voorjaar nog?” “In februari zijn we een weekje geweest, maar Thecla’s praktijk is eigenlijk drukker dan ze zou willen. Het lijkt soms wel of psychotherapie de meest bloeiende bedrijfstak van Nederland is, zeker in Wassenaar. Zelf kon ik er trouwens ook moeilijk tussenuit. Misschien lukt het in mei nog en anders gaan we het in de zomer goedmaken.” Van de vier mannen in zijn jaarclub was Marcel in de ogen van Edgar de gemakkelijkste om mee om te gaan. Hij had zijn zaakjes in het leven prima op orde, daar begon het mee, zodat je niet eerst door allerlei klachten en moeilijkheden heen hoefde te waden om op gemeenschappelijke grond uit te komen. Een zekere ongrijpbaarheid had hij wel, moest Edgar toegeven. Je kon hem niet zo eenvoudig vastpinnen, letterlijk niet. Het leek wel alsof hij met zijn vele bezigheden, als bestuurder, toezichthouder, adviseur en wat niet al, voortdurend onderweg was.”  

 

Maarten Asscher (Alkmaar, 29 juni 1957)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Drukkend warme nacht

Met het raam open want het is zomer
en krekels hadden moeten tjirpen,
thuiskomers zingen en met flessen rammelen,
taxi’s voorbij razen als de gewenste regen –

maar niets van dat alles: nee, de stilte,
waarin we zitten en naar elkaar luisteren,
is dieper dan de duisternis
in deze straat van kapotte natriumdamplantaarns,
in deze wijk van vervallende pracht.

Er gluurt geen hemellichaam door de lamellen.
Er is geen hoop op verlichting door een koel briesje.
De elementen zelf houden hun adem in.
Alles staat stil…

Alles is zo met niets geladen,
dat ons zwijgen het niet langer uithoudt,
opspringt en schreeuwt,
de deur uitloopt de nacht in,
gewoon naar buiten, weg van alle nergens-woorden

in de armen van het eerste het beste Ergens.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e juni ook mijn blog van 29 juni 2020 en eveneens mijn blog van 29 juni 2019 en ook mijn blog van 29 juni 2018 en ook mijn blog an 29 juni 2017 en eveneens mijn blog van 29 juni 2013 deel 2.

Sophie Hannah, Thomas Frahm

De Britse dichteres en schrijfster Sophie Hannah werd geboren in Manchester op 28 juni 1971. Zie ook alle tags voor Sophie Hannah op dit blog.

 

Don’t Say I Said

Next time you speak to you-know-who
I’ve got a message for him.
Tell him that I have lost a stone
Since the last time I saw him.
Tell him that I’ve got three new books
Coming out soon, but play it
Cool, make it sound spontaneous.
Don’t say I said to say it.

He might ask if I’ve mentioned him.
Say I have once, in passing.
Memorize everything he says
And, no, it won’t be grassing
When you repeat his words to me ?
Its the only way to play it.
Tell him I’m toned and tanned and fine.
Don’t say I said to say it.

Say that serenity and grace
Have taken root inside me.
My top-note is frivolity
But beneath, dark passions guide me.
Tell him I’m radiant and replete
And add that everyday it
Seems I am harder to resist.
Don’t say I said to say it.

Tell him that all my ancient faults
Have been eradicated.
I do not carp or analyse
As I might have when we dated.
Say I’m not bossy any more
Or, better still, convey it
Subtly, but get the point across.
Don’t say I said to say it.

 

Rondeau Redoublé

I know the rules and hear myself agree
Not to invest beyond this one night stand.
I know your patter: in, out, like the sea.
The sharp north wind must blow away the sand.

Soon my supply will meet your last demand
And you will have no further use for me.
I will not swim against the tide, to land.
I know the rules. I hear myself agree.

I’ve kept a stash of hours, just two or three
To smuggle off your coast like contraband.
We will both manage (you more easily)
Not to invest beyond this one night stand.

To narrow-minded friends I will expand
On cheap not being the same as duty free.
I’ll say this was exactly what I planned.
I know your pattern: in, out, like the sea.

It’s not as if we were designed to be
Strolling along the beach front, hand in hand.
Things change, of natural necessity.
The sharp north wind must blow away the sand

And every storm to rage, however grand,
Will end in pain and shipwreck and debris
And each time there’s a voice I have to strand
On a bare rock, hardened against its plea;
I know the rules.

 

Sophie Hannah (Manchester, 28 juni 1971)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Bij het wachten

Met welk een dorst raas je
naar je talloze ontmoetingen,
als was ik een stuk droog brood
bij de aanblik waarvan je meteen om water vraagt –

Met welk een gretigheid ga je uit eten
(als belichaamde ik de hongerdood),
terwijl de straathonden al als wolven keffen
en mijn ziel de seconden meet –

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 28e juni ook mijn blog van 28 juni 2020 en eveneens mijn blog van 28 juni 2019 en ook mijn blog van 28 juni 2018 en ook mijn blog van 28 juni 2014 deel 2.

Czeslaw Milosz, Thomas Frahm

De Poolse dichter, schrijver en Nobelprijswinnaar Czesław Miłosz werd geboren in Šeteniai op 30 juni 1911. Zie ook alle tags voor Czeslaw Milosz op dit blog.

Uit: Mijn katholieke opvoeding (Vertaald door Gerard Rasch)

“Slechts twee persoonlijkheden traden echt op de voorgrond. Beiden oefenden grote invloed uit en voerden onderling strijd om ons voor zich te winnen. Ze waren voorbestemd ons voor altijd te vergezellen, buiten het tijdsverloop. Toen ik op de universiteit De toverberg van Thomas Mann las, ontdekte ik dat dat boek over hen ging – als we de twist tussen de jezuïet Naphta en de humanist Settembrini belangrijker achten dan de geschiedenis van Hans Castorp. Ik kan er niets aan doen dat ik zulke literaire portretten geef. De werkelijkheid is soms verzot op zulke tegenstrijdigheden die uit boeken lijken gehaald. Onze Naphta had een rond, kwijnend jongensgezichtje, hij had ponyhaar en bewoog zich als een nederige dienaar van God, vaak met neergeslagen ogen. Je kon aan hem op geen enkele wijze zien waar en hoe hij geleefd had, voor hij priester werd, op het platteland of in de stad, in een aristocratische of een plebejische familie. In dit opzicht had hij weinig gemeen met andere priesters die we kenden. Een paar van hen verborgen onder hun soutane een wild en bewogen verleden als soldaat of vechtersbaas. Anderen werden gekenmerkt door de traagheid en hoekigheid van de bewoners van het platteland. Onze catecheet was waarschijnlijk grootgebracht in de schaduw van het kerkportaal, was altijd schichtig met gevouwen handen weggeglipt tussen de vergulde versieringen van de altaren. Als hij de zoon van een koster was dan was zijn uiterlijk geheel in overeenstemming met zijn afkomst.
De emoties van een felle, brandende ziel bewogen zijn onaanzienlijke lichaam. Dat kon je zien aan de bittere voren om zijn mond, de harde, blauwe blik onder zijn opgeslagen oogleden, de donkere blos van zijn geremde toorn. Het liefst was hij inquisiteur. Aan het trillen van een spier van het gezicht, aan de wijze waarop je het hoofd boog kon hij de bliksemschicht van een lasterlijke gedachte aflezen. Hij leefde in die dimensie waar onafgebroken waakzaamheid en spanning verplicht zijn, waar men elke seconde op een aanval van de duivel verdacht moet zijn. De zonde was niet alleen een overtreding van de geboden. De zonde vertakte zich; al nam ze de vorm aan van schijnbaar onschuldige spelletjes, ze reikte dieper en dieper. De Hamster (zo hadden we zijn naam verdraaid) hield er niet van dat we op de binnenplaats voetbalden; hij zag hierin een voorbode van onze naderende volwassenheid en dan móést de duivel wel zegevieren. Een zwaarder wordende stem in de tijd van de mutatie riep een reflex van walging in hem op, sigarettenrook beschouwde hij als een materieel teken van de aanwezigheid van de vijand: de sekse. Hij was aardig voor kinderen, maar toen we pubers werden en veranderden, demonstreerde hij met zijn gedrag in de klas dat hij met gevallen wezens te maken had.”

 

Czeslaw Milosz (30 juni 1911 – 14 augustus 2004)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Ouder worden

Ogen droog. Droog ook de huid.
Binnenkort is je lichaam het papier,
waarop jouw leven staat.

Maar niet elke rimpel is een karaktertekening.
Niet elke traanzak diep tragisch.
Niet al het vlees slap van nobele melancholie.

Voor een levensdoel Is weerstand nodig.
Opstand die niets onberoerd laat,
alles vastgrijpt en op zo’n manier samenbalt,

dat pijn en hartstocht je verslaan,
uit droge ogen grote tranen opwellen
en je papieren lichaam oplost in een lied,

waarvan jij eerder de tekst bent dan dat je de tekst slechts kent.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e mei ook mijn blog van 30 juni 2020 en eveneens mijn blog van 30 juni 2019 en ook mijn blog van 10 mei 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten Asscher, Thomas Frahm

De Nederlandse dichter, schrijver, vertaler en uitgever Maarten Asscher werd geboren op 29 juni 1957 in Alkmaar. Zie ook alle tags voor Maarten Asscher op dit blog.

Uit: De ontdekking van Rome

‘We willen graag allebei het lunchmenu,’ zei Marcel Houtsma, en klapte de kaart dicht. ‘Schenkt u daar een meursault bij. Doet u maar twee glazen, want er moet straks nog gewerkt worden.’
‘Het spijt me, meneer, maar de meursault gaat tegenwoordig uitsluitend per fles. Wel heb ik voor u een heerlijke…’
‘Doet u dan toch maar een flesje,’ interrumpeerde Houtsma. ‘Vriendelijk dank,’ voegde hij er nog aan toe, om aan te geven dat de huishoudelijke details wat hem betreft zo wel voldoende geregeld waren. Hij nam zijn leesbril af, klipte die in de borstzak van zijn jasje en richtte zich tot zijn tafelgezelschap: ‘Zo, en nu eerst het belangrijkste. Hoe is het met Babette en met de aanstaande meester in de rechten Hugo?’
Ze zaten in de erker van brasserie Rivière, het tweesterrenrestaurant van hotel Des Pays-Bas. Aangezien het hotel gebouwd is in de bocht die de Amstel bij binnenkomst van de oude stad maakt, kun je vanaf dit tafeltje naar twee kanten een eind over het water uitkijken, wat de plek iets royaals geeft. Vandaar dat Edgar en Marcel er graag zo nu en dan afspraken voor een lunch, om hun oude vriendschap op peil te houden en een beetje bij te praten over de dingen van de wereld.
‘Babette gaat prima, en ze is onvermoeibaar,’ meldde Edgar, en vouwde zijn servet over zijn bovenbenen uit. ‘Af en toe doet ze nog wel eens iets voor Hilversum, maar wat ze de laatste tijd aangeboden krijgt is vaak dezelfde soort rollen, dus houdt ze zich steeds meer met haar koor bezig.’
‘En Hugo?’
Vanuit zijn ooghoek zag Edgar hoe de ober aan het zijtafeltje routineus de zojuist aan Marcel getoonde wijnfles aan het openen was, waarbij zijn ellebogen als gekortwiekte vleugels op en neer wipten. ‘Jaaa, die doet nu zijn master. Hij neemt daar alle tijd voor. En gelijk heeft-ie. Maar op een gegeven moment zal hij toch het mooiste beroep ter wereld willen gaan uitoefenen.’ Na een korte pauze voegde Edgar nog toe: ‘Het zou kunnen dat hij zijn leerjaren in de praktijk eerst op een ander kantoor wil doormaken, voordat hij bij ons op de oude familiegrond komt werken.’
‘Verstandig,’ reageerde Marcel, en proefde het slokje van de wijn dat voor hem was ingeschonken. ‘Uitstekend,’ zei hij zonder aarzelen, waarop de ober de beide glazen vulde en op de zijtafel de fles in een koeler stak. Met een vlotte beweging knoopte hij een gestreken wit servet om de flessenhals heen. Intussen proostten de vrienden met een nauwelijks zichtbare hoofdknik.
‘Heerlijk. En jij,’ vroeg Edgar, ‘waren jullie met de jaarwisseling nog in Frankrijk, of gaan jullie later in het voorjaar nog?’

 

Maarten Asscher (Alkmaar, 29 juni 1957)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Out of Social Media

Mijn oude leren wandelschoen
heb ik met wat aarde opgevuld
en hem op het balkon gezet.
Nu groeit er gras in, en zie:
ook een paar weidebloemen.

Dat verandert niets aan de loop van de wereld
maar mijn zintuigen hebben een reden
wanneer op het web worldwide de shitstorms woeden,
niet te luisteren en niet te kijken

omdat analoge wandelaars en grazers
zo zachtjes en zo langzaam zijn
dat wie even niet kijkt,
in een oogwenk weinig overbodigs
van grote nutteloosheid
voor eens en altijd mist.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e juni ook mijn blog van 29 juni 2020 en eveneens mijn blog van 29 juni 2019 en ook mijn blog van 29 juni 2018 en ook mijn blog an 29 juni 2017 en eveneens mijn blog van 29 juni 2013 deel 2.

Sophie Hannah, Thomas Frahm

De Britse dichteres en schrijfster Sophie Hannah werd geboren in Manchester op 28 juni 1971. Zie ook alle tags voor Sophie Hannah op dit blog.

 

You Won’T Find A Bath In Leeds

From the River Cam and the A14
To the Aire and the tall Ml,
We left the place where home had been,
Still wondering what we’d done,
And we went to Yorkshire, undeterred
By the hearts we’d left down South
And we couldn’t believe the words we heard
From the lettings agent’s mouth.

He showed us a flat near an abbatoir
Then one where a man had died
Then one with nowhere to park our car
Then one with no bath inside.
With the undertone of cheering
Of a person who impedes,
He looked straight at us, sneeering,
‘You won’t find a bath in Leeds’.

‘We have come to Leeds from Cambridge.
We have heard that Leeds is nice.
A bath is seen in Cambridge
As an integral device,
So don’t tell me that a shower
Is sufficient to meet my needs,’
I said. I received a glower
And ‘You won’t find a bath in Leeds’.

He fingered a fraying curtain
And I said, ‘You can’t be sure.
Some things in life are uncertain
And that’s what hope is for.
One day I might meet Robert Redford
At Bristol Temple Meads.
I’ve found baths in Bracknell and Bedford
And I might find a bath in Leeds.’

He replied with a refutation
Which served to increase our pain
But we didn’t head for the station
Or run for a rescue train,
Though we felt like trampled flowers
Who’d been set upon by weeds.
We told him to stuff his showers
And we would find a bath in Leeds.

Some people are snide and scathing
And they try to undermine
Your favourite form of bathing
Or the way you write a line.
At night, while you’re busy praying
That your every plan succeeds,
There are killjoys somewhere saying,
‘You won’t find a bath in Leeds’.

A better definition
Might be reading all of Proust,
But the concept of ambition
Has been radically reduced.
While the London wits are burning
Their cash in the Groucho club,
In Yorkshire we’re simply yearning
To locate an enamel tub.

I win, Mr Bath Bad Tidings.
I have not one bath but two.
En-suite in the sweet West Ridings
And no bloody thanks to you.
I may never run fast, or tower
Over Wimbledon’s top seeds
Or hit sixes like David Gower
But I have found a bath in Leeds.

 

Sophie Hannah (Manchester, 28 juni 1971)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Gevonden voorwerpen

De straat is een ongesorteerd magazine.
Wat erin komt of eruit gaat – niemand weet het
noch wanneer de volgende levering komt.

Van bijna alles bestaan er slechts unieke exemplaren.
Aan het einde van mijn arm pas
worden ze – second hand?
Nee, second hand wordt vriendelijk weggegeven
en niet weggegooid, dus:
Afval!

Maar wat het ongeduld van het consumentenafval,
dat is het geluk van de oogvingers van de dichter.
Ongecensureerd betasten en ontvangen ze,
wat, vrijgelaten uit het nuttige detentiecentrum,
eindelijk vrij is, niets meer te moeten zijn,

alleen (als het wil)
die wens misschien die
mijn lieve, deze goed verstopte fee,
altijd op de vlucht voor mensen,
het hoort fluisteren.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 28e juni ook mijn blog van 28 juni 2020 en eveneens mijn blog van 28 juni 2019 en ook mijn blog van 28 juni 2018 en ook mijn blog van 28 juni 2014 deel 2.

Czeslaw Milosz, Thomas Frahm

De Poolse dichter, schrijver en Nobelprijswinnaar Czesław Miłosz werd geboren in Šeteniai op 30 juni 1911. Zie ook alle tags voor Czeslaw Milosz op dit blog.

Uit: Mijn katholieke opvoeding (Vertaald door Gerard Rasch)

“Het biologielokaal dat voorzien was van moderne microscopen, trok me aan, omdat daar die tak van wetenschap zetelde die voor mij het minst abstract was; zij betrof immers mijn bos- en jagerservaringen. We ontleedden bloedzuigers, bekeken het kloppende hart van een opengesneden kikker, met ingehouden adem draaiden we de micrometerschroef om de microscoop scherp in te stellen op een preparaat van plantaardige of dierlijke weefsels. Zoölogie, plantkunde en vervolgens biologie werden gegeven door een docent medicijnen van de plaatselijke universiteit. Hij was gespecialiseerd in de cytologie, de leer van de cellen. Mager en met een gele huidkleur leek hij een brommerige leverpatiënt, maar hij hield van zijn vak en was in staat dat op ons over te brengen. Hij richtte een club voor natuurliefhebbers op, waar ik als een van de enthousiastelingen eerste viool speelde. Ik beperkte me niet tot de lessen en leerboeken, maar gebruikte ook vakliteratuur. Halverwege de school, in de vierde klas, hield ik mijn eerste lezing: over de natuurkeus van de soorten en Darwin. Toen begon juist mijn crisis, al werd deze vertraagd door het vele extra-werk dat mijn koninkrijk van aquaria, glazen en kooien met vogels of witte muizen mij bezorgde. Aan één ding twijfelde ik niet: dat mijn toekomstige beroep al vaststond en dat ik natuurwetenschapper zou worden. Had iemand mij voorspeld, dat ik later mijn roeping zou verraden, dan had het vooruitzicht mij met afgrijzen vervuld.
Ik moet nu even ingaan op de achtergronden voor de ontwikkeling van onze sympathieën en antipathieën. Van alle schreeuwende, onverzorgde gezichten hielden in de ogen van de leraren zeker slechts een paar een toekomstbelofte van individualiteit in. Op dezelfde wijze bestond de Olympus van opvoeders voor ons uit enige protagonisten en een koor. De mindere goden waren opmerkelijk vanwege hun vreemde kuren. Onze leraar aardrijkskunde bijvoorbeeld, bijgenaamd de Gorilla, personifieerde voor ons om de een of andere reden het verleden en was waarschijnlijk ook leraar geweest, toen het gymnasium nog Russisch was. Een boom van een vent, een zwarte smoel, zwarte snor, met een streepjesbroek en een jacquet. Hij liet zich plompverloren op zijn stoel vallen en geeuwde vreselijk. Dan konden we zijn schijnbaar zwarte verhemelte zien; bij honden betekent dit een boosaardig karakter, hetgeen bij hem in ieder geval bleek te kloppen. Hij stak meteen iedereen aan met zijn verveeldheid en dit ontketende een hels lawaai. Omdat hij te lui was woorden te gebruiken beschreef hij, op iemand wijzend, nonchalant een halve cirkel in de lucht. De aangewezene kwam naar voren en ging in de hoek staan. Aan het eind van de les waren de banken bijna ontvolkt. Deze leraar of de historicus grootvader Kalasjeuski, die een sterk Wit-Russisch accent had, werden echter als tweederangsfiguren beschouwd; dergelijke leraren wisselden elkaar snel af.”

 

Czeslaw Milosz (30 juni 1911 – 14 augustus 2004)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Wandeling met kinderen

Aan de fijne takken onder het hart
rijpt de zoete peer van verrukking.
De lucht is blauw. Wij besluiten
om hem met notenbomen te beschilderen,
zodat het eekhoorntje
(dat met de zwarte staart)
erin kan springen en kraken
de harde schil van de sterren.

Jullie zachte handjes
liggen warm in die van mij,
als bebroede eieren.
Binnenkort zullen ze uitkomen,
de kuikens van de verrassing,
pluizig en geel,
en naar sterren scharrelen
als naar gevallen noten.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e mei ook mijn blog van 30 juni 2020 en eveneens mijn blog van 30 juni 2019 en ook mijn blog van 10 mei 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Maarten Asscher, Thomas Frahm

De Nederlandse dichter, schrijver, vertaler en uitgever Maarten Asscher werd geboren op 29 juni 1957 in Alkmaar. Zie ook alle tags voor Maarten Asscher op dit blog.

Uit: Een uitgelezen dag

“Ik zou graag zien dat u deze brief als een open sollicitatie wilt opvatten, bij voorkeur naar een positie als hoogleraar aan een der Nederlandse universiteiten, liever nog buitengewoon hoogleraar, vrijgesteld van onderwijs, waarmee tot uitdrukking komt dat mijn benadering van de moderne beschavingsgeschiedenis van de mens allerminst gewoon te noemen is. Ik kan mij dan geheel aan de voortzetting van mijn onderzoeksprogramma wijden.
Een curriculum vitae zal ik u besparen. Mijn precieze levensloop is ook weinig ter zake. Ik ben zelf helaas op een zaterdag geboren, maar dat doet meen ik niet af aan de inhoudelijke merites van mijn wetenschappelijke visie. U moet weten dat mijn vader jarenlang journalist was bij een keurige Rotterdamse krant, en daardoor heeft hij op zondag nooit iets betekenisvols kunnen verrichten, aangezien er op die dag in Nederland geen krant te maken valt. Maar zoals gezegd, mijn persoonlijke achtergrond is niet van belang. Het gaat om mijn ideeën.

Welnu, Hooggeleerde Dames en Heren, op het eerste gezicht lijkt het alsof de zondag altijd een kalme dag is, alsof de mensen hun bijbelse rustdag cultiveren en hun die ook niet ontnomen wordt. Maar naar mijn overtuiging is die zogenaamde zondagsrust bedrieglijk.
Als een dier ogenschijnlijk rustig zit, voert het iets in zijn schild. Stilzittende spinnen, onbeweeglijke krokodillen, turende poezen, roofvogels die op één plek in de lucht hangen, alle gebruiken zij de schijnbare rust, die aan anderen veiligheid suggereert, als camouflage voor en voorbereiding op hun meest energieke en gewelddadige acties. Zo is het ook met de wereld in het groot. De zogenaamde stilte die de Dag des Heren ons biedt, wordt door de Voorzienigheid zelf, of zo u wilt door het Noodlot, gebruikt als dekmantel voor het laten plaatsvinden van de grootste en meest invloedrijke gebeurtenissen. Het zou kunnen, daarin hoop ik mij tijdens mijn Hoogleraarschap nader te verdiepen, dat de lichte ingeslapenheid en onoplettendheid van de wereld de kansen op werkelijk belangrijke gebeurtenissen groter maakt. Het is eveneens mogelijk dat het simpelweg in de orde der dingen ligt dat op de zevende dag, als de Schepper zijn allesoverheersende werk heeft stilgelegd, de inheemse en goddeloze krachten van de natuur zelf aan het werk slaan en hun greep op de loop der dingen hernemen.
Hoe dit ook zij, ter voorbereiding op mijn wetenschappelijke arbeid aan een van de onder uw Academie ressorterende universiteiten, wil ik u graag in het kort mijn interpretatie van de wereldgeschiedenis voorleggen. Ik doe dat in de vorm van een korte samenvatting van een uitvoeriger analyse, zoals ik die in het kader van mijn aanstaande functie hoop uit te werken. Ik begin weer even bij een ander begin.”

 

Maarten Asscher (Alkmaar, 29 juni 1957)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Jeugd

Het individualisme neemt toe
in een rattentempo. Jij hebt
de ultieme piercing.
Met dat vod dat je net hebt gekocht
jaag je, met de speed van opgeslokte pillen,
van vrijdag tot zondag op het leven.
Tussen acid en aspirine
danst je DNA
in de petrischalen
van de hipste clubs.

ik mis het niet
dat de mens niet goed is –
ik mis de goedheid.
Daarin los ik op,
sneller dan welke pil dan ook.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e juni ook mijn blog van 29 juni 2020 en eveneens mijn blog van 29 juni 2019 en ook mijn blog van 29 juni 2018 en ook mijn blog an 29 juni 2017 en eveneens mijn blog van 29 juni 2013 deel 2.

Sophie Hannah, Thomas Frahm

De Britse dichteres en schrijfster Sophie Hannah werd geboren in Manchester op 28 juni 1971. Zie ook alle tags voor Sophie Hannah op dit blog.

 

The Good Loser

I have portrayed temptation as amusing.
Now he can either waver or abstain.
His is a superior kind of losing
And mine is an inferior brond of gain.

His sacrifice, his self-imposed restriction
Will get through this controversy intact
For his is a superior kind of fiction
And mine is an inferior brand of fact.

I have displayed my most attractive feature
And he his least, yet still the match seems odd.
For I am a superior kind of creature
And he is an inferior brand of god

And if he cuts me off without warning
His is the book from which I’ll take a leaf
For his is a superior kind of mourning
And ours a most inferior brand of grief.

 

Wells-Next-the-Sea

I came this little seaside town
And went a pub they call The Crown
Where straight away I happened see
A man who seemed quite partial me.
I proved susceptible his charms
And fell right in his open arms.
From time time, every now and then,
I hope meet up with him again.

 

The During Months

Like summer in some countries and like rain
in mine, for nuns like God, for drunks like beer,
like food for chefs, for invalids like pain,
You’ve occupied a large part of the year.

The during months to those before and since
would make a ratio of ten to two,
counting the ones spent trying to convince
myself there was a beating heart in you

when diagrams were all you’d let me see.
Hearts should be made of either blood or stone,
of both, like mine. There’s still December free –
the month in which I’ll save this year, alone.

 

Sophie Hannah (Manchester, 28 juni 1971)

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Handen, vandaag – en morgen

Laten we de geschiedenis
ingaan. Maar waarmee?
Onze handen zijn leeg
na de transformatie van de wereld
in goederen.
……………………Neurotisch
worden onze handen
wanneer ze dit overvolle
magazijn om zich heen betasten.
,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,Zij voelen
zich gedwongen te kiezen.
……………………………………………Maar

ze weten niet wat ze nu moeten doen.
Voor wie? Waar? En waarom?
Zonder sigaret, zonder koffie
lijken ze allebei al veel op
langdurig werklozen.
………………………………….Grijs geworden,
beginnen ze te trillen.

Bekijk ze goed als je ze
uit je zak haalt. Ze worden
kleiner en kleiner. Spoedig
groeien ze van binnenuit
je schedel in, om daar
een verschrikkelijke opstanding te vieren.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 28e juni ook mijn blog van 28 juni 2020 en eveneens mijn blog van 28 juni 2019 en ook mijn blog van 28 juni 2018 en ook mijn blog van 28 juni 2014 deel 2.

Czeslaw Milosz, Thomas Frahm

De Poolse dichter, schrijver en Nobelprijswinnaar Czesław Miłosz werd geboren in Šeteniai op 30 juni 1911. Zie ook alle tags voor Czeslaw Milosz op dit blog.

Uit: Mijn katholieke opvoeding (Vertaald door Gerard Rasch)

“Gedurende de acht jaar dat ik op school ging, begon elke dag met een gebed en het lied ‘Wanneer de morgenstond aanbreekt’.1. Alle klassen verzamelden zich dan samen met de leraren op de lange, brede gang. Alleen de weinig talrijke andersdenkenden waren vrijgesteld: joden, karaïeten, mohammedanen, Grieks-katholieken en protestanten. Ik denk dat ze, buiten de gemeenschap staand, zich enigszins voor schut voelden gezet.
Waskaarsen en witte kleren bij de eerste communie, de geur, de blauwe walm van wierook, het schitteren van het misgewaad en de monstrans, het rommelen van de maagholte wanneer je nog nuchter uit de kerk kwam, de opwinding van de herkregen reinheid. De lijst van de zonden gaf aanleiding tot misverstanden, vooral in de rubriek ‘onreinheid’. Als ik daar het voortbrengen van onsmakelijke geluiden uit mijn achterste onderbracht, dan kon ik door de spijlen van de biechtstoel opmerken dat de pastoor op een rare manier ineenkromp en zich op zijn lippen beet, hetgeen betekende dat ik ontactisch was geweest. Maar al die plichten en rituelen kon ik niet abstract benaderen, ze handhaafden zich op eigen kracht, alsof ze tot de orde van de natuur hoorden. Juist daarom waren ze zo sterk en lieten zo lang hun sporen in me achter.
Het godsdienstonderwijs dat in het begin niet meer was dan het vertellen van geschiedenissen uit de bijbel, werd gaandeweg een ernstige zaak. Het cijfer dat de godsdienstleraar gaf, had een beslissende invloed op het eindrapport. Van leerlingen die hij verdacht van anarchistische en opstandige neigingen, eiste hij meer en meer. De disciplines waarin hij onderwees deden qua niveau echter nauwelijks onder voor wat men op het klein seminarie moest leren. Met die intellectuele verwikkelingen kreeg ik te maken in een tijd dat het in mijn hoofd al wemelde van syllogismen.
De katholieke doctrine is erg moeilijk, omdat ze zogezegd geologische lagen bezit. De naïeve vragen en antwoorden van de catechismus geven aanvankelijk geen aanleiding te vermoeden dat hun verhouding tot hetgeen achter hen schuilgaat min of meer beantwoordt aan de verhouding van een plant met het kokende centrum van onze planeet. Maar nauwelijks heb je de opperhuid afgestroopt, of je stoot al op de valstrikken die geleerde geesten daar voor elkaar hebben opgesteld. De jeugdige ontdekkingsreiziger probeert zich soms als een gevangen haas uit de val te bevrijden. En deze beproeving wordt absoluut niet makkelijker, wanneer er twee gesloten systemen op elkaar botsen, die schijnbaar immuun voor elkaar zijn: het religieuze systeem strijdt met het wetenschappelijke dat pas in de renaissance zijn aanspraken begon te formuleren.”

 

Czeslaw Milosz (30 juni 1911 – 14 augustus 2004)
Illustratie door Andrea Ventura

 

De Duitse dichter, schrijver, uitgever en vertaler Thomas Frahm werd geboren op 29 juni 1961 in Homberg. Zie ook alle tags voor Thomas Frahm op dit blog.

 

Crash

Onze liefde duurt nu drie weken,
20 beluren en bedraagt
ongeveer 300 euro.

Ik heb je aan de telefoon in slaap gewiegd,
je eenzame, lange haar
getroost en overal kusjes
achtergelaten om de weg naar huis te vinden,
van geurstof tot geurstof terug
op mijn wanhopige vlucht naar het zuiden.

Maar bij het tiende lied dat je voor me zong
ben ik gecrasht
op deze zeestraat net voor Sicilië.
Blind en verdoofd –
geen pijn bij deze klap.

Een verschil
tussen vliegen en zwemmen
kan ik je nu
ook niet meer noemen.

Ik heb je nog nooit gezien, mijn lief.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Thomas Frahm (Homberg, 29 juni 1961)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e mei ook mijn blog van 30 juni 2020 en eveneens mijn blog van 30 juni 2019 en ook mijn blog van 10 mei 2018 deel 1 en eveneens deel 2.