De Nederlandse dichter en schrijver Jacob Cats werd geboren op 10 november 1577 in Brouwershaven. Zie ook alle tags voor Jacob Cats op dit blog.
Een rijk van dwang en duurt niet lang
Als de most, te nauw bedwongen,
Lijdt en worstelt, lijdt en zucht,
Zonder adem, zonder lucht,
Zie, dan doet hij vreemde sprongen;
Zie, dan riekt de ganse vloer
Naar de dampen van de moer:
Alle banden, alle duigen,
Die het vrij, het edel nat
Hielden in het enge vat,
Moeten wijken, moeten buigen
Voor de krachten van de wijn,
Hoe geweldig dat ze zijn.
Als een koning vrije lieden,
Op een ongewone voet,
Uit een trotse overmoed,
Al te vinnig wil gebieden;
Daar en is geen twijfel aan,
Of ’t en moet er kwalijk gaan.
Strenge prinsen, harde vorsten,
Die met al te nauwe band
Drukken op het ganse land,
Doen het al in stukken borsten;
Want een rijk van enkel dwang
Duurt gemeenlijk niet te lang.
Behartenswaardige les van vader Cats
Gelukkig is de mens, die als hij gaat te bed,
Zijn rekening met God gedurig effen zet.
Gelukkig is de mens, die, als het licht begint,
In zijn verlichte geest een nieuwe wereld vindt.
Niet en kan er beter passen, als dat ’t samen is gewassen
Il n’y a que les premiers amours
Als van twee gepaarde schelpen
D’ ene breekt, of wel verliest,
Niemand zal u kunnen helpen ¬
Hoe men zoekt, hoe nauw men kiest ¬
Aan een, die met effen randen
Juist op d’ ander passen zou.
D’ oudste zijn de beste panden,
Niet en gaat voor d’ eerste trouw;
D’ eerste trouw, die leert het minnen,
D’ eerste trouw is enkel vreugd,
D’ eerste trouw die bindt de zinnen,
Zij is ’t bloempje van de jeugd.
Maar mijn oordeel: twee-maal trouwen
Dat is veel niet zonder pijn;
Drie maal kan niet als berouwen,
Want hoe kan er liefde zijn?
Houd uw eerste lief in waarde,
eer ze met een volle zin;
’t Is een Hemel op aarde,
Zo je paart uit rechte min.
De Duitse dichter, schrijver en vertaler Werner Söllner werd geboren op 10 november 1951 in Arad, Roemenië. Zie ook alle tags voor Werner Söllner op dit blog.
Tweede natuur
Verbaasd
over het uithoudingsvermogen waarmee levende wezens
leven, over de verbeelding
van de scheuten, zie ik hoe de tuin
langzaam verwildert.
Ik weet het, zonder enig recht er
te zijn ben ik hier. Opzegbaar zonder opzegtermijn
zit ik bij het hek, argeloos klaar
gemaakt onder een vreemde ster, ontboden
in de huid, dit unieke verhaal,
en bereid me voor terwijl
de vlijtige buurman het gras
van het mes veegt zodat het
niet roest.
In het gehuurde paradijs noem ik
niets noemenswaardigs mijn eigendom, alleen
een machteloze soort liefde die vreemdgaat
met de dood, alleen die paar bij elkaar geraapte
letters waar ik op zit, alleen
de herinnering, het vlijtig liesje
van mijn vergissingen, gestaag groeiende
twijfel, mijn tweede natuur.
Zeker, ook verdrietig geworden
op natuurlijke wijze toen ik ontwaakte
en de bloedrode sleutel in het gras
zag zonder te kunnen bukken. Zou
ik weten wie dat gedaan heeft, dan zou ik
erop afgaan. Maar zo blijf ik, ongevraagd
vol verbazing bij het hek, zo buk ik mij
voorlopig over een blad, verliefd
op iets zonder hoop
op meer.
Vertaald door Frans Roumen
Zie voor nog meer schrijvers van de 10e november ook mijn blog van 10 november 2018 deel 1 en eveneens deel 2.