De Zuid-Afrikaanse schrijver en dichter Breyten Breytenbach werd geboren op 16 september 1936 in Bonnievale. Zie ook mijn blog van 16 september 2010 en eveneens alle tags voor Breyten Breytenbach op dit blog.
ode aan taal
vogelen
ik wil je openvouwen als een vleugel
kijken hoe sterk de penneveren nog vloeien
de leefrimpels van je hart
van mond naar hand voelen popelen
zien hoe je als een schip
het vaarwater laat bloeien
met de vlucht van de zon
voor je als een schaduw uit de mouw
weer aan je nachtwerk begint:
schaduw in de tuimelende ruimtezerk
van steen
het laatste gedicht
het laatste gedicht is dat
met het minste gewicht
want het is een weg en een weggaan
in beweging
en belichaamd in vervlieding
het uiteindelijk bekende gezicht
van anonimiteit van een leven
in verleefde beweging
het laatste gedicht paart niet
het heeft geen afsluiting met punt
of vraagteken
want de slotregel is slechts een sluis
is altijd een optie
op het opzeggen voor altijd
het opengaan van de passage
naar opgaan in beweegzingen
het laatste gedicht is het zichtbaar
maken van het overgaan
van dansende tekens naar de bevrijding
van onzichtbaarheid
land van genade en verdriet
I
tussen jou en mij
hoe verschrikkelijk
hoe wanhopig
hoe vernietigend breekt het tussen jou en mij
zoveel verwonding in ruil voor waarheid
zoveel verwoesting
zo weinig is overgebleven om voor te overleven
waar gaan we heen van hier?
je stem slingert
woedend
langs de kil snerpende zweep van mijn verleden
hoe lang duurt het?
hoe lang voor een stem
een ander bereikt
in dit land dat zo bloedend tussen ons ligt
Breyten Breytenbach (Bonnievale, 16 september 1936)
De Nederlandse schrijver Frans Kusters werd geboren in Nijmegen op 16 september 1949. Zie ook alle tags voor Frans Kusters op dit blog en ook mijn blog van 16 september 2010.
Theo
Het gaat de laatste tijd niet goed met hem. Zeg maar, beroerder dan ooit. En dan te bedenken dat hij een week of wat geleden in het Provinciehuis tot ondernemer van het jaar van de regio (Oost-Betuwe) werd uitgeroepen. Jezus, wat is er die avond gehesen. Wij, Theo’s maten van
De Kolibrie, hadden zo’n reusachtige taart besteld met een striptease-danseres erin. Nog zie ik Ilse met beide handen in de armleuningen van haar rolstoel knijpen, toen dat grietje met haar tanden zijn gulp open probeerde te krijgen. Wij bescheurden het natuurlijk, wat konden we anders, al heb ik Ilse later wel mijn excuses aangeboden. Wat tot mijn spijt niet van alle jongens gezegd kan worden. Maar die prijs was volkomen terecht. Precies zoals die ene gedeputeerde in zijn toespraak beweerde. Theo is vijftien jaar geleden met niets begonnen. Nou ja, met een berg roest in een half verrotte schuur waar zijn ouweheer met trillende handen wel eens een bandje plakte, als de wind meezat. Tegenwoordig staat meneer aan het hoofd van meer dan 35 Happy Bikers Homes. Dringt het tot je door? Theo geeft leiding aan een keten. En die keten heeft weer belangen in andere ketens. Maar enfin, sinds zijn uitverkiezing is hij heel vreemd gaan doen.
Belachelijk gewoon, zoals hij zich toetakelt. Als nummer 1 van de oostelijke Betuwe mag hij meedoen aan de landelijke uitverkiezing. Die is volgende maand. In het Sonesta Hotel in Amsterdam. Ken je die plastic hulzen die je om de rand van de wc-pot klemt? Die had hij om zijn oren hangen, toen hij laatst in De Kolibrie arriveerde. In plaats van zeep had hij er blauwe bloemetjes in gepropt, lelietjes-van-dalen of zo. ‘Staan je enig, Theo’, zeiden wij, ‘die nieuwe bakkebaarden van je’. De keer daarop kwam hij in een soort zwanenpak aanzetten. Op paarse zwemvliezen. En met een zonnebril met ruitenwissertjes.
Theo noemt zich conceptualist. Hij denkt dat hij in Amsterdam afgaat als een gieter, als hij alleen maar succesvol ondernemer blijkt te zijn. Dat er op landelijk niveau veel en veel meer bij komt kijken. Hij wil niet afgaan, hij wil winnen. Daarom is Theo beeldend kunstenaar geworden.
Frans Kusters (16 september 1949 – 20 november 2012)
Cover
De Amerikaanse schrijver James Alan McPherson werd geboren op 16 september 1943 in Savannah, Georgia. Zie ook mijn blog van 16 september 2010 en eveneens alle tags voor James Alan McPherson op dit blog.
Uit: A Region Not Home: Reflections from Exile
“In recent years I have realized that my friend, whom I now respect even more, was speaking from the perspective of a tactician. He viewed the situation in strict bread-and-butter terms: a commitment had been made to redefine the meaning of democracy in this country, certain opportunities and the freedom they provided. From his point of view, it was simply a matter of fulfilling a contractual obligation: taking full advantage of the educational opportunities that had been offered to achieve middle-class status in one of the professions. But from my point of view, one that I never shared with him, it was not that simple. Perhaps it was because of the differences in our generations and experiences. Or perhaps it was because each new generation, of black people at least, has to redefine itself even while it attempts to grasp the new opportunities, explore the new freedom. I can speak for no one but myself, yet maybe in trying to preserve the uniqueness of my experience, as I tried to do in Elbow Room, I can begin to set the record straight for my friend, for myself, and for the sake of the record itself.
In 1954, when Brown v. Board of Education was decided, I was eleven years old. I lived in a lower-class black community in Savannah, Georgia, attended segregated public schools, and knew no white people socially. I can’t remember thinking of this last fact as a disadvantage, but I do know that early on I was being conditioned to believe that I was not supposed to know any white people on social terms. In our town the children of the black middle class were expected to aspire to certain traditional occupations; the children of the poor were expected not to cause too much trouble.”
James Alan McPherson (Savannah, 16 september 1943)
De Amerikaanse schrijver Michael Nava werd geboren op 16 september 1954 in Stockton, Calefornië. Zie ook mijn blog van 16 september 2010 en eveneens alle tags voor Michael Nava op dit blog.
Uit: The Little Death
“The stink was a complex odor of ammonia, unwashed bodies, latrines, dirty linen and cigarette smoke compounded by bad ventilation and mingled with a sexual musk, a distinctive genital smell. The walls were faded green, grimy and scuffed. The floor, oddly enough, was spotless. The trusties mopped it at all hours of the day and night. Busy work, I suppose.
Everyone in the public defender’s office avoided the jail rotation. If the law was a temple, it was built on human misery and jails were the cornerstones. I minded the jail less than most, finding it – psychologically, at least – not so much different from a courtroom. So much of crime and punishment consisted of merely waiting for something to happen, for a case to move. But it was different, the jail, from the plush law school classroom, just a few miles away, from which I graduated ten years earlier determined to do good, to be good. I achieved at least one of those things. I was a good lawyer, and most days that was enough. I was aware, however, that I took refuge in my profession, as unlikely as that seemed considering the amount of human suffering I dealt with. It offered me a role to escape into, from what I no longer knew; perhaps nothing more significant than my own little ration of suffering.
I went into my office, a small room tucked away at the end of a corridor and where it was almost possible to hear yourself think. I picked up a sheaf of papers, arrest reports and booking sheets, the night’s haul. There was the usual array of vagrants and drunk drivers, a couple of burglaries, a trespass. One burglary, involving two men, was the most serious of the cases so I gave if special attention. The two suspects were seen breaking into a car in the parking lot of a Mexican restaurant on El Camino. The police recovered a trunkful of car stereos, wires still attached. The suspects were black men in their early twenties with just enough by way of rap sheets to appeal to a judge’s hanging instinct. I gathered the papers together and went into the booking office.”
Michael Nava (Stockton, 16 september 1954)
De Amerikaanse schrijver Justin Haythe werd geboren op 16 september 1973 in Londen. Zie ook mijn blog van 16 september 2008 en ook mijn blog van 16 september 2010
Uit: The Honeymoon
“I found it slow except for one gripping sequence when Marcel sits on a log with a spectacular view of a dam behind him. As he discusses the terrible outbreak of disease amongst an Indian tribe who worked on the dam with migrant labourers from San Paulo, he carefully inches the peel from an orange. He takes great care to keep it all in one piece. When he succeeds, he looks at the peel and nods with satisfaction before tossing it into the bushes.
He had agreed to let Maureen and me live in his home while he was away making his next film. His daughter lived in an apartment on the ground floor. Claudia was twenty-seven years old, five years younger than Maureen. He said she would keep an eye on us.
When Maureen went out to dinner or to the theatre in the evenings, she paid Claudia to come upstairs and look after me. Claudia was tall and exceptionally long-limbed, her torso nothing more than a hesitation between arms and legs. When she rose from sitting contorted on the couch, she unfolded to a startling height. Her mother was Venezuelan, but something besides foreignness was foreign between us. Aside from the desk, all that remained as evidence that she had spent her childhood in the apartment was the piece of coloured glass hung from the window frame in the room where I slept, and a small brass travel frame, the size of a matchbox, that sat on Marcel’s desk. The frame opened like a locket and contained two photographs: on one side, a young unsmiling Claudia wearing a pair of swimsuit bottoms at the edge of the ocean; on the other, a lean, happy-looking Marcel against an identical background. The pictures were taken on the same afternoon, roughly in the same spot, as if this had been the only afternoon they had ever spent together.”
Justin Haythe (Londen, 16 september 1973)
De Frans-Zwitserse kunstenaar, dichter en schrijver Hans (Jean) Arp werd geboren op 16 september 1886 in Straatsburg. Zie ook mijn blog van 16 september 2010 en eveneens alle tags voor Hans Arp op dit blog
Die Herzen sind Sterne (Fragment)
Die Herzen sind Sterne,
die im Menschen blühen.
Alle Blumen sind Himmel.
Alle Himmel sind Blumen.
Alle Blumen glühen.
Alle Himmel blühen.
Ich spreche kleine, alltägliche Sätze
leise für mich hin.
Um mir Mut zu machen,
um mich zu verwirren,
um das große Leid, die Hilflosigkeit,
in der wir leben, zu vergessen,
spreche ich kleine, einfältige Sätze.
Die Meere sind Blumen.
Die Wolken sind Blumen.
Die Sterne sind Blumen,
die im Himmel blühen.
der Mond ist eine Blume.
Der Mond ist aber auch eine große Träne.
Alle Blumen blühen für dich.
Alle Herzen glühen für dich.
Hans Arp (16 september 1886 – 7 juni 1966)
Zie voor nog meer schrijvers van de 16e september ook mijn vorige blog van vandaag.