Francisco Ayala, Bredero, P.C. Hooft, Sully Prudhomme

De Spaanse schrijver Francisco Ayala werd geboren op 16 maart 1906 in Granada. Zie ook mijn blog van 16 maart 2009 en ook mijn blog van 16 maart 2010.

 

Uit: Wie Hunde sterben (Muertes de perro, vertaald door Erna Brandenberger) 

 

„Und dennoch: Wer sagt ihnen, daß nicht mein Name, der Name Luis Pineda, ausgerechnet der unbedeutende Pinedito, zu guter Letzt über alle Köpfe hinweg berühmt werden wird, und dies nur dank seinem einzigen Verdienst, Dokumente vor der Zerstörung gerettet zu haben, deren Wichtigkeit

heute noch niemand erkennt und die deshalb niemand beachtet …? Ganz im stillen hebe ich sie auf, um dann, wenn die Zeit gekommen ist, den Ablauf der gegenwärtigen Ereignisse niederzuschreiben; es ist merkwürdig, daß die Ereignisse selbst sie mir mit einem zufälligen Windstoß in die Hände spielen. Wenn die Horden nicht mehrere Gesandtschaftsgebäude überfallen hätten, so wären die vom Winde verwehten Papierfetzen aus ihren Archiven, die ich nun vor mir liegen habe, ja gar nicht in meinen Beständen gelandet. Ohne die Plünderung des Klosters Santa Rosa, dessen Äbtissin für eine Nacht in der Botschaft von Spanien unterkam – jene wurde später von einer entfesselten Meute verwüstet –, wäre das dicke Bündel Briefe und Entwürfe, das ich in meinen Ordnern hüte, nicht in meinen Besitz und in meine Obhut gelangt … Und wie diese gibt es viele weitere Schriftstücke – darunter auch etliche recht drastische –, die ich bis heute zugunsten der Zeitläufte zusammenzutragen und zu ordnen vermochte.“

 


Francisco Ayala (16 maart 1906 – 3 november 2009)

 

 

De Nederlandse dichter en toneelschrijver Gerbrand Adriaensz. Bredero werd geboren op 16 maart 1585 in Amsterdam.

Vroeg in de dageraad

Vroeg in de dageraad de schone gaat ontbinden
de gouden blonde tros, citroenig van koleur,
gezeten in de lucht recht buiten d’ achterdeur,
waar groene wijngaardloof ooit lauwe muur beminde.

Dan beven amoureus de liefelijkste winden
in ’t gele zijig haar en groeten met een geur
haar goddelijk aanschijn opdat ze deze keur
behield van dagelijks zich daar te laten vinden.

Gelukkig is de kam, verguld van elpenbeen,
die deze vlechten streelt, dit waardig zijnd’ alleen;
gelukkiger het snoer dat in haar dikke tuiten
mijn ziele mee verbindt en om ’t hoofd gaat besluiten,
hoewel ik ’t liever zie wild-golvend naar zijn jonst:
het schone van natuur passeert toch alle konst.

 

Gerbrand Bredero (16 maart 1585 – 23 augustus 1618)

Bredero momument van Piet Esser (1968), Geldersekade

 

 

 

De geschiedkundige, dichter en toneelschrijver Pieter Cornelisz. Hooft werd geboren in Amsterdam op 16 maart 1581.

 

Ik schouw de wereld aan

 

Ik schouw de wereld aan,

En naar gewoonte gaan

Zie ik vast alle dingen,

Zij zijn dan groot of kleen;
Maar ik helaas! alleen

Blijf vol veranderingen.

 

De dag die voert de nacht,

Het windje wispelt zacht,

Over de groene dallen,

Het woud de bergen siert;

Maar ik ben heel verkiert,

En blijf verkiert in allen.

 

De zon, naar d’oude sleur,

De dode kruiden, deur

Zijn hitte, doet verrijzen,

Die doen haar open blij;

Maar wie kan toch in mij

Levendig leven wijzen?

 

Het teder zwakke gras,

En ’t vrolijke gewas

Gedijt bij dauw en regen,

Die ’t dorstig aardrijk voedt;

Maar wat dat mij ontmoet,

’t is nimmermeer te degen.

 

Het wild gedierte springt

’t gevogelt dertel zingt,

De wufte nimfen vlijen

Bebloemd haar aan de dans;

Maar kruid noch rozenkrans

verdrijft mijn fantasijen.

 


Pieter Cornelisz. Hooft (16 maart 1581 – 21 mei 1647)

 

 

De Franse schrijver en dichter Sully Prudhomme (eig. René François Armand Prudhomme) werd geboren op 16 maart 1839 in Parijs.

Aux poètes futurs

Poètes à venir, qui saurez tant de choses,
Et les direz sans doute en un verbe plus beau,
Portant plus loin que nous un plus large flambeau
Sur les suprêmes fins et les premières causes ;

Quand vos vers sacreront des pensers grandioses,
Depuis longtemps déjà nous serons au tombeau ;
Rien ne vivra de nous qu’un terne et froid lambeau
De notre oeuvre enfouie avec nos lèvres closes.

Songez que nous chantions les fleurs et les amours
Dans un âge plein d’ombre, au mortel bruit des armes,
Pour des coeurs anxieux que ce bruit rendait sourds ;

Lors plaignez nos chansons, où tremblaient tant d’alarmes,
Vous qui, mieux écoutés, ferez en d’heureux jours
Sur de plus hauts objets des poèmes sans larmes.


Sully Prudhomme (16 maart 1839 – t september 1907)
 

Een jonge Sully Prudhomme

 

 

Zie voor de drie bovenstaande schrijvers ook mijn blog van 16 maart 2007en ook mijn blog van 16 maart 2008 en ook mijn blog van 16 maart 2009en ook mijn blog van 16 maart 2010.