Herman de Coninck, Chuck Palahniuk, Hans Andreus, Wystan Hugh Auden, Laure Limongi, Justus van Effen

De Vlaamse dichter, essayist, journalist en tijdschriftuitgever Herman de Coninck werd geboren in Mechelen op 21 februari 1944. Zie ook alle tags voor Herman de Coninck op dit blog.

 

Twee

Destijds in kinderspelletjes kon je,
bv. als je veter was losgeraakt,
gewoon ’twee’ zeggen, en dan stond je
even buitenspel, niemand mocht je dan nog aantikken.

Voor jou had dat moeten blijven gelden.
Dat je ’twee’ zei, ‘ik ben even
mijn man kwijt’, en dat die laatste tien jaar
dan niet hoefden mee te tellen.

Of dat je, in plaats van te sterven,
gewoon verstoppertje speelde
en dat we je nog steeds
niet hadden gevonden.

 

Wraak

Ik sta geregistreerd. Geboorte, plaats, tijd.
Ik sta voor zowat één kilo papier:
geboorteakte militie, verhuizen van daar naar hier,
politieke sympathieën, vakbondsaangehorigheid.

Daarom ben ik op zoek naar een plek op de
grens van drie naties.
Daar wil ik dan sterven.
Want ik wil met mijn dood op z’n minst het
plezier bederven
van een stuk of twintig administraties.

 

Huurcontract

Misschien rust op dit huwelijk geen levenslange zegen,
maar wel het soort zekerheid
van een te hernieuwen huurcontract
drie-zes-negen.
We zijn binnen voor de regen
van melancholie.

Misschien is dat minder passionant
dan vroeger, als je klaarkomt vraag ik ‘wablieft’
en grappen in die trant.
Maar ik heb je meer dan vroeger lief:
er is zoveel mee ‘jou’ nu dat ik ken,
zoals ik ook voor jou meer ikken ben.

En allemaal samen hebben we dat zootje van zes.
(Zoontje bedoel ik, maar de schrijffout mag blijven staan.)
Vaak kan ik niet slapen
van het denken eraan.

En dan denk ik: net een heus gezin.
En ik tast naar jouw hand.
En jij slaapt evenmin.

 

 
Herman de Coninck (21 februari 1944 – 22 mei 1997)

 

De Amerikaanse schrijver en journalist Chuck Palahniuk werd geboren op 21 februari 1962 in Pasco, Washington. Zie ook alle tags voor Chuck Palahniuk op dit blog.

Uit: Fight Club

“The Parker-Morris Building won’t be here in nine minutes. You take enough blasting gelatin and wrap the foundation columns of anything, you can topple any building in the world. You have to tamp it good and tight with sandbags so the blast goes against the column and not out into the parking garage around the column.
This how-to stuff isn’t in any history book.
The three ways to make napalm: One, you can mix equal parts of gasoline and frozen orange juice concentrate. Two, you can mix equal parts of gasoline and diet cola. Three, you can dissolve crumbled cat litter in gasoline until the mixture is thick.
Ask me how to make nerve gas. Oh, all those crazy car bombs. Nine minutes.
The Parker-Morris Building will go over, all one hundred and ninety-one floors, slow as a tree falling in the forest. Timber. You can topple anything. It’s weird to think the place where we’re standing will only be a point in the sky. Tyler and me at the edge of the roof, the gun in my mouth, I’m wondering how clean this gun is 

 
Brad Pitt als Taylor Durden in de film “Fight Club” uit 1999

We just totally forget about Tyler’s whole murder-suicide thing while we watch another file cabinet slip out the side of the building and the drawers roll open midair, reams of white paper caught in the updraft and carried off on the wind.
Eight minutes.
Then the smoke, smoke starts out of the broken windows. The demolition team will hit the primary charge in maybe eight minutes. The primary charge will blow the base charge, the foundation columns will crumble, and the photo series of the Parker-Morris Building will go into all the history books.
The five-picture time-lapse series. Here, the building’s standing. Second picture, the building will be at an eighty-degree angle. Then a seventy-degree angle. The building’s at a forty-five-degree angle in the fourth picture when the skeleton starts to give and the tower gets a slight arch to it. The last shot, the tower, all one hundred and ninety- one floors, will slam down on the national museum which is Tyler’s real target.“

 

 
Chuck Palahniuk (Pasco, 21 februari 1962)

 

De Nederlandse dichter en prozaschrijver Hans Andreus werd geboren in Amsterdam op 21 februari 1926. Zie ook alle tags voor Hans Andreus op dit blog.

 

Het lied van het morgenlicht

Ik groet het morgenlicht maar of het zich laat groeten
de voeten der voorbijgangers laten zich beter groeten
wij moeten zeggen zij ondanks het morgenlicht
ik knik ze toe houd moed zeg ik het licht maakt je toch blij
ze knikken terug maar ze geloven niet ze gaan voorbij.

Het morgenlicht houdt zich nu bezig met de dingen
de pasgewassen trams de rails het draad erboven
de fietssturen de ramen en de raamkozijnen
de dingen kunnen in het morgenlicht geloven
het water van een gracht wordt zonder kleren aan
zo heilig als de heilige Sebastiaan.

En ook de kar de man ernaast de haring op de kar
zij roepen eensgezind en zonder dat zij opzien baren
het morgenlicht nabij en ook ikzelf ik groet
het morgenlicht maar of het zich laat groeten
wij moeten zeggen wij dit is het morgenlicht
wij moeten zeggen wij het licht is ons gezicht
wij moeten zeggen wij het licht gaat eenmaal dicht.

 

Lied van de wijze kinderen

Toen eerst goed een wereld op aarde ontbrandde,
waar waren de kinderen? Zij lachten
en stierven welgemoed.

Waar bleven de kinderen? Zij aten
hun buiken rond in de honingboom
en gingen varen op de vrolijke zee.

Trof de bliksem hen niet van de dood?
Welnee – zij ademden eenmaal diep
en vielen in lachen uiteen.

 

Poging

Misschien heb ik nog ’t meest geprobeerd
woorden doorzichtiger te maken,

waarbij dan juist extra opvallen
de donkere plekken, verdichtingen

van wat iemand denkt, meent, voelt,
desondanks met de bedoeling

meer het licht zichtbaar te maken
dan wie dit schrijft en zichzelf

ten slotte ook niet veel anders
dan stof gegeven is.

 

 
Hans Andreus (21 februari 1926 – 9 juni 1977) 

 

De Engelse dichter, essayist en criticus Wystan Hugh Auden werd geboren in York op 21 februari 1907. Zie ook alle tags voor Wystan Hugh Auden op dit blog.

 

Uit: The Quest

V. The City

In villages from which their childhoods came
Seeking Necessity, they had been taught
Necessity by nature is the same
No matter how or by whom it be sought.

The city, though, assumed no such belief,
But welcomed each as if he came alone,
The nature of Necessity like grief
Exactly corresponding to his own.

And offered them so many, every one
Found some temptation fit to govern him,
And settled down to master the whole craft

Of being nobody; sat in the sun
During the lunch-hour round the fountain rim,
And watched the country kids arrive, and laughed.

 

VI. The First Temptation

Ashamed to be the darling of his grief,
He joined a gang of rowdy stories where
His gift for magic quickly made him chief
Of all these boyish powers of the air;

Who turned his hungers into Roman food,
The town’s asymmetry into a park;
All hours took taxis; any solitude
Became his flattered duchess in the dark.

But, if he wished for anything less grand,
The nights came padding after him like wild
Beasts that meant harm, and all the doors cried Thief;

And when Truth had met him and put out her hand,
He clung in panic to his tall belief
And shrank away like an ill-treated child.

 

 
W. H. Auden (21 februari 1907 – 29 september 1973)
Portret door Robert A. Buhler, 1969

 

De Franse dichteres en schrijfster Laure Limongi werd geboren op 21 februari 1976 in Bastia (Corsica). Zie ook alle tags voor Laure Limongi op dit blog.

Uit: Anomalie des zones profondes du cerveau

„Ceux qui disent : « Moi aussi j’ai mal à la tête des fois, je suis obligé de prendre du Codoliprane », « Attends, c’est un très bon champagne bio, ça ne peut pas te faire de mal ! », « T’es chiante avec tes maux de tête, quand même », « Encore ! mais c’est vachement souvent dis-donc ! », « On ne voit pas du tout que tu es malade », « Toi ? tu as eu une migraine hier ? Mais ça ne se voit pas ! », « Tu as l’air en super forme, pourtant… », « Et si c’était une tumeur ? », « Tu as fait des tests, quand même, pour vérifier si… tu vois quoi… il n’y aurait pas une grosseur… », « Comment ça ? Mais tu m’avais promis de venir ! », « Tu ne peux pas refuser, c’est la vieille prune que fait ma tante », « Tu ne bois pas de vin, OK, mais au moins un digestif ! », « Dans ces circonstances, je comprends, mais j’aimerais quand même beaucoup que tu viennes, c’est important pour moi. Si tu préfères rester chez toi avec ton mal de tête… », « Tu ne bois pas ?… Mais alors HIIIIIIIIIIIIIII !! », « Tu pourrais faire un effort, quand même », « Tu ne peux pas marcher plus vite ? », « Comment ça tu es fatiguée ? », « Attends, je regarde sur Google si on peut se défoncer avec ton Imiject. Même pas. C’est pas cool », « Mais c’est pas un peu handicapant ces migraines ? », « T’en as pas un peu marre de ces migraines ? », « J’ai un super ostéo, je te file son numéro ? », « Mais pourquoi tu n’essaies pas l’acupuncture ? », « Mais pourquoi tu n’essaies pas l’homéopathie ? », « Mais pourquoi tu n’essaies pas la méditation transcendantale ? », « J’ai entendu parler d’un étiopathe… », « Tu devrais épouser un neurologue », « Et les macarons au camphre, vous avez tenté ? », « T’es allée voir un psy ? », « Tu vois, t’as toujours été contre la psychanalyse, eh ben voilà », « J’ai un pote qui connaît un mec, on ne sait pas trop ce qu’il fait, mais ça aurait marché sur la cousine d’une amie qui s’était cassé la jambe », « La première fois que ça t’est arrivé, tu ne te serais pas disputée avec ton frère ?… Parce que la migraine… la mi-graine, quoi… la moitié de la graine… Ou alors un avortement ? », « T’es sûre que ça fait aussi mal que ça ? », « Ca ne serait pas un peu psychologique ton truc ? », « Et l’hypnose ? », « Tu devrais t’interroger sur la cause. Non mais vraiment. », « Et un rebouteux ? », « T’aurais pas vécu des trucs traumatisants ? », « C’est drôle, mais je t’aurais crue plus déprimée… »…

 

 
Laure Limongi (Bastia 21, februari 1976)

 

De Nederlandse schrijver Justus van Effen werd geboren in Utrecht op 21 februari 1684. Zie ook alle tags voor Justus van Effen op dit blog.

Uit: No. 8. Den 8. October 1731. De Hollandsche Spectator

“MY onlangs in een Gezelschap bevindende met een Heer die van Fransche Ouders in Engeland was geboren, en de taal en accent zyner Vaderen bykans scheen vergeeten te hebben; nam ik de vryheid van hem te vragen, waar by het, zyns bedunkens, toe mogt komen, dat der Vlugtelingen Kinderen by ons al wat mogelyk is doen om Franschen te zyn en te blyven, en die in Groot-Brittanje zich bevinden, daar en tegen zich schynen hunne afkomst te schaamen, en niets verwaarlozen, om voor Engelschen door te gaan. Hy vond goed my daar op met een verachtende toon, en mond-trekking, te antwoorden, dat hy daar van geloofde de reden te zyn, dat de Engelsche Landaard op allerlei wyze in verdiensten meer uitstak, als wel Mynheeren de Hollanders. Dit zeggen kwam my zo onreedlyk, laatdunkend en dwaas voor, dat ik de wederlegging van ’t zelve verachtende, myne schouderen optrok, en den verwaande jongeling den rug toekeerden. Deze is zekerlyk de ware reden niet. Het komt hier van daan, dat de Engelsche uit ‘er aard, hoewel in veele opzichten een treffelyk en pryswaardig Volk, nors en stuurs zyn, verachters van andere Volken, en wat de Franschen betreft, die verachting met eene oude wrok en haat vermengen. Der zelver taal, hoewel algemeen geworden, willen zy niet leeren, of ten minste verontwaardigen zy zich dezelve te spreeken. Dus dwingen zy hunne nieuwe Vaderlanders zich aan het Engelsch te verbinden, niet alleen zich aan die verachting te gewennen, maar ook dezelve allengskens als gegrond aan te nemen, of, voor ’t minste, zich zo te houden. Wy Nederlanders daar en tegen van natuur goedaardig, zachtmoedig, verdraagzaam, gewoon met alle volken des Waerelds om te gaan, verachten geen der zelver, en haaten zelfs zulke niet, van welke wy, zelve op ’t gevoeligste beledigd, langen tyd gedwongen zyn geweest als aartsvyanden aan te zien.”

 

 
Justus van Effen (21 februari 1684 – 18 september 1735)
IJsgezicht van Utrecht door Salomo van Ruysdael, 1658

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 21e februari ook mijn vorige blog van vandaag.