Jan Emmens

 

De Nederlandse dichter en kunsthistoricus Jan Ameling Emmens werd geboren in Rotterdam op 17 augustus 1924. Emmens studeerde rechten te Leiden en vervolgens kunstgeschiedenis in Parijs en Utrecht. Hij was werkzaam als kunsthistoricus bij de Rijksuniversiteit te Utrecht en van 1958 tot 1961 tijdelijk directeur van het Kunsthistorisch Instituut te Florence. In 1964 promoveerde hij op een proefschrift over “Rembrandt en de regels van de kunst” dat bekroond werd met de Karel van Manderprijs in 1965 en met de Dr. Wynaendt Franckenprijs in 1967. Vanaf 1967 was Emmens hoogleraar algemene kunstwetenschap en iconologie. Emmens behoorde tot de medewerkers van de tijdschriften Libertinage en Tirade, waarmee hij gekarakteriseerd kan worden als een auteur in de traditie van Forum.In de door hemzelf als debuut beschouwde bundel “Kunst- en vliegwerk” (1957) zijn allerlei vormen van autoriteit zijn doelwit. Bovendien is er in zijn gedichten sprake van een voortdurende controverse tussen verstand en gevoel, en tussen ideaal en werkelijkheid, vaak tot uiting gebracht in de tegenstelling tussen kind en volwassene. Daaruit vloeit ook Emmens’ voorkeur voor het aforisme voort, omdat daarin deze tegenstellingen bondig verwoord kunnen worden. Emmens “Verzameld werk”verscheen in 4 delen in de jaren 1979 tot 1981.

 

Voor de kade

Voor de kade wisselt een wolk meeuwen
als strooibiljetten op een sterke wind
van aanblik als ‘t verloop van eeuwen.
Het is windstil. De wind is een klein kind
dat met geluidjes brood staat uit te strooien.

Zijn tijd aan denken of aan doen vergooien
verschilt niet veel, ‘t is stenen toch voor brood.

Wordt liever kind: twee beentjes en wat rood;
het doet soms eeuwen inderhaast ontdooien.

 

 

Winter

Ik hak een bestaan in de volgende dag:
de toekomst brokkelt langzaam af,
vandaag is niet meer dan een wak in de tijd,
het verleden is dichtgevroren.

 

 

Duidelijkheid

Nee het is niet mijn bedoeling om dit
want wat zou ik daarmee kunnen bereiken
daarom toch wel steeds zij het ook niet
hoewel ik u zegt het natuurlijk bereid
maar desondanks laat ik het eens en vooral
duidelijk zakelijk krachtig en kort
u vraagt nee ja zeker want met het oog daarop
opende ik juist de dat is te zeggen
discussie gesloten.

 

 
Jan Emmens (17 augustus 1924 – 12 december 1971)