Kees Fens, Ntozake Shange, Heinrich von Kleist, Raymond Brulez, Jan Erik Vold

De Nederlandse literatuurcriticus, essayist en letterkundige Kees Fens werd geboren in Amsterdam op 18 oktober 1929. Zie ook mijn blog van 18 oktober 2010 en eveneens alle tags voor Kees Fens op dit blog.

Uit: Uren, dagen, jaar

“Uitgezonderd de eerste zin, die om enkele trekken aan het begin van een jongensboek doet denken en om enkele andere redenen wat vreemd is, is de eerste alinea van De avonden van Gerard Kornelis van het Reve karakteristiek voor het hele boek, in zoverre die alinea opgebouwd is uit de drie elementen die het hoofdmateriaal vormen voor de afzonderlijke hoofdstukken en door de onderlinge gelijkenis van die hoofdstukken van de hele roman: beschrijving, monoloog (subs. dialoog) en droom: ‘Het was nog donker, toen in de vroege morgen van de tweeëntwintigste december 1946 in onze stad, op de eerste verdieping van het huis Schilderskade 66, de held van deze geschiedenis, Frits van Egters, ontwaakte. Hij keek op zijn lichtgevend horloge, dat aan een spijker hing. “Kwart voor zes”, mompelde hij, “het is nog nacht.” Hij wreef zich in het gezicht. “Wat een ellendige droom”, dacht hij. “Waar ging het over?” Langzaam kon hij zich de inhoud te binnen brengen. Hij had gedroomd, dat de huiskamer vol bezoek was. “Het wordt dit weekeind goed weer”, zei iemand. Op hetzelfde ogenblik kwam een man met een bolhoed binnen. Niemand lette op hem en hij werd door niemand begroet, maar Frits bekeek hem scherp. Opeens viel de bezoeker met een zware bons op de grond.’
In de eerste zin wordt de hoofdpersoon geleidelijk in tijd en plaats benaderd. Er heeft een duidelijke verbijzondering plaats, totdat de hoofdfiguur met voor- en achternaam is genoemd. Opvallend is, dat een precisering aanwezig is die in de rest van het boek ontbreekt. Er worden geen data meer genoemd en ‘Schilderskade’ is de enige straatnaamvermelding in het boek (behalve de indirecte vermelding in het woord ‘Middenwegwind’, door Frits’ moeder gebruikt). Het hele boek door loopt Frits langs naamloze straten, grachten en pleinen. Al bij de eerste grote wandeling in het eerste hoofdstuk ziet men de voor De avonden kenmerkende wijze van routebeschrijving: ‘Hij sloeg bij de rivier links af en ging over de granieten oeverrand lopen. Hij liep een brug met dikke stenen balustrades over, volgde de andere oever, passeerde een brede, drukke straat en sloeg tenslotte de straat langs een gracht in, aan welks begin pakhuizen stonden.’ De positie van de beschrijver is hier gewijzigd: in de eerste zin een verteller, die overziet en meer weet, is hij nu een registrator.”

 
Kees Fens (18 oktober 1929 – 14 juni 2008)
Kunstwerk in de Chasséstraat in Amsterdam

 

De Amerikaanse dichteres en schrijfster Ntozake Shange werd geboren als Paulette Williams op 18 oktober 1948 in Trenton, New Jersey. Zie ook mijn blog van 18 oktober 2008 ook mijn blog van 18 oktober 2009.

Blood Rhythms – Blood Currents – Black N’ Blue Stylin’ (Fragment)

(French sugar-beet farmers, overwhelmed by mulatto competitors, plastered Europe’s cities with advertisements proclaiming: ‘Our sugar is not soiled with black blood.’ A popular Afro-Cuban saying is: ‘Sugar is made with blood,’ while in the South of the United States, cane growers processed natural sugar ’to get the nigger out.’)

Fragrant breezes in the South
melt to melodies round small fires
mount tree limbs
with bodies black
and swayin’ black n croonin’
songs of sunsets
comin’ from the fields bawdy
brazen
hard to put yr finger on
like the blues
like the strum of guitars on dark damp

southern nights
hard to put your finger on
like screams in the black bloody southern soil
sweet black blood echoin’ thru the evenin’ service
grindin’ by the roadhouse door
sweet black blood
movin’ with slow breath

outta breath
young negroes run to pick up a bale of cotton
run to flee southern knights
crosses bare blazin’ signals black bloods
gone runnin’
for Chicago
for the hollow
for the C.C. Rider
for the new day sweet
blocked melodies ache in young girls’ throats
rip thru their lips like the road to freedom was lit
all lit up with the grace of God and
Sears Tower
the Ford plane and Pontiac’s vision
all lit up sleek fires
sheddin’ the haunts of poll taxes and test questions like
where is America
cost a finger
a ear
a heart
a teardrop fallin’ from the saggin’ front porch
to the project stairway
from the water fountain to the chain gang

 
Ntozake Shange (Trenton, 18 oktober 1948)

 

De Duitse dichter en schrijver Heinrich von Kleist werd geboren op 18 oktober 1777 in Frankfurt an der Oder. Zie ook mijn blog van 18 oktober 2010 en eveneens alle tags voor Heinrich von Kleist op dit blog.

Uit: Die heilige Cäcilie

„Um das Ende des sechzehnten Jahrhunderts, als die Bilderstürmerei in den Niederlanden wütete, trafen drei Brüder, junge in Wittenberg studierende Leute, mit einem vierten, der in Antwerpen als Prädikant angestellt war, in der Stadt Aachen zusammen. Sie wollten daselbst eine Erbschaft erheben, die ihnen von Seiten eines alten, ihnen allen unbekannten Oheims zugefallen war, und kehrten, weil niemand in dem Ort war, an den sie sich hätten wenden können, in einem Gasthof ein. Nach Verlauf einiger Tage, die sie damit zugebracht hatten, den Prädikanten über die merkwürdigen Auftritte, die in den Niederlanden vorgefallen waren, anzuhören, traf es sich, daß von den Nonnen im Kloster der heiligen Cäcilie, das damals vor den Toren dieser Stadt lag, der Fronleichnamstag festlich begangen werden sollte; dergestalt, daß die vier Brüder, von Schwärmerei, Jugend und dem Beispiel der Niederländer erhitzt, beschlossen, auch der Stadt Aachen das Schauspiel einer Bilderstürmerei zu geben. Der Prädikant, der dergleichen Unternehmungen mehr als einmal schon geleitet hatte, versammelte, am Abend zuvor, eine Anzahl junger, der neuen Lehre ergebener Kaufmannssöhne und Studenten, welche, in dem Gasthofe, bei Wein und Speisen, unter Verwünschungen des Papsttums, die Nacht zubrachten; und, da der Tag über die Zinnen der Stadt aufgegangen, versahen sie sich mit Äxten und Zerstörungswerkzeugen aller Art, um ihr ausgelassenes Geschäft zu beginnen. Sie verabredeten frohlockend ein Zeichen, auf welches sie damit anfangen wollten, die Fensterscheiben, mit biblischen Geschichten bemalt, einzuwerfen; und eines großen Anhangs, den sie unter dem Volk finden würden, gewiß, verfügten sie sich, entschlossen keinen Stein auf dem andern zu lassen, in der Stunde, da die Glocken läuteten, in den Dom. Die Äbtissin, die, schon beim Anbruch des Tages, durch einen Freund von der Gefahr, in welcher das Kloster schwebte, benachrichtigt worden war, schickte vergebens, zu wiederholten Malen, zu dem kaiserlichen Offizier, der in der Stadt kommandierte, und bat sich, zum Schutz des Klosters, eine Wache aus; der Offizier, der selbst ein Feind des Papsttums, und als solcher, wenigstens unter der Hand, der neuen Lehre zugetan war, wußte ihr unter dem staatsklugen Vorgeben, daß sie Geister sähe, und für ihr Kloster auch nicht der Schatten einer Gefahr vorhanden sei, die Wache zu verweigern. Inzwischen brach die Stunde an, da die Feierlichkeiten beginnen sollten, und die Nonnen schickten sich, unter Angst und Beten, und jammervoller Erwartung der Dinge, die da kommen sollten, zur Messe an.

 
Heinrich von Kleist (18 oktober 1777 – 21 november 1811)
Portret door Anton Graff, rond 1808

 

De Belgische schrijver Raymond Brulez werd geboren te Blankenberge op 18 oktober 1895. Zie ook mijn blog van 18 oktober 2010 en eveneens alle tags voor Raymond Brulez op dit blog

Uit: De fatsoenlijke faun

“Getrouw aan het stipte uurrooster dat een bevoegde specialist voor haar had opgesteld, luierde mejuffer Lydie in een hangmat die men in de hygiënische nabijheid van het dennewoud gespannen had. Het was er een zorgvuldig gedoseerde atmosfeer van lichtelijk getemperde bestraling of, zoo ge wilt, bezonde schaduw. Van uit haar moede hand was een roman gegleden en, zooals het boek daar opengebladerd lag in het gras, vormde het waarachtig een reusachtige hal, die enkele patrouilleerende mieren dadelijk ontdekten, in beslag namen en voor hun godsdienstige plechtigheden als een nieuwe kerk meenden in te richten. Trouwens, de illustraties die het werk versierden, konden tevens uitstekend dienen als wandschilderijen en plastische voorstellingen van een esoterischen cultus.
Doorheen luie, luifelende wimpers, schouwde de juffer naar de heide die langsheen den woudzoom, tot aan den verren einder een licht deinend oppervlak uitstrekte dat door de hittetrillende atmosfeer nog misvormd werd, zooals een landschap dat men door een venster van slecht geblazen glas bekijkt. Dit bar panorama kon eigenlijk wel voor praehistorisch doorgaan, ware het niet dat ook hier de sociale orde en de prophylactische hygiëne vertegenwoordigd zijn in den vorm van een plakkaat genageld op den bast van een getormenteerden dennestam, plakkaat dat, wegens monden klauwzeer, het verkeer aan hoornvee, varkens en pluimgedierte verbiedt.
Had de Faun Tirsyas deze gemeentelijke verordening niet gelezen of oordeelde hij dat, vermits zijn horentjes toch zorgvuldig verscholen zaten in zijn welige haarkrullen zijn persoon niet onder dit verbod viel? Het feit was dat, van tusschen twee opengespreide ligustrumstruiken, hij met begrijpelijke ontroering, voor het eerst van zijn leven, een vrouwelijk exemplaar van het menschenras aanschouwde….”

 
Raymond Brulez (18 oktober 1895 – 17 augustus 1972)

 

De Noorse dichter, vertaler en musicus Jan Erik Vold werd geboren op 18 oktober 1939 in Oslo. Zie ook mijn blog van 18 oktober 2010 en eveneens alle tags voor Jan Erik Vold op dit blog.

Elk     

1
You may call me an
elk. I am
no elk but I have
the patience

endurance
strength
of an
elk – an elk’s goodnaturedness. I kick hard

but seldom.
Only
when
necessary.

2
You see me
on
road signs
by the wood’s edge, under

the thundering skies
of an oil
painting, outlined against a Canadian
sun

set. But I dwell
some
place
else.
     

3
That I live
in a story
by Tarjei
Vesaas. With a long neck

and an eager
muzzle that knows where to look
for the juicy
part of the bark. I’m

not to be
fooled
by the highway’s
tiny and tempting mirrors.

4
Yes, there is
a bull’s eye. Not always

where you’d expect
it.

 
Jan Erik Vold (Oslo, 18 oktober 1939)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 18e oktober ook mijn vorige blog van vandaag.