De Finse schrijfster Leena Lehtolainen werd geboren op 11 maart 1964 in Vesanto. Zie ook alle tags voor Leena Lehtolainen op dit blog.
Uit: Das Echo deiner Taten (Vertaald door Gabriele Schrey-Vasara)
„Die Birkenzweige hingen schlaff in der silbernen Vase. Die ersten Blätter waren bereits abgefallen: Im April gab es nur tiefgekühlte Birkenquaste vom vorigen Sommer zu kaufen. Irgendwer hatte ein Stück Fleischwurst auf den Touren-schlittschuh gespießt. Vielleicht gab es ja im Norden noch Eis, auf dem Oberkommissar Jyrki Taskinen das Geschenk zu sei-ner Pensionierung testen konnte. Koivu, Puupponen und ich hatten unserem ehemaligen Chef zum Abschied Schlittschuhe geschenkt. Er hätte von nun an Zeit genug, nicht nur an Ma-rathonläufen, sondern auch an Eismarathons teilzunehmen.
Im Kabinett des Hotels Scandic in Espoo war den ganzen Abend lang keine ausgelassene Stimmung aufgekommen, ob-wohl der Polizeichef und die Vertreter des Personals Taskinen über den grünen Klee gelobt hatten. Ich hatte mich geweigert, eine Rede zu halten. Mit Taskinens Eintritt in den Ruhestand endete gewissermaßen eine ganze Epoche. Er hatte bereits in den 1990er Jahren, als die Espooer Polizei das neue Polizei-gebäude in Kilo bezog, eine Führungsposition gehabt, er hatte die Strukturreformen, Zusammenlegungen und Kürzungen miterlebt und in all dem Trubel seine Untergebenen verteidigt wie ein Löwe. Wie oft hatte er vermittelt, wenn ich mit den höchsten Chefs aneinandergeraten war? Natürlich konnte ich selbst für mich eintreten, aber Taskinens Unterstützung war unersetzlich gewesen. Unsere Freundschaft würde nicht mit seiner Pensionierung enden, doch sie würde eine andere Fär-bung annehmen.
Die Hauptperson des Abends war dabei, sich zu verabschieden, der Polizeichef bestellte ein Taxi. Zwar hatte Tas-kinen erst das Mindestrentenalter für leitende Polizeibeamte erreicht, doch sein Weggang war für manche eine Erleichte-rung. Jeder natürliche Abgang schuf die Möglichkeit, die frei gewordene Stelle zu streichen oder mit einer anderen zusam-menzulegen. Die Bezahlung im Staatsdienst war immer noch mager, aber nicht mehr langfristig gesichert, das Staatsbrot war in Häppchen zerschnitten worden, die man den Hung-rigen jederzeit entziehen konnte.“
Leena Lehtolainen (Vesanto, 11 maart 1964)
De Duitse dichter en schrijver Karl Krolow werd geboren op 11 maart 1915 in Hannover. Zie ook alle tags voor Karl Krolow op dit blog.
Das Hindernis des Lebens
Das Hindernis des Lebens −
eine beiläufige Notiz Kants.
Man muß auch heute noch
mit bürgerlicher Melancholie rechnen.
In die Nähe von Gärten
gehört der Augenblick der Phantasie:
ein Tulpenbeet, eine Terrasse
mit Mandelbäumen,
während Handlungshemmung
sich fortsetzt.
Schmerz und Gegenschmerz −
mein Herz habe ich allein,
schreibt Werther, wie man
seine konstitutionelle Depression
behält oder
der Einbruch der Nacht
eine Aufhebung von Ordnung
bewirkt.
Es war die Nacht
Es war die Nacht, in der sie nicht mehr lachten,
die Nacht, in der sie miteinander sprachen
wie vor dem Abschied und in der sie dachten,
dass sie sich heimlich aus dem Staube machten,
die Nacht, in der sie schweigend miteinander brachen.
Es war die Nacht, in der nichts übrig blieb
von Liebe und von allen Liebesstimmen
im Laub und in der Luft. Wie durch ein Sieb
fielen die Gefühle: niemandem mehr lieb
und nur noch Schemen, die in der Nacht verschwimmen.
Es war die Nacht, in der man sagt: gestehe,
wasm it uns war. Ist es zu fassen?
Was bleibt uns künftig von der heißen Nähe
der Körper? Es wird kalt. Ich sehe,
wie über Nacht wir voneinander lassen.
Karl Krolow (11 maart 1915 – 21 juni 1999)
Monument in Darmstadt
De Nederlandse dichter Daan de Ligt werd geboren op 11 maart 1953 in Den Haag. Zie ook alle tags voor Daan de Ligt op dit blog.
Vierluik
I Contactadvertentie
beschaafde heer, wat grijzend langs de slapen
en bovenop de schedel, zeg maar kaal
wel lief, niet noemenswaardig geniaal
de levenslust nog niet op apegapen
geen lichaamsbouw als goedgetrainde knapen
het maandsalaris uitgesproken schraal
de woning, tja … geen villa, meer modaal
de buik is daarentegen welgeschapen
zou graag, omdat het maar niet lukt te sparen
eens kennismaken met een rijke taart
geen kinderen en hogelijk bejaard
derhalve niet van plan nog te verjaren
dus bent u rijk en bijna doodverklaard
dan heb ik tegen trouwen geen bezwaren
II Reactie
Geachte Heer Modaal, hier schrijft een fan
van de contactrubriek in menig krant,
door uw annonce aangesproken want
het toeval wil dat ik van adel ben:
Gravin van-Eberstad-in-Nederland,
al meer dan tachtig, maar nog vlot ter pen,
fortuinlijk, kinderloos, bemind door hen
die willen erven langs groottantes kant.
U zoekt een rijke “taart” die weldra sterft?
Ik wens geen luiaard-in-verfrommeld-pak,
alleen een jonge, energieke vent
die liefst de hele kamasutra kent.
Pas na bewezen diensten op dit vlak
wordt er gehuwd en na verloop… geërfd!
Daan de Ligt (11 maart 1953 – 22 augustus 2016)
De Nederlandse schrijver, dichter, columnist, het fotomodel, de beeldend kunstenaar en copywriter Frans Vogel werd op 11 maart 1935 geboren in Haarlem. Zie ook alle tags voor Frans Vogel op dit blog.
Way back home
(Wo gehen wir denn hin?
Immer nach Hause.
– Novalis)
Ver na middernacht, in het pikkedonker
van doodstil Delfshaven per benenwagen
onderweg naar huis (maison d’être)
passeer ik het café De Grootste Slok –
dat al lang dicht had moeten wezen,
echter (de pleuris voor Peper?) nog volop
in bedrijf is: krijg ter plekke plens
tl-licht over me heen.
Voor de deur
staat een gitzwarte stretch limo,
waar een nogal uitbundig gezelschap
dames & heren (‘Emme ga nonnie
naar huis!’) wankelend in plaats neemt.
De chauffeur, op het punt
om ook zelf in te stappen,
ontwaart mijn persoon
en roept mij toe (met een stem
die me niks zegt, noch dat ik
’s mans verschijning thuis kan brengen),
hij noemt eerst nog mijn voornaam:
‘Je had al lang thuis moeten wezen.
Plantjes water geven.’
Verrek. Hoe hij dat wéet.
Frans Vogel (11 maart 1935 – 19 februari 2016)
Onafhankelijk van geboortedata:
De Nederlandse schrijver Willem Claassen werd geboren in Beuningen in 1982. Zie ook alle tags voor Willem Claassen op dit blog.
Uit: De koe die over de Waal zwom
“…de andere kant van de boomgaard waar onze hond voor twee dagen in verdween, het blauwe bord met ‘Beuningen’ waar een flinke deuk in zit, de grote weg waar onze kat werd doodgereden toen we verkleed waren als Zwarte Pieten en de weg overstaken en het zagen gebeuren, de grote weg waar ik tweehonderd meter met de tractor op heb gereden terwijl ik geen rijbewijs had en niet wist hoe ik moest schakelen, de vluchtheuvel, de afslag die ik het vaakst heb genomen, de afdaling die voelt als thuiskomen, de brandnetels, de rotte lucht waarvan ik nooit heb geweten waar die vandaan komt, de reiger naast de sloot, onze oprit, de brievenbus met daarin alleen maar post voor mijn vader, de tuin met aan de rand de knotwilgen, de stal, mijn vader met de hogedrukspuit, de achterdeur, de laarzen en de klompen bij de achterdeur, de mat, de wc, de jassen op de grond onder een veel te volle kapstok, het schilderij van Anton Pieck, de keuken, mijn moeder aan tafel met thee en de koekjestrommel, mijn verhuisdozen in de hoek, mijn broer die uit de computerkamer komt en vraagt: ‘Ben je nog niet weg?’, mijn gehandicapte zus die uit de woonkamer komt en zegt: ‘Ik ben blij als je weg bent’, mijn vader die in zijn overall in de deuropening staat en vraagt: ‘Ga jij de koeien omjagen? Het is de laatste keer dat je dat kunt doen’, en ik die even aarzel, ze alle vier op mij zie wachten, mijn moeder, mijn broer, mijn zus, mijn vader, en dan zeg: ‘Ja, da’s goed, ik ga ze halen’.
Willem Claassen (Beuningen, 1982)
De Nederlands- Palestijnse dichteres Amal Karam groeide op in Beiroet, Libanon. Op haar achttiende verhuisde ze naar Syrië om Engelse literatuur te studeren. Na haar studie werkte ze als journalist, was ze politiek actief en schreef ze gedichten en verhalen. In 1996 kwam ze als vluchteling naar Nederland. Onder het pseudoniem Ama Karma schreef ze van 2006 tot 2013 wekelijkse columns voor de Gelderlander. In 2012 won Karam met haar gedicht ‘De Haatpostbode’ de El Hizjra Literatuurprijs voor poëzie. Haar poëzie werd in verschillende verzamelbundels opgenomen en eind 2014 verscheen haar debuutbundel, eveneens De Haatpostbode genaamd. Hierin staan zowel Nederlandse als Arabische gedichten. Naast haar schrijverschap is Karam als docente verbonden aan ROC Nijmegen. Amal Karam is de zevende stadsdichter van Nijmegen.
Haatpostbode
Alle duiven zijn vertrokken
Toen de haatpostbode…
kogels en bommen bezorgde.
Een schok bij het eerste lijk…
Tranen bij het tweede…
Schreeuw je ziel je keel uit…
bij een slachtpartij…
Een stil gebed…
Bij een oorlog.
En je lacht als het stil wordt
Als je nog leeft.
Geen gedicht is een schuilplaats
Geen lied is een schild
De haatpostbode is ontslagen…
Maar hij woont in onze wijk
En als een chronische pijn
In onze stem en gedachten
Hij eet van ons brood…
Drinkt onze thee…
Luistert naar ons zelfde lied.
En lacht ook,
omdat hij nog leeft.
De kogels en de bommen zijn ontvangen
De lijken verzonden
De haatpostbode loopt op straat.
Amal Karam (Beiroet, 1960)
Zie voor nog meer schrijvers van de 11e maart ook mijn vorige blog van vandaag.