Karfreitag (Hermann Hesse), Ada Limón

 

Bij Goede Vrijdag

 

Christus op weg naar Golgotha door Giambattista Tiepolo, 1738

 

Karfreitag

Verhangener Tag, im Wald noch Schnee,
Im kahlen Holz die Amsel singt:
Des Frühlings Atem ängstlich schwingt,
Von Lust geschwellt, beschwert von Weh.

So schweigsam steht und klein im Gras
Das Krokusvolk, das Veilchennest,
Es duftet scheu und weiß nicht was,
Es duftet Tod und duftet Fest.

Baumknospen stehn von Tränen blind,
Der Himmel hängt so bang und nah,
Und alle Gärten, Hügel sind
Gethsemane und Golgatha.

 

Hermann Hesse (2 juli 1877 – 9 augustus 1962)
De Stadtkirche in Calw, de geboorteplaats van Hermann Hesse

 

De Amerikaanse dichteres Ada Limón werd geboren op 28 maart 1976 in Sonoma, Californië. Zie ook alle tags voor Ada Limón op dit blog.

 

EEN GOED VERHAAL

Sommige dagen — de gootsteen vol vaat, de salontafel bedolven onder boeken —
zijn zwaarder dan andere. Vandaag heb ik een hoofd vol kakkerlakken,

het duizelt en alles doet me zeer. Vergif in de kaken, achter de ogen,
tussen de schouderbladen. Toch snurkt de hond rechts van me, de kat, links.

Buiten is de massa judasbomen bijna op zijn mooist. Ik zeg tegen een vriendin, Het lichaam
is zo lichamelijk. En ze knikt. Vroeger hield ik van de meest duistere verhalen, de barre

flarden die iemand eruit kon flappen over hoe erg het weleens wordt.
Mijn stiefvader vertelde me eens een verhaal over zijn tijd op straat als jongen,

dat hij ’s nachts soms onder de grillplaat in een fastfoodrestaurant sliep tot
hij en zijn maat werden ontslagen. Ik hield van dat verhaal, waarom weet ik niet,

iets in mij geloofde in het overwinnen van obstakels. Maar op dit moment snak ik alleen
naar een verhaal over het goede in mensen, zoals de keer dat, toen ik maar niet ophield

met huilen omdat ik vijftien was en mijn hart gebroken, hij binnenkwam en me
een kleine pizza voerde die hij in ministukjes had gesneden, tot mijn tranen droogden.

Misschien had ik gewoon honger, zei ik. En hij knikte, het laatste stukje in zijn uitgestoken hand.

 

Vertaald door Jeske van der Velden

 

Ada Limón (Sonoma, 28 maart 1976)

 

Zie voor nog meer gedichten bij Goede Vrijdag ook alle Goede Vrijdag tags op dit blog.

Zie voor de schrijvers van de 29e maart ook mijn blog van 20 maart 2023 en ook mijn blog van 29 maart 2020 en eveneens mijn blog van 29 maart 2019 en ook mijn blog van 29 maart 2015 deel 2.

Gethsemane (Willem de Mérode), Ada Limón

 

 

Christus in Gethsemane door Giacinto Brandi, ca. 1650

 

Gethsemane

Zij gingen zóó zich in hun leed verdiepen,
Dat zij, schoon op hun elleboog geleund
Om Hem te zien, wel zeiden: hoe Hij kreunt,
Maar dan stil schreiden, snikten en weer sliepen.

Hij bad tot God, Wiens grimmigheid Hem trof.
Die zag in Hem den vuigen mensch der zonde.
En toen Hij nergens troost erlangen konde,
Kroop Hij, een worm, wanhopig in het stof.

Toen sterkte God Hem, dat Hij op kon staan.
Hij riep de jongren: Laat ons henengaan!
Reeds rinkelde het harnas der soldaten.

De fakkels vlamden over schild en kling.
Toen Hij zich overgaf en medeging,
Had zelfs Johannes Hem verschrikt verlaten.

 

Willem de Mérode (2 september 1887 – 22 mei 1939)
De Andreaskerk in Spijk, de geboorteplaats van Willem de Mérode

 

De Amerikaanse dichteres Ada Limón werd geboren op 28 maart 1976 in Sonoma, Californië. Zie ook alle tags voor Ada Limón op dit blog.

 

HET EINDE VAN DE POËZIE

Genoeg van beenderen en matkopmees en zonnebloem
en sneeuwschoenen, esdoorn en zaden, scheuten en samaras,
genoeg chiaroscuro, genoeg van dit en profetie
en de onverzettelijke boer en geloof en onze vader en ’k heb
u lief, genoeg van boezem en bloemknop, huid en god
vergeet niet en sterrenlichamen en bevroren vogels,
genoeg van de wil om door te gaan en niet door te gaan of dat
een bepaald licht een bepaald effect heeft, genoeg
van het knielen en het opstaan en de blik
naar binnen en de blik omhoog, genoeg van het geweer,
het drama, en de zelfmoord van de bekende, de lang verloren
brief op het dressoir, genoeg van het verlangen en
het ego en het uitwissen van ego, genoeg
van de moeder en het kind en de vader en het kind
en genoeg van het wijzen naar de wereld, zwaarmoedig
en wanhopig, genoeg van het gruwelijke en de grens,
genoeg van kun je me zien, kun je me horen, genoeg
ik ben een mens, genoeg ik ben alleen en ik ben radeloos,
genoeg van het dier dat me redt, genoeg van het hoge
water, genoeg verdriet, genoeg van de lucht die rustig maakt,
ik vraag of je me aanraakt.

 

Vertaald door Jeske van der Velden

 

Ada Limón (Sonoma, 28 maart 1976)

 

Zie ook alle tags voor Witte Donderdag op dit blog.

Zie voor nog meer schrijvers van de 28e maart ook mijn blog van 28 maart 2020 en eveneens mijn blog van 28 maart 2019 en ook mijn blog van 28 maart 2017 en ook mijn blog van 28 maart 2016 deel 2 en eveneens deel 3.