Wünsche zum neuen Jahr (Peter Rosegger), Margaret Avison

 

 

Een winterlandschap met schaatsers op een bevroren rivier door Fredrik Marinus Kruseman, 1867

 

Wünsche zum neuen Jahr

Ein bisschen mehr Friede und weniger Streit.
Ein bisschen mehr Güte und weniger Neid.
Ein bisschen mehr Liebe und weniger Hass.
Ein bisschen mehr Wahrheit – das wäre was.

Statt so viel Unrast ein bisschen mehr Ruh.
Statt immer nur Ich ein bisschen mehr Du.
Statt Angst und Hemmung ein bisschen mehr Mut.
Und Kraft zum Handeln – das wäre gut.

In Trübsal und Dunkel ein bisschen mehr Licht.
Kein quälend Verlangen, ein bisschen Verzicht.
Und viel mehr Blumen, solange es geht.
Nicht erst an Gräbern – da blühn sie zu spät.

Ziel sei der Friede des Herzens.
Besseres weiß ich nicht.

 

Peter Rosegger (31 juli 1843 – 26 juni 1918)
De Gölkkapelle bij Krieglach, de geboorteplaats van Peter Rosegger

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Canadese dichteres en schrijfster Margaret Avison OC werd geboren op 23 april 1918 in Galt, Cambridge, Ontario. Zie ook alle tags voor Margaret Avison op,dit blog.

 

Nieuwjaarsgedicht

De kersttwijgen worden knapperig en de naalden rammelen
Langs de vensterbank.
Een eenzame parel
Uit de ketting die vorige week op de party was gevallen
Ligt in de glimmende sneeuw-verlichte puurheid
Van de ochtend, op de vensterbank naast hen.
En al het meubilair dat er statig en gastvrij in
Rondging toen deze kamers vol waren
Met parfums, bont en zwart-zilveren
Gekriskras van seizoensgebonden gesprekken, valt terug
In zijn vroegere grootsheid.
Ik herinner me
Annes rozenzoete aantrekkingskracht en de stijve ernst
Waar de kou zo weinig vat op heeft;
Ik merk het vreemd aantrekkelijke doodshoofd en de gekruiste beenderen op
Spreeuwen en mussen vertrokken en namen de korst mee,
En de lange zwenking van de winterwind
Die zijn boog gladstreek van de donkere Arcturus naar beneden
Naar de geblokkeerde hoek van de opgehoogde binnenplaats,
En de stille vensterbank.
Stil en zuiver plezier
Is het dat je, als mens, dit ontspannen,
Bewoonbare interieur op de ruimte hebt veroverd,
Dat rustig het licht weerspiegelt
Van de sneeuw, en van het nieuwe jaar.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Margaret Avison (23 april 1918 – 31 juli 2007)
Galt, Cambridge, Ontario, de geboorteplaats van Margaret Avison

 

Zie ook alle tags voor nieuwjaar op dit blog.

Zie voor de schrijvers van de 1e januari ook mijn blog van 1 januari 2023 en ook mijn vier blogberichten van 1 januari 2019.

A New Year’s Song (Edgar Guest), Anne Duden

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een gelukkig Nieuwjaar!

 

Mensen in een winterlandschap bij een kerk door Nils Hans Christiansen, tussen 1874 en 1903

 

A New Year’s Song

Love and laughter lead you
Down the pathways of the year,
And may each morning feed you
From the golden spoon of cheer;
May every eye be shining,
And every cheek aglow,
And may the silver lining
Of the clouds forever show.

May peace and plenty find you,
May pain and grief depart ;
And may you leave behind you
The little cares that smart;
May no day be distressful,
No night be filled with woe,
And may you be successful
Wherever you may go.

May June bring you her roses,
May summer poppies bloom,
And may each day that closes
Be fragrant with perfume.
May you have no regretting
When evening is begun,
No vain and idle fretting
O’er what you might have done.

May envy quit your dwelling
And hatred leave your heart ;
May you rejoice in telling
Your brother’s better part.
May you be glad you’re living
However dark your way,
And find your joy in giving
Your service to the day.

 

Edgar Guest (20 augustus 1881 – 5 augustus 1959)
De St. George kerk in Birmingham, Engeland, de geboorteplaats van Edgar Guest

 

De Duitse dichteres en schrijfster Anne Duden werd geboren op 1 januari 1942 in Oldenburg. Zie ook alle tags voor Anne Duden op dit blog.

 

Winterreis

1 Vertrek

Vanuit de lucht
aan de stuw-, aan de vluchtrand
afsluitend en schimmig gezind
onder het ijskoude knipvlies
van de overkoepelende wintermiddag
half-zalig uitgeschakeld
door wat voorbijging en voorbij was
plotseling tot in het hart geraakt.

Uittocht en terugkeer
slechts
van de brul- en klaagagente
in de geventileerde vleugelcabine.
Te denigrerend en onschadelijk gemaakt
om dood te vallen
na het afbakken van alle gevoelens
tot pijnvoorraad
in een dunwandige noodgemeenschap.
Omcirkeld en afgeschermd
van witte verlichting
en warme handreiking
om te eten en te drinken
askleurig zeker
in de trillende buitenbocht genesteld
wordt de bundel van sensaties
nu zoemend en zeer intelligent –
een kleine tong tussen de eonen-talen.

The day breaks not
and it is not my heart.
Jaar en dag braken boven het water.
In het oog van de verte
onder de soevereiniteit van de voortbeweging
en in de beeldstille
branding van verdwijnende kusten.

Denkend aan vuursponzen
koortsachtig gestolen
van het onverdraaglijk soortgelijke.
Drooggewoede tonder tot aan de longstam.
En bij een ijzige vonkensprong
van Xantener-kristal
het gloeiende bloed.
Rinkelend vertrouwen
vanuit de kapkroonlijst:
uitglijd-, trekgebied
tussen hemel en toekomst.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Anne Duden (Oldenburg, 1 januari 1942)

 

Zie ook alle tags voor nieuwjaar op dit blog.

Zie voor de schrijvers van de 1e januari ook mijn vier blogberichten van 1 januari 2019.

New Year’s Day (Kim Addonizio), W. H. Auden

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een gelukkig Nieuwjaar!

 

Winters stadsgezicht door Adrianus Eversen, 19e eeuw

 

New Year’s Day

The rain this morning falls   
on the last of the snow


and will wash it away. I can smell   
the grass again, and the torn leaves

being eased down into the mud.   
The few loves I’ve been allowed


to keep are still sleeping
on the West Coast. Here in Virginia


I walk across the fields with only   
a few young cows for company.


Big-boned and shy,
they are like girls I remember


from junior high, who never   
spoke, who kept their heads


lowered and their arms crossed against   
their new breasts. Those girls


are nearly forty now. Like me,   
they must sometimes stand


at a window late at night, looking out   
on a silent backyard, at one


rusting lawn chair and the sheer walls   
of other people’s houses.


They must lie down some afternoons   
and cry hard for whoever used


to make them happiest,   
and wonder how their lives


have carried them
this far without ever once


explaining anything. I don’t know   
why I’m walking out here


with my coat darkening
and my boots sinking in, coming up


with a mild sucking sound   
I like to hear. I don’t care


where those girls are now.   
Whatever they’ve made of it


they can have. Today I want   
to resolve nothing.


I only want to walk
a little longer in the cold


blessing of the rain,   
and lift my face to it.

 

Kim Addonizio (Washington, 31 juli 1954)
Washington bij de jaarwisseling

 

Een nieuwjaarsgroet

(Na lezing van een artikel van Mary J. Marples in Scientific American, januari 1969)
voor Vasily Yanowski

Deze dag die traditie bestemt
voor het opmaken van de balans,
geldt mijn groet jullie allen, Gisten,
Bacteriën, Virussen,
Aeroben en Anaeroben:
Een heel gelukkig nieuw jaar
Voor elk voor wie mijn epidermis
Is als Middenaarde voor mij.

Aan schepsels van jullie formaat
bied ik vrijheid van vestiging,
dus strijk maar neer in de zone
die ’t beste bevalt, in de poelen
van poriën, het tropisch woud
van mijn oksels en kruis, de woestijnen
van mijn onderarmen, of in het
koele bos van mijn schedel.

Koloniseer maar: ik zorg voor
warmte en vochtigheidsgraad,
vereiste lipiden en sebum,
maar beding wel dat jullie me nooit
irriteren met je bestaan,
dat je je gedraagt als van gasten
mag worden verwacht, niet te hoop loopt
tot acne, voetschimmel of steenpuist.

Heeft mijn innerlijk weer invloed
op het oppervlak waar jullie leven?
Verandert er iets, onvoorspelbaar,
als mijn innerlijk kwik diep omlaag duikt
van mooi weer: mentaal alles pluis
en gedachten die er toe doen,
naar lelijk weer: er gebeurt niets
en er belt niemand op en het regent.

Ik zou graag willen geloven dat ik
geen onmogelijke wereld ben,
maar een Eden zal het niet zijn:
mijn spel en mijn handelen
kan daarginds wel tot rampen leiden.
Als jullie godsdienstig zijn,
hoe rechtvaardigen dan jullie drama’s
het lijden dat niet is verdiend?

Wat voor mythen heeft jullie clerus
ter verklaring van de orkanen
die woeden, twee maal per etmaal,
wanneer ik me aan- of uitkleed,
wanneer ondanks vlotten van hoornstof
hele steden weggevaagd worden,
in de ruimte vergaan – van de zondvloed
die dodelijk schroeit als ik douche?

Maar vroeger of later breekt er
een Apocalyptische dag aan,
mijn omhulsel, opeens, is te koud
en ook te ranzig voor jullie,
wel genietbaar voor vretend gedierte
van een grimmiger soort; dan ben ik
beroofd van excuses en nimbus,
een Verleden, goed voor het Oordeel.

 

Vertaald door Peter Verstegen

 

W. H. Auden (21 februari 1907 – 29 september 1973)
De kathedraal van York (North Yorkshire), de geboorteplaats van W. H. Auden

 

Zie ook alle tags voor nieuwjaar op dit blog.

Zie voor de schrijvers van de 1e januari ook mijn vier blogberichten van 1 januari 2019.

Pavane For The New Year (Elder Olson), W. S. Merwin, Ernest van der Kwast

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een gelukkig Nieuwjaar!

 

Een dorpsstraat in de winter door Alfred Sisley, 1893

 

Pavane For The New Year

Soul, plucking the many strings
Of my limbs like puppet’s, make them dance,
Dance, dance, in sombre joy,
That after all the sullen play
The old world falls, the new world forms.

A thought like music takes us now,
So like, that every soul must move,
Move in a most stately measure,
And souls and bodies tread in time
Till all the trembling towers fall down.

And now the stones arise again
Till all the world is built anew
And now in one accord like rhyme,
And we who wound the midnight clock
Hear the clock of morning chime.

 

Elder Olson (9 maart 1909 – 25 juli 1992)
Chicago in eindejaarssfeer. Elder Olson werd geboren in Chicago.

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Amerikaanse dichter, schrijver en vertaler William Stanley Merwin werd geboren in New York op 30 september 1927. Zie ook alle tags voor W. S. Merwin op dit blog.

 

Aan het nieuwe jaar

Met wat voor stilte je tenslotte
verschijnt in de vallei
en je eerste zonlicht naar beneden valt
om de toppen van een paar hoge bladeren
aan te raken die zich niet verroeren
alsof ze het niet hadden gemerkt
en je helemaal niet kenden
dan roept de stem van een duif
van ver weg op zichzelf
tot de stilte van de ochtend

dus dit is het geluid van jou
hier en nu of al dan niet
iedereen het hoort, dit is
waar we zijn gekomen met onze leeftijd
onze kennis zoals die is
en onze verwachtingen zoals die zijn
onzichtbaar voor ons
onaangeroerd en nog steeds mogelijk

 

Vertaald door Frans Roumen

 

W. S. Merwin (30 september 1927 – 15 maart 2019)

 

De Nederlandse schrijver Ernest van der Kwast werd geboren in Bombay, India, op 1 januari 1981. Zie ook alle tags voor Ernest van der Kwast op dit blog.

Uit: Het wonder dat niet omvalt

“Met een fiets word je actieradius groter,’ vertelt Tatjana, ‘en daarmee ook de kans op een baan, bijvoorbeeld in de thuiszorg.’ De lessen worden daarom betaald door de sociale dienst. Mensen zonder uitkering zijn tien euro per maand kwijt, ‘maar daar krijg je wel acht lessen voor,’ zegt de fietsjuf.
Ze werft haar cursisten in de hele stad en gaat met flyers rond, die ze in winkels, moskeeën en slagerijen neerlegt. Zelfs het centrum voor besnijdenis gaat ze langs. Overal wordt de blonde fietsjuf met enthousiasme verwelkomd. ‘Op de Zwart Janstraat kent ieder- een mij,’ zegt ze. Het is de drukke winkelstraat waar de vrouwen aan het einde van de cursus doorheen moeten fietsen. De ultieme test. Daarna zijn ze klaar voor het examen, waarvoor sommige cursisten slapeloze nachten hebben. ‘Maar iedereen haalt het,’ zegt Tatjana trots.
Het diploma geeft de vrouwen vertrouwen, en zet aan tot meer. ‘Je ziet dat ze ook andere cursussen gaan doen, om een taal te leren of om met een computer te kunnen werken.’
Ik vraag of er nooit iets misgaat. ‘O, jawel hoor,’ antwoordt Tatjana. ‘Ze botsen geregeld op elkaar, of er valt weer een vrouw van haar fiets.’ Ze kijkt even naar haar kuikens die tegen de wind in trappen, wapperende haren en hoofddoekjes. ‘Het is eigenlijk een metafoor voor het leven,’ zegt ze. ‘Vallen, opstaan en weer doorgaan.’ De vreselijkste verhalen komen haar ter ore, van vrouwen uit oorlogsgebieden die al- les hebben moeten achterlaten. ‘Ze zijn ontzettend sterk en hebben soms zeven kindjes,’ zegt Tatjana. ‘Ze moesten trouwen met een of ander fossiel uit de familie, maar ze hebben de kracht om van hem te scheiden en langzaamaan te emanciperen, om te leren fietsen.’
Er wordt gelukkig ook veel gelachen. Voor de mees- te vrouwen is de fietsles een uitje. Ze brengen cakejes mee en laten elkaar zien hoe er in hun land wordt ge- danst. ‘Sommige vrouwen balen zelfs als ze geslaagd zijn.’ Niet voor niets wordt de fietsjuf met enige regel- maat bijna doodgeknuffeld op straat. Het zijn vrouwen die nu hun kinderen op de fiets naar school bren- gen of met hun man langs de Rotte kunnen fietsen.
‘Iedereen kan het leren,’ zegt Tatjana. ‘Dik, dun, Turks, Ghanees, jong en oud.’ Zo had ze vorig jaar een Nederlandse vrouw van 64 in haar groep en geeft ze sinds kort fietsles aan een jongetje met het syndroom van Down. Ook heeft inmiddels de eerste man bij Tatjana een diploma behaald.
Fietsen zijn duur en niet iedereen heeft geld om er een aan te schaffen en dus helpt ze soms ook met het zoeken naar een tweewieler. Maar daarna moeten ze zelf de wijde wereld in, de kuikens van Tatjana Wechgelaar.”

 

Ernest van der Kwast (Bombay, 1 januari 1981)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 1e januari ook mijn vier blogberichten van 1 januari 2019.

De hand leggend, zich voorbereiden… (Hans van de Waarsenburg), Naomi Shihab Nye, Anne Vegter

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een prettige jaarwisseling en een gelukkig Nieuwjaar!

 

De oude haven in Waalwijk. Wintergezicht door Wim Suermondt, 1954

 

De hand leggend, zich voorbereiden…

De hand leggend, zich voorbereiden
op weer een ander jaar, terwijl
het licht zich schuilhoudt,
ieder woord bedriegt

Geruchten in vreemde taal de ronde doen,
rituelen van vreemde snit worden uitgevoerd

Voorbijgangers dreigend hun voeten neerzetten
huizen woedend met deuren klapperen
de straten hun rug krommen of kreunen

In deze tijd dus, waar het licht dagelijks
wordt besneden en gekortwiekt,
vult anarchie de luchtpijp.

 

Hans van de Waarsenburg (21 juli 1943 – 15 juni 2015)
Helmond in eindejaarssfeer. Hans van de Waarsenburg werd geboren in Helmond

 

De Amerikaanse dichteres en schrijfster Naomi Shihab Nye werd geboren op 12 maart 1952 in St. Louis, Missouri. Zie ook alle tags voor Naomi Shihab Nye op dit blog.

 

Het oude jaar verbranden

Brieven verslinden zichzelf in seconden.
Berichtjes die vrienden aan de klink vastmaakten,
transparant scharlaken papier,
sissen als mottenvleugels,
trouwen met de lucht.

Zoveel van elk jaar is ontvlambaar,
lijsten met groenten, gedichtfragmenten.
Oranje wervelende vlam van dagen,
zo klein is een steen.

Waar er iets was en ineens niet meer is,
roept een afwezigheid, viert feest, laat een ruimte na.
Ik begin opnieuw met de kleinste getallen.

Snelle dans, mix van verliezen en blaadjes,
alleen de dingen die ik niet deed
knetteren nadat het vuur is gestorven.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Naomi Shihab Nye (St. Louis, 12 maart 1952)

 

De Nederlandse dichteres en schrijfster Anne Vegter werd geboren in Delfzijl op 31 december 1958. Zie ook alle tags voor Anne Vegter op dit blog.

 

De bloemkool

Hersens, dacht ik bij de bloemkool.
Doormidden? vroeg de groenteboer.

En met het in mijn ogen wonder in een zak wist ik
buiten niet precies meer wie ik was en waar ik woonde.

Ik keek goed uit mijn ogen hoe ik
verdraaid goed uit mijn ogen keek

en liep op het geluk af naar een straatnaam die
in spiegelbeeld geschreven was? en die ik niet ontcijferde.

Mijn halve bloemkool, Lucky Strike, haarspelden
en tomatenketchup zakten door de bodem der te oude zak

maar rolden gelukkig niet weg.
Ik bleef herhaaldelijk vergeten waar ik was.

De groentebediende werd erop afgestuurd.
Wat een vriendelijk gebeuren!

Juffrouw Vegter? Van de Voorschoterlaan?

Ik had wat hoofdpijn en wilde liever even liggen als dat kon.
Zij raapte allerlei op, wat ik weer heel vriendelijk vond.

En zij kende mij dus al.
Nogmaals:

het was of zij mijn hersens droeg, maar het scheen
ondankbaar dit aan haar te zeggen.

 

Moratorium

Toen we van John’s begrafenis thuiskwamen
was er niemand die vroeg:
wilde John eigenlijk wel leven?

(Was gek op begrafenissen geweest, ging altijd.
Had er misschien ineens genoeg van gekregen).
Hij kwam nog een keer op bezoek, twee jaar later.

Zei: ‘Mijn moeder zeurt lang door over die kachel,
neem haar niet kwalijk, ze mist me.
Ze denkt dat afbetalingen helpen tegen pijn.’

Toen we naar de uitgang kropen
hoorde je niemand zeggen
dat John er een puinhoop van gemaakt had.

Net voorbij het hek
hielden we elkaar scherp in het oog maar
iedereen zweeg, zoals vaker bij doden.

Ik richtte me op, niet ver van zijn moeder.
Het was me nog niet opgevallen
dat ze tussen de cipressen stond,

sprekend een aapje van rubber
dat met koude vingers een stok omknelt.
Ik heb me later wel eens afgevraagd

of ik de enige was die het zag.
Ze staarde stomverbaasd naar boven
alsof ze niet verwachtte

dat de hemel openspleet,
er een hand uitstak
die haar lichtte
.

 

Anne Vegter (Delfzijl, 31 december 1958)

 

Zie voor de schrijvers van de 31e december ook mijn blog van 31 december 2018 deel 1 en ook deel 2 en eveneens deel 3.

Old And New Year Ditties (Christina Rossetti)

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een gelukkig Nieuwjaar!

 

 
Winter in Amsterdam door David Schulman (1881-1966)

 

Old And New Year Ditties

New Year met me somewhat sad:
Old Year leaves me tired,
Stripped of favourite things I had
Baulked of much desired:
Yet farther on my road to-day
God willing, farther on my way.

New Year coming on apace
What have you to give me?
Bring you scathe, or bring you grace,
Face me with an honest face;
You shall not deceive me:
Be it good or ill, be it what you will,
It needs shall help me on my road,
My rugged way to heaven, please God.

Watch with me, men, women, and children dear,
You whom I love, for whom I hope and fear,
Watch with me this last vigil of the year.
Some hug their business, some their pleasure-scheme;
Some seize the vacant hour to sleep or dream;
Heart locked in heart some kneel and watch apart.

Watch with me blessed spirits, who delight
All through the holy night to walk in white,
Or take your ease after the long-drawn fight.
I know not if they watch with me: I know
They count this eve of resurrection slow,
And cry, ‘How long?’ with urgent utterance strong.

Watch with me Jesus, in my loneliness:
Though others say me nay, yet say Thou yes;
Though others pass me by, stop Thou to bless.
Yea, Thou dost stop with me this vigil night;
To-night of pain, to-morrow of delight:
I, Love, am Thine; Thou, Lord my God, art mine.

Passing away, saith the World, passing away:
Chances, beauty and youth sapped day by day:
Thy life never continueth in one stay.
Is the eye waxen dim, is the dark hair changing to grey
That hath won neither laurel nor bay?
I shall clothe myself in Spring and bud in May:
Thou, root-stricken, shalt not rebuild thy decay
On my bosom for aye.
Then I answered: Yea.

Passing away, saith my Soul, passing away:
With its burden of fear and hope, of labour and play;
Hearken what the past doth witness and say:
Rust in thy gold, a moth is in thine array,
A canker is in thy bud, thy leaf must decay.
At midnight, at cockcrow, at morning, one certain day
Lo, the Bridegroom shall come and shall not delay:
Watch thou and pray.
Then I answered: Yea.

Passing away, saith my God, passing away:
Winter passeth after the long delay:
New grapes on the vine, new figs on the tender spray,
Turtle calleth turtle in Heaven’s May.
Though I tarry wait for Me, trust Me, watch and pray:
Arise, come away, night is past and lo it is day,
My love, My sister, My spouse, thou shalt hear Me say.
Then I answered: Yea.

 

 
Christina Rossetti (5 december 1830 – 27 december 1894)
Londen, de geboorteplaats van Christina Rossetti bij de jaarwisseling

 

Zie voor de schrijvers van de 1e januari ook mijn vorige vier blogs van vandaag.

Simples Neujahrslied (Ludwig Eichrodt)

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een gelukkig Nieuwjaar!

 


Winterlandschap met figuren te Bedburg bij Kleef door B. C. Koekkoek, 1842

 

Simples Neujahrslied

Vorüber ist das alte Jahr,
Ich wünsche Glück zum neun!
Was euch das alte noch nicht war,
Soll euch das neue sein.

Ich greife zu dem vollen Glas,
Und trink es aus und sag,
Ich wünsche Jedem Alles was
Er selbst sich wünschen mag.

Ich wünsch euch Alles, was auch euch
Befriediget und reizt,
Und dass mit euern Wünschen sich
Der meinen keiner kreuzt!

So treten wir ins neue Jahr
Getrosten Mutes ein –
Und was im alten noch nicht war,
Erfülle sich im neun!

 

 
Ludwig Eichrodt (2 februari 1827 – 2 februari 1892)
Karlsruhe, Pyramide. Ludwig Eichrodt werd in Karlsruhe geboren.

 

Zie voor de schrijvers van de 1e januari mijn twee vorige blogs van vandaag.

A Farewell – Goodbye, old year (Alfred Austin)

Alle bezoekers en mede-bloggers een prettige jaarwisseling en een gelukkig Nieuwjaar!

 

 
Wintergezicht op de Singel, Amsterdam door J.C.K. Klinkenberg, eind 19e eeuw

 

A Farewell

Good-bye, old year, good-bye!
Gentle you were to many as to me,
And so we, meditating, sigh,
Since what hath been will be,
That you must die.
Hark! In the crumbling grey church tower,
Tolls the recording bell
The deeply-sounding solemnising knell
For your last hour.

How quietly you die!
No canonisëd Saint
E’er put life by
With less of struggle or complaint.
You seem to feel nor grief nor pain,
No retrospection vain,
As if, departing, you would have us know
It is not hard to go,
Since pang is none, but only peace, in Death,
And Life it is that suffereth.

Closer and clearer comes the last slow knell,
And on my lip for you awaits
That final formula of Fate’s,
The low, lamenting, lingering word, Farewell!
For you the curved-backed sexton need not stir
The mould, for there is nothing to inter,
No worn integument to doff,
No bodily corruption to put off;
Begotten of the earth and sun,
And ending spirit-wise as you begun,
You pass, a mere memento of the mind,
Leaving no lees behind.

Hark! What is that we hear?
A quick-jerked, jocund peal,
Making the fretted church tower reel,
Telling the wakeful of a young New Year,
Young, but of lusty birth,
To face the masked vicissitudes of earth.

Let us, then, look not back,
Though smooth and partial was the track
Of the receding Past,
But through the vista vast
Of unknown Future wend intrepid way,
Framed to contend and cope
With perils new by vanished yesterday,
Whose last bequests to Man are Love, and
Faith, and Hope.

 

 
Alfred Austin (30 mei 1835 – 2 juni 1913)
Leeds Castle. Alfred Austin werd geboren in Leeds

 

Zie voor de schrijvers van de 31e december ook mijn drie vorige blogs van vandaag.

 

New Year (Ella Wheeler Wilcox)

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een gelukkig Nieuwjaar!

 

 
Vianen, Grote Kerk en Landpoort in de winter door Willem Koekoek, 1880

 

New Year

The New Year dawns again upon the earth,
And all our land re-echoes with its mirth.
From east to west, from north to south, we hear
The sounds of merriment and goodly cheer-
With feast and revelry, with dance and song,
The golden hours slip happily along,
And eyes are bright, and hearts are blithe and gay,
And all seems well upon this New Year Day.

Alas! alas! all is not well; for, oh!
White hands will plant the seeds of sin and woe-
Fair maids, with smiles and glances half divine,
Will lift the muddy glass of poison wine
To manly lips, and plead of them to quaff,
And loud will grow the careless jest and laugh;
And firm resolves, that gird up manly hearts
To brave the devil and withstand his arts,
Will fail before these fiends in forms so sweet,
And they will drain the glass and think it meet.

O shame too deep for tongue or pen to tell!
That woman opens wide the door of hell
For man to enter-woman, who should be
As true as truth and pure as purity.

But when they pass the drunkard in the street,
They lift their robes, lest they shall touch his feet,
And turn from him with scornful eye and lip,
Forgetting that perchance some maiden bade him sip-
Bade him with thrilling glance and tender tone,
Until the deadly habit, mighty grown,
Had mastered all his manhood, and he fell
Lower and lower to the depths of hell.

Go shout aloud fair woman’s shame, O wind!
Tell it to nature, and to all mankind,
To hill and vale, and every forest tree,
To bird and beast, and to the mighty sea;
And let them all unite and sing her shame,
Until, with streaming eyes and cheeks aflame,
She makes a vow, and calls on God to hear,
That evermore her record shall be clear,
And she, with all her strength, will strive to save
Instead of aiding to the drunkard’s grave.

 


Ella Wheeler Wilcox (5 november 1850 – 30 oktober 1919)
Winter in de Rotary Gardens in Janesville, Wisconsin. Ella Wheeler Wilcox werd geboren in het nabijgelegen Johnstown.

 

Zie voor de schrijvers van de 1e januari ook mijn drie vorige blogs van vandaag.

De wagen des tijds (Guido Gezelle)

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een prettige jaarwisseling en een gelukkig Nieuwjaar!

 

 
Winter met schaatsers, arreslee en koek-en-zopie door Andreas Schelfhout, 1857

 

De wagen des tijds

Daar kwam er een wagen
vol nachten en dagen,
vol maanden en uren en stonden gereen,
fel trokken en weerden
hen’ de edele peerden,
die zesmaal vier hoefijzers kletteren deen.
Al rijdend, al rotsend,
al bokkend
en botsend,
al piepend en krakend, zo vloog hij door stee;
en, als hij was henen
en verre verdwenen,
toen waren de dagen en maanden ook mee.
Het spreken en ’t peinzen,
het gaan en het reizen,
en al wat wij deden, ’t zij droef, het zij blij;
’t mocht tijlijk
of laat zijn,
of goed zijn of kwaad zijn,
’t was al op de wagen, ’t was alles voorbij.
Toch nimmer vergaat het
en altijd bestaat het,
wat God door zijn heilige gratie ons geeft,
het deugdzame leven
dat is ons gebleven,
al ’t ander, hoe zoet en hoe schoon, het begeeft.
Nooit zal ons de wagen
der tijden ontdragen
’t sieraad en de rijkdom der edele ziel;
de deugd zal geduren,
schoon rotsen en muren
en torens en al wat maar vallen kan – viel.

 


Guido Gezelle (1 mei 1830 – 27 november 1899)
Brugge in de kersttijd. Guido Gezelle werd geboren in Brugge

 

Zie voor de schrijvers van de 31e december ook mijn drie vorige blogs van vandaag.